Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp van 25 juli 2024, nr. BZ2403608 tot wijziging van diverse subsidiebeleidskaders in verband met de vaststelling van de nieuwe algemene de-minimisverordening (Besluit aanpassing diverse subsidiebeleidskaders)

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,

Gelet op artikel 6 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken en de artikelen 5.1 en 7.2 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006;

BESLUIT:

ARTIKEL I

In het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 8 januari 2019, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Subsidieprogramma DHI 2019-2023) komt in paragraaf 3 in de bijlage de begripsbepaling ‘De-minimisverordening’ te luiden:

De-minimisverordening:

de Verordening (EU) 2023/2831 van de Europese Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU L 2023/2831);.

ARTIKEL II

In het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 23 maart 2022 Min-BuZa.2022.11591-18, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Subsidieprogramma Support International Business 2022-2026) komt in paragraaf 3 in de bijlage de begripsbepaling ‘De-minimisverordening’ te luiden:

De-minimisverordening:

de Verordening (EU) 2023/2831 van de Europese Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU L 2023/2831) dan wel Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector (PbEU 2013, L 352/9) dan wel Verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector (PbEU 2014, L 190/45);.

ARTIKEL III

De bijlage van het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 19 september 2022, Min-BuZa.2022.12321-35, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Subsidieprogramma Sectorale Samenwerking IMVO 2022-2025) wordt als volgt gewijzigd:

A

In paragraaf I.3 komt de begripsbepaling ‘De-minimisverordening’ te luiden:

De-minimisverordening:

de Verordening (EU) 2023/2831 van de Europese Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU L 2023/2831);.

B

In paragraaf II.1.7 wordt ‘€ 200.000,– per onderneming per 3 belastingjaren’ vervangen door ‘€ 300.000,– per onderneming per 36 maanden’.

ARTIKEL IV

De bijlage van het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 10 juni 2014, nr. MINBUZA-2014.304011, tot vaststelling van beleidsregels voor het verstrekken van subsidie in het kader van onderdeel 1 van het Dutch Good Growth Fund wordt als volgt gewijzigd:

A

In hoofdstuk 1 komt de begripsbepaling ‘De-minimisverordening’ te luiden:

De-minimisverordening:

de Verordening (EU) 2023/2831 van de Europese Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU L 2023/2831);.

B

Paragraaf 3.5 komt te luiden:

3.5 Leningen of garanties onder de-minimis voorwaarden

Indien een garantie of lening aan een onderneming of een lening aan een financier niet onder marktconforme voorwaarden of onder de voorwaarden van de Algemene groepsvrijstellingsverordening kan worden verstrekt, kunnen de voorwaarden van de De-minimis verordening toegepast worden. Dit kan door de lening- en garantievoorwaarden of de rente/premiekorting als uitgangspunt te nemen.

Lening- en garantievoorwaarden

Voor een lening geldt dan dat voor de lening zekerheden zijn gesteld van ten minste 50% van de lening en het een lening betreft van ofwel maximaal € 1.500.000 met een looptijd van maximaal vijf jaar ofwel maximaal € 750.000 (artikel 4, derde lid, onderdeel b, van de De-minimisverordening).

Voor een garantie geldt dan dat de garantie niet meer dan 80% van de onderliggende lening bedraagt en ofwel het garantiebedrag maximaal € 2.250.000 bedraagt en de garantie een looptijd van maximaal vijf jaar heeft, ofwel het garantiebedrag maximaal € 1.125.000 en de garantie een looptijd van maximaal tien jaar heeft (artikel 4, zesde lid, onderdeel b, van de De-minimisverordening).

Rente/premiekorting

Op basis van het verschil tussen de marktconforme rente/premie en de gewenste rente/premie wordt de de-minimissteun bepaald (artikel 4, derde lid, onder c en artikel 4, zesde lid, onder c van de De-minimisverordening). Dit wordt berekend aan de hand van de Mededeling van de Commissie over de herziening van de methode waarmee de referentie- en verdisconteringspercentages worden vastgesteld (PB C 14 van 19 januari 2008, p. 6) dan wel de Mededeling van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun in de vorm van garanties (PB C 155 van 20 juni 2008, p. 10).

Er zal geen financiering worden verstrekt op basis van de De-minimisverordeningen voor landbouw en visserij.

ARTIKEL V

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, namens deze, de Secretaris-Generaal, P. Huijts

TOELICHTING

Dit besluit strekt tot wijziging van diverse subsidiebeleidskaders in verband met de vaststelling van de nieuwe algemene de-minimisverordening1. Met de inwerkingtreding van de nieuwe algemene de-minimisverordening is de vorige algemene de-minimisverordening2 komen te vervallen.

De nieuwe algemene de-minimisverordening is op 13 december 2023 door de Europese Commissie vastgesteld en op 1 januari 2024 in werking getreden. De belangrijkste wijziging die de nieuwe algemene de-minimisverordening meebrengt is dat de algemene de-minimisdrempel van maximaal 200.000 euro over de afgelopen drie belastingjaren wordt verhoogd naar maximaal 300.000 over een periode van 36 maanden (zie artikel 3 van de verordening).

Als gevolg van de vaststelling van de nieuwe algemene de-minimisverordening wordt in dit besluit de verwijzing in diverse subsidiebeleidskaders naar de algemene de-minimisverordening geactualiseerd.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, namens deze, de Secretaris-Generaal, P. Huijts


X Noot
1

Verordening (EU) 2023/2831 van de Europese Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU L 2023/2831).

X Noot
2

Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Europese Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU 2013, L 352).

Naar boven