Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van nr. VO44400645 houdende wijziging van de Subsidieregeling Statushouders en de stap naar de klas in verband met de openstelling van een nieuw aanvraagtijdvak, het vaststellen van een subsidieplafond voor 2024 en enkele technische wijzigingen

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Gelet op artikelen 4 en 5 van de Wet overige OCW-subsidies en de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling Statushouders en de stap naar de klas wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘twee aanvragen’ vervangen door ‘vijf aanvragen’.

2. Onder vernummering van het vierde tot en met zesde lid tot zesde tot en met achtste lid, worden twee leden ingevoegd, luidende:

  • 4. In 2024 kan subsidie worden aangevraagd voor statushouders die gedurende het jaar 2024 starten met een ondersteuningsprogramma.

  • 5. Een aanvraag voor subsidie kan worden ingediend van 3 juni 2024, 09:00 uur tot en met 27 september 2024, 23:59 uur. Aanvragen die buiten de aanvraagperiode worden ingediend, worden afgewezen.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘het kalenderjaar 2023 in totaal’ vervangen door ‘de kalenderjaren 2023 en 2024 jaarlijks’.

2. In het tweede lid wordt ‘maximaal twee statushouders’ vervangen door ‘maximaal vijf statushouders’.

3. In het derde lid wordt ‘een derde aanvraag’ vervangen door ‘een zesde aanvraag’.

C

Artikel 9, derde lid, komt te luiden:

  • 3. De subsidieontvanger maakt er bij de minister melding van, indien de statushouder het ondersteuningsprogramma voortzet in dienst van een ander bevoegd gezag. In dat geval kan de subsidieontvanger de subsidie aanwenden om de statushouder het ondersteuningsprogramma te laten voortzetten bij dat andere bevoegd gezag. De minister kan hiertoe een formulier beschikbaar stellen.

D

Artikel 10, derde lid, komt te luiden:

  • 3. De minister bepaalt in de vaststellingsbeschikking de betalingstermijn.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

TOELICHTING

Algemeen

Sinds enkele jaren zijn in Nederland verschillende initiatieven om statushouders – met een onderwijsachtergrond en/of relevante opleiding uit het land van herkomst – te begeleiden naar een onderwijsgevende functie in het Nederlandse onderwijs. In 2023 is gestart met de Subsidieregeling Statushouders en de stap naar de klas (hierna: de regeling). Er is in 2024 in totaal 1 miljoen euro beschikbaar voor een totaal van 100 aanvragen. In 2023 was er eveneens 1 miljoen euro beschikbaar. De aanvraagperiode liep in 2023 van 15 augustus tot en met 15 september. Ondanks de relatief korte aanvraagperiode zijn er in totaal 51 subsidieaanvragen binnengekomen. Naar aanleiding van de onvolledige benutting van de op grond van deze regeling beschikbare middelen is een evaluatie uitgevoerd waarbij de relevante externe stakeholders zijn betrokken.

Doel van de subsidieregeling

Doel van de regeling is het financieren van een ondersteuningsprogramma voor statushouders ter voorbereiding op een onderwijsgevende functie in het Nederlands voortgezet onderwijs of ter voorbereiding op een lerarenopleiding. Dit biedt statushouders perspectief op de arbeidsmarkt. Tegelijkertijd draagt meer doorstroom van statushouders met een relevante onderwijsachtergrond en/of opleiding bij aan het tegengaan van het lerarentekort.

Toelichting wijzigingen

Op basis van de uitgevoerde evaluatie zijn een aantal aspecten naar voren gekomen waar externe stakeholders in de praktijk tegenaan liepen. De voorliggende wijzigingsregeling voorziet in een aantal aanpassingen die naar verwachting bij zullen dragen aan de doeltreffendheid en uitvoerbaarheid van de regeling.

De wijzigingen zijn als volgt:

  • De aanvraagperiode voor 2024 wordt verlengd (Artikel I, onderdeel A). Deze periode loopt van 3 juni 2024 tot en met 27 september 2024. Bevoegde gezagsorganen gaven aan geen gebruik te hebben gemaakt van de regeling in 2023 vanwege het feit dat de aanvraagperiode grotendeels samenviel met de zomervakantie. Veel onderwijspersoneel is afwezig in deze periode. Ook kwam naar voren dat de periode te kort was om statushouders te koppelen aan passende opleidingsplekken.

  • De startdatum van het ondersteuningsprogramma wordt aangepast naar het kalenderjaar 2024 om de aanvraagperiode beter aan te laten sluiten op de onderwijspraktijk (Artikel I, onderdeel A). Over het algemeen starten ondersteuningsprogramma’s gedurende het jaar met pieken in februari en september. Een grote groep aanbieders van ondersteuningsprogramma’s start vóór de datum van 1 augustus. Ook zijn er aanbieders die pas een ondersteuningsprogramma starten wanneer zich voldoende statushouders hebben aangemeld. In 2023 heeft niet iedere aanbieder van een ondersteuningsprogramma een aanvraag in kunnen dienen voor de regeling.

  • Het aantal aanvragen dat een bevoegd gezag in mag dienen wordt verhoogd van twee naar vijf (Artikel I, onderdeel B). Tijdens de evaluatie kwam naar voren dat grote schoolbesturen geen gebruik hebben gemaakt van de regeling vanwege het relatief kleine aantal aanvragen dat een bevoegd gezag in mag dienen.

  • Artikel 9, derde lid, is aangepast (Artikel 1, onderdeel C). Als een statushouder bij een school van een ander bevoegd gezag aan de slag gaat en een ondersteuningsprogramma blijft volgen, dan is er geen reden om de subsidie lager vast te stellen. Wel dient de subsidieontvanger bij de minister (DUS-I) te melden indien de statushouder het ondersteuningsprogramma voortzet in dienst van een ander bevoegd gezag. DUS-I stelt hiertoe een formulier beschikbaar. Bevoegde gezagsorganen moeten onderling afspraken maken over de subsidie, zodat de statushouder het ondersteuningsprogramma zonder belemmeringen kan blijven volgen.

  • De uitbetalingstermijn is aangepast en wordt in de beschikking vastgesteld (Artikel I, onderdeel D). DUS-I heeft aangegeven verbeterpunten te zien in de uitvoerbaarheid van de regeling. Met name de thans in de regeling gedefinieerde uitbetalingstermijn wordt als knelpunt gezien.

Uitvoering door DUS-I

De regeling wordt door DUS-I uitgevoerd. De aanvraag voor deze subsidie wordt elektronisch ingediend. Daarvoor wordt gebruik gemaakt van het aanvraagformulier dat beschikbaar wordt gesteld op maandag 3 juni 2024, om 09.00 uur.

Uitvoeringstoets

Deze wijzigingsregeling is voorgelegd aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I). Zij geven een positief advies voor de uitvoering. Als aandachtspunt geeft DUS-I mee dat de beoordeling is gebaseerd op een hoge mate van vertrouwen. De aanvragers verklaren aan de subsidievoorwaarden te voldoen, maar dienen hiervoor geen bewijsstukken in. De website en formulieren op het portaal van DUS-I zullen bijdragen aan het in goede banen leiden van de aanvragen.

Communicatie

Het onderwijsveld wordt op verschillende manieren op de hoogte gesteld van deze wijzigingsregeling. Via de website www.aanpaklerarentekort.nl, nieuwsbrieven, relevante organisaties, arbeidsmarktfondsen, regionale samenwerkingsverbanden en sociale media zal de benodigde informatie worden verstrekt. Daarnaast stellen we de doelgroep van deze wijzigingsregeling op de hoogte via de communicatiekanalen van organisaties die zich richten op deze doelgroep. Voor de aanvraag en de verantwoording van de subsidie worden formats beschikbaar gesteld door DUS-I.

Regeldruk

De gevolgen voor de regeldruk zijn in beeld gebracht bij de totstandkoming van de regeling. Op basis van de evaluatie zijn in deze wijzigingsregeling een aantal aanpassingen doorgevoerd om de toegankelijkheid van de regeling te verbeteren, waaronder het vergroten van het aantal aanvragen per bevoegd gezag. Er is een risico dat minder scholen aanspraak kunnen maken op subsidie dan de vorige keer. Dit risico wordt echter klein geschat, omdat in 2023 het budget niet volledig is benut.

Het standaardtarief voor de te berekenen regeldrukkosten is per 2024 aangepast van € 50,– naar € 54,– per uur. Dit betekent dat vanaf 2024 per aanvraag de kosten worden geschat op € 513 (9,5 uur maal € 54). De totale lasten worden per kalenderjaar geschat op € 51.300. De proportionaliteit van de regeldruk bedraagt 5,1% (€ 513/10.000), dit wordt aanvaardbaar geacht.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

Naar boven