Convenant ter bevordering van de afgifte van het Internationaal Certificaat voor Pleziervaartuigen

Partijen

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, vertegenwoordigd door Directeur Maritieme Zaken (hierna te noemen: IenW), het Koninklijk Nederlands Watersport Verbond en de Koninklijke Nederlandsche Motorboot Club (hierna gezamenlijk te noemen: de bonden).

Aanleiding

Bij resolutie 13 van 14 november 1986 van de Europese Commissie voor Europa (ECE) van de Verenigde Naties is het zogenaamde International Certificate for Pleasurecraft (ICP) in het leven geroepen, een officieus eigendomsbewijs voor pleziervaartuigen in het internationale verkeer. Het ICP kan worden uitgegeven door een nationale overheid of een door die overheid goedgekeurde organisatie. Resolutie 13, die het karakter van een aanbeveling heeft, stelt verder geen eisen aan die organisaties maar regelt slechts dat deze door de overheid worden aangemeld bij de ECE. Vanwege het officieuze karakter is het ICP niet uitgewerkt in de Nederlandse wetgeving. Evenwel wordt het ICP ondanks dat officieuze karakter in diverse landen, zoals Frankrijk, wel door de haven- en Douaneautoriteiten geëist wanneer men met een pleziervaartuig, bijvoorbeeld vanwege vakantie, daarheen wil. Met de Franse autoriteiten is bovendien overeengekomen (brief d.d. 27 december 2005) dat het ICP vanaf 2006 de zogenoemde vlaggebrief, een net zo officieus eigendomsbewijs als het ICP, vervangt. Ondanks de ongeregelde status kan de afgifte van een ICP dus van belang zijn voor de Nederlandse watersporter.

Er wordt met dit convenant geen bevoegdheid aan de bonden overgedragen omdat die er formeel ook niet is. Het ICP is immers niet meer dan een verklaring dat bepaalde bewijsstukken met betrekking tot de eigendom van een pleziervaartuig zijn overgelegd.

Met betrekking tot de afgifte van het ICP worden in dit convenant enkele werkafspraken met de watersportbonden gemaakt ter bescherming van de belangen van de watersporters. De afgifte van het ICP door de bonden en het in dat kader af te sluiten convenant bestaat sinds 2012.

De minister en de bonden komen als volgt overeen:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit convenant wordt verstaan onder:

bond:

een van de in artikel 4 genoemde organisaties;

ICP:

internationaal eigendomsbewijs voor pleziervaartuigen als bedoeld in de herziene resolutie 13 van de Working Party on Inland Water Transport van de Europese Commissie voor Europa (ECE) van de Verenigde Naties van 14 november 1986;

pleziervaartuig:

schip dat is bestemd of wordt gebruikt voor sportbeoefening of vrijetijdsbestedingen niet voor bedrijfsmatig vervoer als bedoeld in de Binnenvaartwet;

UNCLOS-verdrag:

het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de Zee.

Artikel 2 Aanmelding

Overeenkomstig onderdeel 2, onder b, van de herziene resolutie 13 van de Working Party on Inland Water Transport van de Europese Commissie voor Europa (ECE) van de Verenigde Naties van 14 november 1986 meldt IenW de bonden aan bij het secretariaat van de Europese Commissie voor Europa van de Verenigde Naties als qualified bodies die het ICP verstrekken aan leden en niet leden onder de in dit document overeengekomen voorwaarden.

Artikel 3 Afgifte ICP

• 1. Een ICP wordt afgegeven voor een pleziervaartuig met een lengte van minder dan 20 meter of waarvoor het product van lengte, breedte en diepgang minder dan 100 m³ bedraagt, en waarvan:

  • a. de eigendom berust bij een of meer:

    • 1°. natuurlijke personen die de Nederlandse nationaliteit bezitten;

    • 2°. natuurlijke personen die de nationaliteit bezitten van een lidstaat van de Europese Unie, van een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, van Zwitserland of die worden gelijkgesteld met EU-onderdanen ingevolge het van het Gemeenschapsrecht afgeleide recht, én die in Nederland woonachtig zijn;

    • 3°. natuurlijke personen, anders dan bedoeld onder 1° en 2° die aanspraak kunnen maken op het Europese recht van vrije vestiging ingevolge een overeenkomst tussen de Europese Unie en een derde staat, én die in Nederland woonachtig zijn, of

    • 4°. in Nederland gevestigde verenigingen die als lid zijn aangesloten bij een van de bonden.

