Besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 7 maart 2023, nummer WBV 2023/6, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Gelet op de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit 2000 en het Voorschrift Vreemdelingen 2000;

Besluit:

ARTIKEL I

De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

Paragraaf C7/32 Vreemdelingencirculaire 2000 is gewijzigd en komt te luiden:

32. Het asielbeleid ten aanzien van Sudan

32.1. Besluitmoratorium

Ten aanzien van vreemdelingen die politieke activiteiten hebben verricht tegen de Sudanese autoriteiten (ongeacht of deze activiteiten voortkomen uit een fundamentele politieke overtuiging) geldt vanaf 24 februari 2023 niet langer een besluit in de zin van artikel 43, eerste lid, Vw.

32.2. Artikel 1F Vluchtelingenverdrag

Geen bijzonderheden.

32.3. Vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag
32.3.1. Groepsvervolging in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

Geen bijzonderheden.

32.3.2. Risicogroepen in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

De IND merkt voor Sudan uitsluitend de volgende groepen aan als risicogroep:

  • vreemdelingen die behoren tot een niet-Arabische bevolkingsgroep afkomstig uit Darfur of Zuid-Kordofan en die hier voorafgaande aan het vertrek uit Sudan hun normale woon- of verblijfplaats hadden;

  • Politiek opposanten, mensenrechtenactivisten en personen die actief zijn in de journalistiek en die daarbij significante kritiek leveren op de autoriteiten; en

  • LHBTI.

32.4. Ernstige schade in de zin van artikel 29, eerste lid, onder b, Vw
32.4.1. Uitzonderlijke situatie in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

32.4.2. Systematische blootstelling in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

32.4.3. Kwetsbare minderheidsgroepen in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

De IND merkt uitsluitend de volgende groep aan als kwetsbare minderheidsgroep:

  • ontheemde (minderjarige) vrouwen uit Darfur, Zuid-Kordofan (inclusief Abyei) en Blue Nile.

32.5. Bescherming
32.5.1. Bescherming door autoriteiten en/of internationale organisaties in de zin van paragraaf C2/3.4 Vc

De IND neemt in ieder geval voor de volgende groepen aan dat het niet mogelijk is de bescherming van de autoriteiten en/of internationale organisaties te verkrijgen:

  • vrouwen die aannemelijk hebben gemaakt dat zij hebben te vrezen voor geweldpleging;

  • vrouwen die aannemelijk hebben gemaakt dat zij hebben te vrezen voor genitale verminking;

  • vreemdelingen die behoren tot een niet-Arabische bevolkingsgroep afkomstig uit Darfur of Zuid-Kordofan en die hier voorafgaande aan het vertrek uit Sudan hun normale woon- of verblijfplaats hadden; en

  • LHBTI.

32.5.2. Binnenlands beschermingsalternatief in de zin van paragraaf C2/3.4 Vc

De IND neemt voor Sudan geen binnenlands beschermingsalternatief aan als is geconcludeerd dat de vreemdeling een gegronde vrees heeft voor vervolging dan wel ernstige schade, tenzij uit het individuele dossier blijkt dat de vreemdeling zich elders kan vestigen.

32.6. Adequate opvang alleenstaande minderjarige vreemdelingen

De IND beoordeelt aan de hand van paragraaf B8/6 Vc of adequate opvang voor amv’s aanwezig is.

Voor Sudan geldt in zijn algemeenheid dat:

  • algemene opvangvoorzieningen niet beschikbaar en/of toereikend zijn; en

  • de autoriteiten geen zorg dragen voor de opvang.

Ondanks voornoemd uitgangspunt kan in een voorkomend geval – na onderzoek – worden vastgesteld dat adequate opvang beschikbaar is en kan worden gerealiseerd.

32.7. Vertrekmoratorium

Ten aanzien van vreemdelingen die politieke activiteiten hebben verricht tegen de Sudanese autoriteiten (ongeacht of deze activiteiten voortkomen uit een fundamentele politieke overtuiging) geldt vanaf 24 februari 2023 niet langer een besluit in de zin van artikel 45, vierde lid, Vw.

32.8. Bijzonderheden

Geen bijzonderheden.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal (met de toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 7 maart 2023

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, namens deze, A.W.H. Bertram directeur-generaal Migratie

TOELICHTING

Op 31 augustus 2022 heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken een algemeen ambtsbericht (AAB) over Sudan gepubliceerd. Dit geeft aanleiding het landgebonden asielbeleid voor Sudan te wijzigen. De Staatssecretaris heeft de Tweede Kamer hierover geïnformeerd bij brief van 22 februari 2023 (kenmerk: 4147399).

Vanaf 24 februari 2022 gold er een besluit- en vertrekmoratorium voor vreemdelingen die politieke activiteiten hebben verricht tegen de Sudanese autoriteiten. Het besluit- en vertrekmoratorium is afgekondigd naar aanleiding van de Afdelingsuitspraken van 15 december 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:2792; ECLI:NL:RVS:2021:2793; ECLI:NL:RVS:2021:2794), waarin de Afdeling heeft geoordeeld dat onvoldoende duidelijk is of (terugkerende) politiek actieve vreemdelingen te vrezen hebben voor de Sudanese autoriteiten. Daarom was nader onderzoek nodig. Het ambtsbericht geeft de benodigde duidelijkheid. Deze moratoria lopen af op 24 februari 2023 en worden derhalve niet verlengd.

Politiek opposanten, mensenrechtenactivisten en personen die actief zijn in de journalistiek en die daarbij significante kritiek uiten op de autoriteiten worden aangemerkt als risicogroep. Uit het ambtsbericht blijkt immers dat de Sudanese autoriteiten gerichte acties zoals arrestaties en detenties uitvoeren tegen personen behorende tot deze groepen.

Daarnaast worden LHBTI ook aangemerkt als risicogroep. De situatie voor de LHBTI is verslechterd blijkens het ambtsbericht. In de nasleep van de militaire machtsovername is er volgens het ambtsbericht sprake van een toename van homofobie, transfobie en agressie tegen LHBTI.

Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de eerdergenoemde brief aan de Tweede Kamer.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, namens deze, A.W.H. Bertram directeur-generaal Migratie

Naar boven