Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | Staatscourant 2023, 6051 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | Staatscourant 2023, 6051 | ander besluit van algemene strekking |
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
Gelet op artikel 3.10, vierde lid, van de Telecommunicatiewet, en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013;
Besluit:
De vergunningen voor landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band en de DAB-vergunningen in frequentieblok 11C, genoemd in tabel 1, worden, met de daaraan te verbinden voorschriften en beperkingen, verleend met toepassing van een veiling als bedoeld in artikel 3.10, eerste lid, aanhef en onderdeel f, van de Telecommunicatiewet.
Pakket Bestaande uit (FM-+DAB-vergunning) |
Vergunning FM en bereik |
Geclausuleerd of ongeclausuleerd |
Bijlagen FM-vergunningen |
Bijlagen DAB-vergunningen |
---|---|---|---|---|
LCO1 |
A01 71,56% |
ongeclausuleerd |
1, 10, 11 |
20, 21 |
LCO2 |
A02 59,04% |
ongeclausuleerd |
2, 10, 12 |
20, 21 |
LCO3 |
A03 71,69% |
ongeclausuleerd |
3, 10, 13 |
20, 21 |
LCO4 |
A04 67,17% |
Nieuws en actualiteiten |
4, 10, 14 |
20, 21 |
LCO5 |
A05 55,79% |
ongeclausuleerd |
5, 10, 15 |
20, 21 |
LCO6 |
A06 72,28% |
ongeclausuleerd |
6, 10, 16 |
20, 21 |
LCO7 |
A07 64,16% |
ongeclausuleerd |
7, 10, 17 |
20, 21 |
LCO8 |
A08 50,38% |
ongeclausuleerd |
8, 10, 18 |
20, 21 |
LCO9 |
A09 60,90% |
Nederlandstalige muziek |
9, 10, 19 |
20, 21 |
De voorschriften en beperkingen inclusief de (technische) bijlagen behorende bij de vergunningen voor landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band en de DAB-vergunningen in frequentieblok 11C, bedoeld in artikel 1, worden voor zover dat reeds mogelijk is, vastgesteld in bijlagen 1 tot en met 21.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 24 februari 2023
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag van dagtekening van deze Staatscourant een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de rechtbank Rotterdam, Bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam. U kunt ook digitaal beroep instellen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde site voor de precieze voorwaarden.
De rechtbank Rotterdam heeft in haar uitspraak van 20 juli 2022 het Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, inzake de verlengbaarheid van vergunningen voor landelijke commerciële radio-omroepen in de FM-band en het daarmee samenhangende besluit tot wijziging van het Nationaal Frequentieplan 2014 vernietigd. Daarbij heeft de rechtbank bepaald dat uiterlijk met ingang van 1 september 2023 de FM-vergunningen voor de kavels A01 tot en met A09 en de daarbij behorende koppeling met frequentieruimte in de band voor digitale radio-omroep (DAB) verleend moeten worden na toepassing van artikel 3.10, eerste lid, van de Telecommunicatiewet.1 Deze uitspraak is op 20 december 2022 bevestigd door het College van Beroep voor het bedrijfsleven.2
Op grond van artikel 3.10, vierde lid, van de Telecommunicatiewet, moet worden bekendgemaakt of de vergunningen voor de betrokken frequentieruimte worden verleend volgens de procedure van veiling of vergelijkende toets, en op welk tijdstip deze procedure aanvangt. In de Nota Frequentiebeleid 2016 is aangegeven dat voor de uitgifte van schaarse vergunningen – absoluut en relatief – voor iedere commerciële toepassing (dus ook voor omroep) een veiling het aangewezen verdeelinstrument blijft.3 Een veiling bewerkstelligt dat vergunningen terechtkomen bij die marktpartijen die uiteindelijk de meeste waarde weten te realiseren. Voor een nadere toelichting voor de keuze van een veiling als verdeelinstrument wordt verwezen naar de toelichting bij de Regeling aanvraag- en veilingprocedure vergunningen landelijke commerciële FM-radio-omroep 2023 (hierna: de Regeling).
Met dit besluit wordt daarom bepaald dat de betreffende vergunningen worden verdeeld via een veiling. Daarnaast wordt hierbij mededeling gedaan van het tijdstip waarop de aanvraag- en veilingprocedure van start gaat. Ook wordt mededeling gedaan van de omvang van het demografisch bereik van de te verdelen vergunningen ten tijde van de publicatie van het besluit.
Met dit besluit worden de voorschriften en beperkingen, voor zover dat reeds mogelijk is, vastgesteld voor de vergunningen voor landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band en de DAB-vergunningen in frequentieblok 11C.
De voorschriften, beperkingen en de daarbij behorende (technische bijlagen) van de analoge vergunningen zijn respectievelijk opgenomen in de bijlagen 1 tot en met 19. De voorschriften, beperkingen, en de daarbij behorende technische bijlagen en toelichting van de vergunningen voor digitale radio-omroep zijn opgenomen in bijlagen 20 en 21.
De transitie naar DAB is nog niet genoeg gevorderd om bij de uitgifte van de landelijke commerciële vergunningen al te bepalen wanneer de FM-band kan worden afgeschakeld. Omdat de transitie geleidelijk verloopt zal FM naar verwachting nog meerdere jaren het dominante distributiekanaal blijven. Pas naarmate meer luisteraars overstappen op digitale distributiekanalen, zal de betekenis van FM-radiodistributie afnemen. Het is echter geenszins de bedoeling dat de FM verplicht wordt afgeschakeld vóór 2035. Daarvoor is geen reden en verloopt de transitie bovendien te traag.
Om te verzekeren dat partijen daarom zowel over analoog als digitaal spectrum kunnen beschikken in de transitiefase naar DAB, worden de FM- en DAB-vergunningen gecombineerd, dat wil zeggen samen in één pakket, uitgegeven. Dit maakt dat een kavel bestaat uit twee afzonderlijke vergunningen die bij elkaar horen. Zo is in beide vergunningen bepaald dat de vergunning niet meer geldig is, indien de vergunninghouder niet langer tevens houder is van de andere vergunning die deel uitmaakt van hetzelfde pakket. Op deze wijze wordt voorkomen dat de vergunningen afzonderlijk kunnen worden ‘ingeleverd’ dan wel overgedragen.
Aangezien de nieuw uit te geven vergunningen voor landelijke commerciële radio-omroep voor 12 jaar worden uitgegeven, kan de minister gedurende de looptijd van de FM vergunningen besluiten dat het wenselijk is om een mogelijkheid te creëren om de ingebruiknameverplichting van de FM-vergunningen te verlagen. In de vergunning is bepaald dat de vergunninghouder daartoe een verzoek kan indienen. De minister moet echter wel voorafgaand aan een dergelijk verzoek een besluit hebben genomen over de wenselijkheid en de condities bepalen waaronder verzoeken gehonoreerd kunnen worden. Indien een dergelijk verzoek gehonoreerd wordt, heeft dit geen consequenties voor de bijbehorende DAB-vergunning, waarmee de vergunninghouder mag blijven uitzenden.
De simulcastverplichting inhoudende dat een vergunninghouder – kort gezegd – wordt verplicht het programmakanaal (bestaande uit radioprogramma’s) dat op grond van zijn FM-vergunning wordt uitgezonden, ongewijzigd en gelijktijdig digitaal uit te zenden over zijn bijbehorende DAB-vergunning blijft bij de uitgifte van de landelijke commerciële vergunningen behouden. Dit is in lijn met het advies van het onafhankelijk Adviescollege Radio. De simulcastverplichting heeft de afgelopen jaren immers een waardevolle bijdrage geleverd aan de transitie naar digitale radio. De landelijke FM-vergunninghouders spelen, als gevolg van hun relatief sterke positie op de luistermarkt, een belangrijke rol in een succesvolle transitie van analoog naar digitaal. Het continueren van deze verplichting voor de landelijke radiopartijen is dan ook in het belang van de verdere voortgang van de transitie naar DAB. Reden om deze verplichting bij de uitgifte van de landelijke commerciële radiovergunningen te blijven continueren.
Aangezien het verlagen van de ingebruiknameverplichting gevolgen kan hebben voor het al dan niet kunnen blijven uitzenden via de FM-vergunning en daarmee dus ook gevolgen kan hebben voor de simulcastverplichting, is in de DAB-vergunning bepaald dat in dat specifieke geval de vergunninghouder verplicht blijft om ongewijzigd het programmakanaal dat wordt of werd4 uitgezonden middels de FM-vergunning, digitaal te blijven uitzenden.
Mocht een zeer lage ingebruiknameverplichting wenselijk zijn, dan kan de minister eveneens besluiten dat in dat specifieke geval er een mogelijkheid moet zijn om de FM-vergunning in te leveren met behoud van de DAB-vergunning. Het zou hier dus gaan om een afwijking van de hoofdregel dat een DAB-vergunning niet meer geldig is, indien de vergunninghouder niet langer tevens houder is van de bij hetzelfde pakket behorende FM-vergunning. In dit specifieke geval komt ook de simulcastverplichting te vervallen. Voor zover het geclausuleerde FM-vergunningen betreft moet wel gegarandeerd blijven dat de clausulering van kracht blijft. Dit met het oog op de waarde van het spectrum en de jurisprudentie met betrekking tot het object van de vergunning.
De digitale landelijke vergunningen blijven grotendeels ongewijzigd. Zo is nog steeds de verplichting opgenomen om een samenwerkingsovereenkomst te sluiten. Ook de ingebruiknameverplichting blijft op hetzelfde niveau. Opgemerkt wordt dat het hier gaat om een ondergrens die is vastgelegd in de vergunning. Het staat partijen uiteraard vrij om extra investeringen te doen en er op die wijze voor te zorgen dat het netwerk robuuster wordt.
Voor de goede orde wordt er nog op gewezen dat uit artikel 3.10, vierde lid, tweede volzin, van de Telecommunicatiewet volgt dat die onderdelen van de vergunning die pas na de procedure van de veiling kunnen worden vastgesteld, niet worden opgenomen in dit besluit. Hierbij valt te denken aan de naam van de toekomstige vergunninghouder, de te betalen veilingprijs en de dossiernummers van de vergunningen.
