Call for proposals Summit grant, Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

Exacte en Natuurwetenschappen

Sociale en Geesteswetenschappen

Toegepaste en Technische Wetenschappen

Zon Mw

2023

Inhoud

1

Inleiding

1

 

1.1

Achtergrond

1

 

1.2

Beschikbaar budget

2

 

1.3

Indieningsdeadline(s)

2

2

Doel

2

 

2.1

Doelstelling van het programma

2

3

Voorwaarden voor aanvragers

3

 

3.1

Wie kan aanvragen

3

 

3.2

Wat kan aangevraagd worden

3

 

3.3

Het opstellen en indienen van de aanvraag

4

 

3.4

Indieningsvoorwaarden

4

 

3.5

Subsidievoorwaarden

5

4

Beoordelingsprocedure

6

 

4.1

De San Francisco Declaration (DORA)

6

 

4.2

Procedure

6

 

4.3

Criteria

9

5

Subsidieverplichtingen

10

6

Contact en overige informatie

11

 

6.1

Contact

11

 

6.2

Overige informatie

12

7

Bijlage

12

 

7.1

Toelichting op budgetmodules

12

1 Inleiding

In deze Call for proposals leest u hoe de aanvraagprocedure is ingericht voor de subsidieronde ‘Summit grant’. Deze Call for proposals valt onder de verantwoordelijkheid van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).

U vindt in deze Call for proposals achtereenvolgens informatie over het doel van dit programma (hoofdstuk 2), de voorwaarden voor de subsidieaanvraag (hoofdstuk 3) en hoe uw aanvraag wordt beoordeeld (hoofdstuk 4). Deze informatie heeft u nodig om een aanvraag voor subsidie te kunnen indienen. In hoofdstuk 5 vindt u de subsidieverplichtingen die van toepassing zijn in geval van toewijzing, in hoofdstuk 6 de contactgegevens en in hoofdstuk 7 de bijlagen.

1.1 Achtergrond

Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft voor de Summit grant eenmalig een bedrag beschikbaar gesteld om wetenschappelijke samenwerkingsverbanden van wereldklasse voor een periode van 10 jaar onderzoek te laten doen. Onderzoek van wereldklasse heeft wetenschappelijke impact, passend bij het wetenschappelijk veld waarin het onderzoek wordt uitgevoerd. Het onderzoek kenmerkt zich door een gezonde onderzoekscultuur, die bijdraagt aan een academische wereld waarin samenwerking, respect, veiligheid en onderling vertrouwen centraal staan. Binnen deze onderzoekscultuur zijn sociale veiligheid en wetenschappelijke integriteit een vanzelfsprekendheid. Met de financiering van dit onderzoek krijgt het samenwerkingsverband de kans om gedurende de financieringsperiode in rust en met ruimte te werken aan het onderzoek. Van dit onderzoek wordt verwacht dat het de potentie heeft om tot een significante verschuiving of vooruitgang te komen in het inzicht in bestaande begrippen, methoden, conceptuele kaders, tools of technieken. Nieuwe ontdekkingen leiden tot zowel een bijzondere voortbouwing van huidige kennis als tot een radicale herziening daarvan.

De naam Summit grant beschrijft precies dat wat NWO wil financieren met deze subsidieronde: de top van samenwerkende wetenschappers, waarbij summit staat voor zowel een top van een berg als een samenkomst van mensen. Het is een grant, omdat het specifiek wordt toegekend aan bestaande samenwerkingsverbanden, die daarmee in rust en ruimte onderzoek kunnen doen voor een periode van 10 jaar.

1.2 Beschikbaar budget

Het subsidieplafond voor deze Call for proposals bedraagt in totaal € in totaal € 188.000.000. Binnen deze Call for proposals worden naar verwachting 6 à 7 aanvragen toegewezen met een omvang tussen € 15.000.000 en € 40.000.000. Bij het verdelen van het subsidiebudget geldt de volgende procedure.

Na vaststelling van de prioritering door de beoordelingscommissie (zie paragraaf 4.2.10) geldt het volgende. Ten eerste zullen de aanvragen met de kwalificatie ‘excellent’ op volgorde van de prioritering worden toegewezen.

Indien er daarna nog budget resteert zal vervolgens per wetenschapsdomein de hoogst geprioriteerde aanvraag met kwalificatie ‘zeer goed’ worden toegewezen, tenzij er voor dat wetenschapsdomein geen enkele aanvraag de kwalificatie ‘zeer goed’ heeft ontvangen. Dit is alleen van toepassing als het wetenschapsdomein in kwestie nog geen toewijzing heeft binnen de excellente aanvragen.

De bewuste wetenschapsdomeinen zijn: Sociale en Geesteswetenschappen (SGW), Exacte en Natuurwetenschappen (ENW), Toegepaste en Technische Wetenschappen (TTW) en Medische Wetenschappen (MW).

Indien er daarna nog budget resteert, zullen de overige aanvragen met de kwalificatie ‘zeer goed’ op volgorde van de prioritering worden toegewezen ongeacht het wetenschapsdomein waaronder de aanvraag ressorteert, totdat het subsidieplafond is bereikt. De raad van bestuur kan vervolgens, indien het budget niet toereikend is voor toewijzing van de volgende aanvraag in de prioritering, van die prioritering afwijken en de daarop volgende aanvraag in de prioritering toewijzen. Deze aanvraag voldoet aan de minimumkwalificatie én past binnen het resterende budget.

1.3 Indieningsdeadline(s)

De deadline voor het indienen van vooraanmeldingen is 2 januari 2023, voor 14:00:00 CEST. De deadline voor het indienen van aanvragen is 23 januari 2024, voor 14:00:00 CET.

Bij het indienen van uw aanvraag in ISAAC dient u ook online nog gegevens in te voeren. Begin daarom ten minste één dag vóór de deadline van deze call for proposals met het indienen van uw aanvraag. Aanvragen die na de deadline worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.

2 Doel

Dit hoofdstuk beschrijft de doelstelling van het programma en de maatschappelijke impact.

2.1 Doelstelling van het programma

De Summit grant richt zich op wetenschappelijke samenwerkingsverbanden die in bestaande samenwerking, bewezen hebben dat zij tot de absolute wereldtop behoren of hier heel dichtbij zitten en de sprong naar de absolute wereldtop met dit instrument kunnen maken. De samenwerkingsverbanden kunnen aantonen dat zij in staat zijn langdurig en op dit zeer hoge niveau onderzoek te doen. Onderzoek van wereldklasse heeft wetenschappelijke impact, passend bij het het wetenschappelijk veld waarin het onderzoek wordt uitgevoerd. Het onderzoek kenmerkt zich door een gezonde onderzoekscultuur, die bijdraagt aan een academische wereld waarin samenwerking, respect, veiligheid en onderling vertrouwen centraal staan. Binnen deze onderzoekscultuur zijn sociale veiligheid en wetenschappelijke integriteit een vanzelfsprekendheid.

Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap wil met de inzet van de middelen voor dit programma uitzonderlijke kwaliteit van onderzoek bevorderen en tevens een schaalsprong realiseren met het gefinancierde onderzoek. De schaalsprong kenmerkt zicht door een significante verschuiving, vooruitgang in of inzicht in bestaande begrippen en methoden, conceptuele kaders, tools of technieken. Bij een schaalsprong kan gedacht worden aan een vergroting, verbreding of verdieping van de bovengenoemde onderdelen. Het programma heeft de potentie om (inter)nationaal baanbrekend onderzoek te stimuleren. Het gaat hierbij om de lange termijn (10 jaar), waarbij de impuls van het programma ook bijdraagt aan het behouden van een sterke positie in en ontwikkeling van een veld na die 10 jaar. De subsidies zijn bedoeld voor de breedte van de wetenschap. Toewijzingen zullen plaatsvinden in uiteenlopende wetenschapsgebieden.

