Besluit van 24 augustus 2024, nr. 2024001890 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeente Neder-Betuwe krachtens artikel 62 van de onteigeningswet (onteigening voor de dijkversterking Neder-Betuwe (NeBe), met bijkomende werken in de gemeenten Neder-Betuwe en Tiel)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Ingevolge artikel 62, eerste lid, van de onteigeningswet kan onteigening van onroerende zaken of rechten plaatsvinden voor de aanleg, het herstel, versterking of onderhoud van waterkeringen. Daaronder wordt op grond van artikel 62, tweede lid sub a, mede begrepen onteigening voor de aanleg en verbetering van de in het eerste lid bedoelde werken en rechtstreeks daaruit voortvloeiende bijkomende voorzieningen ter uitvoering van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening.

Ingevolge artikel 62, eerste lid, van de onteigeningswet kan onteigening van onroerende zaken of rechten plaatsvinden voor de aanleg, het herstel, versterking of onderhoud van waterkeringen. Daaronder wordt op grond van artikel 62, tweede lid sub b, mede begrepen onteigening voor de aanleg en verbetering van de in het eerste lid bedoelde werken en rechtstreeks daaruit voortvloeiende bijkomende voorzieningen ter uitvoering van een omgevingsvergunning waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken.

Verder kan ingevolge artikel 5.14, lid 1 van de Waterwet onteigening op grondslag van titel II of IIA mede geschieden ter uitvoering van de in een projectplan opgenomen voorzieningen, als bedoeld in artikel 5.4, tweede of vijfde lid, van die wet.

Het verzoek tot aanwijzing ter onteigening

Het college van dijkgraaf en heemraden van waterschap Rivierenland (hierna: verzoeker) heeft Ons bij brief van 20 december 2023, kenmerk 2023165929/2023166007, verzocht, om ten name van waterschap Rivierenland over te gaan tot het aanwijzen ter onteigening van onroerende zaken in de gemeenten Neder-Betuwe. De onteigening wordt verzocht om de versterking mogelijk te maken van de dijk aan de noordzijde van de Waal, tussen Dodewaard (dijkpaal DD286+20m) en de Prins Bernhardsluis bij het Amsterdam-Rijnkanaal, ten oosten van Tiel (dijkpaal DT 199A+00m)in de deelgebieden 1 tot en met 6, met bijkomende werken, in de gemeenten Neder-Betuwe en Tiel.

Bij e-mailberichten van 22 februari 2024 en 10 juni 2024 heeft verzoeker Ons te kennen gegeven wegens minnelijke eigendomsverkrijging en om hem moverende redenen niet langer prijs te stellen op voortzetting van de onteigeningsprocedure voor de daarbij betrokken onroerende zaken met de grondplannummers NeBeoo7, NeBe224, NeBe236, NeBe603, NeBe650, NeBe440, NeBe408, NeBe425-1, NeBe425-2, Nebe447 en NeBe645. Omdat de noodzaak van onteigening voor deze grondplannummers hiermee is komen te vervallen, zullen Wij deze niet ter onteigening aanwijzen. In de bij dit besluit behorende lijst van te onteigenen onroerende zaken is hiermee rekening gehouden.

Planologische grondslag

Onderhavig verzoek tot aanwijzing ter onteigening van de in het onteigeningsplan opgenomen gronden strekt ter uitvoering van de verbetering van de dijk in het dijktraject Neder-Betuwe. In dat kader is een projectplan in de zin van art. 5.4 jo. 5.14 Waterwet vastgesteld. Op dat projectplan Waterwet is de gecoördineerde projectprocedure van toepassing. Alle benodigde ontwerpbesluiten en de project MER zijn gedurende de periode van 3 november 2022 tot en met 14 december 2022 gelijktijdig gepubliceerd en ter inzage gelegd. De ontwerpvergunning voor de Wet natuurbescherming heeft ter inzage gelegen van 13 juni tot en met 10 augustus 2023.

