Regeling Literatuur Caribe

Het bestuur van het Nederlands Letterenfonds,

gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht,

gelet op artikel 10, lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid,

gelet op het Algemeen reglement Nederlands Letterenfonds.

besluit:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

bestuur:

het bestuur van het Letterenfonds;

het Letterenfonds:

Stichting Nederlands Letterenfonds;

Caribisch deel van het Koninkrijk:

de landen Aruba, Curaçao, Sint Maarten en de drie openbare lichamen Bonaire, Saba en Sint Eustatius;

literaire maker:

natuurlijk persoon gevestigd in het Caribisch deel van het Koninkrijk die zich beroepsmatig bezighoudt of de ambitie heeft zich beroepsmatig bezig te houden met het creëren of vertalen van literatuur;

literatuur:

literaire creaties in het Nederlands, Engels, Fries, Papiaments of de Nederlandse Gebarentaal, of de vertaling daarvan;

literaire creatie:

een oorspronkelijk, literair werk;

organisatie:

in het Caribisch deel van het Koninkrijk gevestigde rechtspersoon zonder winstoogmerk met een inschrijving bij één van de Kamers van Koophandel van het Caribisch deel van het Koninkrijk, zijnde een gesubsidieerde of niet-gesubsidieerde culturele organisatie of andere rechtspersoon die actief is in de culturele sectoren;

project:

alle werkzaamheden voor een op zichzelf staande, concreet omschreven literaire activiteit of talentontwikkelingstraject, afgebakend in tijd en doel;

Engels:

de Engelse taal zoals door moedertaalsprekers wordt gehanteerd in het Caribisch deel van het Koninkrijk;

Papiaments:

Papiamento en Papiamentu.

Artikel 2. Doel

Met deze regeling wil het Letterenfonds het literaire aanbod in het Caribisch deel van het Koninkrijk vergroten, in het bijzonder het aanbod Papiamentstalige werken. Daarnaast wil het Letterenfonds de literaire infrastructuur ter plaatse versterken en talentontwikkelingstrajecten ondersteunen.

Artikel 3. Activiteiten waarvoor subsidie kan worden aangevraagd

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd voor een project in de volgende categorieën:

  • a. de creatie van literaire werken;

  • b. talentontwikkeling;

  • c. literaire activiteiten.

Artikel 4. Vereisten aanvrager

  • 1. Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door:

    • a. literaire makers;

    • b. organisaties.

Artikel 5. Weigeringsgronden

De subsidie wordt in ieder geval geweigerd als:

  • a. de aanvrager of aanvraag niet aan het bepaalde in deze regeling voldoet;

  • b. een voorafgaand project waarvoor aan dezelfde aanvrager op grond van deze regeling subsidie is verleend, nog niet is afgerond;

  • c. aan de aanvrager reeds subsidie is of zal worden verleend op grond van een andere regeling van het Letterenfonds voor de activiteiten waarvoor op grond van deze regeling subsidie wordt aangevraagd;

  • d. de activiteiten uitsluitend wetenschappelijk van aard zijn of het vervaardigen van lesmateriaal betreffen.

Artikel 6. Aanvraagperiode, verdelingssysteem en subsidieplafond

  • 1. De aanvraagperiode loopt vanaf de dag na publicatie van deze regeling in de Staatscourant tot en met 1 november 2024 of zoveel eerder als het subsidieplafond is bereikt. Het Letterenfonds maakt op haar website bekend wanneer het subsidieplafond is overschreden.

  • 2. Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld.

  • 3. Met inachtneming van artikel 11, vijfde lid, van het Algemeen reglement, geldt als datum van ontvangst de datum waarop het Letterenfonds de volledige aanvraag heeft ontvangen.

  • 4. Het subsidieplafond bedraagt voor 2024 € 300.000. Eventuele wijzigingen van dit plafond worden bekendgemaakt in de Staatscourant en op de website van het Letterenfonds.

  • 5. De subsidieplafonds voor de jaren 2025 en later, alsook de start- en einddata van de aanvraagperiodes in die jaren, worden jaarlijks in januari bekendgemaakt op de website van het Letterenfonds en in de Staatscourant.

Artikel 7. Vereisten aanvraag

  • 1. Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend met behulp van een voor deze regeling door het Letterenfonds opgesteld aanvraagformulier.

