Besluit van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 17 juni 2024, nr. IENW/BSK-2024/166052, houdende tijdelijke aanwijzing van het Team Bijzondere Bijstand van de Douane als hulpverleningsdienst als bedoeld in artikel 29 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 147, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 29, eerste lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

BESLUIT:

Artikel 1

Het Team Bijzondere Bijstand van de Douane (hierna: TBB Douane) wordt aangewezen als hulpverleningsdienst als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 ten behoeve van haar taken, genoemd in artikel 8k van de Opiumwet en artikel 11:3, eerste lid van de Algemene douanewet, in de havens van Rotterdam, Moerdijk en Vlissingen.

Artikel 2

De Douane stelt ten behoeve van het TBB Douane een richtlijn op als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 met inachtneming van artikel 3, derde en vierde lid, van die regeling. In aanvulling op het derde lid, onder e, dient er binnen de opleiding van de bestuurder specifieke aandacht te zijn voor het rijden met optische en geluidssignalen in een motorvoertuig dat niet herkenbaar is als zijnde een motorvoertuig in gebruik bij de Douane.

Artikel 3

  • 1. Het TBB Douane wijst personen of groepen van personen aan, die daartoe ingerichte motorvoertuigen met inwerking zijnde optische en geluidssignalen mogen besturen.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde personen worden aangewezen, nadat zij een speciale instructie hebben gekregen als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van de Regeling optische en geluidssignalen 2009.

Artikel 4

  • 1. De motorvoertuigen van het TBB Douane zijn vrijgesteld van de artikelen 5.2.51a, eerste lid en 5.3.51a, eerste lid van de Regeling voertuigen op grond van artikel 147, eerste lid, Wegenverkeerswet 1994.

  • 2. De optische en geluidssignalen, als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, die de motorvoertuigen van het TBB Douane voeren, voldoen aan de eisen die worden gesteld in artikel 5, eerste en vijfde lid, Regeling optische geluidssignalen 2009, met uitzondering van het vereiste dat het motorvoertuig herkenbaar is als zijnde een motorvoertuig in gebruik bij de Douane.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2024 en vervalt met ingang van 1 juli 2026.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

TOELICHTING

Inleiding

Op grond van artikel 29, eerste lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990) mogen bestuurders van motorvoertuigen in gebruik bij politie, brandweer, diensten voor spoedeisende medische hulpverlening en van motorvoertuigen van andere door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat aangewezen hulpverleningsdiensten blauw zwaai-, flits- of knipperlicht en een tweetonige hoorn voeren als zij een dringende taak vervullen. Het vereiste van een dringende taak is nader uitgewerkt in artikel 2 van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 (hierna: Regeling OGS 2009).

Een motorvoertuig dat blauw zwaai-, flits- of knipperlicht en een tweetonige hoorn voert is een voorrangsvoertuig als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990.

Tijdelijke aanwijzing van het Team Bijzondere Bijstand van de Douane

De taak van het Team Bijzondere Bijstand van de Douane

Het Team Bijzondere Bijstand van de Douane (hierna: TBB Douane) is het uitvoeringsteam van het Hit and Run-Cargoteam (hierna: HARC) dat ruim 25 jaar geleden is opgericht. Het HARC is een samenwerkingsverband van de Douane, de Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst, de Zeehavenpolitie en het Openbaar Ministerie om de drugssmokkel via de (zee)havens van Rotterdam, Vlissingen en Moerdijk tegen te gaan. Het TBB Douane is belast met de opsporing van de in de Opiumwet en de Algemene douanewet strafbaar gestelde feiten.

Wanneer er verdovende middelen in de havens worden aangetroffen heeft het TBB Douane onder andere als taak om tijdig de beveiliging van de plaats delict en de ter plaatse aanwezige Douane-collega’s te verzorgen, deze te bewaken en de verdovende middelen te transporteren. Daarnaast komt het TBB Douane in actie als er insluipers of uithalers aanwezig zijn in de havens. Voor de uitvoering van deze taken maakt het TBB Douane vanwege veiligheidsoverwegingen gebruik van speciale, onherkenbare voertuigen.

Hoog risico situaties

Het TBB Douane opereert in een werkveld met uitzonderlijke risico’s. De mate van risico wordt ingeschat naar ernst en waarschijnlijkheid naar analogie van de indelingscriteria uit de Circulaire met betrekking tot de bewaking en beveiliging van personen, objecten en diensten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid en worden geclassificeerd in termen van 'laag risico', 'middelmatig risico' en 'hoog risico'.1 Binnen haar taak en rol stuit het TBB Douane steeds vaker op hoog risico geclassificeerde situaties waarbij gewelddadige confrontaties met ondermijnende criminaliteit een reëel risico zijn. Bijvoorbeeld bij het onverwacht aantreffen en vervolgens transporteren van grote hoeveelheden verdovende middelen. Omdat de inzet van het TBB Douane vaak niet te plannen is en de frequentie van de inzet hoog is, heeft de politie niet altijd voldoende capaciteit beschikbaar om adequaat bijstand te leveren aan het TBB Douane, waar dat gelet op de veiligheid van de medewerkers wel gewenst zou zijn.

Aanwijzing als hulpverleningsdienst

In hoog risico situaties is het van belang dat het TBB Douane zo spoedig mogelijk ter plaatse is. Daarom wordt het van belang geacht dat het TBB Douane gebruik kan maken van optische en geluidssignalen in situaties waarbij dit door de operationeel commandant van het TBB Douane noodzakelijk wordt geacht en indien toestemming is verleend door de meldkamers van Politie en Douane. Om dit te bewerkstelligen dient het TBB Douane aangewezen te worden als hulpverleningsdienst als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van het RVV 1990. Om optische en geluidssignalen te mogen voeren met onherkenbare voertuigen dient het TBB Douane tevens te worden vrijgesteld van de artikelen 5.2.51a, eerste lid en 5.3.51a, eerste lid van de Regeling voertuigen. Dit laatste is mogelijk op basis van artikel 147, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994).