3 Voorwaarden voor aanvragers

Dit hoofdstuk bevat de voorwaarden die gelden voor uw subsidieaanvraag. Eerst wordt beschreven wie subsidie kan aanvragen (paragraaf 3.1) en waarvoor u subsidie kunt aanvragen (paragraaf 3.2). Vervolgens vindt u de voorwaarden voor het opstellen en indienen van de aanvraag (paragrafen 3.3 en 3.4) en specifieke subsidievoorwaarden (paragraaf 3.5).

3.1 Wie kan aanvragen

De Colleges van Bestuur van universiteiten gevestigd in het Koninkrijk der Nederlanden, de Raden van Bestuur van de Universitaire Medische Centra, het bestuur van de KNAW-instituten en het bestuur van de NWO-instituten kunnen samenwerkingsverbanden voordragen bij NWO. Let op! Er geldt een beperkte indienmogelijkheid. Elk bestuur mag maximaal twee (2) samenwerkingsverbanden voordragen. Een samenwerkingsverband mag slechts een keer worden voorgedragen. De technische indiening in het elektronische indiensysteem van NWO dient te geschieden door de hoofdaanvrager van het samenwerkingsverband. Deze persoon is het eerste aanspreekpunt voor het programma.

Een samenwerkingsverband bestaat uit meer dan vier onderzoekers uit één of meerdere vakgebieden. Het voorgedragen samenwerkingsverband is een bestaande samenwerking, die kan voortkomen uit Nederlandse onderzoeksscholen, maar ook uit een krachtenbundeling van invloedrijke onderzoekers en onderzoeksgroepen.

Hoogleraren, universitair (hoofd)docenten en andere onderzoekers met een vergelijkbare functie1 mogen als hoofdaanvrager optreden als zij in vaste dienst zijn (en derhalve een bezoldigd dienstverband voor onbepaalde tijd hebben) hebben bij één van de onderstaande organisaties:

  • Universiteiten gevestigd in het Koninkrijk der Nederlanden;

  • Universitair medische centra;

  • KNAW- en NWO-instituten;

  • Het Nederlands Kanker Instituut;

  • Het Max Planck Instituut voor Psycholinguïtiek te Nijmegen;

  • NCB Naturalis;

  • Advanced Research Centre of NanoLithography (ARCNL);

  • Prinses Máxima Centrum.

Personen met een nuluren-arbeidsovereenkomst of met een dienstverband voor bepaalde tijd (anders dan een tenure track) zijn uitgesloten van indiening.

3.2 Wat kan aangevraagd worden

Voor een aanvraag in deze Call for proposals kan een totaalbedrag van minimaal € 15.000.000 en maximaal € 40.000.000 worden aangevraagd. De looptijd van het voorgestelde programma is 10 jaar.

Financiering kan worden aangevraagd voor direct aan het onderzoeksprogramma of aan de organisatie van het samenwerkingsverband gerelateerde additionele (nieuwe) kosten. Hieronder vallen:

  • nieuw (en bestaand) personeel en materiële voorzieningen;

  • investeringen in apparatuur/infrastructuur en andere faciliteiten tot een maximum van 25% van de aangevraagde financiering;

  • managementkosten voor het samenwerkingsverband voor een periode van maximaal 10 jaar.

De voor deze Call for proposals beschikbare budgetmodules (inclusief de maximum bedragen) staan vermeld in de tabel hieronder. Vraag alleen datgene aan wat essentieel is om het project uit te voeren. Een nadere toelichting op de budgetmodules vindt u in de bijlage bij deze Call for proposals (7.1).

Budgetmodule

Maximaal bedrag

Promovendus

volgens UNL-tarieven of NFU-tarieven1

Engineering Doctorate degree (EngD)

volgens UNL-tarieven of NFU-tarieven1

Postdoc

volgens UNL-tarieven of NFU-tarieven1

Niet-wetenschappelijk personeel (NWP) bij universiteiten

volgens UNL-tarieven of NFU-tarieven1 in combinatie met promovendi en/of postdoc(s)

Overig wetenschappelijk personeel (OWP) bij universiteiten

combinatie met promovendus en/of postdoc

Personeel hogescholen, onderwijsinstellingen en overige organisaties

volgens de op het moment van het subsidieverleningsbesluit geldende tarieven uit tabel 2.2, kolom ‘Uurtarief productieve uren, excl. btw’ van de Handleiding Overheidstarieven Salaristabellen | NWO.

Materiële kosten

€ 15.000 per jaar per fte wetenschappelijke positie

Investeringen

maximaal 25% van het totaal aangevraagde budget

Kennisbenutting

n.v.t. (er geldt geen maximaal bedrag)

Internationalisering

n.v.t. (er geldt geen maximaal bedrag)

X Noot
1

Voor personeel in het buitenland worden de lokale tarieven vergoed. Er geldt echter een maximum, dat gebaseerd is op de UNL-tarieven verrekend met de waardes uit de NWO Country correction coefficients (CCC) tabel, zie Money Follows Cooperation | NWO.

3.3 Het opstellen en indienen van de aanvraag

Voor het opstellen van uw aanvraag doorloopt u de volgende stappen:

  • download het aanvraagformulier vanuit het online aanvraagsysteem ISAAC of vanaf de website van NWO (op de website van het betreffende financieringsinstrument);

  • vul het aanvraagformulier in;

  • sla het formulier op als pdf en dien het met de eventueel verplichte bijlage(n) in ISAAC in;

  • vul de online in ISAAC gevraagde gegevens in.

Verplichte bijlage(n): aanbiedingsbrief voordragende instelling in het Engels (alleen bij vooraanmelding).

Indien NWO een template beschikbaar heeft gesteld, dient de bijlage conform het NWO-template opgesteld te worden. Bijlagen dienen los van de aanvraag in ISAAC geüpload te worden. Alle bijlagen dienen als pdf-bestand (zonder beveiliging) te worden ingediend. Andere bijlagen dan hierboven vermelde bijlagen zijn niet toegestaan.

Het is verplicht uw aanvraag in het Engels op te stellen.

Het indienen van een aanvraag kan alleen via het online aanvraagsysteem ISAAC. Aanvragen die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen.

U bent als hoofdaanvrager verplicht een aanvraag via het eigen persoonlijke ISAAC-account in te dienen.

Het is belangrijk om tijdig te beginnen met uw aanvraag in ISAAC:

  • indien u nog geen ISAAC-account heeft, dient deze op tijd te worden aangemaakt om eventuele aanmeldproblemen te voorkomen;

  • nieuwe organisaties moeten eventueel nog door NWO toegevoegd worden aan ISAAC;

  • u moet ook online nog gegevens invoeren.

Aanvragen die na de deadline worden ingediend, neemt NWO niet in behandeling.

Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC-helpdesk, zie contact (hoofdstuk 6).

De aanvrager dient de organisatie waar zij/hij werkzaam is te hebben geïnformeerd over het indienen van de aanvraag en de organisatie dient de subsidievoorwaarden van deze Call for proposals te aanvaarden.