Sinds de uitgifte van de vergunningen in 2003 zijn er vijf clausuleringen van toepassing. Het gaat daarbij om de volgende clausuleringen: Nederlandstalige muziek, nieuws en actualiteiten, recente bijzondere muziek, niet-recente bijzondere muziek en klassieke en/of jazz muziek.
De clausuleringen kunnen echter ten koste gaan van een rendabele exploitatie van de vergunningen, immers het gaat hier om vergunningen die verhoudingsgewijs lage inkomsten uit reclame of verhoudingsgewijs hoge kosten hebben vanwege de aard, inhoud of doelgroep daarvan. Waar een clausulering enerzijds de pluriformiteit kan bevorderen, staat daar tegenover dat er minder frequentieruimte overblijft waarin partijen in vrije concurrentie kunnen zorgen voor een specifiek onderscheidend aanbod. Een uitgifte maakt het mogelijk om te bezien of het nog noodzakelijk is om hetgeen in 2003 bedacht is te handhaven. Via andere distributievormen, te denken valt aan onder andere internet, komt er anno 2022 voldoende gedifferentieerd aanbod tot stand.
Het is om deze reden dat de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft besloten dat er nog twee clausuleringen worden gehandhaafd, te weten Nederlandstalige muziek en nieuws en actualiteiten.5 Deze twee clausuleringen vormen nog steeds een aanvulling op de gewenste pluriformiteit in het medialandschap. De overige drie clausuleringen (recente bijzondere muziek, niet-recente bijzondere muziek en klassieke muziek of jazzmuziek) zijn niet langer noodzakelijk om voldoende gedifferentieerd aanbod tot stand te brengen. Uit praktische overwegingen worden de clausuleringen gehandhaafd op dezelfde FM-vergunningen waar ze nu al aan verbonden zijn, te weten A04 (Nieuws) en vergunning A09 (Nederlandstalige muziek).
De procedure vangt aan op 7 maart 2023. Vanaf die datum kunnen aanvragen worden ingediend. Op grond van de Regeling hebben aanvragers vanaf die datum vier weken de tijd om hun aanvraag in te dienen, op de wijze zoals is voorgeschreven in de Regeling. In die regeling zijn ingevolge de artikelen 8, 9 en 10 van het Frequentiebesluit 2013 de regels neergelegd inzake de aanvraag van een vergunning (pakket), de eisen die aan de aanvrager worden gesteld en de wijze waarop de veiling plaatsvindt. Deze eisen dragen bij aan het selecteren van een bestendige vergunninghouder, voorafgaand aan de daadwerkelijke veiling.
Dit besluit is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit houdt in dat het voorgenomen besluit zes weken, namelijk van 12 januari 2023 tot en met 23 februari 2023, publiek ter inzage heeft gelegen zodat eenieder zijn of haar zienswijze hierop kon geven. Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat dit ontwerpbesluit tevens zes weken is geconsulteerd op www.internetconsultatie.nl (van 29 november 2023 tot en met 9 januari 2023).
Hieronder wordt op de gegeven zienswijzen ingegaan voor zover zij betrekking hebben op dit besluit tot veilen van de landelijke commerciële vergunningen en de daarbij behorende bijlagen. Dit betekent dat niet nader zal worden ingegaan op zienswijzen die betrekking hebben op andere onderwerpen of andere beleidsmatige wensen.
Een aantal respondenten stelt dat een vergelijkende toets (al dan niet met een financieel bod) een meer geschikte verdeelmethode zou zijn voor in ieder geval één geclausuleerde vergunning. Op die manier zouden bij de verdeling van deze vergunning niet alleen financiële belangen een rol spelen, maar ook – zo begrijpt de minister de inbreng op dit punt – inhoudelijke aspecten die een rol kunnen spelen bij de exploitatie van een radiozender met een geclausuleerde vergunning. In aanvulling daarop stelt een van deze respondenten dat de Nota frequentiebeleid 2016 deze verdeelmethode niet uitsluit.
Hierop wordt als volgt gereageerd. De vergelijkende toets is een verdeelmethode die is toegestaan op grond van artikel 3.10, eerste lid, van de Telecommunicatiewet. In dat kader onderscheidt artikel 3.10, eerste lid, de vergelijkende toets zonder een financieel bod (onderdeel c), de vergelijkende toets met inbegrip van een financieel bod (onderdeel d), en de vergelijkende toets, die zo nodig wordt gevolgd door een veiling (onderdeel e). De kern van een vergelijkende toets is dat (ook) kan worden geselecteerd op een aantal vooraf vastgestelde inhoudelijke criteria. De verdeling van de geclausuleerde vergunningen in 2003 vond bijvoorbeeld plaats door middel van een vergelijkende toets met financieel bod.6 Kern van de verdeling in 2003 was dat deelnemers werden beoordeeld en gerangschikt aan de hand van hun zogenoemde programmatische voornemens (hoeveel procent van hun zendtijd willen zij minimaal besteden aan, bijvoorbeeld, bijzondere muziek of nieuws), hun bedrijfsplan, en uiteindelijk, als op basis van deze criteria geen winnaar kon worden aangewezen, de hoogte van het financieel bod.7 Nadeel van het verdelen middels vergelijkende toets is dat het opstellen en beoordelen van deze criteria, en daarmee ook de aanvragen, in hoge mate subjectief en bewerkelijk is. Dat maakt een vergelijkende toets erg complex en kan de uitkomst daarvan snel onderwerp van juridische procedures worden. In de Nota mobiele communicatie 2016, die door deze respondent wordt aangehaald, is dan ook niet voor niets het uitgangspunt bepaald dat schaarse vergunningen, zoals de FM-vergunningen, worden verdeeld door middel van een (wél objectieve) veiling. Verder is relevant, dat de minister als doel heeft dat de vergunde frequentieruimte doelmatig wordt gebruikt. De minister en de Staatssecretaris van OCW vinden het weliswaar belangrijk dat de geclausuleerde vergunningen worden gebruikt voor het uitzenden van bijzondere muziek (Nederlandstalig) en nieuws, maar dit belang wordt al voldoende gewaarborgd door de criteria die de Staatssecretaris van OCW heeft vastgesteld in de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003. Verder speelt uiteraard ook een rol, dat de rechter de minister heeft opgedragen om de vergunningen met ingang van 1 september 2023 opnieuw te verdelen. De minister verwacht, gelet op de complexiteit van (het vaststellen van de regels voor) een vergelijkende toets, dat zij dan in ieder geval niet zou kunnen voldoen aan de uitspraak van de rechter. Gelet op al het voorgaande houdt de minister vast aan haar keuze voor een veiling. Een veiling bewerkstelligt dat vergunningen terecht komen bij de marktpartijen die uiteindelijk de meeste waarde weten te realiseren met deze commercieel te benutten frequentieruimte. De Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 zorgt ervoor dat met de geclausuleerde vergunningen de gewenste pluriformiteit wordt bevorderd.
Een respondent pleit ervoor de zogenoemde simulcastverplichting op te heffen. De minister begrijpt deze zienswijze aldus, dat indiener zich niet kan vinden in de verdeling van de beschikbare vergunningen in 9 pakketten, die elk bestaan uit één FM-vergunning en één DAB-vergunning.
De door indiener genoemde simulcastverplichting, die was opgenomen in de ontwerpvergunningen, verplicht vergunninghouders er – kort gezegd – toe om met de DAB-vergunning hetzelfde uit te zenden als wat de vergunninghouder uitzendt met de tot hetzelfde pakket behorende FM-vergunning. Volgens de indiener heeft deze simulcastverplichting, die in 2011 in het leven is geroepen, de afgelopen 11 jaar nauwelijks bijgedragen aan de overgang van FM naar DAB.
De indiener pleit ervoor, zo begrijpt de minister, dat de FM-vergunningen en DAB-vergunningen elk afzonderlijk, dus niet als pakketten van elk één FM-vergunning en één DAB-vergunning, en zonder simulcastverplichting worden verdeeld. Hierop wordt als volgt gereageerd.
De minister verschilt met de indiener van mening over de resultaten van de koppeling tussen FM- en DAB-vergunningen sinds 2011 en de bijbehorende simulcastverplichting. Hoewel het gebruik van DAB+ naar de mening van de minister nog niet op een voldoende hoog niveau is, hebben de hiervoor genoemde instrumenten wel degelijk een bijdrage geleverd aan de overgang naar DAB+. Om de transitie naar digitaal ook in de toekomst te blijven bevorderen wordt de simulcastverplichting gehandhaafd.
De minister is van mening dat de nieuwe uitgifte van de vergunningen in pakketten van elk één FM-vergunning en één DAB-vergunning eveneens een goede bijdrage kan leveren aan de overgang naar DAB+ en dit is in lijn is met het huidige digitaliseringsbeleid. Op deze wijze zijn partijen in de transitiefase immers verzekerd dat zij zowel over FM- als over DAB-spectrum kunnen beschikken. Het los veilen van analoog en digital spectrum biedt die zekerheid niet. Partijen weten dan nooit of zij er daadwerkelijk in slagen om zowel analoog als digitaal spectrum te verwerven. Daarbij komt dat de transitie van analoog naar digitaal langzaam verloopt. Dit heeft tot gevolg dat FM naar verwachting nog een behoorlijk aantal jaren het dominante distributiekanaal zal blijven. De minister zal in ieder geval niet eenzijdig besluiten tot verplichte afschakeling van de FM gedurende de looptijd van de vergunningen uit de te verdelen pakketten, hetgeen er eveneens voor pleit om gemengde pakketten uit te geven. Hiermee geeft de minister bovendien gevolg aan een aanbeveling van het onafhankelijke Adviescollege verdeling frequentieruimte commerciële radio. Ook dit adviescollege acht het behoud van de simulcastverplichting noodzakelijk om de digitale transitie voort te zetten, waarbij het adviescollege logischerwijs uitgaat van de uitgifte van gecombineerd spectrum.
Als de vergunningen toch in pakketten van elk één FM-vergunning en één DAB-vergunning zouden worden verdeeld, dan pleit een respondent ervoor om de zogenoemde DAB-restcapaciteit afzonderlijk te verdelen als aparte “DAB-only”-vergunningen. Het zou hierbij dan gaan om drie losse DAB-vergunningen. Partijen die bieden op de te verdelen pakketten zouden dan ook mee mogen bieden op de drie losse DAB-vergunningen, waarbij er wel een cap moet worden ingesteld op de hoeveelheid te verwerven digitale frequenties, aldus deze respondent.
