Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 27 juni 2024, nr. WJZ/46540444(26628), houdende wijziging van de Regeling eenmalige specifieke uitkering en subsidie toekomstbestendige lokale bibliotheekvoorzieningen in verband met de toevoeging van een uitkeringsplafond ten behoeve van de in 2024 aanvankelijk wegens budgetoverschrijding afgewezen aanvragen

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 17, vijfde lid, van de Financiële-verhoudingswet en artikel 21 van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling eenmalige specifieke uitkering en subsidie toekomstbestendige lokale bibliotheekvoorzieningen wordt als volgt gewijzigd:

A

Voor artikel 19 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 18a

  • 1. In aanvulling op artikel 3, eerste lid, onderdeel b, is voor het jaar 2024 een aanvullend bedrag van € 11.000.000 beschikbaar voor het verstrekken van specifieke uitkeringen aan gemeenten wier aanvragen in 2024 uitsluitend zijn afgewezen wegens de dreigende overschrijding van het in dat lid bedoelde uitkeringsplafond.

  • 2. De minister verstrekt de specifieke uitkering, bedoeld in het eerste lid, ambtshalve op uiterlijk 1 september 2024.

  • 3. De artikelen 3, tweede lid, 4 tot en met 6, 7, zesde lid, 8 en 10 tot en met 13 zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat een gemeente die een in het eerste lid bedoelde specifieke uitkering ontvangt, in afwijking van artikel 11, aanhef en onderdeel b, verplicht is de activiteiten uiterlijk op 30 juni 2026 af te ronden.

B

Aan artikel 21 wordt toegevoegd ‘, met dien verstande dat zij van toepassing blijft ten aanzien van specifieke uitkeringen en subsidies die voor die datum op grond van deze regeling zijn verstrekt’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, F.Q. Gräper-van Koolwijk

TOELICHTING

1. Aanleiding en doel

Met deze wijzigingsregeling wordt de Regeling eenmalige specifieke uitkering en subsidie toekomstbestendige lokale bibliotheekvoorzieningen (hierna: de regeling) gewijzigd. Aan de regeling wordt een nieuw uitkeringsplafond toegevoegd, dat specifiek is bestemd voor de toekenning van specifieke uitkeringen aan gemeenten wier aanvragen in 2024 eerder werden afgewezen, omdat het beschikbare budget ontoereikend was.1 Het kabinet heeft in de voorjaarsnota ruim € 11 miljoen extra ter beschikking gesteld voor deze specifieke uitkeringen. Met dit aanvullende budget kunnen de aanvragen die in de tweede aanvraagronde buiten de boot vielen bij een positieve beoordeling alsnog gehonoreerd worden.

2. Regeldruk, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid

De ophoging van het uitkeringsplafond leidt niet tot een toename van de administratieve lasten bij gemeenten. Uitvoeringsinstantie DUS-I zal de in de tweede ronde ingediende aanvragen die vanwege het overschrijden van het uitkeringsplafond (deels) zijn afgewezen, opnieuw beoordelen op basis van de reeds geldende criteria uit de regeling. Gemeenten hoeven dus geen nieuwe aanvragen in te dienen. DUS-I is betrokken geweest bij de voorbereiding van deze wijzigingsregeling. Suggesties van de uitvoerder zijn beoordeeld en verwerkt in de wijzigingsregeling. Een concept van deze wijzigingsregeling is voorgelegd aan DUS-I voor een uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets. De wijzigingsregeling leidt tot enige extra uitvoeringslasten voor DUS-I, maar DUS-I heeft de wijzigingsregeling als uitvoerbaar en handhaafbaar beoordeeld.

3. Inwerkingtreding

Deze wijzigingsregeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Met de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling wordt afgeweken van de systematiek van de vaste verandermomenten, inhoudende dat ministeriële regelingen met ingang van de eerste dag van een kwartaal in werking treden en i.c. (omdat het decentrale overheden betreft) minimaal drie maanden voordien worden bekendgemaakt. Dit is gerechtvaardigd, omdat de doelgroep gebaat is bij spoedige inwerkingtreding van deze voor hen begunstigende regeling, waardoor meer reeds eerder ingediende aanvragen alsnog gehonoreerd kunnen worden.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, F.Q. Gräper-van Koolwijk


X Noot
1

Het is niet meer mogelijk is om het uitkeringsplafond voor 2024 met terugwerkende kracht te verhogen, omdat de aanvraagperiode (15 november 2023 tot en met 15 december 2023) al is verlopen, en de beslistermijn al is verstreken. Gelet daarop is ervoor gekozen om in plaats daarvan – om recht te doen aan de doelstelling waarvoor de middelen bij voorjaarsnota beschikbaar zijn gesteld – een apart budget toe te voegen aan de regeling, dat specifiek beschikbaar is voor gemeenten wier aanvragen na de tweede aanvraagperiode in 2024 werden afgewezen, omdat het beschikbare budget ontoereikend was.

Naar boven