Overlaten besluitvorming over Duurzaamheidsroute A35 aan de provincie Overijssel, Ministerie van Economische Zaken

Datum 27 juni 2024

Nummer DGKE-DRE / 62965327

DE MINISTER VOOR KLIMAAT EN ENERGIE,

overwegende:

  • dat de provincie Overijssel ter invulling van de RES-Twente het voornemen heeft een duurzaamheidsroute voor duurzame energieopwekking door middel van PV-Panelen langs het traject van de route A35/N35 te realiseren (hierna: Duurzaamheidsroute A35), een zonneproject gelegen in de gemeentes Almelo, Borne, Enschede, Hellendoorn, Hengelo en Wierden;

  • dat het Rijk voor de besluitvorming inzake dit project op grond van artikel 9b, eerste lid van de Elektriciteitswet 1998 de projectprocedure volgt, als bedoeld in afdeling 5.2 van de Omgevingswet;

  • dat de projectprocedure, voor zover hier van belang, gelet op artikel 9b, eerste lid van de Elektriciteitswet 1998 met zich brengt dat voor het hiervoor bedoelde project een projectbesluit kan worden vastgesteld door de Minister voor Klimaat en Energie (hierna: K&E) in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (hierna: BZK);

  • dat de Minister voor K&E, in afwijking van het voorgaande, op grond van artikel 9b, derde lid van de Elektriciteitswet 1998 kan besluiten geen projectbesluit vast te stellen als naar zijn oordeel besluitvorming door een bestuursorgaan van de provincie of gemeente het project kan versnellen of daaraan anderszins aanmerkelijke voordelen zijn verbonden, en het college van gedeputeerde staten van de betreffende provincie respectievelijk de colleges van burgemeester en wethouders van de betreffende gemeentes daarmee instemmen;

  • dat deze situatie zich bij dit project voordoet, omdat lokale en regionale partijen op deze wijze gezamenlijk een grotere rol kunnen spelen in het faciliteren van de realisatie van regionale energiedoelen, specifiek de RES-Twente, dat het projectgebied zich bevindt in de provincie Overijssel, dat het project gemeentegrensoverschrijdend is en daarom besluitvorming door de provincie doelmatig is;

  • dat er ook geen bijzondere belemmeringen zijn die in de weg staan aan een voorspoedig verloop van de benodigde besluitvorming, zonder dat de projectprocedure door het Rijk wordt toegepast;

  • dat, gelet op het voorgaande, de provincie Overijssel door middel van een brief op 13 december 2023 de Minister voor K&E heeft verzocht af te zien van het vaststellen van een Rijksprojectbesluit en heeft aangegeven het bevoegd gezag op zich te zullen nemen en zich te zullen inspannen om de Duurzaamheidsroute A35 planologisch in te passen;

  • dat ter voorbereiding van het besluit om af te zien van het vaststellen van een Rijksprojectbesluit, de gemeentes Almelo, Borne, Enschede, Hellendoorn, Hengelo en Wierden zijn gehoord over dit voornemen;

  • dat de gemeente Enschede via een mail van 14 mei 2024 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen;

  • dat de gemeente Borne via een mail van 14 mei 2024 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen;

  • dat de gemeente Almelo via een mail van 15 mei 2024 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen;

  • dat de gemeente Hellendoorn via een mail van 21 mei 2024 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen;

  • dat de gemeente Hengelo via een mail van 21 mei 2024 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen;

  • dat de gemeente Wierden via een mail van 22 mei 2024 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen.

Gelet op:

Artikel 9b, derde lid van de Elektriciteitswet 1998

Besluit:

Artikel 1

Inzake de realisatie van het project Duurzaamheidsroute A35, voorzien in de gemeentes Almelo, Borne, Enschede, Hellendoorn, Hengelo en Wierden op de Rijksgronden aan weerszijde van genoemde snelweg alsmede op door de betrokken gemeentes aangewezen (eigen) gronden, wordt geen Rijksprojectbesluit vastgesteld en wordt de besluitvorming over het project overgelaten aan de provincie Overijssel.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na die waarop het bekend is gemaakt. De bekendmaking geschiedt door toezending van het besluit aan het bestuursorgaan waaraan besluitvorming wordt overgelaten.

Van dit besluit wordt kennis gegeven in de Staatscourant. Tevens wordt van dit besluit mededeling gedaan door toezending aan de initiatiefnemer.

De Minister voor Klimaat en Energie, namens deze: T.W.G.M.M. Albers, MT-lid directie Realisatie Energietransitie

Naar boven