• 2. De volgende landen erkennen, op het moment van ondertekenen van dit convenant, een door Nederland uitgegeven ICP:

  België;

  Duitsland;

  Frankrijk;

  Hongarije;

  Kroatië;

  Litouwen;

  Luxemburg;

  Moldavië;

  Nederland;

  Oostenrijk;

  Roemenië;

  Servië;

  Slowakije;

  Tsjechië en

  Verenigd Koninkrijk.

• 3. Daar waar het eigendom van een pleziervaartuig berust bij meer dan één natuurlijke persoon voldoet de aanvrager aan de in dit artikel voorgeschreven voorwaarden. De aanvrager vermeldt bij de aanvraag alle mede-eigenaren van het pleziervaartuig.

• 4. Daar waar een natuurlijke persoon eigenaar is van meer dan één pleziervaartuig wordt voor maximaal vijf pleziervaartuigen een ICP afgegeven.

Artikel 4 Bonden

Het ICP wordt afgegeven door:

• a. Koninklijke Nederlandsche Motorboot Club te Leerdam;

• b. Koninklijke Nederlands Watersport Verbond te Utrecht.

Artikel 5 Voorwaarden afgifte

• 1. Het ICP wordt afgegeven onder de volgende voorwaarden:

  • a. het ICP wordt afgegeven volgens het model, opgenomen in de bij dit convenant behorende bijlage;

  • b. het ICP is eigendom van de bond die het heeft afgegeven;

  • c. het ICP is geldig voor een periode van twee jaar, gerekend vanaf de dag van afgifte;

  • d. het ICP vervalt van rechtswege op het tijdstip waarop de gegevens in het ICP betreffende het pleziervaartuig of de eigendom niet meer in overeenstemming zijn met de werkelijkheid.

• 2. Ter verkrijging van het ICP dienen te worden overgelegd:

  • a. een door de aanvrager ingevuld en ondertekend (elektronisch) aanvraagformulier, beschikbaar gesteld door een bond;

  • b. de in bijlage 2 door de bonden aangewezen documenten, waarmee de aanvrager aannemelijk maakt dat hij eigenaar is van het pleziervaartuig;

  • c. een eventueel eerder aan de aanvrager voor hetzelfde pleziervaartuig verstrekt ICP;

  • d. een geldig afgeschermd identiteitsbewijs;

  • e. een foto van het vaartuig en van het vaartuigidentificatienummer (Watercraft Identification Number, of WIN-nummer) waarvoor het ICP wordt afgegeven zoals voorgeschreven in artikel 3, tweede lid, van de Wet pleziervaartuigen 2016 met de verwijzing naar Bijlage I, onder 2.1, van Richtlijn 2013/53/EU van het Europees parlement en de Raad, van 20 november 2013, betreffende pleziervaartuigen en waterscooters en tot intrekking van Richtlijn 94/25/EG;

  • f. bij aanvragen door een niet-ingezetene Nederlandse eigenaar: een bewijs van inschrijving in het register van niet-ingezetenen.

• 3. De bonden wijzen een aanvraag voor een ICP af indien niet aan het tweede lid is voldaan.

• 4. Bij afgifte wordt duidelijk meegedeeld aan de aanvrager:

  • a. welke landen Resolutie 13 van de UNECE hebben geïmplementeerd;

  • b. dat het ICP slechts geldig is op de binnen- en kustwateren van die landen;

  • c. dat het varen met een pleziervaartuig met alleen een ICP in andere dan voornoemde landen, volledig voor eigen risico is van de ICP-houder, en

  • d. dat het ICP geen recht geeft tot het voeren van de Nederlandse vlag in de zin van het UNCLOS-verdrag.

Artikel 6 Afgifte duplicaat

• 1. Indien een ICP onleesbaar of onbruikbaar is geworden, wordt, na terugzending van het ICP aan de bond die het heeft afgegeven, een duplicaat afgegeven onder handhaving van de oorspronkelijke geldigheidsduur.

• 2. Het duplicaat wordt eveneens onder handhaving van de oorspronkelijke geldigheidsduur afgegeven, wanneer het ICP verloren is gegaan en hiervan melding is gedaan aan de in het eerste lid bedoelde bond en een bewijs van aangifte bij de plaatselijke politie is overgelegd. De kosten van een duplicaat worden door de bonden in rekening gebracht.

Artikel 7 Intrekking document

De bond die het ICP heeft afgegeven trekt het ICP in als niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden voor afgifte. Het ICP wordt in elk geval ingetrokken als het betreffende schip voor andere doeleinden wordt gebruikt dan sportbeoefening of vrijetijdsbesteding, met name voor een doel dat in strijd is met geldende rechtsregels.