3.4 Indieningsvoorwaarden

3.4.1 Formele voorwaarden voor indiening

NWO toetst uw aanvraag op onderstaande voorwaarden. Alleen als uw aanvraag aan deze voorwaarden voldoet, wordt deze toegelaten tot de beoordelingsprocedure. U wordt gevraagd om na indiening van een aanvraag beschikbaar te zijn om eventuele administratieve correcties door te voeren en zo (alsnog) te voldoen aan de voorwaarden voor indiening.

Deze voorwaarden zijn:

  • maximaal twee (2) voordrachten per instelling van de genoemde instellingen in paragraaf 3.1;

  • hoofdaanvrager voldoet aan de in paragraaf 3.1 gestelde voorwaarden;

  • de aanvraag voldoet aan de DORA-richtlijnen zoals beschreven in paragraaf 4.1;

  • het aanvraagformulier is, na eventueel verzoek tot aanvulling of wijziging, compleet en volgens de instructies ingevuld;

  • de aanvraag is ingediend via het ISAAC-account van de hoofdaanvrager;

  • de aanvraag is ontvangen voor de gestelde deadline;

  • de aanvraag is in het Engels opgesteld;

  • de aanvraagbegroting is volgens de voorwaarden van deze Call for proposals opgesteld;

  • het voorgestelde project heeft een looptijd van 10 jaar;

  • alle vereiste bijlagen zijn, na eventueel verzoek tot aanvulling of wijziging, compleet en volgens de instructies ingevuld en voorwaarden van deze Call for proposals opgesteld en ingediend.

3.5 Subsidievoorwaarden

Op alle aanvragen zijn de NWO Subsidieregeling 2017 en het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek van toepassing.

3.5.1 Datamanagement

Resultaten van wetenschappelijk onderzoek moeten kunnen worden gerepliceerd, geverifieerd en gefalsifieerd. In het digitale tijdperk betekent dit dat behalve publicaties ook onderzoeksdata zo veel mogelijk vrij toegankelijk moeten zijn. NWO verwacht dat de onderzoeksdata die voortkomen uit projecten die door NWO zijn gefinancierd zo veel mogelijk vrij beschikbaar komen voor hergebruik door andere onderzoekers.

NWO hanteert daarbij het principe: “zo open als mogelijk, beschermd indien nodig”. Van onderzoekers wordt verwacht dat zij ten minste die data en/of niet-numerieke resultaten die ten grondslag liggen aan de conclusies van binnen het project gepubliceerde werken openbaar maken, gelijktijdig met de publicatie zelf. Eventuele kosten die hiervoor worden gemaakt, kunnen worden meegenomen in de projectbegroting.

Onderzoekers maken kenbaar hoe met data voortkomend uit het project wordt omgegaan aan de hand van de datamanagementparagraaf in de aanvraag, en het datamanagementplan na toewijzing van subsidie.

Datamanagementparagraaf

De datamanagementparagraaf maakt deel uit van de aanvraag. Onderzoekers wordt gevraagd reeds voor aanvang van het onderzoek te bedenken hoe de verzamelde data geordend en gecategoriseerd moeten worden zodat zij vrij beschikbaar kunnen worden gesteld. Vaak zullen al vóór het tot stand komen van de data en de analyse daarvan maatregelen getroffen moeten worden om opslag en deling later mogelijk te maken.

Indien niet alle data voortkomende uit het project openbaar gemaakt kunnen worden, bijvoorbeeld om redenen van privacy, ethiek of valorisatie, dient de aanvrager dit beargumenteerd kenbaar te maken in de datamanagementparagraaf.

De datamanagementparagraaf wordt niet beoordeeld en daarom ook niet meegewogen in de beslissing om een aanvraag al dan niet toe te wijzen. De commissie kan wel advies geven met betrekking tot de datamanagementparagraaf.

3.5.2 Wetenschappelijke integriteit

Het project dat NWO financiert moet, conform de NWO Subsidieregeling 2017, uitgevoerd worden in overeenstemming met de nationaal en internationaal aanvaarde normen van wetenschappelijk handelen zoals neergelegd in de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit (2018). Met het indienen van de aanvraag committeert de aanvrager zich aan deze code. In geval van (mogelijke) schending van deze normen bij een door NWO gefinancierd project, dient de aanvrager NWO hiervan onverwijld op de hoogte te stellen en dient deze alle ter zake relevante documenten aan NWO te overleggen. Meer informatie over de gedragscode en het beleid op het gebied van wetenschappelijke integriteit vindt u op de website: Wetenschappelijke integriteit | NWO.

3.5.3 Ethische verklaring of vergunning

Het is de verantwoordelijkheid van de aanvrager om na te gaan of voor de uitvoering van het voorgestelde project een ethische verklaring of vergunning noodzakelijk is. De aanvrager dient er voor te zorgen dat deze tijdig wordt verkregen bij de relevante instelling of ethische commissie. Bij toewijzing wordt de subsidie verleend onder de voorwaarde dat de benodigde ethische verklaring of vergunning vóór de uiterste startdatum van het project is verkregen. Het project kan pas starten nadat NWO een kopie van de ethische verklaring of vergunning heeft ontvangen.

3.5.4 Nagoya Protocol

Het Nagoya Protocol zorgt voor een eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit het gebruik van genetische rijkdommen (Access and Benefit Sharing; ABS). Onderzoekers die voor hun onderzoek gebruikmaken van genetische bronnen in/uit het buitenland dienen zich op de hoogte te stellen van het Nagoya Protocol (ABS Focal Point – ABS Focal Point). NWO gaat er vanuit dat zij de noodzakelijke acties ten aanzien van het Nagoya Protocol nemen.

4 Beoordelingsprocedure

Dit hoofdstuk beschrijft allereerst de beoordeling volgens de DORA-principes (paragraaf 4.1) en hoe de beoordelingsprocedure verloopt (paragraaf 4.2). Vervolgens somt het de criteria op waaraan de beoordelingscommissie uw aanvraag toetst (paragraaf 4.3).

Voor alle bij de beoordeling en/of besluitvorming betrokken personen en betrokken NWO-medewerkers is de NWO Code Persoonlijke Belangen van toepassing (Code persoonlijke belangen | NWO).

NWO streeft naar een inclusieve cultuur, waarin geen plaats is voor bewuste of onbewuste barrières vanwege culturele, etnische of religieuze achtergrond, gender, seksuele oriëntatie, gezondheid of leeftijd (Diversiteit en inclusie | NWO). NWO stimuleert leden van een beoordelingscommissie actief om zich bewust te worden van impliciete associaties en te proberen deze te minimaliseren. NWO voorziet hen van informatie over concrete manieren om de beoordeling van een aanvraag te verbeteren.

4.1 De San Francisco Declaration (DORA)

NWO is ondertekenaar van de San Francisco Declaration on Research Assessment (DORA). DORA is een wereldwijd initiatief dat beoogt de manier waarop onderzoek en onderzoekers worden beoordeeld te verbeteren. DORA bevat aanbevelingen voor onderzoeksfinanciers, onderzoeksinstellingen, wetenschappelijke tijdschriften en andere partijen.

DORA richt zich op het terugdringen van het onkritisch gebruik van bibliometrische indicatoren en het wegnemen van onbewuste vooringenomenheid (unconscious bias) bij de beoordeling van onderzoek en onderzoekers. Overkoepelende filosofie van DORA is dat onderzoek moet worden beoordeeld op zijn eigen kwaliteiten en verdiensten in plaats van op basis van afgeleide indicatoren, zoals het tijdschrift waarin het onderzoek wordt gepubliceerd.

NWO gaat bij het beoordelen van het wetenschappelijk track record van aanvragers uit van een brede definitie van wetenschappelijke output.