  • 2. Een aanvraag wordt alleen in behandeling genomen als het aanvraagformulier volledig is ingevuld, is ondertekend en vergezeld gaat van de volgende bijlagen:

    • a. een digitaal (video of audio) of schriftelijk projectplan volgens de vereisten in het aanvraagformulier;

    • b. een gespecifieerde schriftelijke begroting van het project met toelichting.

  • 3. Aanvragen worden ingediend in een van de volgende talen: Nederlands, Papiaments, Engels, Fries of de Nederlandse Gebarentaal.

  • 4. Aanvragen die op grond van de toets aan de beoordelingscriteria, genoemd in artikel 9, zijn afgewezen, kunnen niet meer voor hetzelfde project opnieuw worden ingediend.

Artikel 8. Hoogte van de subsidie en looptijd project

  • 1. De subsidie bedraagt per aanvraag voor een literaire maker maximaal € 25.000 en voor een organisatie maximaal € 50.000.

  • 2. Een project dient binnen een looptijd van maximaal 1 jaar na het verlenen van de subsidie te zijn afgerond.

Artikel 9. Beoordelingscriteria

  • 1. Alle aanvragen worden getoetst aan de volgende criteria:

    • a. projectplan;

    • b. toegevoegde waarde van project voor de eilanden;

    • c. profiel van de aanvrager;

    • d. kwaliteit redactie/curatie/begeleiding/samenwerking;

    • e. doelgroep en publieksbenadering (indien relevant);

    • f. begroting (op basis van format van het Letterenfonds).

  • 2. Voor toekenning van de aanvraag dient het oordeel over alle toegepaste criteria positief te zijn.

Artikel 10. Adviezen

  • 1. Aanvragen die in aanmerking komen voor een inhoudelijke beoordeling worden voor advies voorgelegd aan ten minste één externe adviseur.

  • 2. De externe adviseur beoordeelt de aanvragen op basis van de beoordelingscriteria, genoemd in artikel 9, en adviseert over het al dan niet toewijzen van de subsidie en de subsidiehoogte.

Artikel 11. Besluit

Het bestuur informeert de aanvrager binnen 22 weken na ontvangst van de volledige aanvraag schriftelijk over zijn besluit.

Artikel 12. Verplichtingen subsidieontvanger

  • 1. Het bestuur legt aan de subsidieontvanger de verplichting op dat:

    • a. de activiteiten worden verricht waarvoor de subsidie is verleend en de subsidie niet aan andere activiteiten wordt besteed;

    • b. het Letterenfonds te allen tijde juist en waarheidsgetrouw wordt geïnformeerd;

    • c. op alle publieksuitingen die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten de naam en het logo van het Letterenfonds worden vermeld;

    • d. het Letterenfonds tijdig wordt uitgenodigd deel te nemen aan eventuele publieksactiviteiten waarvoor subsidie is verstrekt;

    • e. de subsidieontvanger geen inbreuk maakt op auteursrechten van derden;

    • f. de subsidieontvanger meewerkt aan door of namens het Letterenfonds ingesteld onderzoek dat er op is gericht het Letterenfonds inlichtingen te verschaffen ten behoeve van de ontwikkeling van het beleid.

  • 2. De subsidieontvanger doet zo spoedig mogelijk een schriftelijke melding aan het bestuur van omstandigheden die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van de subsidie. Daarbij worden de relevante stukken overgelegd. Deze melding wordt in ieder geval gedaan, indien het aannemelijk is dat:

    • a. de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zijn verricht of zullen worden verricht, of

    • b. niet, niet tijdig of niet geheel aan de subsidieverplichtingen wordt voldaan of zal worden voldaan of

    • c. substantiële wijzigingen zijn opgetreden ten opzichte van de bij de aanvraag overgelegde gegevens die aan het Letterenfonds zijn verstrekt in het kader van subsidieverlening dan wel vaststelling of met betrekking tot de uitvoering van het projectplan wijzigingen zijn opgetreden ten opzichte van de aanvraag of bijzondere omstandigheden zich voordoen.

  • 3. De subsidieontvanger verleent het Letterenfonds toestemming om (delen van) het projectverslag of de overige projectdocumentatie (inclusief beeldmateriaal) openbaar te maken of te verveelvoudigen in het kader van de verantwoording van de werkzaamheden van het Letterenfonds zonder dat daarvoor een vergoeding aan de subsidieontvanger of een eventuele derde rechthebbende wordt verstrekt.