Artikel 8 Schrapping document

Een geldig ICP kan op verzoek van de houder worden geschrapt. De eigenaar dient alsdan het originele document in te leveren bij de bond die het heeft afgegeven. Een bewijs van “VERKLARING VAN DOORHALING-UITSCHRIJVING / CERTIFICATE OF WITHDRAWAL” zal door de bonden worden afgegeven. Indien mogelijk en gewenst zal deze verklaring ook in de Franse of Duitse taal worden afgegeven.

Artikel 9 Kosten document

De kosten van behandeling van een aanvraag tot afgifte of schrapping van een ICP worden door de bonden individueel vastgesteld op het prijspeil 2022. Deze kosten kunnen jaarlijks ten hoogste overeenkomstig het prijsindexcijfer van het CBS worden verhoogd, tenzij de bonden na onderling overleg en met toestemming van IenW anders besluiten.

Artikel 10 Administratieve verwerking

Door de bonden wordt een bestand bijgehouden van afgegeven en ingetrokken ICP’s. Het ICP wordt onder een nummer geregistreerd, welk nummer tevens wordt vermeld op het ICP.

Het nummer bestaat uit het jaar van afgifte van het ICP, gevolgd door een volgnummer dat aan het ICP in volgorde van afgifte wordt toegekend, daaraan toegevoegd: de letter M voor ICP, afgegeven door Koninklijke Nederlandsche Motorboot Club; de letters hl voor ICP, afgegeven door Koninklijk Nederlands Watersport Verbond.

Artikel 11 Informatie-uitwisseling

• 1. De bonden zullen uitsluitend informatie inwinnen bij de aanvrager (eigenaar of vertegenwoordiger) die noodzakelijk is voor de afgifte van het ICP. De bonden zullen geen gegevens aan derden verstrekken anders dan voor zover noodzakelijk ten behoeve van toezicht en opsporing of anderszins op grond van een wettelijke verplichting.

• 2. De bonden zijn slechts met toestemming van de aanvrager gerechtigd tot het verwerken van diens persoonsgegevens voor eigen doeleinden.

• 3. De bonden en IenW publiceren op hun internetpagina:

  • a. een lijst van landen die Resolutie 13 van de UNECE hebben geïmplementeerd;

  • b. dat het ICP slechts geldig is op de binnen- en kustwateren van die landen;

  • c. dat het varen met een pleziervaartuig met alleen een ICP in andere dan voornoemde landen, volledig voor eigen risico is van de ICP-houder;

  • d. dat het ICP geen recht geeft tot het voeren van de Nederlandse vlag in de zin van het UNCLOS-verdrag, en

  • e. dat bij sommige landen uitzonderingen zijn op de specifieke regels uit Resolutie 13.

Artikel 12 Controle- en inzagerecht

IenW heeft het recht om inzage te verkrijgen in het bestand bedoeld in artikel 10, alsmede in het systeem van afgifte van het ICP document van de betreffende bonden ten behoeve van een correcte uitvoering van dit convenant.

Artikel 13 Wijziging van het convenant

Dit convenant kan alleen met voorafgaande instemming van alle partijen worden gewijzigd.

Artikel 14 Duur en opzegging van het convenant

Dit convenant is aangegaan voor vijf jaar. Het convenant kan door partijen eenzijdig worden opgezegd. De opzegging geschiedt schriftelijk en met inachtneming van een opzegtermijn van ten minste zes maanden.

Artikel 15 Evaluatie van het convenant

Na de inwerkingtreding van dit convenant kunnen de opzet en de inhoud van dit convenant door de bonden en IenW gezamenlijk worden geëvalueerd, met inachtneming van de tot dat moment opgedane ervaringen. Indien daartoe aanleiding is, zal het convenant in gezamenlijk overleg worden aangepast en zullen bonden en IenW met elkaar in overleg treden en aanvullende afspraken maken.

Artikel 16 Inwerkingtreding en publicatie

Dit convenant treedt in werking op 1 augustus 2024 en wordt na ondertekening van alle betrokken partijen gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 17 Afdwingbaarheid

De rechten en plichten die voortkomen uit dit convenant zijn niet in rechte afdwingbaar.

Aldus op 17 juli 2024 overeengekomen:

Namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat: M. van Kruiningen, Directeur Maritieme Zaken

Namens het Koninklijk Nederlands Watersport Verbond te Utrecht:

Namens de Koninklijke Nederlandsche Motorboot Club te Leerdam:

BIJLAGE 1 ALS BEDOELD IN ARTIKEL 5, EERSTE LID, ONDERDEEL A

Model ICP document

Description of craft

Name.......................................

Registration number........................

Nationality owner:......................

Make/builder............................... Year........................................

Maximum number of persons on board¹ Dimensions.................................

