Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 25 maart 2024, nr. WJZ/45359599, houdende regels voor subsidie voor aanvullende financiering van eco-activiteiten als gevolg van de oorlog in de Oekraïne (Regeling subsidie aanvullende financiering eco-activiteiten Oekraïnecrisis)

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet EZK- en LNV-subsidies;

Besluit:

Artikel 1 (begripsbepalingen)

In deze regeling wordt verstaan onder:

eco-activiteiten:

landbouwpraktijken als bedoeld in artikel 31, tweede lid, van Verordening (EU) 2021/2115 van het Europees Parlement en de Raad van 2 december 2021 tot vaststelling van voorschriften inzake steun voor de strategische plannen die de lidstaten in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid opstellen (strategische GLB-plannen) en die uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) worden gefinancierd, en tot intrekking van Verordeningen (EU) nr. 1305/2013 en Verordening (EU) nr. 1307/2013 (PbEU 2021, L435);

landbouwer:

natuurlijke of rechtspersoon of een groep natuurlijke of rechtspersonen die een minimumniveau aan landbouwactiviteiten uitvoert;

minister:

Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

tijdelijk crisiskader:

mededeling van de Europese Commissie van 17 maart 2023 betreffende het Tijdelijk crisis- en transitiekader voor staatssteunmaatregelen ter ondersteuning van de economie na de Russische agressie tegen Oekraïne (PbEU 2023, C 101/03).

Artikel 2 (subsidieverstrekking)

  • 1. De Minister verstrekt ambtshalve eenmalig een subsidie aan een landbouwer als tegemoetkoming voor de negatieve gevolgen van de Russische agressie tegen Oekraïne.

  • 2. De subsidie wordt verstrekt in de vorm van een aanvullende bijdrage op de rechtstreekse betaling voor de eco-regeling, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel d, van de Uitvoeringsregeling GLB 2023.

  • 3. De subsidie wordt enkel verstrekt aan een landbouwer die in 2023 eco-activiteiten heeft uitgevoerd en recht heeft op betaling voor de eco-regeling overeenkomstig artikel 27 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023.

  • 4. De subsidie wordt gelijktijdig uitbetaald met de uitbetaling, overeenkomstig artikel 27 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023.

  • 5. Op de subsidie zijn de artikelen 8 en 49 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023 van overeenkomstige toepassing. Voor de toepassing van artikel 8 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023 geldt dat er geen subsidie wordt verstrekt indien het totaal van de subsidie en de betalingen, bedoeld in artikel 2 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023, voordat de sancties of verlagingen zijn toegepast, lager is dan 500 euro.

Artikel 3 (hoogte subsidie)

  • 1. De subsidie, bedoeld in artikel 2, eerste lid, bedraagt voor de categorieën, bedoeld in artikel 27, vierde lid, van de Uitvoeringsregeling GLB 2023:

    • a. voor categorie brons € 14,79 per hectare;

    • b. voor categorie zilver € 24,65 per hectare;

    • a. voor categorie goud € 49,30 per hectare.

  • 2. De subsidie bedraagt ten hoogste € 280.000 per landbouwer.

  • 3. De subsidie wordt verminderd met eventuele toe te passen kortingen op basis van de administratieve sancties conditionaliteiten, bedoeld in artikel 34, en de administratieve sancties, bedoeld in artikel 42 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023.

Artikel 4 (subsidievaststelling)

De subsidie, bedoeld in artikel 2, eerste lid, wordt ambtshalve vastgesteld.

Artikel 5 (staatssteun)

  • 1. De subsidie, bedoeld in artikel 2, eerste lid, bevat staatssteun en wordt gerechtvaardigd door Steunmaatregel SA.112447(2024/N) en paragraaf 2.1 van het tijdelijk crisiskader.

  • 2. De Minister maakt binnen twaalf maanden na de datum van subsidieverlening de gegevens bekend, bedoeld in paragraaf 3, onderdeel 87 van het tijdelijk crisiskader.

  • 3. De gegevens, bedoeld in het tweede lid, blijven ten minste tien jaar openbaar beschikbaar.

Artikel 6 (inwerkingtreding)

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 juli 2024, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn verstrekt.