  • 4. Het Letterenfonds kan aan de subsidieontvanger de verplichting opleggen dat:

    • a. de administratie van de aanvrager een juist en volledig beeld geeft van de gesubsidieerde activiteiten en aansluit op de bij de aanvraag overgelegde begroting;

    • b. de bij de administratie behorende bewijsstukken, waaruit de aard en de omvang van de subsidiabele activiteiten duidelijk blijken, ten minste gedurende zeven jaar na de vaststelling van de subsidie worden bewaard;

    • c. de subsidieontvanger meewerkt aan dan wel er zorg voor draagt dat de accountant meewerkt aan onderzoeken naar de door hem verrichte (controle)werkzaamheden door een door het bestuur van het Letterenfonds aan te wijzen partij. De daaraan verbonden kosten worden geacht te zijn begrepen in de subsidie.

Artikel 13. Verlening, vaststelling en betaling subsidie tot en met € 25.000

  • 1. Subsidieverleningen tot en met € 25.000 worden bij de verlening direct vastgesteld.

  • 2. Het vastgestelde bedrag wordt binnen acht weken aan de aanvrager betaald.

Artikel 14. Verlening, bevoorschotting en vaststelling subsidie hoger dan € 25.000

  • 1. Subsidieverleningen hoger dan € 25.000 worden binnen acht weken aan de aanvrager in de vorm van een voorschot betaald.

  • 2. Subsidieontvangers van een subsidie hoger dan € 25.000 zijn verplicht binnen drie maanden na afloop van het project een inhoudelijke verantwoording, zo nodig voorzien van een verklaring inzake werkelijke kosten en opbrengsten, in te dienen.

  • 3. Bij subsidieverleningen hoger dan € 25.000 geldt dat als de activiteiten volgens de aanvraag zijn uitgevoerd en is voldaan aan alle aan de subsidie verbonden verplichtingen, de subsidieontvanger binnen 13 weken na het verrichten van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend een aanvraag indient van een beschikking tot subsidievaststelling. De beschikking tot subsidievaststelling wordt door het bestuur gegeven binnen 22 weken na de aanvraag daarvan.

Artikel 15 Intrekkings- en wijzigingsgronden subsidieverlening en -vaststelling

  • 1. Het bestuur kan de subsidieverlening of -vaststelling intrekken of wijzigen als de subsidieontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

  • 2. Als het bestuur constateert dat substantiële wijzigingen zijn opgetreden ten opzichte van de bij de aanvraag verstrekte gegevens, kan het bestuur de subsidieverlening of -vaststelling intrekken of wijzigen.

  • 3. Indien de aanvrager een natuurlijk persoon is, is het bestuur bevoegd de subsidieverlening of vaststelling te wijzigen dan wel in te trekken op grond van het overlijden van de aanvrager. De subsidieverlening of -vaststelling wordt niet verlaagd met reeds uitbetaalde gedeelten van subsidies of voorschotten, tenzij bij deelregeling anders is bepaald.

  • 4. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is verleend dan wel vastgesteld tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

  • 5. Het bedrag waarmee de subsidie eventueel wordt verlaagd wordt verrekend met eventueel reeds betaalde gedeelten van de subsidie of teruggevorderd. Indien de subsidieontvanger niet heeft voldaan aan de meldplicht zoals genoemd in artikel 12, tweede lid, kan het bestuur de subsidie op nihil stellen en het subsidiebedrag inclusief de verschuldigde wettelijke rente terugvorderen.

Artikel 16. Hardheidsclausule

Het bestuur kan, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen, een artikel buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover strikte toepassing leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 17. Slotbepaling

In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het bestuur.

Artikel 18. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt op 31 december 2028. In afwijking van de eerste volzin blijft deze regeling zoals zij luidde op de dag voorafgaand aan de datum met ingang waarvan deze regeling vervalt, van toepassing op de afwikkeling van op grond van deze regeling ingediende aanvragen en verleende subsidies.