NWO verzoekt commissieleden bij de beoordeling van aanvragen niet af te gaan op indicatoren als de Journal Impact Factor of de h-index. U mag deze niet vermelden in uw aanvraag. Wel mag u naast publicaties ook andere wetenschappelijk producten te vermelden, zoals datasets, patenten, software en code enzovoort.

Voor meer informatie over wat NWO doet om de principes van DORA te implementeren zie: DORA | NWO.

4.2 Procedure

De aanvraagprocedure bestaat uit de volgende stappen:

  • indiening van de vooraanmelding;

  • in behandeling nemen van de vooraanmelding;

  • preadvisering beoordelingscommissie van de vooraanmelding;

  • beoordeling van de vooraanmelding;

  • besluit vooraanmelding;

  • indiening van de aanvraag;

  • in behandeling nemen van de aanvraag;

  • preadvisering beoordelingscommissie;

  • interview;

  • vergadering van de beoordelingscommissie;

  • besluitvorming.

Voor deze Call for proposals wordt een externe, onafhankelijke beoordelingscommissie ingesteld, bestaande uit maximaal twee leden van elk (domein)besturen (ENW, SGW, SIA, TTW en ZonMW) en minimaal 4 internationale experts om de expertise van de commissie te verbreden. De taak van de beoordelingscommissie is om de ingediende aanvragen en de daarop betrekking hebbende stukken in onderlinge samenhang en op eigen merites te beoordelen op basis van de gegeven selectiecriteria in deze Call. De beoordelingscommissie kan voor de tweede fase met volledige aanvragen worden uitgebreid met specifieke expertise op het gebied van de uitgenodigde consortia voor het indienen van een volledige aanvraag.

Vanwege de in de beoordelingscommissie aanwezige expertise, heeft NWO besloten om bij de beoordeling van de aanvragen gebruik te maken van de mogelijkheid gegeven in artikel 2.2.4, lid 2, van de NWO Subsidieregeling 2017, om de beoordelingsprocedure uit te voeren zonder referenten in te schakelen.

4.2.1 Indiening van de vooraanmelding

Voor deze Call for proposals is het indienen van een vooraanmelding verplicht. Een vooraanmelding is een beknopte aanvraag. Voor indiening van de vooraanmelding is een standaardformulier beschikbaar op de financieringspagina van deze Call for proposals op de NWO website. De door u ingevulde vooraanmelding moet voor de deadline via ISAAC zijn ontvangen (zie paragraaf 1.3). De hoofdaanvrager ontvangt na indiening van de vooraanmelding een ontvangstbevestiging.

4.2.2 In behandeling nemen van de vooraanmelding

Zo snel mogelijk nadat u uw vooraanmelding heeft ingediend, hoort u of NWO uw vooraanmelding in behandeling neemt. NWO bepaalt dit aan de hand van een aantal administratief-technische criteria (zie de formele voorwaarden voor indiening, paragraaf 3.4). Alleen als uw vooraanmelding hieraan voldoet, kan NWO deze in behandeling nemen.

Houd er rekening mee dat NWO u binnen twee weken na de indieningsdeadline kan benaderen om eventuele administratieve correcties door te voeren om (alsnog) te voldoen aan de voorwaarden voor indiening. U krijgt één keer de gelegenheid om de correcties door te voeren, hiervoor krijgt u vijf werkdagen de tijd.

4.2.3 Preadvisering beoordelingscommissie van de vooraanmelding

Hierna wordt uw aanvraag voor commentaar voorgelegd aan enkele leden van de beoordelingscommissie (de preadviseurs). De preadviseurs geven schriftelijk een inhoudelijk en beargumenteerd commentaar op de aanvraag. Zij formuleren dit commentaar aan de hand van de inhoudelijke beoordelingscriteria (zie paragraaf 4.3.1) en geven de aanvraag per beoordelingscriterium een cijfermatige score. Hierbij wordt de NWO scoretabel gehanteerd (op een schaal van 1 tot 9, waarbij ‘1’ excellent is en ‘9’ ontoereikend).

Alle aanvragers krijgen per e-mail bericht over de inhoudelijke preadviezen van de preadviseurs. Aanvragers hebben de mogelijkheid om op de preadviezen van de preadvieseurs binnen vijf werkdagen per e-mail naar NWO te reageren.

4.2.4 Beoordeling vooraanmelding

De preadviezen en de reacties van de aanvragers fungeren als startpunt voor de plenaire bespreking van de aanvragen door de beoordelingscommissie. De commissie stelt naar aanleiding van de bespreking een schriftelijk advies op aan de raad van bestuur van NWO over de kwaliteit en prioritering van de aanvragen. Dit advies baseert zij op de beoordelingscriteria. De aanvraag als geheel moet tenminste de kwalificatie excellent/zeer goed krijgen om in aanmerking te komen voor de subsidie. Daarnaast moet de aanvraag tevens op elk van de afzonderlijke beoordelingscriteria tenminste de kwalificatie excellent/zeer goed krijgen.

4.2.5 Besluit Vooraanmelding

De beoordeling van de vooraanmeldingen door de beoordelingscommissie resulteert in een advies aan de raad van bestuur van NWO. De raad van bestuur van NWO toetst de gevolgde procedure en het advies van de beoordelingscommissie en neemt een besluit aanvragers al dan niet uit te nodigen een volledige aanvraag in te dienen. Aanvragers die niet worden uitgenodigd een volledige aanvraag in te dienen ontvangen een afwijzingsbesluit over de aanvraag. Aanvragers die worden uitgenodigd een volledige aanvraag in te dienen ontvangen daarvoor een uitnodiging per email en per brief.

4.2.6 Indiening van een aanvraag

Voor indiening van de aanvraag is een standaardformulier beschikbaar op de financieringspagina van deze Call for proposals op de NWO website. In uw aanvraag moet u zich houden aan de vragen die in dit formulier staan en aan de werkwijze die in de toelichting staat. Ook moet u zich houden aan de voorwaarden voor het maximale aantal woorden en pagina’s.

Uw volledig ingevulde aanvraagformulier moet voor de deadline via ISAAC zijn ontvangen (zie paragraaf 1.3). Na dit tijdstip kunt u geen aanvraag meer indienen. De hoofdaanvrager ontvangt na indiening van de aanvraag een ontvangstbevestiging.

4.2.7 In behandeling nemen van de aanvraag

Zo snel mogelijk nadat u uw aanvraag heeft ingediend, hoort u of NWO uw aanvraag in behandeling neemt. NWO bepaalt dit aan de hand van een aantal administratief-technische criteria (zie de formele voorwaarden voor indiening, paragraaf 3.4). Alleen als uw aanvraag hieraan voldoet, kan NWO deze in behandeling nemen. Houdt er rekening mee dat NWO u binnen twee weken na de indieningsdeadline kan benaderen om eventuele administratieve correcties door te voeren om (alsnog) te voldoen aan de voorwaarden voor indiening. U krijgt één keer de gelegenheid om de correcties door te voeren, hiervoor krijgt u vijf werkdagen de tijd.

4.2.8 Preadvisering beoordelingscommissie

Hierna wordt uw aanvraag voor commentaar voorgelegd aan enkele leden van de beoordelingscommissie (de preadviseurs). De preadviseurs geven schriftelijk een inhoudelijk en beargumenteerd commentaar op de aanvraag. Zij formuleren dit commentaar aan de hand van de inhoudelijke beoordelingscriteria (zie paragraaf 4.3.1) en geven de aanvraag per beoordelingscriterium een cijfermatige score. Hierbij wordt de NWO scoretabel gehanteerd (op een schaal van 1 tot 9, waarbij ‘1’ excellent is en ‘9’ ontoereikend).