Artikel 7 (citeertitel)

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling subsidie aanvullende financiering eco-activiteiten Oekraïnecrisis.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 25 maart 2024

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

Als gevolg van de Russische agressie tegen Oekraïne zijn de Nederlandse landbouwers geconfronteerd met gestegen kosten. Dat kan negatieve gevolgen hebben voor de bereidheid van landbouwers om te blijven investeren in de noodzakelijke transitie naar een duurzamere landbouw. De onderhavige regeling dient ter ondersteuning van landbouwers vanwege deze gestegen kosten via een aanvulling op de eco-regeling. De ecoregeling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) heeft tot doel om boeren in de verduurzaming van hun bedrijfsvoering te ondersteunen. In 2023 is het budget van het GLB ontoereikend gebleken om boeren zoals beoogd te compenseren voor hun duurzaamheidsprestaties.

De regeling is gebaseerd op onderdeel 2.1 van het tijdelijk crisiskader voor staatssteun voor staatssteunmaatregelen ter ondersteuning van de economie na de Russische agressie tegen Oekraïne (hierna: tijdelijk crisiskader). Dit kader geeft de EU-Lidstaten mogelijkheden om staatssteun te verlenen vanwege de hoge energieprijzen naar aanleiding van de Russische agressie in Oekraïne. Het crisisdeel uit het tijdelijk crisiskader geldt tot en met 30 juni 2024.

2. Aanleiding

Op 24 februari 2022 vielen Russische troepen Oekraïne binnen. De oorlog in Oekraïne heeft een negatief effect voor de landbouw in dat land en de Europese Unie. De productie in Oekraïne verminderde sterk en ook het landbouwareaal is fors gekrompen. De oorlog in Oekraïne heeft naast grote humanitaire gevolgen ook een flinke impact op de agrarische sector in de Europese Unie. Zo stegen de kosten voor brandstoffen, kunstmest en veevoer aanzienlijk.

Nederlandse boeren zagen vlak na de inval de prijzen van onder andere gas en veevoer sterk stijgen. De kosten voor grondstoffen, kunstmest en energie liepen ten tijde van de Russische agressie sterk op, terwijl de opbrengstprijzen hoogst onzeker waren. Zo waren bijvoorbeeld in de veehouderij onzekerheid over de kosten van onder meer veevoer en energie (gas).

De onzekerheid die voortvloeide uit de Russische inval in Oekraïne liep gelijktijdig met de Europese en nationale discussie over onder andere de biodiversiteit, waterkwaliteit, bodem en lucht en het stikstofdossier in Nederland. In Nederland loopt de agrarische sector tegen de landbouwkundige, ecologische, economische en maatschappelijke grenzen van het landbouwsysteem aan, waardoor de landbouwsector niet vanzelfsprekend op de oude voet verder kan gaan. Nederland heeft zich onder andere via de biodiversiteitsstrategie en de Green Deal gecommitteerd aan een duurzame transitie van de Nederlandse landbouw.

Een breed scala aan instrumenten wordt ingezet om agrarische ondernemers te ondersteunen en stimuleren om stappen te zetten in deze transitie. Een nieuw en omvangrijk instrument met dit doel is de ecoregeling, onderdeel van het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB), zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel d, van de Uitvoeringsregeling GLB 2023. De ecoregeling compenseert de gemaakte kosten van landbouwers voor geleverde ‘groenblauwe’ publieke diensten op hun bedrijf, waarmee waterkwaliteit, lucht- en bodemkwaliteit, biodiversiteit, klimaat en landschap worden verbeterd en de bedrijfsvoering verduurzaamd. Deelname aan de regeling gaat voor landbouwers gepaard met kosten en inkomstenderving.

