Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatscourant 2024, 2692 | overige overheidsinformatie |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatscourant 2024, 2692 | overige overheidsinformatie |
Van woensdag 31 januari 2024 tot en met dinsdag 12 maart 2024 kan iedereen een zienswijze indienen over het Ontwerp Programma Integraal Riviermanagement en het milieueffectrapport. In deze kennisgeving leest u hoe u dat kunt doen.
We krijgen in Nederland in toenemende mate te maken met zeer warme, natte én droge periodes, die in het rivierengebied zorgen voor extreem hoogwater en ook voor periodes met langduriger, extreem laagwater.
Deze hoogwaterpieken en watertekorten bedreigen de waterveiligheid, zoetwatervoorziening, natuur en ecologische waterkwaliteit, scheepvaart en economische ontwikkeling. Daarom moeten we aan de slag om het rivierengebied toekomstbestendig te maken én te houden voor volgende generaties.
Dit begint met de aanpak van de steeds verdergaande rivierbodemdaling, door onder meer te stoppen met ontgrondingen in de hoofdgeul van de rivier. Ook moeten we ervoor zorgen dat we de waterafvoer bij hoogwater en laagwater goed kunnen blijven regelen. Hiervoor staat nieuw rivierenbeleid in het Ontwerp Programma Integraal Riviermanagement (IRM), waarop u nu kunt reageren.
IRM richt zich op de riviersystemen Maas en Rijn en hun onderlinge samenhang. Het Nederlandse deel van de volgende wateren vormt het plangebied van IRM:
• De Maas vanaf de grens tot Geertruidenberg, inclusief de afgedamde Maas.
• De Boven-Rijn, Waal en Boven-Merwede vanaf de Nederlandse grens tot aan de splitsing van de Beneden-Merwede en de Nieuwe Merwede bij Boven Hardinxveld-Werkendam.
• Het Bijlandsch en Pannerdensch Kanaal, de Nederrijn en Lek tot Schoonhoven.
• De IJssel en het Reevediep tot het Ketelmeer en Vossemeer.
• De Overijsselse Vecht vanaf Varsen tot het Zwarte Water.
• Het Zwarte Water vanaf de Keersluis Zwolle tot het Zwarte Meer.
De komende decennia gaan Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten in het Maas- en Rijngebied het nieuwe rivierenbeleid samen verder uitwerken en uitvoeren, in samenspraak met maatschappelijke organisaties.
Vanaf 2024 werken we aan maatregelen voor de Rijn en de Maas en gaan we na welke (inter)nationale afspraken nodig zijn. Ondertussen blijven we leren van lopende projecten in het rivierengebied.
IRM levert input voor de herijking van de deltabeslissingen in 2026 en werkt daarbij samen met andere deltaprogramma’s zoals die voor het IJsselmeergebied, de Zuidwestelijke Delta, Rijnmond-Drechtsteden en Zoetwater. IRM loopt in de pas met het Deltaprogramma en herijkt haar programma ook elke zes jaar.
In het Ontwerp Programma IRM staat nieuw rivierenbeleid voor de rivierbodemligging en sedimenthuishouding en voor afvoer- en bergingscapaciteit. Dit beleid is erop gericht om zoveel mogelijk recht te doen aan alle ‘rivierfuncties’: waterveiligheid, de beschikbaarheid van zoetwater en drinkwater, natuur en ecologische waterkwaliteit, bevaarbaarheid en regionale economische ontwikkeling en ruimtelijke kwaliteit.
We werken aan een stabiele rivierbodem die zichzelf zoveel mogelijk in stand houdt en zo min mogelijk onderhoud vraagt. De ligging van de rivierbodem moet ervoor zorgen dat de rivier bevaarbaar is, dat die bijdraagt aan de natuurlijke rivierdynamiek en dat die ervoor zorgt dat we het water ook in droge tijden goed kunnen verdelen over Nederland.
We moeten er verder voor zorgen dat de rivieren de extreme hoogwaterpieken die we in de loop van deze eeuw verwachten, kunnen afvoeren en opvangen. We zoeken naar oplossingen die ook bijdragen aan de aanpak van de rivierbodemdaling. En die zoveel mogelijk bijdragen aan de rivierfuncties.
Voor de rivierbodem geldt dat we:
• stoppen met ontgrondingen uit het zomerbed van de rivier en verdergaande rivierbodemerosie voorkomen;
• ervoor zorgen dat het sediment zich weer goed kan verplaatsen in de rivieren en op de goede plekken achterblijft;
• door een andere inrichting van de rivieren zo min mogelijk hoeven te baggeren om de hoofdgeul bevaarbaar te houden.
Voor de Gemeenschappelijke Maas geldt dat we sediment toevoegen om verdere bodemdaling te stoppen. Voor de Rijntakken kijken we waar het verhogen van de rivierbodem op termijn nodig en haalbaar is.