Het algemeen bestuur van het waterschap heeft het projectplan op 24 februari 2023 vastgesteld. Een aantal van de 29 zienswijzen is bij de provincie als coördinerende instantie echter na die datum naar voren gekomen. Dit heeft ertoe geleid dat het proces voor vaststelling van het projectplan en de Nota van Antwoord zienswijzen opnieuw heeft plaatsgevonden. Op 9 oktober 2023 is door het algemeen bestuur van het waterschap het projectplan opnieuw vastgesteld waarbij de later naar voren gekomen zienswijzen niet tot planaanpassingen hebben geleid.

Op 10 oktober 2023 is door het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland, het projectplan goedgekeurd. De stukken hebben van 19 oktober tot en met 29 november 2023 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode zijn 6 beroepen ingediend bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

De onroerende zaken waarop het verzoek betrekking heeft, liggen in de gemeenten Neder-Betuwe en Tiel. De grondslag voor de planologische uitvoerbaarheid van het werk waarin de ter onteigening aan te wijzen onroerende zaken zijn gelegen, wordt gevormd door de volgende bestemmingsplannen:

  • Tiel Oost (vastgesteld 2013-10-16)

  • Buitengebied Dodewaard en Echteld (onherroepelijk 2013-05-30)

  • Hogeveldseweg nabij 1 Echteld (vastgesteld 2017-03-09)

  • Kernen Neder-Betuwe (vastgesteld 2020-05-14)

  • Bedrijventerreinen (vastgesteld 2013-06-27)

  • Witte vlekken (vastgesteld 2013-09-12)

  • Bedrijfsterrein IJzendoorn (vastgesteld 2016-07-07)

  • Dodewaard, Kalkestraat 91 (vastgesteld 2021-07-08)

  • Inpassingsplan Waalwaard – Dodewaard (vastgesteld 2012-09-25)

Het plangebied valt voor het grootste deel binnen bestemmingsplan Buitengebied Dodewaard en Echteld.

Het onderhavig plan van het werk gaat om een project waarvoor in het kader van de Waterwet een projectplan wordt opgesteld. In artikel 5.10 van de Waterwet is aangegeven dat als een bestemmingsplan, een omgevingsvergunning eist voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden, deze vergunning niet vereist is als de werken en werkzaamheden onderdeel uitmaken van een vastgesteld projectplan. Dit gaat bijvoorbeeld om het aanleggen van tijdelijke werkstroken.

De bestemmingsplantoets laat zien dat het ruimtebeslag van de nieuwe dijk niet binnen alle vigerende bestemmingen past. Daarom is in overleg met de gemeenten Tiel en Neder-Betuwe en de ambtelijke werkgroep bevoegde gezagen afgesproken om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, gecoördineerd met het projectplan in procedure te brengen. Op deze manier wordt met een buitenplanse procedure van het bestemmingsplan afgeweken. Deze omgevingsvergunning is op 26 september 2023 verleend.

Overgangsrecht

Per 1 januari 2024 zijn de Omgevingsweten de Invoeringswet Omgevingswet in werking getreden. Daarmee is de onteigeningswet grotendeels komen te vervallen. Op grond van artikel 4.4 van de Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet blijft echter het oude recht (de onteigeningswet) van toepassing op dit onteigeningsverzoek, aangezien dit verzoek vóór inwerkingtreding van de Omgevingswet bij Ons is ingediend.

In het kader van dit onteigeningsverzoek is er sprake van een nog niet onherroepelijk projectplan, in de zin van artikel 5.4 van de Waterwet, waarop paragraaf 5.2 van de Waterwet van toepassing is. In het geval van een niet onherroepelijk projectplan is in artikel 4.64 lid 2 Omgevingswet bepaald dat het oude recht van toepassing blijft, indien het ontwerpprojectplan ter inzage is gelegd vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Daar is in dit geval sprake van en daarom blijft het oude recht op dit verzoek, ook na de inwerkingtreding van de (Invoeringswet) Omgevingswet, van toepassing.

Toepassing uniforme openbare voorbereidingsprocedure

Overeenkomstig artikel 63, tweede lid, van de onteigeningswet en artikel 3:11, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) hebben het ontwerp koninklijk besluit en de in artikel 63 van de onteigeningswet bedoelde stukken vanaf 19 april 2024 tot en met 30 mei 2024 in de gemeente Neder-Betuwe en bij Rijkswaterstaat Corporate Dienst te Utrecht ter inzage gelegen.