De ecoregeling is op 1 januari 2023 van start gegaan. Ten tijde van geopolitieke onrust in Oost-Europa, en dus van inkomstenverlies door de gestegen kosten, hebben boeren in groten getale gekozen om toch deel te nemen aan de ecoregeling. Ondanks een praktijktoets was de deelnamebereidheid en ambitie van Nederlandse agrariërs hoger dan voorzien. Dit leidde tot een budgettekort waardoor Nederlandse boeren niet de geplande vergoeding voor de gemaakte kosten ontvingen. Het Ministerie van LNV acht het, zeker in tijde van de geopolitieke onrust in Oost-Europa, belangrijk dat het Nederlandse boeren geënthousiasmeerd houdt om zich te committeren aan Europese en nationale duurzaamheidsdoelstellingen. Daarom compenseert het Ministerie van LNV via deze compensatieregeling boeren die hebben meegedaan aan de ecoregeling in 2023 en geconfronteerd worden met lagere betalingen voor de ecoregeling, voor de negatieve financiële gevolgen van de hogere prijzen als gevolg van de Russische inval in Oekraïne. Deze eenmalige compensatie onderstreept de noodzaak om voldoende steun voor landbouwers te genereren om zo de effecten van klimaatverandering tegen te gaan, ondanks de negatieve gevolgen van de oorlog voor het inkomen van de landbouwers.

3. Doelgroep

Specifiek bestaat de doelgroep uit landbouwers die eco-activiteiten in 2023 uitvoeren en recht hebben op een ecopremie. Om de beschikbare middelen van de steunregeling terecht te laten komen bij deze doelgroep maakt RVO gebruik van de gegevens uit de aanvraag voor de ecopremie van landbouwers die in 2023 hebben deelgenomen aan de ecoregeling en recht hebben op een ecopremie.

De subsidieregeling is bedoeld om landbouwers te steunen, zodat zij ook de komende jaren zich actief kunnen inzetten voor een duurzame landbouwtransitie. Landbouwers hoeven geen aparte aanvraag in te dienen.

4. Hoogte subsidie

Het ingeschatte budget voor deze tijdelijke subsidieregeling is bepaald op € 50 miljoen.

Om aan te sluiten bij systematiek van de ecoregeling, gebeurt de uitbetaling per hectare en op basis van de behaalde medaille; brons, zilver, of goud. Middels de ecoregeling worden landbouwers vergoed voor eco-activiteiten die zij uitvoeren, op basis van een forfaitaire berekening van gemaakte kosten en gederfde inkomsten per hectare, op bedrijfsniveau. Betaling vindt, afhankelijk van de inspanning dus, plaats op drie niveaus: brons, zilver, en goud. In 2023 is het budget van het GLB ontoereikend gebleken om boeren te compenseren voor hun duurzaamheidsprestaties. Deze compensatieregeling vult de uit te betalen ecopremies aan tot het niveau zoals voorzien in het Nederlands Nationaal Strategisch Plan, te weten in totaal 60, 100, 200 euro per hectare voor respectievelijk brons, zilver, goud.

5. Uitvoering

RVO voert de regeling uit. Het uitvoeringsproces is deels geautomatiseerd. Zo kunnen landbouwers snel geholpen worden. RVO is tijdens het ontwikkelen van de regeling nauw betrokken geweest om te adviseren over de uitvoerbaarheid van de regeling.

Om te komen tot een snelle uitvoering en de administratieve lasten te beperken, wordt voor de subsidieverstrekking vanuit deze regeling hetzelfde beoordeling- en berekenproces als de bij de eco-regeling gevolgd.

De toets op het halen van de drempelbedrag van minimaal € 500 van artikel 8 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023 wordt gedaan op het totaal toe te kennen bedrag aan rechtstreekse betalingen inclusief de extra betaling die uit deze regeling voortvloeit.

6. Staatssteun

De subsidie wordt verstrekt aan landbouwers en bevat staatssteun in de zin van artikel 107, eerste lid, onderdeel b, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: VWEU). Om die reden is deze steunmaatregel conform artikel 108, derde lid, van het VWEU ter voorafgaande goedkeuring bij de Europese Commissie aangemeld SA.112447(2024/N) en goedgekeurd bij besluit van 16 februari 2024 (C(2024) 1108 FINAL). Het verstrekken van staatssteun vindt plaats binnen het tijdelijk crisiskader.