Hierover wordt het volgende opgemerkt. Om een veiling van de zogenoemde restcapaciteit mogelijk te maken, zou het samenstel van de gecombineerde commerciële vergunningen gewijzigd moeten worden. Uit tabel 1 van het bekendmakingsbesluit volgt dat de beschikbare digitale frequentieruimte in frequentieblok 11C “gekoppeld“ is aan 9 landelijke commerciële FM-vergunningen. Aangezien in frequentieblok 11C in totaal een bandbreedte beschikbaar is van 1152 kB/s,8 betekent dit dat in elk van de gecombineerde pakketten, digitaal spectrum beschikbaar is met een bandbreedte van 128 kB/s. Om eventuele restruimte te kunnen veilen zou een bandbreedte van 96 kB/s moeten worden gekozen. De minister heeft echter bewust gekozen om de digitale ruimte waarover toekomstige vergunninghouders kunnen beschikken gelijk te houden aan de bandbreedte waarop de landelijke publieke omroepen (NPO) nu uitzenden (128 kB/s). Een dergelijke bandbreedte biedt aan toekomstige landelijke commerciële vergunninghouders de meeste garanties om effectief te kunnen concurreren. De minister merkt eveneens op dat een verdeling van drie extra DAB-only-vergunningen niet past in de gekozen systematiek van een eenvoudige SMRA en het gelijktijdig veilen van 9 landelijke commerciële pakketten. Zo merkt Auctiometrix in het rapport van 15 maart 2022 op dat indien de koppeling tussen analoog en digitaal spectrum wordt losgelaten, alleen de FM-vergunningen het best door middel van een simultane meerrondenveiling verdeeld kunnen worden. De DAB-vergunningen in laag 2 kunnen het best verdeeld worden door middel van een discrete klokveiling met exit bids, net zoals de DAB-vergunningen in laag 7 eerder zijn verdeeld.
Een respondent merkt op dat in punt 2.2 van de toelichting bij het conceptbesluit staat dat (louter) een veiling bewerkstelligt dat vergunningen terechtkomen bij die marktpartijen die uiteindelijk de meeste waarde weten te realiseren. De respondent geeft aan dat het ontwerpbesluit op dit punt niet volledig was en meer in lijn zou moeten zijn de toelichting op de regeling, daar waar het gaat om de doelstellingen die ten grondslag liggen aan de veiling. De minister begrijpt de respondent aldus dat bedoeld is te betogen dat het bekendmakingsbesluit op dit punt aanvulling behoeft of niet juist zou zijn.
De minister kan deze respondent niet volgen in zijn betoog. Op grond van artikel 3.10, vierde lid, van de Telecommunicatiewet, moet worden bekendgemaakt of de vergunningen voor de betrokken frequentieruimte worden verleend volgens de procedure van veiling of vergelijkende toets, en op welk tijdstip deze procedure aanvangt. Hieruit volgt dat in het bekendmakingsbesluit alleen moet worden opgenomen welke procedure van toepassing is op de uitgifte. In het onderhavige geval is gekozen voor de procedure van een veiling. De minister verwijst voor deze keuze naar de Nota Frequentiebeleid 2016 en naar de eerdere reactie op een zienswijze die opriep tot een (gedeeltelijke) vergelijkende toets. Er zijn echter verschillende veilingmodellen. De keuze voor een veilingmodel en de doelstellingen die daaraan ten grondslag liggen, zijn nader uiteen gezet in de Regeling aanvraag-en veilingprocedure vergunningen landelijke commerciële FM-radio-omroep 2023, waarnaar wordt verwezen in het onderhavige besluit. De minister ziet dan ook geen aanleiding om het bekendmakingsbesluit op dit punt aan te vullen.
Een respondent is van mening dat het voorkomen van een winner's curse bij toekomstige verdelingen meer aandacht vraagt. Volgens deze respondent zijn er andere biedmethoden denkbaar die dit risico zouden kunnen verkleinen of zelfs wegnemen.
Zoals de respondent terecht opmerkt is het veilingmodel gekozen aan de hand van een aantal doelstellingen, te weten: eenvoud, realistische veilingopbrengst, keuzevrijheid en transparantie. Onder een “realistische veilingopbrengst” wordt door de minister een opbrengst verstaan die de marktwaarde van de te verlenen vergunningen weerspiegelt. Deze doelstelling ziet eveneens op de vraag of op grond van de veilingregels eenvoudig een optimale biedstrategie is te bepalen. De simultanemeerondenveiling voldoet hier bij uitstek aan. Partijen kunnen op eenvoudige wijze bepalen op welke pakketten zij willen bieden. Dit verlaagt de kans op een winner´s curse. Ook het delen van biedinformatie aan de bieders draagt hiertoe bij.
Een andere doelstelling betreft het behalen van een realistische veilingopbrengst. Hieronder wordt verstaan dat partijen niet teveel bieden. De simultanemeerrondenveiling scoort als open-bod veiling op dit criterium ook goed, aangezien partijen in een open-bod veiling van elkaars biedingen kunnen leren. Het leereffect is bedoeld om de kans op een winner´s curse te verkleinen. Opgemerkt zij dat een winner´s curse nooit helemaal uitgesloten kan worden. Daar waar de respondent van mening is dat andere biedmethoden denkbaar zijn die dit risico zouden kunnen verkleinen of zelfs wegnemen, kan de minister deze respondent niet volgen. Temeer niet nu deze stelling niet is onderbouwd en de minister een gerenommeerd veilingexpert om advies heeft gevraagd.
Een aantal respondenten kan zich vinden in de voorgenomen duur van de vergunningen van 12 jaar. Een respondent geeft aan dat deze termijn past bij het uitgangspunt in artikel 3.17, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, waarin is bepaald dat vergunningen worden verleend voor een bij die vergunning te bepalen termijn, die passend is met het oog op het doel van de veiling, waarbij in het bijzonder rekening wordt gehouden met het belang van waarborging van mededinging en een doelmatig frequentiegebruik en van bevordering van innovatie en efficiënte investeringen, onder meer door te voorzien in een passende periode voor de afschrijving van investeringen. Deze respondent geeft aan dat een kortere periode desastreus zou zijn voor de kans van nieuwe partijen om toe te treden tot deze markt.
Een aantal respondenten geeft aan dat de looptijd van de pakketten te lang te vinden met het oog op een eventuele afschakeling en de onzekerheid over de afschakeldatum. Een aantal respondenten zijn daarbij van mening dat het afschakelmoment voor 2035 zal liggen, derhalve voor de afloopdatum van de vergunningen.
Een aantal respondenten geeft daarbij aan dat het in de rede zou liggen om de looptijd van in ieder geval de FM-vergunningen te beperken tot een periode van zes jaar, al dan niet met een optie om te verlengen. Een looptijd van 12 jaar ontneemt vergunninghouders de stimulans om effectief te investeren in de overgang van FM naar DAB, aldus deze respondenten. Een andere respondent geeft de minister in overweging om de looptijd van de vergunningen die zullen worden geveild in eerste instantie te beperken tot 1 januari 2030.
De minister begrijpt de ingebrachte zienswijzen aldus dat partijen van mening zijn dat er veel onzekerheden zijn over de afschakeldatum. Partijen geven daarnaast een verkeerde uitleg aan de door de minister toegezegde evaluatie van de digitale transitie, de doelstellingen daarvan, en de opgenomen bepaling in de vergunningen die het mogelijk maken om de ingebruiknameverplichting van de FM- vergunning naar beneden bij te stellen.
Het is geenszins de bedoeling dat de FM verplicht wordt afgeschakeld vóór 2035. Daarvoor is geen reden en verloopt de transitie bovendien te traag. Zo geeft Dialogic in een rapport van oktober 2022 aan dat er tot op heden geen andere waardevolle invulling is voor de FM-frequentieband en dat dit een van de bepalende factoren is om tot een zinvolle afschakeling te komen. Vanuit dit perspectief is er dus geen sterke economische prikkel om af te schakelen. Ten opzichte van 2017 en het eerder door Dialogic gedane onderzoek, hebben hier geen veranderingen plaatsgevonden, en ook in de komende jaren worden daarin geen drastische veranderingen verwacht. De minister onderschrijft dit beeld. Nu er geen zicht is op een ander gebruik van de FM-band wereldwijd is er geen reden om aan te nemen dat in de komende periode van twaalf jaar een (door de overheid) verplichte afschakeling gaat plaatsvinden. De minister gaat er derhalve van uit dat een verplichte afschakeling van de FM-band pas na 2035 gaat plaatsvinden in overeenstemming met de radiosector als geheel.
Een verplichte afschakeling zal echter wel zorgvuldig moeten worden voorbereid en tijdig moeten worden aangekondigd. Tegen die achtergrond moet dan ook de door de minister in haar brief van 28 november 2022, Kamerstuk 24 095, nr. 571 , aangekondigde evaluatie worden begrepen. Zoals in deze brief is aangegeven kan pas in 2029/2030 worden bepaald of een afschakeling in 2035 realistisch is. Mocht dit zo zijn, dan kan in samenspraak met zowel commerciële als publieke partijen worden bezien welke stappen nodig zijn om die datum daadwerkelijk te realiseren. Het tijdig inzetten van noodzakelijke stappen is immers ook in het belang van de luisteraars, die zich dan tijdig kunnen voorbereiden. Hiermee is dus gezegd dat het bepalen van een mogelijke datum niet gelijk is aan het daadwerkelijke afschakelen zelf. Verwezen wordt naar voorbeelden uit het verleden, zoals bijvoorbeeld het afschakelen van de analoge televisiezenders.
Het is ook in het belang van de vergunninghouders zelf om tijdig en lang van te voren te weten wanneer er daadwerkelijk afgeschakeld gaat worden. Dit heeft onder andere consequenties voor de wijze van uitgifte. De evaluatie heeft dus als doel om een eventuele afschakeldatum in de toekomst zorgvuldig voor te bereiden.