De beoordelingscommissie heeft op moment in de procedure de mogelijkheid om gebruik te maken van externe expertise door onafhankelijke experts op het specifieke terrein van de aanvraag om zo tot een beter inzicht te komen met betrekking tot de kwaliteit van de aanvraag.

4.2.9 Interview

De aanvragen worden aan de beoordelingscommissie voorgelegd. De beoordelingscommissie maakt op basis hiervan een eigen afweging. Vervolgens ontvangt de hoofdaanvrager voor het samenwerkingsverband een uitnodiging voor een interview.

Tijdens het interview heeft de beoordelingscommissie de gelegenheid om vragen te stellen. Het samenwerkingsverband kan hier tijdens het interview in de discussie met de commissie op reageren. Op deze wijze wordt hoor- en wederhoor toegepast. Het interview is een belangrijk onderdeel van de beoordeling.

4.2.10 Vergadering van de beoordelingscommissie

De preadviezen fungeren als startpunt voor de plenaire bespreking van de aanvragen door de beoordelingscommissie. De beoordelingscommissie maakt op basis van de aanvraag en het interview een eigen afweging. De commissie weegt de argumenten en of tijdens het interview goed ingegaan wordt op de vragen van de commissie.

De commissie stelt naar aanleiding van de bespreking een schriftelijk advies op aan de raad van bestuur van NWO over de kwaliteit en prioritering van de aanvragen. Dit advies baseert zij op de beoordelingscriteria. De aanvraag als geheel moet tenminste de kwalificatie excellent/zeer goed krijgen om in aanmerking te komen voor de subsidie. Daarnaast moet de aanvraag tevens op elk van de afzonderlijke beoordelingscriteria tenminste de kwalificatie excellent/zeer goed krijgen. Voor meer informatie over de kwalificaties zie www.nwo.nl/kwalificaties.

Als na de bespreking van de aanvragen blijkt dat twee of meer aanvragen op basis van hun gewogen totaalscore niet van elkaar te onderscheiden zijn, dan is er sprake van een ex aequo-situatie (zie paragraaf over ex aequo).

4.2.11 Ex aequo

Onder ex aequo verstaat NWO de situatie waarin twee of meer aanvragen op basis van hun gewogen score niet van elkaar te onderscheiden zijn. Een ex aequo situatie is relevant rondom de grens van het subsidieplafond of de selectiegrens. Of er sprake is van een ex aequo situatie wordt als volgt bepaald. Het uitgangspunt is de door de beoordelingscommissie opgestelde prioritering, met eindscores afgerond op 2 decimalen. De referentiescore is de score van de laagst geprioriteerde aanvraag binnen de grens van het subsidieplafond of de selectiegrens. Alle aanvragen met een score die 0,05 of minder van de referentiescore afliggen, worden in overweging genomen. Zo worden de aanvragen geselecteerd die binnen 0,10 gelijk zijn. Indien een ex aequo situatie zich voordoet op de grens van het subsidieplafond of de selectiegrens, dan zal de aanvraag met de hoogste score op het criterium kwaliteit van het samenwerkingsverband als hoogste eindigen. Als de ex aequo situatie daarmee niet wordt doorbroken, zal de aanvraag met de hoogste score op het criterium onderzoeksprogramma en toekomstvisie als hoogste eindigen. Als ook dan aanvragen gelijk eindigen bepaalt de beoordelingscommissie met behulp van een (anonieme) meerderheidsstemming de prioritering (conform artikel 2.2.7, derde lid, sub a, onderdeel iv van de NWO Subsidieregeling 2017). Als ook stemming geen uitsluitsel biedt, of niet gewenst is, wordt de ex aequo situatie doorgestuurd naar het besluitnemend orgaan.

4.2.12 Besluitvorming

Tot slot toetst de raad van bestuur de gevolgde procedure en het advies van de beoordelingscommissie. Vervolgens stelt het de definitieve kwalificaties vast en besluit over toe- en afwijzing van de aanvragen.

4.2.13 Tijdpad

Hieronder treft u het tijdpad aan voor deze Call for proposals. Het kan zijn dat NWO het noodzakelijk acht om tijdens de lopende procedure nog aanpassingen in het tijdpad van deze Call for proposals aan te brengen.

Uiteraard ontvangt u hierover op tijd bericht.

Vooraanmeldingen

 

20 juni 2023 14:00:00 CEST

Deadline vooraanmeldingen

Juli – augustus 2023

Commissie beoordeelt vooraanmeldingen

Begin oktober

Aanvragers ontvangen besluit wel/niet uitwerken vooraanmelding tot een aanvraag

Aanvragen

 

23 januari 2024 14:00:00 CET

Deadline aanvragen

Eind februari 2024

Interviews

Begin maart 2024

Vergadering beoordelingscommissie

Eind maart 2024

Besluit bestuur

4.3 Criteria

4.3.1 Inhoudelijke beoordelingscriteria

De aanvragen die binnen deze Call for proposals worden ingediend worden inhoudelijk beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

  • 1. Kwaliteit van het consortium (vooraanmelding 80%, volledige aanvraag 20%)

    • Er is sprake van een langer bestaand samenwerkingsverband, dat bestaat uit onderzoekers met wetenschappelijke expertise en capaciteit om een groot project succesvol uit te voeren.

    • Het consortium van onderzoekers behoort aantoonbaar tot de absolute internationale wetenschappelijke wereldtop, of zit hier heel dichtbij, en heeft in de afgelopen jaren haar waarde bewezen door hun bijdrage aan essentiële inzichten in het eigen wetenschapsveld;

    • Samenwerkingen zowel in het binnen- als buitenland tonen dat het consortium nationaal en internationaal goed is ingebed en daarmee behoort tot de wereldtop, of hier heel dicht bij zit.

    • Het samenwerkingsverband bevordert synergie en laat zien dat ze omstandigheden hebben gecreëerd en creëren waarin ruimte is om ieders capaciteiten te benutten en talent te ontwikkelen.

    • Het samenwerkingsverband laat zien dat ze een visie heeft op de dynamiek van samenwerkingen, zodat het samenwerkingsverband in de toekomst op een hoog niveau blijft functioneren en divers talent kan aantrekken en behouden uit binnen- en buitenland.

    • Het samenwerkingsverband bestaat zoveel mogelijk uit een divers team met een mix van leeftijden, gender en culturele achtergrond, waardoor het gehele team elkaar versterkt.

  • 2. Onderzoeksprogramma en toekomstvisie (vooraanmelding 20%, volledige aanvraag 80%)

    • Het consortium toont in de aanvraag aan dat zij een heldere visie heeft op de onderzoeks-strategie (inclusief de huidige en benodigde mensen, infrastructuur, etc.) en de wijze waarop zij met behulp van de middelen de beoogde schaalsprong bereikt.

    • Het consortium toont aan dat het voorgestelde onderzoek zich richt op belangrijke wetenschappelijke uitdagingen, dat de doelen ambitieus en voorbij de state-of-the-art zijn en het voorgestelde onderzoek high risk, high gain is.

    • Het consortium toont aan dat de samenwerking leidt tot een meerwaarde voor het voorgestelde onderzoek.

    • Het onderzoeksprogramma is helder verwoord, waaronder vraagstelling en doelstellingen met duidelijke stappen voor het onderzoek en een duidelijke risicoanalyse.