Voor de waterafvoer en -berging geldt dat we:
• onderzoeken hoe de waterverdeling bij hoog- en laagwater precies moet zijn;
• onderzoeken welke impact riviermaatregelen hebben op (meerdere) rivierfuncties;
• inzetten op ‘gestapelde’ riviermaatregelen die de bodemerosie stoppen en die ook goed zijn voor de rivierfuncties.
De riviermaatregelen die nodig zijn, vragen om ruimte. En op sommige plekken ook om méér ruimte dan nu in de uiterwaarden al is gereserveerd. Een eerste inschatting daarvan staat in het Ontwerp Programma IRM. Deze ‘ruimtekaart’ helpt bij het maken van ruimtelijke keuzes, nu we een nieuwe balans moeten vinden in het gezamenlijk gebruik van het rivierengebied.
We onderzoeken de komende tijd preciezer of, waar en hoeveel ruimte er mogelijk ook aan de landkant van de rivieren binnendijks nodig is en nemen daarin de nieuwste klimaatscenario’s mee. Deze informatie is belangrijk voor de landelijke Nota Ruimte en ook voor de ruimtelijke puzzels van de provincies.
We willen zoveel mogelijk recht doen aan alle rivierfuncties en zorgen ervoor dat riviermaatregelen goed op elkaar aansluiten en meerdere functies dienen. Toch zullen we samen scherpe keuzes moeten maken, want door de beperkte ruimte in het rivierengebied weten we nu al dat niet alles overal mogelijk is.
Het programma is een kerninstrument uit de Omgevingswet waarin maatregelen worden beschreven voor de fysieke leefomgeving om de doelstellingen voor een bepaald gebied te bereiken. Tegen de vaststelling van een programma kan geen beroep worden ingesteld.
Deze informatie en de bijbehorende documenten staan vanaf woensdag 31 januari 2024 op Platform Participatie. Het gaat dan om het Ontwerp Programma, de bijlagen en de onderzoeksrapporten, zoals het milieueffectrapport.
Op papier kunt u de stukken van woensdag 31 januari 2024 tot en met dinsdag 12 maart 2024 bekijken bij:
Instantie |
Adres |
Telefoonnummer |
---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat |
Rijnstraat 8, 2515 XP Den Haag |
070 – 456 96 07 |
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
Turfmarkt 147, 2511 DP Den Haag |
070 – 426 64 26 |
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit |
Bezuidenhoutseweg 73, 2594 AC Den Haag |
070 – 379 89 11 |
Provincie Gelderland |
Markt 11, 6811 CG Arnhem |
026 – 359 99 99 |
Provincie Limburg |
Limburglaan 10, 6229 GA Randwyck-Maastricht |
043 – 389 99 99 |
Provincie Utrecht |
Archimedeslaan 6, 3584 BA Utrecht |
030 - 258 91 11 |
Provincie Noord-Brabant |
Brabantlaan 1, 5216 TV 's-Hertogenbosch |
073 – 681 28 12 |
Provincie Overijssel |
Luttenbergstraat 2, 8012 EE Zwolle |
038 – 499 88 99 |
Provincie Zuid-Holland |
Zuid-Hollandplein 1, 2596 AW Den Haag |
070 – 441 66 11 |
Let op: Neem vooraf telefonisch contact op met de desbetreffende locatie in verband met de openingstijden en het maken van een afspraak.
Een zienswijze indienen kan op drie manieren, van woensdag 31 januari 2024 tot en met dinsdag 12 maart 2024:
Bij voorkeur ontvangen wij uw zienswijze via ons formulier.
Uw zienswijze wordt betrokken bij het opstellen van het definitieve Programma IRM. In een reactienota wordt weergegeven wat er met alle ingediende zienswijzen wordt gedaan. Indieners worden over de reactienota geïnformeerd. Na de zienswijzeprocedure volgt het definitieve Programma IRM. Ook zal de commissie m.e.r. om advies gevraagd worden. Op dit advies wordt ook in de reactienota gereageerd.
Contact met de overheid gaat steeds vaker digitaal. Soms vinden mensen dit lastig. Kunt u wel wat hulp gebruiken of kent u iemand die hulp nodig heeft? Kom langs in de bibliotheek, bij het Informatiepunt Digitale Overheid.
De Informatiepunten Digitale Overheid zijn er voor mensen die moeite hebben met digitale dienstverlening en vragen hebben over het zaken doen met de overheid. De Informatiepunten zijn ondergebracht in de bibliotheken. U kunt hier zonder afspraak binnenlopen voor ondersteuning bij vragen over websites van de overheid, bijvoorbeeld voor het digitaal raadplegen van documenten behorend bij dit project of het digitaal indienen van een zienswijze.
Meer informatie over het project en de participatiemogelijkheden kunt u vinden op Platform Participatie.
Vragen over het project? Stuur een e-mail: Directoraat generaal water en bodem van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Vragen over de procedure? Bel naar 070 – 456 96 07, directie Participatie van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Op de hoogte blijven van dit project? Meld u dan aan voor de nieuwsbrief.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2024-2692.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.