7. Regeldruk

Er is geen sprake van extra regeldruk voor landbouwers, omdat er geen aanvraag of aanlevering van aanvullende gegevens benodigd is. De ecopremie en deze subsidie worden als één betaling uitgevoerd. De aanvrager krijgt dus één beschikking. Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het naar verwachting geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

II. Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

In artikel 1 worden enkele definities opgenomen, die gelijkluidend zijn aan die van de Uitvoeringsregeling GLB 2023. Onder andere betreft dit de definitie van het begrip ‘landbouwer’. Ook wordt de definitie van het tijdelijk crisiskader opgenomen, de grondslag voor het verlenen van onderhavige subsidie.

Artikel 2

Artikel 2 bevat voorschriften voor het uitvoeren van deze subsidie. Zo wordt bepaald dat de subsidie ambtshalve wordt verstrekt en dat uitbetaling van de subsidie gelijktijdig met de uitbetaling van de ecopremie plaatsvindt, wat betekent dat er geen nadere voorwaarden zijn en evenmin een aparte aanvraag van de subsidie nodig is. De berekening van sancties en kortingen op grond van de Uitvoeringsregeling GLB 2023 geldt ook voor de te verstrekken subsidie en vindt plaats over het totale bedrag waarop de landbouwer recht heeft, dus over het EU-gedeelte (verstrekt op grond van de Uitvoeringsregeling GLB 2023) en de nationale aanvulling, de subsidie op grond van deze regeling.

Ook voor het drempelbedrag van 500 euro van artikel 8 van de Uitvoeringsregeling GLB 2023 geldt dat deze wordt toegepast op het totale te ontvangen bedrag, dus zowel op grond van de Uitvoeringsregeling GLB 2023 als op grond van deze regeling. Tenslotte is artikel 49, dat ziet op terugvorderingen, van overeenkomstige toepassing verklaard

Artikel 3

In artikel 3 staan de bedragen per hectare genoemd die voor de categorieën brons, zilver en goud worden betaald. De bedragen voorzien in het verschil tussen de oorspronkelijk bedoelde bedragen (60, 100, 200 euro per hectare voor respectievelijk brons, zilver, goud) en het beschikbare bedrag per hectare na verdeling van het EU-budget. Dit resulteert in de volgende tarieven:

  • a. voor categorie brons € 14,79 per hectare;

  • b. voor categorie zilver € 24,65 per hectare;

  • c. voor categorie goud € 49,30 per hectare.

Ook is het limietbedrag per landbouwer uit het tijdelijk crisiskader hier opgenomen en is bepaald dat de subsidie wordt verminderd met eventuele kortingen die het gevolg zijn van toe te passen sancties op grond van de Uitvoeringsregeling GLB 2023.

Artikel 4

Dit artikel bepaalt in aansluiting op artikel 2 dat ook de subsidievaststelling ambtshalve plaatsvindt.

Artikel 5

Artikel 5 geeft de verplichtingen voor de lidstaat weer die voortvloeien uit het tijdelijk crisiskader en maken duidelijk dat deze regeling staatssteun bevat.

Artikel 6

In artikel 6 is de inwerkingtreding van deze regeling opgenomen.

In afwijking van het beleid inzake vaste verandermomenten en invoeringstermijnen treedt de regeling de dag na publicatie in de Staatscourant in werking en is de termijn tussen de publicatie en inwerkingtreding van de regeling korter dan twee maanden. Dit wordt gerechtvaardigd door het feit dat landbouwers er belang bij hebben dat de compensatie gelijktijdig met de ecopremie wordt uitbetaald. Een latere inwerkingtreding zou bovendien onwenselijk zijn gelet op het aflopen van het tijdelijk crisiskader op 30 juni 2024.

In verband met de hierboven vermelde einddatum van het tijdelijk crisiskader is tevens een daaraan gekoppelde vervaldatum (1 juli 2024) voor de regeling opgenomen, waarmee is verzekerd dat er vanaf die datum geen subsidie meer kan worden verleend. Wel is hierbij uitdrukkelijk geregeld dat de regeling van toepassing blijft op subsidies die voor die datum (dus tot en met 30 juni 2024) zijn verleend.

Artikel 7

Dit artikel regelt de citeertitel van de regeling.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema

Naar boven