    • Er is een heldere visie op het voortzetten van het onderzoek, inhoudelijk, personele samenstelling van het samenwerkingsverband en financieel, na de afloop van de financiering met de Summit grant.

5 Subsidieverplichtingen

In dit hoofdstuk worden de verschillende subsidieverplichtingen toegelicht die – in aanvulling op de in paragraaf 3.5 genoemde subsidievoorwaarden – van toepassing zijn na toewijzing.

5.1.1 Tussentijdse vaststelling en verzoek tot voortzetting

De ambitie van het instrument vraagt om een langere periode van budgettaire zekerheid en een langetermijn planning. De investeringen in mensen en faciliteiten behoeven dan ook een bepaalde continuïteit. Een positie in de wetenschappelijke voorhoede hangt af van het vermogen in te spelen op nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap en ook van de aanwezigheid en aantrekkingskracht van onderzoekers die hun internationale faam dagelijks bewijzen. De toegewezen projecten worden daarom in het vijfde jaar geëvalueerd op basis van het oorspronkelijk ingediende plan, waarin de visie van het samenwerkingsverband wordt vermeld.

Tussentijdse vaststelling:

Vijf jaar na de start van het project dient het samenwerkingsverband binnen dertien weken een inhoudelijk en financieel verslag van de eerste vijf jaar van het project in bij NWO. NWO zal op basis van dit verslag de subsidie over de eerste vijf jaar vaststellen.

Verzoek tot voortzetting:

Vier jaar na de start van het project dient het samenwerkingsverband een verzoek tot voortzetting in bij NWO ten aanzien van de tweede vijf jaar van het project. De beoordeling van het verzoek tot voortzetting zal plaatsvinden door een onafhankelijke evaluatiecommissie.

Deze commissie beoordeelt dit aan hand van de volgende criteria:

  • 1. de haalbaarheid van de projectdoelen

  • 2. de noodzakelijkheid van de resterende subsidie voor een succesvolle afronding van het project

De commissie stelt naar aanleiding van de beoordeling een schriftelijk advies op aan de raad van bestuur van NWO. Het verzoek tot voortzetting moet tenminste de kwalificatie zeer goed krijgen om in aanmerking te komen voor toewijzing. Daarnaast moet het verzoek tot voortzetting tevens op beide criteria tenminste de kwalificatie zeer goed krijgen. Op basis van het advies van de commissie wordt door de raad van bestuur van NWO een besluit genomen over continuering van de financiering.

5.1.2 Datamanagement

Na toewijzing van een aanvraag dient de aanvrager de datamanagementparagraaf uit te werken tot een datamanagementplan. Aanvragers kunnen hierbij gebruik maken van het advies van de commissie. De aanvrager beschrijft in het plan of gebruik gemaakt wordt van bestaande data of dat het om een nieuwe dataverzameling gaat en hoe de dataverzameling dan FAIR: vindbaar, toegankelijk, interoperabel en herbruikbaar gemaakt wordt. Het datamanagementplan dient voor indiening te zijn afgestemd met een data steward of vergelijkbare functionaris van de organisatie waar het project wordt uitgevoerd. Uiterlijk vier maanden na toewijzing van de aanvraag moet dat plan via ISAAC zijn ingediend bij NWO. NWO beoordeelt het plan zo snel mogelijk. Goedkeuring van het datamanagementplan door NWO is voorwaarde voor de subsidieverlening. Het plan kan tijdens het onderzoek worden bijgesteld.

Meer informatie over het datamanagementprotocol van NWO staat op: Research datamanagement | NWO.

5.1.3 Intellectueel eigendom

Met betrekking tot de intellectuele eigendom (IE) geldt het NWO IE-beleid. Het NWO IE-beleid is te vinden in hoofdstuk 4 van de NWO Subsidieregeling 2017.

Aanvragers moeten een door NWO gefinancierd project uitvoeren in de tijd dat ze voor de kennisinstelling werken. Indien een aanvrager of een door NWO gefinancierde onderzoeker bij meerdere werkgevers is aangesteld, dient de andere werkgever ten behoeve van de aanvrager afstand te doen van eventuele IE-rechten die uit het project voortvloeien.

5.1.4 Maatschappelijk verantwoord licentiëren

Uit het project kan kennis voortkomen die geschikt is voor toepassing in de maatschappij. Bij het aangaan van afspraken over licentie- en/of overdracht van onder deze Call for proposals ontwikkelde onderzoeksresultaten dient rekening te worden gehouden met de tien principes voor maatschappelijk verantwoord licentiëren, zoals opgenomen in het NFU rapport “NFU-19.3793 Maatschappelijk Verantwoord Licenseren CMYK 7.indd”.

5.1.5 Open Access

NWO heeft de Berlin Declaration (2003) ondertekend en is lid van cOAlitie S (2018) en zet zich in om de resultaten van wetenschappelijk onderzoek dat door NWO gefinancierd wordt vrij toegankelijk te maken via internet (Open Access). Daarmee geeft NWO invulling aan het beleid van de Nederlandse regering om al het publiek gefinancierde onderzoek Open Access beschikbaar te maken. Wetenschappelijke publicaties van onderzoek dat is gefinancierd op basis van toewijzingen voortvloeiend uit deze call for proposals dienen daarom Open Access beschikbaar te zijn volgens de Beleidsregel Open Access.

Wetenschappelijke artikelen

Voor wetenschappelijke artikelen geldt dat zij direct op het moment van publicatie (zonder embargo) Open Access beschikbaar gesteld moeten worden via één van de volgende routes:

  • publicatie in een volledig open access tijdschrift of platform dat is geregistreerd in de DOAJ;

  • publicatie in een abonnementstijdschrift en het deponeren van tenminste de auteursversie van het artikel in een Open Access repository die is geregistreerd in OpenDOAR;

  • publicatie in een tijdschrift waarvoor een transformatieve Open Access overeenkomst beschikbaar is tussen de UNL en een uitgever. Zie daarover: Open Access |.

Boeken

Voor boeken, boekhoofdstukken en bundels gelden afwijkende voorwaarden. Zie daarover de Beleidsregel Open Access op Open Science | NWO.

CC BY licentie

Met het oog op een optimale verspreiding van publicaties moet tenminste een Creative Commons (CC BY) licentie worden toegepast. Bij de aanwezigheid van zwaarwegende belangen kan de auteur verzoeken om te publiceren onder toepassing van een CC BY-ND licentie. Voor boeken, bundels en boekhoofdstukken staat de keuze van een CC BY licentie vrij.

Kosten

Eventuele kosten voor publiceren in volledig Open Access tijdschriften kunnen worden begroot in de projectbegroting door gebruikmaking van de budgetmodule ‘materieel’. Kosten voor publicaties in hybride tijdschriften komen niet in aanmerking voor vergoeding door NWO. Voor Open Access boeken kan een beroep gedaan worden op het aparte NWO Open Access boekenfonds.

Voor een nadere toelichting op het open access beleid van NWO zie: Open Science | NWO.

6 Contact en overige informatie

6.1 Contact

6.1.1 Inhoudelijke vragen

Voor inhoudelijke vragen over deze Call for proposals neemt u contact op met:

Mevr. Yvette Tuin

Telefoon: +31 (0)70 349 45 63

E-mail: summit@nwo.nl

6.1.2 Technische vragen over het elektronisch aanvraagsysteem ISAAC

Bij technische vragen over het gebruik van ISAAC kunt u contact opnemen met de ISAAC-helpdesk. Raadpleeg eerst de handleiding voordat u de helpdesk om advies vraagt. De ISAAC-helpdesk is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur op telefoonnummer +31 (0) 70 34 40 600. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen via isaac.helpdesk@nwo.nl. U ontvangt dan binnen twee werkdagen een reactie.