Tijdelijke aanwijzing

Dit besluit heeft tot gevolg dat voertuigen van het TBB Douane in voorkomend geval als voorrangsvoertuig kunnen opereren. Dit stelt het TBB Douane naar verwachting in staat haar taken veiliger en adequater uit te voeren. Na het eerste jaar zal het TBB Douane een evaluatie opstellen. Middels deze evaluatie wordt onder andere onderzocht of het voeren van optische en geluidssignalen leidt tot een verkorting van de aanrijtijden. Ook zal worden bezien in hoeverre de betreffende ritten hoog risico situaties betroffen en of het gebruik van optische en geluidssignalen is verlopen conform de door de Douane op te stellen richtlijn. Indien na twee jaar blijkt dat de aanwijzing als hulpverleningsdienst inderdaad bijdraagt aan een meer adequate en veiligere uitvoering van de dringende taak in hoog risico situaties, kan tot aanwijzing voor onbepaalde tijd worden overgegaan door toevoeging van het Team Bijzondere Bijstand van de Douane aan artikel 1, tweede lid, van de Regeling OGS 2009.

Vrijstelling artikelen Regeling voertuigen

Dit besluit wijst het TBB Douane aan als hulpverleningsdienst en verleent het TBB Douane tevens een vrijstelling voor de artikelen 5.2.51a, eerste lid en 5.3.51a, eerste lid van de Regeling voertuigen. Deze artikelen verplichten dat voertuigen in gebruik bij hulpverleningsdiensten zijn voorzien van retroreflecterende striping, letters, cijfers of tekens die de voertuigen herkenbaar maken als zijnde in gebruik bij die diensten. Zoals hierboven benoemd maakt het TBB Douane echter gebruik van onherkenbare voertuigen.

Het TBB Douane wordt gedurende twee jaar vrijgesteld van bovengenoemde bepalingen uit de Regeling voertuigen op grond van artikel 147 WVW 1994. Op grond van dit artikel kan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat vrijstelling verlenen van bepalingen die krachtens de WVW 1994 zijn gesteld voor het gebruik van de weg ten behoeve van openbare of door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat daarmee gelijk te stellen diensten.

Indien na twee jaar wordt besloten om het TBB Douane voor onbepaalde tijd aan te wijzen als hulpverleningsdienst dient de Regeling voertuigen aangepast te worden zodat het TBB Douane op structurele wijze in onherkenbare voertuigen optische en geluidssignalen mag blijven voeren. Net zoals de Regeling voertuigen dit nu al mogelijk maakt voor voertuigen die gebruikt worden voor onopvallende politietaken.

Voorwaarden

Het gebruik van optische en geluidsignalen door politie, brandweer, diensten voor spoedeisende medische hulpverlening en aangewezen hulpverleningsdiensten is slechts toegestaan in die gevallen dat sprake is van een zogenoemde dringende taak als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van het RVV 1990, zoals nader uitgewerkt in artikel 2 van de Regeling OGS 2009.

In artikel 2 van de Regeling OGS 2009 is bepaald dat sprake is van een dringende taak in geval van:

  • a. een voor de mens levensbedreigende situatie die directe hulp van de betrokken hulpverleningsdiensten vergt;

  • b. het voorkomen van een voor de mens levensbedreigende situatie of een situatie waarin ernstige schade aan gebouwen of goederen ontstaat;

  • c. een ernstige verstoring van de openbare orde of de rechtsorde, waarvoor een directe en snelle inzet noodzakelijk is.

De Douane dient voor het TBB Douane een richtlijn op te stellen met betrekking tot de werkzaamheden en de omstandigheden waarin van optische en geluidssignalen gebruik mag worden gemaakt. Deze richtlijn moet aan dezelfde eisen voldoen als de zogenoemde brancherichtlijnen van politie, brandweer en diensten voor spoedeisende medische hulpverlening. Het gaat in ieder geval om de eisen die zijn vastgelegd in artikel 3, derde en vierde lid, van de Regeling OGS 2009. Hierbij dient er in aanvulling op het derde lid, onder e, binnen de opleiding van de bestuurder specifieke aandacht te zijn voor het rijden met optische en geluidssignalen in onherkenbare voertuigen.

De medewerkers van het TBB Douane die daadwerkelijk voorrangsvoertuigen mogen besturen, dienen te worden aangewezen en dienen een speciale instructie te hebben gevolgd.

De door de voertuigen van het TBB Douane te voeren optische en geluidssignalen moeten voldoen aan de in artikel 5, eerste en vijfde lid, van de Regeling OGS 2009 gestelde eisen. Een uitzondering hierop vormen de in artikel 5, eerste lid, genoemde eisen ten aanzien van herkenbaarheid die in de artikelen 5.2.51a, eerste lid en 5.3.51a, eerste lid van de Regeling voertuigen worden gesteld (zie onder Vrijstelling artikelen Regeling voertuigen) en de eis dat de voertuigen die worden gebruikt voor het vervullen van een dringende taak aan weerszijden zijn voorzien van een embleem of naam van de dienst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers


X Noot
1

Circulaire met betrekking tot de bewaking en beveiliging van personen, objecten en diensten 2023.

Naar boven