Height of vessel above

water line........................... Draught.....................................

Length................................ Beam........................................

Displacement²........................ Type of craft...............................

Engine(s)

Made by.................................... Serial No.(s)...............................

Year....................................... HP/kW (indicated) Inboard-outboard Radio equipment

Transmitter................................ v h f.....................................

Official No................................ Transmission power........................

Owner Name..................................................................

Full address..........................................................

No. of certificate (of card)......................................................

Date of issue..................................................................

Date of expiry.................................................................

At the time of issue of the certificate (of the card) the craft carried the following documents:

_____________________

Stamp

Signature

Signature of the owner

Prior to issue of this document ownership has been rendered credible. This certificate (card) is no substitute for the documents required by the competent national authority and does not exempt the craft from the obligation to comply with local regulations, in particular from the special inspections required on certain waterways. It loses its validity if the particulars it bears cease to apply. For this document to be valid the owner of the pleasure craft who is a natural person must possess Dutch citizenship or have their residence in the Netherlands.

This document can not be interpreted as giving Dutch nationality to the craft, nor does it constitute the right to fly the flag of the Kingdom of the Netherlands as defined by Article 91 of the United Nations Convention on the Law of the Sea (UNCLOS). Consequently the Kingdom of the Netherlands does not accept any of the responsibilities listed in Article 94 of UNCLOS.

BIJLAGE 2 ALS BEDOELD IN ARTIKEL 5, TWEEDE LID, ONDERDEEL B

	Nederlander woonachtig in NL	Nederlander woonachtig in buitenland	niet- Nederlander woonachtig in NL	Bij één van de bonden aangesloten verenigingen
Aanvraagformulier	ingevuld en van een handtekening voorzien aanvraagformulier	ingevuld en van een handtekening voorzien aanvraagformulier	ingevuld en van een handtekening voorzien aanvraagformulier	ingevuld en van een handtekening voorzien aanvraagformulier op naam van vereniging.
ID	afgeschermde fotokopie van die pagina’s van het paspoort of identiteitsbewijs.	afgeschermde fotokopie van die pagina’s van het paspoort of identiteitsbewijs.	verklaring, uitgegeven door een overheidsinstantie, in het Nederlands, Frans, Duits of Engels waaruit de nationaliteit blijkt	afgeschermde fotokopie van pagina’s van het paspoort of identiteitsbewijs.
Aanvullend ID	n.v.t.	Uittreksel uit het niet-ingezetene register.	uittreksel uit persoonsregister, niet ouder dan 30 dagen met aantekening dat de aanvrager minimaal 5 jaar in Nederland woonachtig is of een fotokopie van een Nederlandse permanente verblijfsvergunning.	verenigingen moeten een uittreksel uit het Register van de KvK meezenden dat niet ouder mag zijn dan 30 dagen. Voorwaarde is dat het pleziervaartuig voor meer dan de helft toebehoort aan Nederlanders of aan een in Nederland gevestigde vereniging. Verenigingen moeten een bewijs van lidmaatschap bij een van de bonden meezenden.
Eigendomsbewijs	Op naam van de eigenaar (een natuurlijke persoon) zoals voorgeschreven onder Artikel 3: a.) de aankooppapieren waaruit ook het huidig adres blijkt of b.) een geldige verzekeringspolis en een bewijs dat de premie in elk geval voor het lopende jaar is betaald of c.) een geldig bewijs van registratie (Kadaster, RDW), geen douaneverklaring	Op naam van de eigenaar (een natuurlijke persoon) zoals voorgeschreven onder Artikel 3: a.) de aankooppapieren waaruit ook het huidig adres blijkt of b.) een geldige verzekeringspolis en een bewijs dat de premie in elk geval voor het lopende jaar is betaald of c.) een geldig bewijs van registratie (Kadaster, RDW), geen douaneverklaring	Op naam van de eigenaar (een natuurlijke persoon) zoals voorgeschreven onder Artikel 3: a.) de aankooppapieren waaruit ook het huidig adres blijkt of b.) een geldige verzekeringspolis en een bewijs dat de premie in elk geval voor het lopende jaar is betaald of c.) een geldig bewijs van registratie (Kadaster, RDW), geen douaneverklaring	Op naam van de eigenaar (een vereniging) zoals voorgeschreven onder Artikel 3: a.) de aankooppapieren of b.) een geldige verzekeringspolis en een bewijs dat de premie in elk geval voor het lopende jaar is betaald of c.) een geldig bewijs van registratie (Kadaster, RDW), geen douaneverklaring

---

1 The competent authorities may waive this requirement.

2 May be replaced by tonnage.