Overeenkomstig artikel 3:12 van de Awb heeft onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat (Onze Minister) van het ontwerp koninklijk besluit en van de terinzagelegging van de onteigeningsstukken openbaar kennis gegeven in de Staatscourant van 16 april 2024, nr.12310

Verder heeft Onze Minister het ontwerp koninklijk besluit overeenkomstig artikel 3:13 van de Awb, voorafgaand aan de terinzagelegging toegezonden aan belanghebbenden, waaronder de verzoeker. Daarbij zijn de belanghebbenden gewezen op de mogelijkheid om schriftelijk of mondeling zienswijzen over het ontwerpbesluit naar voren te brengen en op de mogelijkheid over de zienswijzen te worden gehoord.

Overwegingen

In de Waterwet zijn landelijke normen opgenomen waaraan primaire waterkeringen, afhankelijk van de locatie, dienen te voldoen. Alle overstromingsgevoelige gebieden zijn in de Waterwet opgedeeld in dijktrajecten. Binnen deze dijktrajecten geldt een overstromingskans: de kans op de doorbraak van een dijktraject die leidt tot daadwerkelijke overstroming van het achterliggende gebied. De Waterwet vereist dat de beheerders van primaire waterkeringen periodiek toetsen of dijken en kunstwerken voldoen aan de wettelijke norm voor de veiligheid.

Voor dit deel van de primaire waterkering, die de Betuwe, Tieler- en Culemborgerwaarden beschermt tegen hoogwater (Dijktraject 43 Midden-Waal), geldt ingevolge de Waterwet een maximaal toelaatbare overstromingskans van 1:10.000 jaar. Het dijktraject Neder-Betuwe (NeBe), waarbinnen de ter onteigening aan te wijzen gronden zijn gelegen, is onderdeel van deze dijkring. Dit houdt in dat de primaire waterkering bestand moet zijn tegen een optredende waterstand die gemiddeld eens in de 10.000 jaar voorkomt.

Uit de periodieke keuring die op basis van de Waterwet werd uitgevoerd in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma bleek dat het dijktraject Neder-Betuwe niet voldoet aan de wettelijke vereisten. In de derde toetsronde (2006–2011) zijn delen van het dijktraject afgekeurd.

In 2017 is een veiligheidsanalyse uitgevoerd in het kader van de verkenningsfase van het Hoogwaterbeschermingsproject NeBe. Waterschap Rivierenland heeft de dijk beoordeeld op basis van de normen die vanaf 2017 van kracht zijn. Op basis van deze veiligheidsanalyse is het volledige dijktraject Neder-Betuwe Waardenburg afgekeurd op één of meerdere van de faalmechanismen hoogte, piping en macrostabiliteit. Faalmechanismen zijn processen die kunnen tot leiden tot het bezwijken van een dijk.

Bij het faalmechanisme hoogte is de dijk te laag, waardoor water over de dijk heen kan stromen. Dit kan gebeuren door golfoverslag bij veel wind of door overlopen bij hoog water.

Bij het faalmechanisme piping stroomt water via een zandlaag onder een dijk door en komt het achter de dijk weer omhoog. Hierdoor kan een wel ontstaan. Na verloop van tijd kan het water zand meevoeren en begint er een kanaal (pipe) onder de dijk te ontstaan. Als dit proces langer doorgaat, vormt zich een doorgaande verbinding tussen het buitenwater en het achterland. Uitslijting van het kanaal kan uiteindelijk leiden tot het instorten van de dijk.

Bij het faalmechanisme macrostabiliteit kunnen grote delen van het grondlichaam afschuiven door te weinig stabiliteit. Dit kan zowel binnendijks (binnenwaarts) als buitendijks (buitenwaarts) voorkomen door grote waterdruk.