De minister ziet dan ook geen reden om op basis van deze ingebrachte argumentatie de looptijd van de vergunningen te wijzigen. Deze looptijd is zorgvuldig gekozen en heeft mede tot doel om nieuwe partijen een reële kans te bieden om tot de landelijke radiomarkt toe te treden. Dit was ook de achterliggende gedachte van de uitspraken van de rechtbank Rotterdam en het CBb. Hoe langer een nieuwkomer de tijd krijgt om investeringen terug te verdienen, hoe groter de kans is dat er zich ook daadwerkelijk nieuwkomers zullen aanmelden voor de veiling. Met een termijn van twaalf jaar krijgen nieuwkomers een eerlijke kans om de investeringen terug te verdienen en te financieren. Een periode van zes jaar is daarvoor veel te kort en zou nieuwe partijen van de veiling kunnen weren. De minister verwijst in dit verband naar artikel 3.10, tweede lid, van de Telecommunicatiewet. Hierin is bepaald dat de keuze voor de toe te passen procedure, bedoeld in het eerste lid, mede als doel heeft om de mededinging te stimuleren. Artikel 3.17 van de wet bepaalt daarom dat vergunningen worden verleend voor een bij die vergunning te bepalen termijn die passend is, gelet op de in artikel 3.10, tweede lid, bedoelde doelen, waarbij in het bijzonder rekening wordt gehouden met het belang van waarborging van mededinging en een doelmatig frequentiegebruik en van bevordering van innovatie en efficiënte investeringen, onder meer door te voorzien in een passende periode voor de afschrijving van investeringen.
Een aantal respondenten geeft aan dat dat de onzekerheid over de afschakeldatum de waarde van de FM-vergunningen ten tijde van de veiling wezenlijk beïnvloedt. Respondenten geven aan dat zij van mening zijn dat de waarde voor het gebruik van alleen de DAB-vergunning, zoals ook wordt geïllustreerd door de uitkomsten van de veiling daarvan in 2021, veel lager is dan de waarde van de FM-vergunning.
Ieders verwachting is dat DAB als distributiekanaal geleidelijk aan belang blijft winnen ten opzichte van FM en uiteindelijk dominant wordt. De constatering dat DAB-spectrum in 2021 minder waard was dan FM-spectrum, moet dan ook op dat moment in de tijd worden gezien. Deze waardeverhoudingen zullen gaan schuiven. Bij de veiling kan een vergunninghouder een inschatting maken van de waarde van het gehele pakket, rekening houdend met de verwachting dat het belang van FM zal afnemen en dat van DAB zal toenemen. Dat er mogelijk ook andere digitale distributievormen zijn, maakt dit niet anders.
Een aantal respondenten geeft aan dat het onduidelijk is wat de financiële consequenties zijn voor het op basis van artikel 36 van de concept-veilingregeling voldane bedrag, als bijvoorbeeld na acht jaar door een vergunninghouder conform de voorschriften de FM-vergunning wordt afgeschakeld. Respondenten zijn van mening dat vergunninghouders bij voortijdige afschakeling van FM financieel gecompenseerd moeten worden, omdat er dan naar de mening van deze respondenten teveel zou zijn betaald. Een andere respondent geeft aan dat indien wordt vastgehouden aan de termijn van 12 jaar, de vergunninghouders slechts gehouden zou zijn tot betaling van de helft van het financiële bod. Pas als, mede gelet op de evaluatie, de FM-vergunning na verloop van zes jaar daadwerkelijk met nog eens zes jaar wordt gecontinueerd zou de tweede termijn verschuldigd zijn.
Zoals de minister hierboven reeds uiteen heeft gezet, is er geen reden om aan te nemen dat de afschakeldatum voor 2035 zal liggen. Evenmin is de minister voornemens voor 1 september 2035 afschakeling te verplichten. Tussentijdse teruggave van de FM-vergunning, na een eventueel besluit van de minister hieromtrent, zal in ieder geval vrijwillig zijn. Daarom zijn er naar de mening van de minister dan ook geen redenen om, als een vergunninghouder in de toekomst vrijwillig FM zou willen afschakelen, een gedeelte van de biedingen terug te betalen. Het opnemen van een garantie in de regeling met een dergelijke strekking, zou bovendien de veiling en de uitkomsten daarvan kunnen verstoren. Deelnemende partijen zouden dan juist minder realistisch biedingen (te hoog) kunnen uitbrengen, hetgeen in strijd is met uitgangspunten van de veiling. Ook andere varianten die respondenten voorstellen zijn daarmee niet te rijmen.
Een aantal respondenten verwijst in dit kader ook naar de mogelijkheid die in de vergunning is opgenomen door de ingebruiknameverplichting te verlagen. Ook hier zou volgens deze respondenten uit volgen dat de vergunningsduur van de FM korter is dan bij de start van de veiling.
In artikel 2, vierde lid van de FM-vergunning is bepaald de minister gedurende de looptijd kan besluiten dat het wenselijk is om de ingebruiknameverplichting van de FM-vergunningen te verlagen. In de vergunning is bepaald dat de vergunninghouder daartoe een verzoek kan indienen. De minister moet echter wel voorafgaand aan een dergelijk verzoek een besluit hebben genomen over de wenselijkheid en de condities bepalen waaronder verzoeken gehonoreerd kunnen worden. Bedoeld is om met deze bepaling een mogelijkheid te creëren voor partijen, die zelf van mening zijn dat de kosten van het (in volle omvang) uitzenden van FM-distributie niet langer opwegen tegen de baten, de verzorging van hun FM netwerk te verlagen. Dit kan door gedurende de looptijd van de FM-vergunning om de ingebruiknameverplichting aan te passen naar een niveau dat lager ligt dan in de te veilen FM-vergunningen. Dit moment kan voor elke partij anders liggen en staat los van een algemene datum voor (verplichte) afschakeling van FM. Het gaat hier dus niet om een bepaling waaruit afgeleid zou kunnen worden dat afschakeling voor 2035 in de rede zou liggen. Deze bepaling geeft de vergunninghouder alleen de mogelijkheid om op basis van eigen (economische) inzichten de FM verzorging vrijwillig te verminderen. Een dergelijke keuze van een vergunninghouder heeft dus, ervan uitgaande dat hieraan een primair economische overweging ten grondslag ligt, geen nadelige gevolgen voor de waarde van het pakket gedurende de veiling.
Een respondent geeft aan de betreffende bepaling uit de vergunning aldus te begrijpen dat de houder de FM-vergunning mag behouden zonder deze te gebruiken. Deze respondent geeft aan dat dit moeilijk valt te rijmen met een doelmatig frequentiegebruik.
De minister benadrukt dat niet op voorhand vaststaat dat een verzoek tot verlaging van de ingebruiknameverplichting leidt tot een ingebruiknameverplichting van nul. Het artikel is bedoeld om de optie te houden om de ingebruiknameverplichting tijdens de looptijd van de vergunning te verlagen, met name als de ontwikkeling van DAB ten faveure van FM daartoe aanleiding geeft. Mocht een dergelijke lage ingebruiknameverplichting wenselijk zijn, dan is de minister, naar aanleiding van de ingebrachte zienswijze, van mening dat dat een ingebruiknameverplichting van nul zonder teruggavemogelijkheid van de FM-vergunning inderdaad niet te rijmen valt met doelmatig frequentiegebruik. De minister geeft daarom aan dat indien er gebruik gemaakt gaat worden van de discretionaire bevoegdheid om in voorkomend geval toe te staan dat de ingebruiknameverplichting op een lager niveau kan worden vastgesteld, er eveneens in dat specifieke geval de mogelijkheid moet zijn om de FM-vergunning in te leveren met behoud van de DAB-vergunning. Het zou hier dus gaan om een afwijking van de hoofdregel dat een DAB-vergunning niet meer geldig is, indien de vergunninghouder niet langer tevens houder is van de bij hetzelfde pakket behorende FM-vergunning. Voor zover het geclausuleerde FM-vergunningen betreft moet wel gegarandeerd blijven dat de clausulering van kracht blijft. Dit met het oog op de waarde van het spectrum en de jurisprudentie met betrekking tot het object van de vergunning.
Of het daadwerkelijk wenselijk is om van deze bevoegdheid gebruik te maken, valt op dit moment nog niet te bepalen. Het is dan ook niet mogelijk om bij dit besluit aan te geven of, en zo ja onder welke aanvullende voorwaarden de minister tot een dergelijk besluit over zal gaan.
Een respondent geeft aan van mening te zijn dat indien een vergunninghouder voor een andere zenderoperator kiest, deze vergunninghouder dan niet kan voldoen aan de ingebruiknameverplichting. De minister begrijpt deze zienswijze aldus dat de respondent voorstelt om de ingebruiknameverplichting te verruimen.
Krachtens artikel 2 lid 2 van de conceptvergunningen dient een vergunning binnen drie maanden in gebruik te worden genomen en houdt de vergunninghouder deze daarna in gebruik. Bij de DAB-vergunningen is bepaald dat het demografische bereik binnen 3 maanden na 1 september 2023 gerealiseerd moet zijn. Deze ingebruiknametermijnen zijn vergelijkbaar met de ingebruiknametermijnen zoals die gelden bij andere FM- of DAB-vergunningen. De minister heeft geen concrete aanwijzingen dat deze termijnen onjuist zijn vastgesteld of onrealistisch zijn. Met de termijn van 3 maanden wordt bovendien voorkomen dat radioprogramma’s onnodig lang niet (goed) te ontvangen zijn. Er zijn dan ook geen redenen om de ingebruiknameverplichting in de FM- en DAB-vergunningen te wijzigen en te verruimen.
Een respondent is in de veronderstelling dat bij besluit van de minister de verplichting om 24 uur per etmaal, ten minste ieder uur, nieuws uit te zenden is teruggebracht tot 16 uur per etmaal, namelijk tussen 7.00 en 23.00 uur. Deze wijziging zou volgends deze respondent betekenen dat de verplichting om ´s nachts actueel nieuws uit te zenden zou komen te vervallen voor commerciële (landelijke) radiozenders.
Deze veronderstelling is onjuist. Sinds 2003 is in Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Media alleen voor het nieuwskavel opgenomen dat in het radioprogramma tussen 07.00 uur en 19.00 uur en tussen 19.00 uur en 23.00 uur, voor zover in laatstgenoemde uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur en tussen 23.00 uur en 07.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per twee uur op het hele uur een programmaonderdeel bestaande uit nieuws, is opgenomen. Voor de andere landelijke commerciële vergunningen is de verplichting om tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel dat geheel bestaat uit nieuws uit te zenden, vastgelegd in de vergunning. Er zijn hierin sinds 2003 geen wijzigingen aangebracht. Deze zienswijzen blijft hier daarom verder onbesproken.