6.2 Overige informatie

NWO verwerkt persoonsgegevens die zij in het kader van deze ronde ontvangt conform de NWO privacyverklaring, Privacyverklaring | NWO.

NWO kan aanvragers mogelijk benaderen voor een evaluatie van de procedure en/of het onderzoeksprogramma.

7 Bijlage

7.1 Toelichting op budgetmodules

Voor personeel dat een substantiële bijdrage levert aan het onderzoek kan subsidie voor de salariskosten worden aangevraagd. Subsidiëring van deze salariskosten is afhankelijk van het type aanstelling en de organisatie waar het personeel is/wordt aangesteld.

  • Voor universitaire instellingen worden salariskosten gefinancierd conform de op het moment van subsidieverlening geldende UNL-salaristabellen (Salaristabellen | NWO).

  • Voor universitair medisch centra worden salariskosten gefinancierd conform de op het moment van subsidieverlening geldende NFU-salaristabellen (Salaristabellen | NWO).

  • Voor personeel van hogescholen, onderwijsinstellingen en overige organisaties worden salariskosten gefinancierd op basis van de cao-inschaling van de betreffende medewerker conform de op het moment van subsidieverlening geldende tarieven uit tabel 2.2, kolom ‘Uurtarief productieve uren, excl. btw’ van de Handleiding Overheidstarieven (Salaristabellen | NWO).

  • Voor de Nederlandse Cariben geldt dat de rijksoverheid in Caribisch Nederland ambtenaren op de BES-eilanden onder andere voorwaarden in dienst neemt dan in Europees Nederland. Arbeidsvoorwaarden | Werken bij Rijksdienst Caribisch Nederland | Rijksdienst Caribisch Nederland (rijksdienstcn.com).

NWO past eenmalig een ambtshalve indexering van de salariskosten2 toe met betrekking tot:

  • UNL-tarieven: op aanvragen die voor 1 juli worden ingediend en na 1 juli worden toegewezen;

  • NFU-tarieven: op aanvragen die voor 1 augustus worden ingediend en na 1 augustus worden toegewezen;

  • HOT-tarieven: op aanvragen die voor 1 januari worden ingediend en na 1 januari worden toegewezen.

Ambtshalve indexering heeft geen invloed op de hoogte van het subsidieplafond of op de maximum hoogte van het subsidiebedrag per aanvraag. De hoogte van het subsidieplafond en de maximum hoogte van het subsidiebedrag blijven ongewijzigd tijdens de beoordelingsprocedure. De ambtshalve indexering wordt toegepast na afronding van de besluitvorming over toe- en afwijzing over de aanvragen.

Indien de raad van bestuur positief beslist op het verzoek tot voortzetting (zie paragraaf 5.1.1) zullen de salariskosten voor de tweede vijf jaar van het project ambtshalve worden geindexeerd op basis van de op dat moment geldende tarieven. Dit is niet van invloed op de hoogte van het subsidieplafond.

De tarieven voor alle budgetmodules zijn verwerkt in het begrotingsformat bij het aanvraagformulier. Voor de budgetmodules ‘Promovendus’, ‘EngD’ en ‘Postdoc’ komt bovenop de salariskosten een eenmalige persoonsgebonden benchfee van € 5.000 ter stimulering van de wetenschappelijke carrière van de door NWO gefinancierde projectmedewerker. Vergoedingen voor promotiestudenten/beursalen aan een Nederlandse universiteit komen niet in aanmerking voor subsidie van NWO.

Hieronder volgt een toelichting op de beschikbare budgetmodules.

Promovendus (inclusief MD-PhD)

Een promovendus wordt 48 maanden voor 1,0 fte aangesteld. Het equivalent van 48 voltijdsmaanden, bijvoorbeeld een aanstelling van 60 maanden voor 0,8 fte, is ook mogelijk. Indien voor de uitvoering van het voorgestelde onderzoek een afwijkende aanstellingsduur noodzakelijk wordt geacht, kan, mits goed gemotiveerd, hier van afgeweken worden. De aanstellingsduur moet wel altijd minimaal 48 maanden zijn.

Engineering Doctorate degree (EngD)

Financiering voor de aanstelling van een EngD kan alleen aangevraagd worden als er ook financiering voor een promovendus of postdoc wordt aangevraagd.

De aanstelling van een EngD-positie is maximaal 1,0 fte voor 24 maanden. De EngD-trainee is in dienst van de aanvragende instelling en kan voor bepaalde tijd werkzaamheden binnen het onderzoek bij een industriële partner uitvoeren. Bij toewijzing van de aanvraag moet met de betrokken industriële partner(s) een overeenkomst afgesloten worden. In de subsidieaanvraag dient het achterliggende ‘Technological Designer Programme’ beschreven te worden.

Postdoc

De omvang van de aanstelling van een postdoc is minimaal 6 voltijdsmaanden en maximaal 48 voltijdsmaanden. De inzet kan naar eigen inzicht worden ingericht, maar is altijd minstens 0,5 fte óf de looptijd is minstens 12 maanden. Het product van fte x looptijd dient altijd minimaal 6 voltijdsmaanden te zijn.

Voor een beperktere inzet van een postdoc staat het materieel budget ter beschikking.

Niet-wetenschappelijk personeel (NWP) bij universiteiten

Financiering voor de aanstelling van niet-wetenschappelijk personeel dat noodzakelijk is voor de uitvoering van het project kan alleen worden aangevraagd als er ook financiering voor een promovendus of postdoc wordt aangevraagd. Voor NWP kan maximaal € 100.000 aangevraagd worden. Het kan gaan om student-assistenten, programmeurs, technisch assistenten of analisten. Afhankelijk van het functieniveau kan worden gekozen uit de salaristabellen NWP MBO, NWP HBO en NWP Academisch.

De omvang van de aanstelling is minimaal 6 voltijdsmaanden en maximaal 48 voltijdsmaanden. De inzet kan naar eigen inzicht worden ingericht, maar is altijd minstens 0,5 fte óf de looptijd is minstens 12 maanden. Het product van fte x looptijd dient altijd minimaal 6 voltijdsmaanden te zijn.

Voor een beperktere inzet van NWP staat het materieel budget ter beschikking.

Overig wetenschappelijk personeel (OWP) bij universiteiten

Financiering voor de aanstelling van overig wetenschappelijk personeel (OWP), zoals AIOS (arts in opleiding tot specialist), ANIOS (arts niet in opleiding tot specialist), of mensen met een universitaire master of de titel drs. of ir., kan alleen aangevraagd worden als er ook financiering voor een promovendus of postdoc wordt aangevraagd.

De omvang van de aanstelling is minimaal 6 voltijdsmaanden en maximaal 48 voltijdsmaanden. De inzet kan naar eigen inzicht worden ingericht, maar is altijd minstens 0,5 fte óf de looptijd is minstens 12 maanden. Het product van fte x looptijd dient altijd minimaal 6 voltijdsmaanden te zijn.

Personeel hogescholen, onderwijsinstellingen en overige organisaties

Kosten voor de financiering van personeel werkzaam bij een hogeschool, onderwijsinstelling (m.u.v. personeel dat valt onder UNL of NFU) of bij overige organisaties worden vergoed conform tabel 2.2, kolom ‘Uurtarief productieve uren, excl. btw’ van de Handleiding Overheidstarieven. (Salaristabellen | NWO).