Artikel 19. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling Literatuur Caribe.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Het Nederlands Letterenfonds, R.N. de Bildt, Directeur-bestuurder

TOELICHTING

De Regeling Literatuur Caribe is een impulsregeling speciaal voor literaire makers en organisaties in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Het doel van de regeling is om de originele verhalen, gedichten en literaire performances van en op de (ei)landen wijdverbreid gelezen en gehoord te laten worden. In het bijzonder wil het fonds het aanbod van literatuur in het Papiaments (Papiamentu en Papiamento) vergroten. Daarbij zet het fonds in op initiatieven die de literaire infrastructuur in het Caribisch deel van het Koninkrijk versterken. Of anders gezegd: die bijdragen aan een literair (lees)klimaat waar structurele mogelijkheden zijn voor schrijvers en vertalers om zich verder te professionaliseren, om hun literaire werk uit te brengen – in boekvorm, op het podium of in digitale vorm – en hun werk bij hun (lees)publiek te krijgen. Het boekenvak in het Caribisch deel van het Koninkrijk is onvergelijkbaar met dat in Europees Nederland. Zo zijn er op dit moment bijna geen uitgeverijen die op eigen kosten schrijvers begeleiden en uitgeven, en ook het aantal boekhandels is dun gezaaid. Schrijvers zien zich vaak genoodzaakt om het productieproces zelf ter hand te nemen, tot aan de distributie en promotie van eigen werk toe. Het Letterenfonds wil met deze regeling makers en organisaties in staat stellen om hun eigen werk te produceren en een publiek te bereiken.

Wie komt in aanmerking?

Je komt in aanmerking als:

  • je actief bent als schrijver, (performance)dichter, illustrator, spoken word artiest, slam artiest, literair vertaler of toneelschrijver;

  • je als organisatie literaire activiteiten organiseert, zoals een festival of leesbevorderende evenementen;

  • je als organisatie literair werk uitbrengt, in boekvorm, of in een project, zoals een toneelstuk of podcast;

  • je als organisatie talenten helpt zich te ontwikkelen, door begeleiding te bieden bij schrijven, vertalen, (eind)redactie of podiumpresentaties.

Waarvoor kan een aanvraag worden ingediend?

De subsidie is bedoeld voor uiteenlopende initiatieven op het gebied van literatuur in alle genres: literaire romans, verhalen, dichtbundels, spoken word, toneelteksten, literaire non-fictie, kinder- en jeugdliteratuur. Op papier, podium of in digitale vorm.

Het fonds onderscheidt hierbij drie categorieën:

  • 1. De creatie van nieuw literair werk

    Het kan hierbij gaan om een werkbeurs/honorarium voor het schrijven van een nieuwe literaire tekst of om de vertaalkosten van een bestaande literaire tekst in of uit het Papiaments, ook bij meertalige uitgaven. Ook kan worden aangevraagd voor de productiekosten van boekpublicaties, inclusief redactie/begeleiding, productie, publieksbereik/presentatie, distributie, of de productiekosten van interdisciplinaire of multimediale literaire projecten. Zo kan worden aangevraagd voor de kosten van redactie/begeleiding, productie, publieksbereik/presentatie en distributie.

  • 2. Talentontwikkeling

    Hierbij gaat het om de professionele ontwikkeling van literaire makers. Bijvoorbeeld voor de opzet van of deelname aan workshops of cursussen op het gebied van creative writing en literaire vertaalworkshops. Individuele begeleiding, mentoraat, coaching, scholing en train-de-trainertrajecten vallen hier ook onder. Verder kan subsidie worden aangevraagd voor een onderzoeksplan waarin je als literaire maker de mogelijkheden en haalbaarheid onderzoekt van je literaire ambitie. Bijvoorbeeld: het uitwerken van een idee voor een boek op zowel inhoudelijk en artistiek niveau als zakelijk: wie gaat het uitgeven, wie doet de redactie, wat zijn de publicatiekosten. Tot slot kunnen de kosten voor een residentie of reiskosten een bescheiden onderdeel zijn van een subsidieaanvraag.

  • 3. Literaire activiteiten

    De subsidie is voor organisaties die publieksactiviteiten verrichten op het terrein van de literatuur. Bijvoorbeeld het houden van festivals, schrijfwedstrijden, online en offline literaire programma’s, literatuur in de wijk en open-mic-evenementen. Hieronder kunnen ook leesbevorderingsactiviteiten vallen die zowel binnen als buiten het schoollokaal plaatsvinden, voor jong én oud, zoals in bibliotheken.

    Een aanvraag kan over verschillende categorieën tegelijk gaan. De aanvrager hoeft zich niet (maar kan zich wel) tot één categorie (te) beperken.