Een respondent geeft aan dat er onenigheid kan ontstaan over de DAB-samenwerking en dat hierover niets is opgenomen in de vergunning.
In de DAB-vergunning is opgenomen dat alle vergunninghouders binnen 3 maanden na verlening van de vergunning een samenwerkingsovereenkomst moeten sluiten. Het sluiten van deze overeenkomst is vervolgens een verantwoordelijkheid van de vergunninghouders.
Een aantal respondenten heeft opmerkingen over de technische bepalingen in de vergunningen. Een aantal van deze opmerkingen hebben geleid tot aanpassingen in de FM-vergunningen. Alleen opmerkingen die betrekking hadden op de voorliggende concept-vergunningen dan wel het concept bekendmakingsbesluit zijn meegenomen.
Zo hebben respondenten aangegeven dat het niet in de lijn der verwachting is dat er op redelijke termijn een mast komt in Gilze.
De minister onderschrijft dit. Het is daarom niet zinvol uit te gaan van deze locatie in de vergunningen. De tijdelijke locaties in Breda en Loon op Zand zijn daarom opgenomen in het definitieve besluit.
Een aantal respondenten geeft aan dat er een verschil zit in de geconsulteerde zenderdata en de data waarmee de verzorgingspercentages zijn uitgerekend.
In de geconsulteerde versie van de FM- vergunningen zat inderdaad in een aantal gevallen een verschil tussen de gepubliceerde zenderdata en de zenderdata waarmee de verzorging wordt uitgerekend. In het definitieve besluit is dit verschil gecorrigeerd.
Een respondent geeft aan dat de hoogtecorrectie voor Lopik 100,7 MHz in het verleden om onduidelijke reden anders verlopen is dan bij vergelijkbare frequenties van de publieke omroep en vraagt dit te corrigeren.
Het is inderdaad juist dat bij de betreffende mast de hoogtecorrectie anders is uitgevoerd dan bij vergelijkbare frequenties bij de publieke omroep. Dit verschil had te maken met de beperkte toegestane toename in demografisch bereik. De eerder opgenomen reducties zijn niet langer noodzakelijk. Ten onrechte was dit nog wel opgenomen in de betreffende conceptvergunning. De extra reductie is echter niet meer meegenomen in het definitieve besluit.
Een aantal respondenten geeft aan dat voor een tweetal zenders in Rotterdam een mixed polarisatie in de ontwerpvergunning had moeten staan in plaats van de horizontale polarisatie.
Om onnodige investeringen na de veiling te voorkomen is het wenselijk dat bestaande antennesystemen zo veel mogelijk opnieuw gebruikt kunnen worden. Het is daarom wenselijk om de polarisaties zoals die nu gebruikt worden te blijven hanteren (op verzoek van de toekomstige vergunninghouder kunnen deze overigens aangepast worden). In de definitieve vergunning is daarom de polarisatie aangepast naar mixed.
Een respondent is van mening dat de mast in Vlissingen 90,0 MHz in het verleden een extra reductie opgelegd heeft gekregen vangwege de toename in het demografische bereik. Deze respondent is van mening dat bij de nieuwe uitgifte van de vergunningen extra reductie niet meer van toepassing zijn.
Zoals hierboven uiteen is gezet, is dit een terecht punt. Ook hier is de definitieve vergunning aangepast en is deze reductie niet meer meegenomen.
Een respondent geeft aan het dat het hem niet lukt de door de RDI berekende verzorgingspercentages van de FM vergunningen te reproduceren.
Na onderzoek is gebleken dat dit een terechte constatering is. De gepubliceerde percentages bleken gedateerd te zijn. In het definitieve bekendmakingsbesluit zijn de percentages opnieuw berekend, rekening houdend met alle relevante input vanuit de consultatie. Het bekendmakingsbesluit is hierop aangepast.
Een respondent geeft aan dat na de implementatie en de reparatie/optimalisatierondes en de netverbeteringen de afgelopen jaren een aantal frequenties om diverse redenen door vergunninghouders zijn teruggegeven. De respondent is van mening dat nieuwe vergunninghouders zelf zouden moeten kunnen besluiten of ze die frequenties alsnog willen gebruiken.
Zoals de respondent terecht aangeeft zijn deze frequenties op verzoek van de bestaande vergunninghouders teruggegeven met het oogmerk van reparatie, optimalisatie of netverbetering. Kennelijk vertegenwoordigde deze frequenties geen economische waarde, bijvoorbeeld doordat het bereik van een andere zender/frequentie hierdoor beperkt werd, of waren deze frequenties niet goed te implementeren binnen de vergunningsvoorwaarden. Na het inleveren van deze frequenties, zijn deze nationaal niet langer beschermd bij de behandeling van wijzigings- en optimalisatieverzoeken, dit zou immers de mogelijkheden hiervan onnodig inperken. Deze frequenties kunnen daarom niet in alle gevallen meer op dezelfde manier ingezet worden.
Een respondent geeft aan dat de geconsulteerde vergunningen onnodige technische beperkingen bevatten. Zo geeft deze respondent aan dat het onduidelijk is met welke polarisatie wordt uitgezonden.
In de FM-vergunning wordt uitgegaan van de feitelijke situatie. Als een antenne systeem eenmaal geïmplementeerd is, dan is de polarisatie van het FM signaal niet eenvoudig aan te passen. Mocht dit echter gedurende de looptijd toch wenselijk zijn, dan kan de vergunning hierop aangepast worden. Aangezien dit van beperkte invloed is op de verzorging zal dit naar verwachting weinig consequenties hebben.
Daarnaast geeft deze respondent aan van mening te zijn dat er onnodig in de vergunning bepaald wordt dat er stereo uitzendingen moeten plaatsvinden. De respondent is van mening dat ook toegestaan moet worden dat er in mono uitgezonden kan worden.
Gezien het maatschappelijk belang van de commerciële landelijke omroepen vindt de minister het van belang dat de FM uitzenden met een goede kwaliteit plaatsvinden. Daarbij past de eis om stereo uit te zenden. Daarnaast gaat de zerobasenorm, die in samenspraak met de sector is vastgesteld, ook uit van stereo. De FM-vergunningen zijn naar aanleiding van deze zienswijze niet aangepast.
Een respondent geeft aan dat de onmogelijkheid om SFN frequenties naar een ander kavel te transfereren moet worden geschrapt.
Commerciële FM-radionetwerken, die bestaan uit meerdere zenders, maken gebruik van SFN-techniek om de storing tussen de zenders onderling zo klein mogelijk te laten zijn. Daarnaast wordt de FM verzorging gebaseerd op de met de markt overeengekomen Zerobase norm. De norm houdt er rekening mee dat wanneer zenders in frequentie dicht bij elkaar staan, deze (beduidend) minder onderlinge interferentie veroorzaken als deze hetzelfde signaal uitzenden- het zogenaamde (Near) Single Frequency Network ((N)SFN) -, waardoor de verzorging van deze zenders (beduidend) groter is. Het uitzenden van het zelfde signaal is daarom in deze gevallen spectrum efficiënt en is dan ook een vereiste in de vergunningen.
Voor zover deze respondent bedoeld te betogen dat SFN frequenties moet worden losgelaten om het mogelijk te maken dat frequenties onderling tussen pakket geruild worden, wordt daarover het volgende opgemerkt. Het is voor geen enkele vergunninghouder mogelijk om zenders van het ene pakket over te hevelen naar een ander pakket. Dit staat los van de SFN bepaling in de vergunningen. Het loslaten van de SFN bepaling om deze reden heeft naast de hierboven genoemde technische gevolgen, ook gevolgen op beleidsmatig terrein. Zo kan het loslaten van deze techniek invloed hebben op de concurrentieverhoudingen en het object van de vergunning. Om deze redenen kan dan ook niet op worden overgegaan tot aanpassing of afschaffing van deze bepaling.
Een respondent geeft aan van mening te zijn dat niet bepaald moet worden met welk programma men uitzendt, zolang men aan de clausulering voldoet.
In het besluit en ontwerp vergunningen zijn geen andere eisen opgenomen dan reeds gesteld door de respondent, zolang binnen het pakket sprake is van één programma.
Een respondent geeft aan dat verplaatsing van een zender binnen de Genève ’84 rechten mogelijk moet zijn met alleen een meldplicht.
Bij iedere verplaatsing of aanpassing van de vergunning blijft gelden dat het object van de vergunning niet aangepast mag worden. Een meldplicht alleen is daarom ook in deze gevallen niet mogelijk. Daarnaast zal bij iedere verplaatsing getoetst moeten worden of dit impact heeft op andere vergunninghouders. Indien dit het geval is, dan kan dat er toe leiden dat er aanvullende eisen opgenomen moeten worden in de aangepaste vergunning.
Een respondent geeft aan dat de koppeling van een FM-kavel aan een demografische bereik zal moeten worden losgelaten.
De waarde van het LCO pakket wordt in belangrijke mate bepaald door het demografisch bereik. Het is daarom niet mogelijk om na vergunningverlening dit demografische bereik onbeperkt aan te passen. Dat zou er immers toe leiden dat het object van de vergunning wordt aangepast.
Een respondent geeft aan dat er diverse restfrequenties in de database van de RDI staan die toegevoegd zouden kunnen worden aan de landelijke FM kavels.
Zoals de respondent reeds constateert worden deze frequenties gereserveerd voor andere doeleinden, zoals evenementen. Het anders inzetten van deze frequenties vraagt een uitgebreide studie, en beleids- en belangenafweging, onder andere in afstemming met belanghebbenden. Gezien de korte tijd waarbinnen de veiling van de landelijke commerciële vergunningen moet plaatsvinden en het relatieve beperkte belang van deze restfrequenties t.o.v. de het demografisch bereik van de te veilen pakketten, is het niet opportuun om een dergelijke studie nu uit te voeren. Bovendien is niet op voorhand gezegd dat deze frequenties moeten of kunnen worden toebedeeld aan de landelijke FM-kavels.
De minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A01 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep zonder clausulering (kavel A01).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 11 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
De vergunninghouder zorgt ervoor dat in totaal ten hoogste 2000 inwoners in een of meer gebieden woonachtig zijn waar de veldsterkte veroorzaakt door de frequentie 101,7 MHz te Breda onderscheidenlijk 101,9 MHz te Tilburg hoger is dan 95 dBuV/m. De veldsterkte wordt bepaald op anderhalve meter hoogte.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel is opgenomen dat geheel bestaat uit nieuws.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO1.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 10.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A02 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep zonder clausulering (kavel A02).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 11 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
De vergunninghouder zorgt ervoor dat het gebruik van de frequentie 103,0 MHz te Hilversum zodanig is, dat per frequentie in totaal ten hoogste 2000 inwoners te maken hebben met een veldsterkte hoger dan 95 dBuV/m. De veldsterkte wordt bepaald op anderhalve meter hoogte.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel is opgenomen dat geheel bestaat uit nieuws.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO2.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 10.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A03 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep zonder clausulering (kavel A03).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 10 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel is opgenomen dat geheel bestaat uit nieuws.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO3.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 9.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A04 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep met clausulering nieuws (kavel A04).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 10 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte voor analoge landelijke commerciële radio-omroep met clausulering nieuws te gebruiken in overeenstemming met de programmatische voorschriften zoals opgenomen in artikel <artikel> van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO4.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 9.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A05 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep zonder clausulering (kavel A05).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 10 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel is opgenomen dat geheel bestaat uit nieuws.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO5.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 9.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A06 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep zonder clausulering (kavel A06).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 11 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
De vergunninghouder zorgt ervoor dat in totaal ten hoogste 2000 inwoners in een of meer gebieden woonachtig zijn waar de veldsterkte veroorzaakt door de frequentie 102,6 MHz te Hengelo onderscheidenlijk 102,3 MHz te Roermond hoger is dan 95 dBuV/m. De veldsterkte wordt bepaald op anderhalve meter hoogte.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel is opgenomen dat geheel bestaat uit nieuws.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO6.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 10.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A07 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep zonder clausulering (kavel A07).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 11 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
De vergunninghouder zorgt ervoor dat het gebruik van de frequenties 87,8 MHz te Utrecht onderscheidenlijk 103,8 MHz te Rotterdam onderscheidenlijk 91,1 MHz te Maastricht zodanig is, dat per frequentie in totaal ten hoogste 2000 inwoners te maken hebben met een veldsterkte hoger dan 95 dBuV/m. De veldsterkte wordt bepaald op anderhalve meter hoogte.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel is opgenomen dat geheel bestaat uit nieuws.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO7.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 10.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A08 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep zonder clausulering (kavel A08).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 10 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel is opgenomen dat geheel bestaat uit nieuws.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO8.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 9.
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikelen 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel A09 en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid,
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor landelijke commerciële radio-omroep met clausulering Nederlandstalige muziek (kavel A09).
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 10 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
4. In afwijking van het tweede lid, kan de ingebruiknameverplichting op aanvraag van de vergunninghouder worden verlaagd, indien de minister daaraan voorafgaand kenbaar heeft gemaakt dat een verlaging wenselijk is en onder welke voorwaarden dit mogelijk is.
1. Frequenties ten aanzien waarvan in de bijlage is opgenomen dat zij op Non Interference Base zijn verleend, mogen geen storing veroorzaken op andere vergunninghouders en ondervonden storing van andere vergunninghouders dient door de vergunninghouder te worden geaccepteerd.
2. De technische parameters van de in het eerste lid bedoelde zenders kunnen in het kader van doelmatig frequentiegebruik tussentijds gewijzigd of ingetrokken worden.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
De vergunninghouder is verplicht de aan hem vergunde frequentieruimte te gebruiken voor het uitzenden van een radioprogramma voor landelijke commerciële radio-omroep met clausulering Nederlandstalige muziek:
a. dat, in overeenstemming met de programmatische voorschriften zoals opgenomen in artikel <artikel> van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003, en
b. waarin tussen 07.00 en 23.00 uur, voor zover in deze uren wordt uitgezonden, ten minste eenmaal per uur op het hele uur een programmaonderdeel geheel bestaande uit nieuws is opgenomen.
1. De vergunninghouder informeert de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die vallen onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde, stelt de Minister van elke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan die wijziging schriftelijk in kennis.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de vergunning voor DAB+ die deel uitmaakt van pakket LCO9.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel tot en met de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende vergunning voor DAB+, zoals bedoeld in artikel 9.
Spectrummasker
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5).
In tabel 1 is dit masker in tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5
x-as (kHz) |
y-as (dB) |
---|---|
f0 – 74 |
0 |
f0 – 107,5 |
–15 |
f0 – 124 |
–30 |
f0 – 152,5 |
–40 |
f0 + 74 |
0 |
f0 + 107,5 |
–15 |
f0 + 124 |
–30 |
f0 + 152,5 |
–40 |
Bron: ITU-R SM 1268-5
Zerobase norm
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
Item |
Parameter |
---|---|
Propagatiemodel |
Recommandatie ITU-R P.370-7 met TCA en morfografie |
Ontvangstantenne |
Non-directief |
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) vanaf 5 km en verder conform recommandatie ITU-R P.370-7 |
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
Ontvangst |
Stereo |
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte, afhankelijk van de morfografie |
Item |
Frequentie afstand zenders |
Protectieverhouding |
---|---|---|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz |
40 dB / 32 dB |
100 kHz |
30 dB / 22 dB |
|
200 kHz |
–2 dB |
|
300 kHz |
–15 dB |
|
400 kHz |
–25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz |
Tussen 2 en 25 dB (afhankelijk van looptijd) |
100 kHz |
5 dB |
|
200 kHz |
–5 dB |
|
300 kHz |
–15 dB |
|
400 kHz |
–25 dB |
Kavel |
A01 |
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 46 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
SMILDE |
101,0 MHz |
93,325 kW |
NIJMEGEN |
101,1 MHz |
3,715 kW |
HILVERSUM |
101,2 MHz |
199,526 kW |
HENGELO |
101,2 MHz |
31,623 kW |
APELDOORN |
101,2 MHz |
0,427 kW |
TERNEUZEN |
101,2 MHz |
1,000 kW |
ROOSENDAAL |
101,3 MHz |
6,761 kW |
DEVENTER |
101,4 MHz |
10,000 kW |
ALKMAAR |
101,4 MHz |
0,100 kW |
LELYSTAD |
101,4 MHz |
0,047 kW |
ROTTERDAM |
101,5 MHz |
8,318 kW |
ARNHEM |
101,5 MHz |
3,548 kW |
DEN BOSCH |
101,5 MHz |
7,244 kW |
AMSTERDAM |
101,5 MHz |
0,021 kW |
LOPIK |
101,5 MHz |
0,066 kW |
ROERMOND |
101,6 MHz |
1,738 kW |
MIERLO |
101,6 MHz |
5,754 kW |
DEN HAAG |
101,7 MHz |
0,295 kW |
BREDA |
101,7 MHz |
9,550 kW |
BOXTEL |
101,8 MHz |
5,495 kW |
TILBURG |
101,9 MHz |
9,120 kW |
GOES |
101,9 MHz |
36,308 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 46 |
|
SMILDE 101,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
254 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,0 MHz |
|
ERP |
93,325 kW |
|
ERPmax |
93,325 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,1 |
20 |
0,0 |
200 |
0,3 |
30 |
0,1 |
210 |
0,0 |
40 |
0,1 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,3 |
80 |
0,0 |
260 |
0,3 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
89 dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 46 |
|
NIJMEGEN 101,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
NIJMEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E48 54,1 / 51N50 31,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
85 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