Omdat de primaire waterkering niet voldoet aan de landelijke normen, is de versterking van deze waterkering opgenomen in het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma en aangemerkt als een dijkversterking met een hoge prioriteit. De beheerder van de waterkering, Waterschap Rivierenland, staat daarom in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma voor de opdracht om de dijk te versterken. Om de beoogde veiligheid van het dijktraject te waarborgen, moeten over dit deel van het dijktraject op korte termijn versterkingsmaatregelen worden uitgevoerd. In het definitief programma 2023–2028 van het Hoogwaterbeschermingsprogramma is vastgelegd dat er naar gestreefd wordt dat de dijkversterking in 2027 is gerealiseerd.

Door de realisatie van het hoogwaterbeschermingsproject Neder-Betuwe gaat de dijk voldoen aan de wettelijke normen voor hoogwaterveiligheid.

Om de werken en werkzaamheden tijdig te kunnen realiseren wenst Waterschap Rivierenland de eigendom te verkrijgen, vrij van lasten en rechten, van de onroerende zaken die in het onteigeningsplan zijn begrepen.

De verzoeker heeft met de eigenaren overleg gevoerd om deze onroerende zaken minnelijk in eigendom te verkrijgen. Dit overleg heeft vooralsnog niet tot (volledige) overeenstemming geleid. Omdat het ten tijde van het verzoek naar het oordeel van de verzoeker niet aannemelijk was dat het overleg op afzienbare termijn tot vrijwillige eigendomsoverdracht zou leiden, heeft Waterschap Rivierenland een verzoek ingediend tot aanwijzing ter onteigening van deze onroerende zaken, om de tijdige verwezenlijking van het plan van het werk zeker te stellen.

Uit de Ons bij het verzoek overgelegde zakelijke beschrijving blijkt dat in 2016 de eerste voorbereidende onderzoeken zijn uitgevoerd. In 2020 en 2021 heeft de aanbesteding van het werk plaatsgevonden. De voorbereidende werkzaamheden voor de uitvoering van het werk zijn in het voorjaar van 2023 gestart. De daadwerkelijke uitvoering van de dijkversterkingsmaatregelen start eind 2024 en deze werkzaamheden zijn naar verwachting in 2029 afgerond. Daarmee is aannemelijk dat zal worden voldaan aan de door Ons voor de aanvang van de werken en werkzaamheden gehanteerde termijn van ten hoogste vijf jaar na de datum van dit aanwijzingsbesluit.

Zienswijzen

Binnen de bedoelde termijn zijn geen zienswijzen naar voren gebracht.

Overige overwegingen

Uit de bij het verzoek overgelegde stukken blijkt, dat de in het onteigeningsplan begrepen onroerende zaken bij de uitvoering van het overgelegde plan van het werk niet kunnen worden gemist.

Ons is niet gebleken van feiten en omstandigheden die overigens de toewijzing van het verzoek in de weg staan. Het moet in het belang van de bescherming van het land tegen hoogwater noodzakelijk worden geacht dat Waterschap Rivierenland de vrije eigendom van de door Ons ter onteigening aan te wijzen onroerende zaken verkrijgt.

Wij zullen, gelet op het hierboven gestelde, het verzoek van Waterschap Rivierenland tot het nemen van een besluit krachtens artikel 62 van de onteigeningswet gedeeltelijk toewijzen.

BESLISSING

Gelet op de onteigeningswet,

op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 21 juni 2024, nr. RWS-2024/22591, Rijkswaterstaat Corporate Dienst;

gelezen het verzoek van het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Rivierenland bij brief van 20 december 2023, kenmerk 2023165929/2023166007k};

gelezen het e-mailberichten van verzoeker van 22 februari 2024 en 10 juni 2024;

de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, advies van 10 juli 2024, no. W17.24.00153/IV;

gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 19 augustus 2024, nr. RWS-2024/27227, Rijkswaterstaat Corporate Dienst;

Hebben Wij goedgevonden en verstaan:

Voor de versterking van de dijk aan de noordzijde van de Waal, tussen Dodewaard (dijkpaal DD286+20m) en de Prins Bernhardsluis bij het Amsterdam-Rijnkanaal, ten oosten van Tiel (dijkpaal DT 199A+00m), in de deelgebieden 1 tot en met 6, met bijkomende werken, in de gemeenten Neder-Betuwe en Tiel, ten name van Waterschap Rivierenland ter onteigening aan te wijzen de onroerende zaken in de gemeente Neder-Betuwe aangeduid op de grondtekeningen die ingevolge artikel 63 van de onteigeningswet in de gemeenten Neder-Betuwe en Tiel en bij Rijkswaterstaat Corporate Dienst te Utrecht ter inzage hebben gelegen en die zijn vermeld op de bij dit besluit behorende lijst.

Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Afdeling advisering van de Raad van State.

Den Haag, 24 augustus 2024

Willem-Alexander

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, B. Madlener

LIJST VAN DE TE ONTEIGENEN ONROERENDE ZAKEN

ONTEIGENINGSPLAN: Neder-Betuwe (NeBe)

VERZOEKENDE INSTANTIE: Waterschap Rivierenland

 

Kadastraal bekend als gemeente Echteld

Grondplan

nr.

Te onteigenen

grootte (m2)

Kadastrale grootte (m2)

Sectie

en nr.

Ten name van

NeBe001

27

15.330

G 97

Gemeente Neder-Betuwe, Opheusden

         

NeBe003

867

1.730

G 184

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

         

NeBe004

8.248

28.680

G 185

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Liander N.V., Arnhem

         

NeBe006

646

9.260

G 218

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

         

NeBe010

1.972

10.855

G 274

¼ eigendom: Otteline Marie Barones van Verschuer, Zonnemaire

       

¼ eigendom: Cornelie Charlotte Barones van Verschuer, Beesd

       

¼ eigendom: Frans Jacob Albert van Verschuer, Beesd (overleden)

       

¼ eigendom: Bernard Frederik Baron van Verschuer, Rotterdam

         

NeBe018

2.032

56.740

H 287

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

         

NeBe019_1

Nebe019_2

1.944

511

66.600

H 288

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

         

NeBe021

5.632

78.010

H 480

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Liander N.V., Arnhem

         

NeBe031

1.996

7.460

H 723

Dorothée Margrietha Siebranda Becu, Echteld

         

NeBe124

3.250

3.600

G 278

Eigendom belast met erfpacht: Waterschap Rivierenland, Tiel

       

Erfpacht: Houdstermaatschappij Dekker B.V., IJzendoorn

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Liander N.V., Arnhem

NeBe125

51

60

G 275

Eigendom belast met erfpacht: Waterschap Rivierenland, Tiel

       

Erfpacht: Dekker Gebouwen en Terreinen B.V., IJzendoorn

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Liander N.V., Arnhem

 

Kadastraal bekend als gemeente Dodewaard

Grondplan

nr.

Te onteigenen

grootte (m2)

Kadastrale grootte (m2)

Sectie

en nr.

Ten name van

NeBe201

634

99.265

D 1570

Eigendom belast met opstal: Marianne Janine Tap, Elst GLD, gehuwd met Winfriedus Wilhelmus Petrus Maria Veens

       

½ opstal: Daniël Nicolaas Veens, Elst GLD

       

½ opstal: Herwin Herman Winfriedus Veens, Elst GLD

       

Opstalrecht Nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: Liander N.V., Arnhem

         

NeBe218

214

2.565

D 1012

Martin Timmer, Dodewaard

         

NeBe219

327

3.425

D 1011

Martin Timmer, Dodewaard

         

NeBe234

300

2.253

D 1640

½ eigendom: Bartjan Pieter Klijnsma, Dodewaard, gehuwd met Beitske Gerarda Dina Bouwman

       

½ eigendom: Beitske Gerarda Dina Bouwman, Dodewaard, gehuwd met Bartjan Pieter Klijnsma

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Liander N.V., Arnhem

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Liander N.V., Arnhem

         

NeBe250

175

340

B 2514

De Beijer Vastgoed B.V., Dodewaard, zetel: Kekerdom

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gasunie Transport Services B.V., Groningen

         

NeBe254

1.035

4.380

B 2517

De Beijer Vastgoed B.V., Dodewaard, zetel: Kekerdom

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gasunie Transport Services B.V., Groningen

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Saranne B.V., Arnhem

         