Waarop wordt een aanvraag beoordeeld?

Aanvragen worden getoetst aan de volgende criteria:

  • a. Projectplan

    Punten die bij de beoordeling aan bod komen zijn: de doelstellingen, activiteiten, tijdlijn en verwachte resultaten van het project. Als een talentontwikkelingstraject onderdeel van de aanvraag is, gaat het om de opzet en doelstelling ervan. Belangrijk is ook wie de aanvrager gedurende het traject begeleidt, inclusief een uitleg waarom precies voor deze persoon/personen is gekozen. Heeft die bijvoorbeeld veel ervaring? Bij een aanvraag voor een onderzoeksplan kijkt de beoordelaar of adviseur naar de doelen, de opzet, begroting en de meerwaarde van het plan voor de literaire maker.

  • b. Toegevoegde waarde van project voor de eilanden

    Beoordeeld wordt hoe en in hoeverre het project bijdraagt aan de literaire infrastructuur in het Caribisch gebied. Dit kan bijvoorbeeld door het bevorderen en promoten van lokale literatuur en het vergroten van de bekendheid hiervan. Daarnaast kunnen projecten bijdragen door het literaire aanbod uit te breiden voor specifieke doelgroepen zoals kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen, of door literatuur in de op de eilanden gesproken talen te stimuleren. Verder kan het bieden van platforms voor schrijvers, dichters, performers en andere literaire talenten om hun werk te presenteren, ontwikkelen, produceren en distribueren relevant zijn bij het versterken van de literaire infrastructuur.

  • c. Profiel van de aanvrager

    De relevante ervaring en deskundigheid van de aanvrager wordt hierbij beoordeeld. Er wordt gekeken naar wat de aanvrager al gedaan en bereikt heeft. Dit omvat relevante ervaringen, opleidingen, eerdere publicaties, performances en literaire projecten. Ook wordt gekeken met wie de aanvrager heeft samengewerkt.

    • Individuele aanvragers: schrijvers, vertalers en andere makers kunnen volstaan met het bijvoegen van hun cv of portfolio van hun gemaakte werk.

    • Organisaties: kunnen hun eerdere ervaring met het organiseren van literaire projecten of activiteiten toelichten. Dit kan door specifieke voorbeelden en resultaten van voorgaande projecten te beschrijven.

  • d. Kwaliteit redactie/curatie/begeleiding/samenwerking

    De kwalificaties en ervaring van de redactie, begeleiders of samenwerkingspartners worden hierbij beoordeeld. Er wordt gelet op de kwaliteit van de deskundigheid van het team of de individuen met wie de aanvrager zijn of haar plan ten uitvoer wil brengen.

    • Individuele begeleiders: voor redacteuren, docenten of begeleiders kan dit door een cv of portfolio toe te voegen. Hierbij wordt de ervaring en het trackrecord van de betrokken personen beoordeeld. – Opleidingen en workshops: bij deelname aan een opleiding, training, cursus of workshop moet worden toegelicht wie de aanbieder is en wat de ervaring van deze organisatie hierin is.

    • Samenwerkingspartners: ook bij samenwerkingspartners wordt gekeken naar hun professionaliteit en ervaring. Er wordt beoordeeld wat deze partners tot nu toe hebben gedaan of geproduceerd en in hoeverre dit aansluit bij het project van de aanvrager.

  • e. Doelgroep en publieksbenadering moet omschreven worden (indien relevant) Wanneer de aanvraag tot doel heeft een publiek te bereiken, zoals bij boekpublicaties of publieksactiviteiten, moet de publieksbenadering en strategie duidelijk omschreven worden. Er wordt beoordeeld voor welke doelgroep(en) het project bedoeld is, inclusief de leeftijdsgroepen en de reden waarom deze specifieke doelgroep gekozen is.

    Er wordt gekeken naar de mate waarin het project aansluit bij de behoeften en interesses van de beoogde doelgroep en hoe de aanvrager van plan is deze doelgroep te bereiken en betrekken. Hierbij wordt ook beoordeeld met welke partners wordt samengewerkt voor het publieksbereik en hoe deze samenwerkingen bijdragen aan het succes van het project.