10 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,1 MHz |
|
ERP |
3,715 kW |
|
ERPmax |
3,715 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
13,4 |
180 |
0,0 |
10 |
13,5 |
190 |
0,6 |
20 |
13,6 |
200 |
1,5 |
30 |
13,8 |
210 |
7,8 |
40 |
13,8 |
220 |
9,8 |
50 |
13,7 |
230 |
9,8 |
60 |
13,3 |
240 |
8,0 |
70 |
12,5 |
250 |
9,8 |
80 |
11,3 |
260 |
11,3 |
90 |
9,8 |
270 |
12,5 |
100 |
8,0 |
280 |
13,3 |
110 |
8,8 |
290 |
13,7 |
120 |
8,8 |
300 |
13,8 |
130 |
5,8 |
310 |
13,8 |
140 |
1,5 |
320 |
13,6 |
150 |
0,6 |
330 |
13,5 |
160 |
1,8 |
340 |
13,4 |
170 |
1,8 |
350 |
13,3 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 46 |
|
HILVERSUM 101,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
174 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,2 MHz |
|
ERP |
199,526 kW |
|
ERPmax |
199,526 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Luxemburg. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
8,0 |
10 |
0,0 |
190 |
5,0 |
20 |
5,0 |
200 |
6,0 |
30 |
7,0 |
210 |
2,0 |
40 |
9,0 |
220 |
6,0 |
50 |
10,0 |
230 |
2,0 |
60 |
14,0 |
240 |
6,0 |
70 |
16,0 |
250 |
5,0 |
80 |
11,0 |
260 |
0,0 |
90 |
4,0 |
270 |
0,0 |
100 |
8,0 |
280 |
0,0 |
110 |
11,0 |
290 |
0,0 |
120 |
13,0 |
300 |
0,0 |
130 |
14,0 |
310 |
0,0 |
140 |
7,0 |
320 |
0,0 |
150 |
2,0 |
330 |
0,0 |
160 |
7,0 |
340 |
0,0 |
170 |
8,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
94 dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 46 |
|
HENGELO 101,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HENGELO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E51 29,0 / 52N13 19,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
51 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
27 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,2 MHz |
|
ERP |
31,623 kW |
|
ERPmax |
31,623 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
11,0 |
180 |
20,8 |
10 |
11,0 |
190 |
20,1 |
20 |
12,0 |
200 |
23,0 |
30 |
10,0 |
210 |
6,4 |
40 |
16,9 |
220 |
3,2 |
50 |
20,2 |
230 |
3,7 |
60 |
24,9 |
240 |
3,7 |
70 |
18,0 |
250 |
4,5 |
80 |
13,4 |
260 |
3,4 |
90 |
13,4 |
270 |
0,0 |
100 |
10,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,9 |
290 |
0,0 |
120 |
19,3 |
300 |
2,2 |
130 |
19,3 |
310 |
0,0 |
140 |
19,0 |
320 |
0,0 |
150 |
20,0 |
330 |
0,0 |
160 |
21,0 |
340 |
1,0 |
170 |
21,0 |
350 |
9,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 46 |
|
APELDOORN 101,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
APELDOORN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E53 47,6 / 52N10 05,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
78 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,2 MHz |
|
ERP |
0,427 kW |
|
ERPmax |
0,427 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
1,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
1,8 |
70 |
0,0 |
250 |
3,8 |
80 |
0,2 |
260 |
8,2 |
90 |
0,2 |
270 |
10,4 |
100 |
0,0 |
280 |
10,4 |
110 |
0,0 |
290 |
2,1 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
1,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 46 |
|
TERNEUZEN 101,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TERNEUZEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E39 00,2 / 51N20 31,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
45 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,2 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
4,0 |
10 |
0,0 |
190 |
3,0 |
20 |
0,0 |
200 |
6,3 |
30 |
0,0 |
210 |
7,3 |
40 |
0,0 |
220 |
6,5 |
50 |
0,0 |
230 |
3,0 |
60 |
0,0 |
240 |
6,5 |
70 |
2,0 |
250 |
7,0 |
80 |
2,0 |
260 |
8,4 |
90 |
2,0 |
270 |
8,0 |
100 |
2,9 |
280 |
2,0 |
110 |
3,6 |
290 |
2,0 |
120 |
2,7 |
300 |
0,0 |
130 |
4,0 |
310 |
0,0 |
140 |
6,3 |
320 |
0,0 |
150 |
6,0 |
330 |
0,0 |
160 |
2,0 |
340 |
0,0 |
170 |
2,5 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 46 |
|
ROOSENDAAL 101,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROOSENDAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
004E27 40,2 / 51N31 23,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
99 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,3 MHz |
|
ERP |
6,761 kW |
|
ERPmax |
6,761 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
10,7 |
10 |
0,0 |
190 |
10,8 |
20 |
0,0 |
200 |
10,1 |
30 |
0,2 |
210 |
10,0 |
40 |
0,0 |
220 |
10,7 |
50 |
0,0 |
230 |
10,7 |
60 |
0,0 |
240 |
10,8 |
70 |
0,0 |
250 |
10,8 |
80 |
10,2 |
260 |
6,2 |
90 |
14,3 |
270 |
6,9 |
100 |
16,3 |
280 |
0,9 |
110 |
17,0 |
290 |
0,1 |
120 |
17,0 |
300 |
0,0 |
130 |
17,0 |
310 |
0,0 |
140 |
17,0 |
320 |
0,0 |
150 |
17,0 |
330 |
0,0 |
160 |
17,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
98 dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 46 |
|
DEVENTER 101,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEVENTER |
|
Lengte/breedtegraad |
006E10 22,8 / 52N14 09,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
5 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,4 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
17,0 |
10 |
3,0 |
190 |
18,0 |
20 |
7,0 |
200 |
21,0 |
30 |
10,0 |
210 |
21,0 |
40 |
21,0 |
220 |
20,0 |
50 |
23,0 |
230 |
14,0 |
60 |
25,0 |
240 |
5,0 |
70 |
23,0 |
250 |
0,0 |
80 |
23,0 |
260 |
0,0 |
90 |
21,0 |
270 |
0,0 |
100 |
19,0 |
280 |
0,0 |
110 |
16,0 |
290 |
0,0 |
120 |
15,0 |
300 |
0,0 |
130 |
16,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
15,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
16,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 46 |
|
ALKMAAR 101,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALKMAAR |
|
Lengte/breedtegraad |
004E46 03,4 / 52N37 03,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,4 MHz |
|
ERP |
0,100 kW |
|
ERPmax |
0,100 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 46 |
|
LELYSTAD 101,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LELYSTAD |
|
Lengte/breedtegraad |
005E26 16,4 / 52N31 34,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
105 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,4 MHz |
|
ERP |
0,047 kW |
|
ERPmax |
0,047 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
3,0 |
220 |
0,0 |
50 |
3,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
9,0 |
290 |
0,0 |
120 |
10,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,1 |
150 |
0,0 |
330 |
0,1 |
160 |
0,0 |
340 |
0,1 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 46 |
|
ROTTERDAM 101,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
177 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,5 MHz |
|
ERP |
8,318 kW |
|
ERPmax |
8,318 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
10,0 |
10 |
0,0 |
190 |
10,0 |
20 |
0,0 |
200 |
16,0 |
30 |
0,0 |
210 |
20,0 |
40 |
0,0 |
220 |
21,0 |
50 |
0,0 |
230 |
17,0 |
60 |
10,0 |
240 |
10,0 |
70 |
12,0 |
250 |
6,0 |
80 |
13,0 |
260 |
6,0 |
90 |
10,0 |
270 |
9,0 |
100 |
7,0 |
280 |
14,0 |
110 |
8,0 |
290 |
13,0 |
120 |
9,0 |
300 |
8,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
10,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
82 dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 46 |
|
ARNHEM 101,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
132 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,5 MHz |
|
ERP |
3,548 kW |
|
ERPmax |
3,548 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
6,0 |
10 |
0,0 |
190 |
6,0 |
20 |
0,0 |
200 |
6,0 |
30 |
3,0 |
210 |
6,0 |
40 |
7,0 |
220 |
6,0 |
50 |
17,0 |
230 |
4,0 |
60 |
17,0 |
240 |
4,5 |
70 |
17,0 |
250 |
0,0 |
80 |
7,0 |
260 |
0,0 |
90 |
3,0 |
270 |
0,0 |
100 |
3,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
3,0 |
130 |
12,0 |
310 |
4,0 |
140 |
12,0 |
320 |
9,0 |
150 |
12,0 |
330 |
9,0 |
160 |
8,0 |
340 |
9,0 |
170 |
7,0 |
350 |
8,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 46 |
|
DEN BOSCH 101,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEN BOSCH |
|
Lengte/breedtegraad |
005E17 47,4 / 51N39 54,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,5 MHz |
|
ERP |
7,244 kW |
|
ERPmax |
7,244 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
10,4 |
10 |
0,0 |
190 |
16,0 |
20 |
0,0 |
200 |
16,0 |
30 |
0,0 |
210 |
11,0 |
40 |
5,0 |
220 |
11,0 |
50 |
14,0 |
230 |
10,0 |
60 |
14,0 |
240 |
11,4 |
70 |
7,0 |
250 |
11,3 |
80 |
4,0 |
260 |
0,0 |
90 |
4,0 |
270 |
0,7 |
100 |
0,0 |
280 |
1,5 |
110 |
1,0 |
290 |
1,6 |
120 |
1,6 |
300 |
1,4 |
130 |
5,0 |
310 |
0,0 |
140 |
4,0 |
320 |
0,0 |
150 |
5,0 |
330 |
0,0 |
160 |
11,7 |
340 |
0,0 |
170 |
12,2 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 46 |
|
AMSTERDAM 101,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,5 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
135 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,5 MHz |
|
ERP |
0,021 kW |
|
ERPmax |
0,021 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,0 |
180 |
6,0 |
10 |
4,0 |
190 |
6,0 |
20 |
4,0 |
200 |
6,0 |
30 |
3,0 |
210 |
6,0 |
40 |
2,0 |
220 |
5,0 |
50 |
1,0 |
230 |
3,0 |
60 |
0,0 |
240 |
1,0 |
70 |
1,0 |
250 |
0,0 |
80 |
6,0 |
260 |
2,0 |
90 |
6,0 |
270 |
8,0 |
100 |
1,0 |
280 |
5,0 |
110 |
0,0 |
290 |
2,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
2,0 |
320 |
0,0 |
150 |
5,0 |
330 |
1,0 |
160 |
7,0 |
340 |
2,0 |
170 |
7,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
79 dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 46 |
|
LOPIK 101,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOPIK |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 12,8 / 52N00 36,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
310 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,5 MHz |
|
ERP |
0,066 kW |
|
ERPmax |
0,066 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
5,0 |
180 |
3,0 |
10 |
4,0 |
190 |
3,0 |
20 |
2,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
3,0 |
40 |
0,0 |
220 |
6,0 |
50 |
2,0 |
230 |
10,0 |
60 |
6,0 |
240 |
8,0 |
70 |
9,0 |
250 |
5,0 |
80 |
6,0 |
260 |
4,0 |
90 |
0,0 |
270 |
3,0 |
100 |
0,0 |
280 |
2,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
3,0 |
330 |
1,0 |
160 |
4,0 |
340 |
4,0 |
170 |
3,0 |
350 |
5,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
65 dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 46 |