NeBe258

707

4.010

B 2519

De Beijer Vastgoed B.V., Dodewaard, zetel: Kekerdom

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Saranne B.V., Arnhem

         

NeBe260

geheel

240

B 2338

STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR BES, ’s-Gravenhage

         

NeBe263

665

680

B 1415

STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR BES, ’s-Gravenhage

         

NeBe265

54

2.560

B 1413

STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR BES, ’s-Gravenhage

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Saranne B.V., Arnhem

         

NeBe268

10.356

208.575

B 2569

STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR BES, ’s-Gravenhage

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Saranne B.V., Arnhem

         

NeBe602

62

425

B 2205

Ravestein Beheer B.V., Deest

         

NeBe618

193

9.700

B 2207

Ravestein Beheer B.V., Deest

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Saranne B.V., Arnhem

         

NeBe626

geheel

912

B 2607

River Harbour B.V., Amsterdam

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Liander N.V, Arnhem

         

NeBe639

3.157

38.669

B 2142

Maria Anna Staal, Ochten

         

NeBe652

192

3.350

B 2552

½ eigendom: Cornelis Veninga, Dodewaard, gehuwd met Anna Cathalijne van der Want

       

½ eigendom: Anna Cathalijne van der Want, Dodewaard, gehuwd met Cornelis Veninga

       

Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder b, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Liander N.V., Arnhem, statutaire zetel: Arnhem

         

NeBe662

geheel

428

B 2606

River Harbour B.V., Amsterdam

 

Kadastraal bekend als gemeente Ochten

Grondplan

nr.

Te onteigenen

grootte (m2)

Kadastrale grootte (m2)

Sectie

en nr.

Ten name van

NeBe401

4

2.750

C 751

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

         

NeBe407

314

8.210

C 749

Dekker Landschapsontwikkeling B.V., IJzendoorn

         

NeBe421_1

NeBe421_2

NeBe421_3

NeBe421_4

17

4

472

25

5.793

C 787

Dekker Landschapsontwikkeling B.V, IJzendoorn

         

NeBe600_1

NeBe600_2

64

805

30.390

C 769

Dekker Landschapsontwikkeling B.V, IJzendoorn

         

NeBe607

3.858

170.415

C 774

Dekker Landschapsontwikkeling B.V, IJzendoorn

         

NeBe608

1.922

20.000

(7.203)

C 777

(C 818)

Jan Willem van Rooijen, Dodewaard

(perceel is samengevoegd)

         

NeBe615

5

20.795

C 731

Maria Anna Staal, Ochten

       

Opstalrecht Nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: gemeente Neder-Betuwe, Opheusden

         

NeBe623

232

16.800

C 754

Dekker Landschapsontwikkeling B.V, IJzendoorn

         

NeBe624

4.713

55.115

C 771

½ eigendom: Teunis Willem Augustinus, Dodewaard

       

½ eigendom: Nicolaas Willem Cornelis Augustinus, Lienden

         

NeBe625

2.676

27.160

(7.203)

C 41

(C 818)

Jan Willem van Rooijen, Dodewaard

(perceel is samengevoegd)

         

NeBe627

1.516

6.420

C 729

Maria Huberdina Antonia Adriana Derksen, Oosterhout GLD

         

NeBe628

849

27.390

C 786

Maria Anna Staal, Ochten

         

NeBe649

geheel

19

C 820

Jan Willem van Rooijen, Dodewaard

         

NeBe657

2.605

20.700

(7.203)

C 800

(C 818)

Jan Willem van Rooijen, Dodewaard

(perceel is samengevoegd)

         

NeBe658

583

27.420

C 785

Territorium bv, Nijmegen, zetel: ’s-Gravenhage

         

NeBe664

2.881

19.840

C 776

Evert Barend van Baren, IJzendoorn

 

Kadastraal bekend als gemeente Hien

Grondplan

nr.

Te onteigenen

grootte (m2)

Kadastrale grootte (m2)

Sectie

en nr.

Ten name van

NeBe246

149

1.872

D 516

De Beijer Vastgoed B.V., Dodewaard, zetel: Kekerdom

Naar boven