Besluit van de Nederlandse Zorgautoriteit van 10 januari 2023 tot verlening van mandaat aan de algemeen directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau voor onderdelen van de handhavingsprocedure die voortvloeien uit artikel 16, onderdeel e, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg)

Vastgesteld 10 januari 2023

De Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa),

Gelet op de bevoegdheden van de NZa die voortvloeien uit artikel 16, onderdeel e, van de Wmg;

Gelet op afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

Gelet op het Besluit organisatie, mandaat, volmacht en machtiging NZa;

Gelet op het door de NZa en het CJIB getekende Convenant inzake het Innen en Incasso arrangement dat door het CJIB in opdracht van de Nederlandse Zorgautoriteit wordt ingezet voor de aangeleverde vorderingen en de daarvan deel uitmakende bijlagen (Convenant);

Gelet op de instemming van de algemeen directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) met dit Besluit, conform artikel 10:4, eerste lid, van de Awb;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. In aanvulling op het Besluit organisatie, mandaat, volmacht en machtiging NZa (Mandaatbesluit NZa) verleent de Raad van Bestuur van de NZa met ingang van 1 januari 2023 mandaat en machtiging aan de algemeen directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) om met inachtneming van artikel 3, eerste lid, juncto artikel 8, eerste en tweede lid, van het Mandaatbesluit NZa, voor de uitvoering van artikel 16, onderdeel e, van de Wmg, namens de NZa voor het nemen van primaire besluiten die betrekking hebben op het treffen van betalingsregelingen, het uitvaardigen van dwangbevelen en de daaruit voortvloeiende uitvoering van executiegeschillen als bedoeld in artikel 8, vijfde lid, van het Convenant.

  • 2. De algemeen directeur van het CJIB is bevoegd om, voor de aan hem toekomende bevoegdheden op grond van het eerste lid, ondermandaat te verlenen aan onder hem ressorterende medewerkers voor wat betreft de uitvoering van de in dit Besluit genoemde bevoegdheden.

Artikel 2

  • 1. De in dit Besluit genoemde bevoegdheden moeten worden uitgeoefend binnen het door de Raad van Bestuur van de NZa vastgestelde beleid, de begroting en de personeelsformatie binnen de vastgestelde richtlijnen en binnen de grenzen van de vastgestelde taken, de functieomschrijving en het ter zake geldende recht alsmede de voor de NZa geldende beleidsregels en uitvoeringsregels. Tevens dient de noodzakelijke afstemming plaats te vinden met de daarvoor geëigende disciplines en organisatieonderdelen van de NZa.

  • 2. Indien de algemeen directeur van het CJIB bevoegdheden in ondermandaat verleent aan onder hem ressorterende medewerkers van het CJIB, dan doet hij van de verlening van ondermandaat schriftelijk mededeling aan de Raad van Bestuur van de NZa.

  • 3. De in dit Besluit genoemde bevoegdheden houden op te bestaan zodra het Convenant conform artikel 13 van het Convenant wordt ingetrokken.

Artikel 3

Aan alle medewerkers van het CJIB waaraan bij of krachtens dit Besluit mandaat is verleend wordt eveneens mandaat verleend voor het verwerken van persoonsgegevens met inachtneming van hetgeen hierover is opgenomen in het Convenant.

Artikel 4

Voor de toepassing van dit Besluit en de daarop berustende bepalingen wordt met mandaat gelijkgesteld, de verlening van volmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en de machtiging handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 5

Elke medewerker van het CJIB aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat is verleend, heeft een informatieplicht en signaleringsplicht jegens degene die het mandaat heeft verleend.

Artikel 6

Indien een besluit wordt genomen op grond van een bij dit Besluit gemandateerde bevoegdheid, dan luidt de ondertekening:

De Voorzitter van de Raad van Bestuur van de NZa, namens deze: gevolgd door functieaanduiding, handtekening en naam van de algemeen directeur respectievelijk de functionaris.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin dit besluit wordt geplaatst.

Utrecht, 24 januari 2023

Nederlandse Zorgautoriteit M.J. Kaljouw Voorzitter Raad van Bestuur

TOELICHTING

De ministerraad heeft in 2012 besloten dat de clustering van incassotaken voor de (Rijks)overheid door het CJIB uitgevoerd mag worden. De NZa wenst het innen en/of incasseren van vorderingen voortvloeiende uit de uitvoering van de handhaving van de Wtza (artikel 16, onderdeel e van de Wmg) uit te laten voeren door het CJIB. De NZa en het CJIB hebben de samenwerking op dit punt geformaliseerd in het Convenant en de daarvan deel uitmakende bijlagen zoals de Uitvoeringsafspraken en de Verwerkersafspraken.

Gelet op de voornoemde clustering van incassotaken welke door het CJIB mag worden uitgevoerd, alsmede gelet op de te verwachten aantallen vorderingen die in het onderhavige proces van de NZa te verwachten zijn, ligt het in de lijn der verwachting om de taak als beschreven in dit Besluit bij het CJIB te beleggen.

Naar boven