Regeling van de Minister van Justitie en Veiligheid van 17 september 2024, nr. 5745928, houdende wijziging van de Regeling aanstellingseisen politie 2023 in verband met het regelen van de bewaartermijn voor het psychologische onderzoek

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 7, eerste lid, onderdeel c, en tweede lid, onderdeel c, van het Besluit algemene rechtspositie politie;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 12, vierde lid, van de Regeling aanstellingseisen politie 2023, wordt de punt aan het einde van de zin vervangen door een komma en wordt toegevoegd: ‘waarbij de bewaartermijn van het onderliggende dossier twee jaar bedraagt.’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel

TOELICHTING

Bij de kandidaat aspirant en vrijwilliger-aspirant wordt als onderdeel van de werving en selectie de mentale geschiktheid beoordeeld. Onderdeel hiervan is het door middel van een psychologisch onderzoek in kaart brengen van het psychologisch profiel van de kandidaat. Bij een negatieve uitslag kan de afgewezen kandidaat na een jaar opnieuw solliciteren. In dat geval wordt opnieuw een psychologisch onderzoek verricht. In 2023 is de regeling die de aanstellingseisen voor politieambtenaren regelt vernieuwd tot de Regeling aanstellingseisen politie 2023. Tot die tijd stond in de regeling expliciet opgenomen dat de uitslag van het psychologische onderzoek twee jaar geldig bleef. Doel hiervan is borging van het feit dat bij het nieuwe psychologische onderzoek alle voor een goede beoordeling relevante informatie, inclusief de aandachtspunten die de eerste keer tot een afwijzing hebben geleid, met de kandidaat wordt besproken. Er kan bij kandidaten immers een leereffect optreden. In de nieuwe regeling is deze specifieke bepaling weggevallen, waardoor er onduidelijkheid is ontstaan over de bewaartermijn van het psychologische onderzoek.

Met de aanvulling die met deze regeling in artikel 12 wordt gedaan, is het mogelijk het dossier van het eerdere psychologische onderzoek twee jaar te bewaren en te betrekken bij de beoordeling van de mentale geschiktheid. De onvoldoende uitslag van het psychologisch rapport blijft nog steeds een jaar gelden. Een bewaartermijn van twee jaar wordt voldoende geacht omdat het overgrote deel van de kandidaten dat meerdere keren solliciteert de nieuwe sollicitatie na één jaar in gang zet. Daarnaast wordt het leereffect dat uitgaat van een voorgaande sollicitatie minder naarmate de tijd vordert. De kans dat dit leereffect na meer dan twee jaar nog een beslissend effect heeft op het psychologisch onderzoek wordt daarom niet groot geacht.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel