Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 27 maart 2024, nr. 2024-0000179128, houdende wijziging van de Regeling aanwijzing TMG-functies in verband met de toevoeging van de functie van inspecteur-generaal Rijksinspectie Digitale Infrastructuur bij het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het verwijderen van de functie van algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland bij het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op artikel 6, onderdeel b, van het Uitvoeringsbesluit Ambtenarenwet 2017;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 1, onderdeel b, van de Regeling aanwijzing TMG-functies wordt als volgt gewijzigd:

1. aan het begin van de opsomming wordt toegevoegd ‘inspecteur-generaal Rijksinspectie Digitale Infrastructuur bij het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat’.

2. uit de opsomming wordt ‘algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland bij het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat’ verwijderd.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2024.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.M. de Jonge

TOELICHTING

1. Algemeen

De topmanagementgroep bij de rijksoverheid (hierna: TMG) omvatte tot 1 januari 2017 de functies van secretaris-generaal, directeur-generaal, inspecteur-generaal, thesaurier-generaal, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid, ABDTOPconsultant en de directeuren van de planbureaus (het Centraal Planbureau, het Sociaal en Cultureel Planbureau en het Planbureau voor de Leefomgeving). Deze functies zijn in de Regeling aanwijzing TMG-functies (hierna: de regeling) opgenomen in artikel 1, onderdeel a. Met ingang van 1 januari 2017 zijn in artikel 1, onderdeel b, van de regeling alle functies op salarisschaal 18-niveau aan de TMG toegevoegd, tenzij:

• het een plaatsvervangend directeur-generaal of plaatsvervangend inspecteur-generaal betreft,

• de functionaris een formatieve functie op salarisschaal 18 uitoefent maar geen lid is van de Bestuursraad, of

• de functionaris een formatieve functie op salarisschaal 18 uitoefent maar niet eindverantwoordelijk is voor een ambtelijke dienst.

De functie van inspecteur-generaal Rijksinspectie Digitale Infrastructuur is met deze wijzigingsregeling aan de opsomming van artikel 1, onderdeel b, van de regeling toegevoegd. Per 1 januari 2023 is het Agentschap Telecom hernoemd tot Rijksinspectie Digitale Infrastructuur met aan het hoofd een inspecteur-generaal. Besloten is om de functie inspecteur-generaal Rijksinspectie Digitale Infrastructuur per 1 januari 2024 toe te voegen aan de TMG.

Per 1 januari 2024 is de topstructuur bij het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (hierna: EZK) gewijzigd en is de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (hierna: RVO) ingericht als directoraat-generaal met aan het hoofd een directeur-generaal. Hiermee komt de functie van algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland bij het Ministerie van EZK te vervallen en is deze functie uit de opsomming verwijderd. De functie van directeur-generaal valt in zijn algemeenheid al onder artikel 1, onderdeel a, van de regeling.

2. Gevolgen voor de regeldruk

Deze regeling brengt geen regeldrukeffecten met zich mee.

3. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij is geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2024. De terugwerkende kracht is noodzakelijk, omdat per 1 januari 2024 de functie van inspecteur-generaal Rijksinspectie Digitale Infrastructuur het Ministerie van EZK in het leven is geroepen, alsmede per die datum de RVO een directoraat-generaal is geworden en daarmee de topstructuur bij het Ministerie van EZK is gewijzigd. Er is afgeweken van de vaste verandermomenten. Dit, evenals de terugwerkende kracht, is niet problematisch nu deze regeling technisch van aard is en geen gevolgen heeft voor burgers of bedrijven.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.M. de Jonge