Bij berekening dient te worden uitgegaan van het aantal productieve uren genoemd in de geldende jaargang van de Handleiding Overheidstarieven.

Toelichting op budgetmodule Materieel

Per fte aangevraagde wetenschappelijke positie (promovendus, postdoc, EngD) kan per jaar van de aanstelling maximaal € 15.000 materieel budget worden aangevraagd. Materieel budget voor kleinere aanstellingen wordt naar rato aangevraagd en door NWO beschikbaar gesteld.

De verdeling van het totaalbedrag aan materieel budget over de door NWO gesubsidieerde personeelsposities ligt bij de aanvrager. Het aan te vragen materieel budget is gespecificeerd naar de onderstaande drie posten:

Projectgebonden goederen/diensten

  • verbruiksgoederen (glaswerk, chemicaliën, cryogene vloeistoffen, etc.);

  • meet- en rekentijd (bijv. supercomputertoegang, etc.);

  • kosten voor aanschaf of gebruik van dataverzamelingen (bijv. van het CBS);

  • toegang tot grote (inter)nationale faciliteiten (bijv., cleanroom, synchrotron, etc.);

  • werk door derden (bijv. laboratoriumanalyses, dataverzameling, citizen science, etc.);

  • personele kosten voor een aanstelling van een postdoc en/of niet-wetenschappelijk personeel voor een kleinere omvang dan aangeboden onder deze personele budgetmodules.

Reis- en verblijfskosten ten behoeve van de aangevraagde personeelsposities

  • reis- en verblijfskosten;

  • congresbezoek (maximaal 2 per jaar per aangevraagde wetenschappelijke personeelspositie);

  • veldwerk;

  • werkbezoek.

Uitvoeringskosten

  • zelf te organiseren binnenlands symposium/conferentie/workshop;

  • kosten voor Open Access-publiceren (uitsluitend in full gold Open Access tijdschriften, geregistreerd in de ‘Directory of Open Access Journals’ Directory of Open Access Journals – DOAJ);

  • kosten datamanagement;

  • kosten voor vergunningaanvragen (bijv. dierproeven);

  • auditkosten (alleen voor instellingen die niet onderworpen zijn aan het onderwijsaccountantsprotocol van OCW), maximaal € 5.000 per aanvraag.

Niet aangevraagd kunnen worden:

  • basisvoorzieningen binnen de instelling (bijvoorbeeld laptop, kantoormeubilair etc.);

  • onderhouds- en verzekeringskosten. Indien het maximumbedrag niet toereikend is voor het uitvoeren van het onderzoek, kan, mits goed gemotiveerd in de aanvraag, daarvan afgeweken worden.

Citizen science

Het betrekken van burgers, ‘citizen science’ of ‘burgerwetenschap’ genoemd, kan bijdragen aan de kwaliteit van de wetenschap. Met behulp van burgers kunnen data en inzichten verkregen worden die anders niet beschikbaar zouden zijn voor onderzoek. NWO financiert ook citizen science. Via de budgetmodule ‘materieel, projectgebonden goederen/diensten-werk door derden’, kunnen aanvragers een vergoeding aanvragen voor het betrekken van burgers bij projecten. De budgetmodule biedt een mogelijkheid, niet een verplichting.

Aanvragers kunnen zelf besluiten of het zinvol is burgers te betrekken bij het project en waaraan zij dit budget precies besteden (bijvoorbeeld onkostenvergoeding voor burgers, vaardigheidstrainingen voor burgers of technische hulpmiddelen voor participerende burger).

Toelichting op budgetmodule Investeringen (max 25% van totale budget)

In deze budgetmodule kan financiering worden aangevraagd voor projectgebonden investeringen in wetenschappelijk vernieuwende apparatuur en/of dataverzameling van (inter)nationaal belang. De kosten voor deze projectgebonden investeringen dienen in de aanvraag adequaat gespecificeerd en gemotiveerd te worden. Het aan te vragen bedrag is maximaal 25% van het totaal aan te vragen budget.

De kosten voor investeringen dienen in de aanvraag adequaat gespecificeerd en gemotiveerd te worden.

Subsidiabel zijn:

  • kosten voor investeringen in wetenschappelijke apparatuur;

  • kosten voor investeringen in datasets;

  • personeelskosten voor het opzetten van databases en de initiële digitalisering van het bibliografisch apparaat, indien deze niet gekocht kunnen worden;

  • personeelskosten voor medewerkers met essentiële technische expertise noodzakelijk voor de ontwikkeling of bouw van een investering.

Bij het aanvragen van financiering voor personeelskosten moet worden onderbouwd waarom deze personeelskosten noodzakelijk zijn. Indien de aanvrager deze expertise niet tot zijn beschikking heeft, moet worden aangegeven dat deze kosten moeten worden ingekocht. De interne inkoopprocedures en/of voorwaarden van de aanvrager zijn van toepassing.

Niet-subsidiabel zijn:

  • kosten voor infrastructurele voorzieningen die tot de gebruikelijke infrastructuur gerekend kunnen worden;

  • dataverzamelingen en eventuele bijbehorende software en bibliografieën die reeds op andere wijze beschikbaar zijn;

  • overige personeelskosten, waaronder personeelskosten voor de exploitatie en het uitvoeren van onderzoek met de faciliteit;

  • kosten voor onderhoud en gebruik van de apparatuur op een project. De kosten voor het gebruik van apparatuur op een project kunnen via het materieel budget aangevraagd worden.

Toelichting op budgetmodule Kennisbenutting

Het doel van deze budgetmodule is het bevorderen van de benutting van de uit het onderzoek voortkomende kennis3.

Aangezien kennisbenutting in de verschillende wetenschapsgebieden zeer veel verschillende vormen kent, is het aan de aanvrager om te specificeren welke kosten nodig zijn, bijvoorbeeld voor het maken van een lespakket, een haalbaarheidsstudie naar toepassingsmogelijkheden, of kosten voor het indienen van een octrooiaanvraag.

Het aangevraagde budget dient in de aanvraag adequaat gespecificeerd te worden.

Toelichting op budgetmodule Internationalisering

Met budget voor internationalisering wordt het stimuleren van internationale samenwerking beoogd. Het aangevraagde bedrag moet worden gespecificeerd.

Subsidiabel zijn:

  • reis- en verblijfskosten voor zover het om directe projectkosten gaat voortvloeiende uit de internationale samenwerking en additionele kosten voor internationalisering die niet op een andere manier – bijvoorbeeld vanuit de benchfee – worden gedekt;

  • reis- en verblijfskosten voor buitenlandse gastonderzoekers;

  • kosten voor de organisatie van internationale workshops/ symposia / wetenschappelijke bijeenkomsten.


X Noot
1

Onder een vergelijkbare functie wordt verstaan dat een onderzoeker aantoonbaar een vergelijkbaar aantal jaren ervaring heeft met het doen van wetenschappelijk onderzoek en het begeleiden van andere onderzoekers als een hoogleraar c.q. universitair (hoofd)docent.

X Noot
2

De data van 1 juli, 1 augustus respectievelijk 1 januari zijn de data waarop de desbetreffende tarieven in de regel worden aangepast, bij indexering wordt uitgegaan van de datum van daadwerkelijk jaarlijkse aanpassing.

X Noot
3

In deze budgetmodule wordt aangesloten bij de definitie voor “kennisoverdracht” die de Europese Commissie hanteert in de Communautaire kaderregeling inzake staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (PbEU 2014, C 198).

Naar boven