  • f. Begroting (op basis van format van Nederlands Letterenfonds)

    Aanvragers dienen een sluitende begroting in te dienen op basis van een vastgesteld format. De begroting wordt beoordeeld op volledigheid en realiteitszin. Dit betekent dat alle kostenposten duidelijk moeten zijn vermeld en realistisch ingeschat. De begroting is altijd in euro’s. Begrotingen in andere munteenheden, zoals de dollar of Antilliaanse gulden, worden niet geaccepteerd. Het fonds kan namelijk alleen subsidie in euro’s verstrekken.

    Er wordt gekeken of de begroting sluitend is, wat betekent dat er voldoende geld moet zijn om het plan uit te voeren. Hierbij wordt ook rekening gehouden met cofinanciering: is deze aanwezig en zo ja, is deze al toegezegd?

    Bij organisaties wordt beoordeeld of zij een beloning aan makers en betrokkenen bieden volgens de gangbare praktijk en tarieven op de eilanden. Voor individuele makers wordt specifiek gekeken of de aanvrager zichzelf en eventuele begeleiders een honorarium biedt.

    Indien er wordt aangevraagd voor een boekpublicatie, worden de afspraken tussen maker en uitgever/producent beoordeeld, waarin minimaal de bepalingen over het royalty-percentage of honorarium en de licentie zijn overeengekomen.

Wanneer kan er niet aangevraagd worden?

Er kan niet twee keer een aanvraag worden gedaan voor hetzelfde project. Ook kan geen aanvraag worden ingediend als het vorige project dat binnen deze regeling is ondersteund nog niet is afgerond. Er kan geen aanvraag worden ingediend wanneer de aanvrager niet gevestigd is op of ingezetene is van Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Samenwerking met (commerciële) partners, zoals uitgeverijen of partners binnen en buiten het Caribisch deel van het Koninkrijk kan wel. Zij kunnen alleen geen aanvrager zijn.

Hoe werkt het aanvragen?

Jaarlijks is er een periode waarbinnen aanvragen ingediend kunnen worden. De start- en einddatum van die periode worden bekendgemaakt op de website van het Nederlands Letterenfonds. Ook het subsidieplafond zal per kalenderjaar worden gepubliceerd op de website.

Aanvragen kunnen doorlopend worden ingediend totdat het budget van de regeling op is. Er kan ook aangevraagd worden in de moedertaal van de aanvrager. Dat wil zeggen dat aanvragers, naast het Nederlands, Fries en de Nederlandse gebarentaal kunnen aanvragen in en voor projecten in het Papiaments (Papiamento/Papiamentu) en Engels. Engels is uitsluitend toegestaan voor makers die zijn gevestigd in het Caribisch deel van het Koninkrijk van wie het Engels de moedertaal is. Binnen deze regeling wordt digitaal (online) aangevraagd. Voor alle aanvragen, behalve boekpublicaties, is het mogelijk om het projectplan via video-/ of audio-opname in te dienen. De maximale lengte van de opname wordt vermeld in het online aanvraagformulier. Ook begrotingen, die altijd in euro’s zijn opgesteld, moeten altijd op papier worden ingediend.

Aan de hand van het online aanvraagformulier met enkele specifieke vragen wordt de aanvraag ingediend. Vervolgens wordt beoordeeld of de aanvraag compleet is en of het project past binnen de regeling. Indien dit het geval is, gaat de aanvraag naar ten minste één externe adviseur van het Letterenfonds, die de aanvraag inhoudelijk beoordeelt. Het streven is om vanaf het indienen van de aanvraag, mits compleet, binnen 22 weken te besluiten. Voorafgaand aan het online indienen van de aanvraag kunnen aanvragers bij medewerkers van het Letterenfonds terecht om hun vragen te stellen over hun project, de procedure en het verloop van de subsidieaanvraag.

Wanneer kan opnieuw worden aangevraagd?

Een (inhoudelijk) nieuwe aanvraag kan pas worden ingediend als het eerder gehonoreerde project voltooid is.

Als een aanvraag niet aan de formele eisen voldoet, dan krijgt aanvrager de gelegenheid om dit te herstellen. Voldoet de aanvraag dan nog steeds niet, dan wordt deze niet in behandeling genomen.

Evaluatie

Omdat het een nieuwe regeling betreft, zal het Letterenfonds de regeling na een looptijd van hooguit twee jaar evalueren en eventuele aanpassingen doorvoeren.

Naar boven