|
ROERMOND 101,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROERMOND |
|
Lengte/breedtegraad |
005E58 32,4 / 51N11 02,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
140 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
24 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,6 MHz |
|
ERP |
1,738 kW |
|
ERPmax |
1,738 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
13,8 |
180 |
0,8 |
10 |
18,8 |
190 |
8,8 |
20 |
22,8 |
200 |
4,8 |
30 |
18,8 |
210 |
2,8 |
40 |
12,8 |
220 |
0,1 |
50 |
9,8 |
230 |
13,8 |
60 |
8,8 |
240 |
13,8 |
70 |
4,8 |
250 |
13,8 |
80 |
0,8 |
260 |
13,8 |
90 |
2,8 |
270 |
13,8 |
100 |
5,8 |
280 |
12,8 |
110 |
3,8 |
290 |
17,8 |
120 |
3,8 |
300 |
17,8 |
130 |
3,8 |
310 |
17,8 |
140 |
4,8 |
320 |
17,8 |
150 |
3,8 |
330 |
13,8 |
160 |
2,8 |
340 |
13,8 |
170 |
0,0 |
350 |
12,8 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 46 |
|
MIERLO 101,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MIERLO |
|
Lengte/breedtegraad |
005E36 17,3 / 51N26 16,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
88 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
21 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,6 MHz |
|
ERP |
5,754 kW |
|
ERPmax |
5,754 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,7 |
180 |
8,9 |
10 |
4,7 |
190 |
9,0 |
20 |
6,7 |
200 |
7,9 |
30 |
18,7 |
210 |
6,9 |
40 |
26,7 |
220 |
8,8 |
50 |
26,7 |
230 |
11,9 |
60 |
21,7 |
240 |
6,7 |
70 |
16,7 |
250 |
3,0 |
80 |
17,0 |
260 |
1,0 |
90 |
17,0 |
270 |
0,0 |
100 |
17,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
4,8 |
300 |
0,0 |
130 |
7,7 |
310 |
0,0 |
140 |
10,7 |
320 |
1,0 |
150 |
9,7 |
330 |
2,0 |
160 |
8,7 |
340 |
3,5 |
170 |
9,0 |
350 |
4,5 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
36 van 46 |
|
DEN HAAG 101,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEN HAAG |
|
Lengte/breedtegraad |
004E20 09,1 / 52N04 50,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
104 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,7 MHz |
|
ERP |
0,295 kW |
|
ERPmax |
0,295 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
14,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
3,0 |
220 |
0,0 |
50 |
3,0 |
230 |
0,0 |
60 |
3,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
8,0 |
280 |
0,0 |
110 |
8,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
5,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
14,0 |
330 |
0,0 |
160 |
14,0 |
340 |
0,0 |
170 |
14,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
77 dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
38 van 46 |
|
BREDA 101,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
BREDA |
|
Lengte/breedtegraad |
004E48 14,5 / 51N34 49,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
45 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,7 MHz |
|
ERP |
9,550 kW |
|
ERPmax |
9,550 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
21,0 |
10 |
0,0 |
190 |
20,0 |
20 |
4,0 |
200 |
18,0 |
30 |
6,0 |
210 |
14,0 |
40 |
8,0 |
220 |
11,0 |
50 |
12,0 |
230 |
9,0 |
60 |
20,0 |
240 |
7,0 |
70 |
26,0 |
250 |
4,0 |
80 |
25,0 |
260 |
2,0 |
90 |
25,0 |
270 |
2,0 |
100 |
26,0 |
280 |
2,0 |
110 |
25,0 |
290 |
0,0 |
120 |
24,0 |
300 |
0,0 |
130 |
23,0 |
310 |
0,0 |
140 |
23,0 |
320 |
0,0 |
150 |
22,0 |
330 |
0,0 |
160 |
22,0 |
340 |
0,0 |
170 |
22,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
40 van 46 |
|
BOXTEL 101,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
BOXTEL |
|
Lengte/breedtegraad |
005E19 03,7 / 51N35 03,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
37 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
9 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,8 MHz |
|
ERP |
5,495 kW |
|
ERPmax |
5,495 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
8,6 |
10 |
0,0 |
190 |
2,0 |
20 |
7,4 |
200 |
2,4 |
30 |
10,2 |
210 |
6,3 |
40 |
10,5 |
220 |
7,5 |
50 |
5,0 |
230 |
10,1 |
60 |
14,0 |
240 |
8,1 |
70 |
14,1 |
250 |
12,4 |
80 |
14,9 |
260 |
12,4 |
90 |
0,0 |
270 |
10,0 |
100 |
4,4 |
280 |
5,0 |
110 |
5,0 |
290 |
0,0 |
120 |
3,4 |
300 |
0,0 |
130 |
1,5 |
310 |
0,0 |
140 |
6,8 |
320 |
0,0 |
150 |
6,4 |
330 |
0,0 |
160 |
8,0 |
340 |
0,0 |
170 |
10,8 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
42 van 46 |
|
TILBURG 101,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TILBURG |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 31,5 / 51N32 42,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
52 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
14 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,9 MHz |
|
ERP |
9,120 kW |
|
ERPmax |
9,120 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
8,3 |
180 |
13,0 |
10 |
2,3 |
190 |
13,0 |
20 |
2,0 |
200 |
13,0 |
30 |
4,0 |
210 |
15,0 |
40 |
7,0 |
220 |
14,0 |
50 |
16,0 |
230 |
14,0 |
60 |
16,0 |
240 |
16,0 |
70 |
14,0 |
250 |
18,0 |
80 |
13,0 |
260 |
21,0 |
90 |
13,0 |
270 |
21,0 |
100 |
14,0 |
280 |
14,0 |
110 |
14,0 |
290 |
9,0 |
120 |
16,0 |
300 |
2,0 |
130 |
18,0 |
310 |
0,0 |
140 |
20,0 |
320 |
0,0 |
150 |
17,0 |
330 |
0,0 |
160 |
26,0 |
340 |
0,0 |
170 |
26,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A01 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
44 van 46 |
|
GOES 101,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
GOES |
|
Lengte/breedtegraad |
003E53 04,2 / 51N30 38,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
119 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,9 MHz |
|
ERP |
36,308 kW |
|
ERPmax |
36,308 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
1,0 |
10 |
1,0 |
190 |
1,0 |
20 |
2,0 |
200 |
1,0 |
30 |
2,0 |
210 |
2,0 |
40 |
1,0 |
220 |
1,0 |
50 |
0,0 |
230 |
1,0 |
60 |
2,0 |
240 |
2,5 |
70 |
2,0 |
250 |
1,9 |
80 |
0,0 |
260 |
2,2 |
90 |
0,0 |
270 |
1,6 |
100 |
1,0 |
280 |
1,1 |
110 |
1,0 |
290 |
2,1 |
120 |
2,0 |
300 |
1,7 |
130 |
1,0 |
310 |
1,0 |
140 |
1,0 |
320 |
2,0 |
150 |
3,0 |
330 |
2,0 |
160 |
1,0 |
340 |
1,0 |
170 |
1,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
90 dBc |
Kavel |
A02 |
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 48 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
WIERINGERMEER |
89,1 MHz |
1,995 kW |
AMSTERDAM |
91,6 MHz |
3,715 kW |
EMMEN |
94,0 MHz |
1,000 kW |
LOON OP ZAND |
96,3 MHz |
19,953 kW |
GOES |
96,6 MHz |
0,912 kW |
VLISSINGEN |
97,1 MHz |
0,933 kW |
ARNHEM |
97,7 MHz |
8,511 kW |
MIERLO |
97,7 MHz |
8,913 kW |
LOPIK |
97,8 MHz |
2,089 kW |
ZWOLLE |
102,8 MHz |
0,302 kW |
ZELHEM |
102,9 MHz |
0,513 kW |
LEEUWARDEN |
103,0 MHz |
0,676 kW |
HILVERSUM |
103,0 MHz |
33,884 kW |
LOSSER |
103,1 MHz |
19,498 kW |
MARKELO |
103,1 MHz |
10,965 kW |
MEGEN |
103,1 MHz |
8,128 kW |
ROTTERDAM |
103,2 MHz |
40,738 kW |
HOORN |
103,2 MHz |
2,512 kW |
SMILDE |
103,2 MHz |
31,623 kW |
TERNEUZEN |
103,3 MHz |
5,888 kW |
EMMELOORD |
103,3 MHz |
2,000 kW |
HOOGEZAND |
103,4 MHz |
3,020 kW |
ROOSENDAAL |
103,5 MHz |
7,244 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 48 |
|
WIERINGERMEER 89,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
WIERINGERMEER |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 31,0 / 52N54 35,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
80 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,1 MHz |
|
ERP |
1,995 kW |
|
ERPmax |
1,995 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
10,0 |
10 |
0,0 |
190 |
10,0 |
20 |
10,0 |
200 |
10,0 |
30 |
10,0 |
210 |
10,0 |
40 |
12,0 |
220 |
6,0 |
50 |
12,0 |
230 |
4,0 |
60 |
11,0 |
240 |
0,0 |
70 |
10,0 |
250 |
0,0 |
80 |
10,0 |
260 |
0,0 |
90 |
10,0 |
270 |
0,0 |
100 |
10,0 |
280 |
0,0 |
110 |
10,0 |
290 |
0,0 |
120 |
10,0 |
300 |
0,0 |
130 |
10,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
10,0 |
330 |
0,0 |
160 |
10,0 |
340 |
0,0 |
170 |
10,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 48 |
|
AMSTERDAM 91,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,5 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
135 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,6 MHz |
|
ERP |
3,715 kW |
|
ERPmax |
3,715 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
12,0 |
10 |
0,0 |
190 |
13,0 |
20 |
0,0 |
200 |
12,0 |
30 |
0,0 |
210 |
12,0 |
40 |
3,0 |
220 |
12,0 |
50 |
11,0 |
230 |
12,0 |
60 |
13,0 |
240 |
3,0 |
70 |
15,0 |
250 |
0,0 |
80 |
19,0 |
260 |
0,0 |
90 |
17,0 |
270 |
0,0 |
100 |
16,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
14,0 |
300 |
0,0 |
130 |
14,0 |
310 |
0,0 |
140 |
15,0 |
320 |
0,0 |
150 |
17,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
14,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
94 dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 48 |
|
EMMEN 94,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EMMEN |
|
Lengte/breedtegraad |
006E56 17,0 / 52N44 33,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
18 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
94,0 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
9,0 |
180 |
13,0 |
10 |
15,0 |
190 |
8,0 |
20 |
23,0 |
200 |
10,0 |
30 |
23,0 |
210 |
14,0 |
40 |
17,0 |
220 |
10,0 |
50 |
9,0 |
230 |
0,0 |
60 |
6,0 |
240 |
0,0 |
70 |
3,0 |
250 |
0,0 |
80 |
2,0 |
260 |
4,0 |
90 |
2,0 |
270 |
8,0 |
100 |
3,4 |
280 |
4,0 |
110 |
3,0 |
290 |
2,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
7,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,0 |
330 |
0,0 |
160 |
14,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,2 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 48 |
|
LOON OP ZAND 96,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOON OP ZAND |
|
Lengte/breedtegraad |
005E04 37,4 / 51N36 26,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
119 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
96,3 MHz |
|
ERP |
19,953 kW |
|
ERPmax |
19,953 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
18,0 |
10 |
3,0 |
190 |
19,1 |
20 |
9,0 |
200 |
21,0 |
30 |
11,0 |
210 |
21,0 |
40 |
12,0 |
220 |
23,0 |
50 |
12,1 |
230 |
24,0 |
60 |
15,1 |
240 |
23,0 |
70 |
15,0 |
250 |
19,0 |
80 |
16,0 |
260 |
15,2 |
90 |
14,0 |
270 |
12,4 |
100 |
14,0 |
280 |
3,2 |
110 |
13,0 |
290 |
0,0 |
120 |
14,0 |
300 |
1,0 |
130 |
18,0 |
310 |
1,0 |
140 |
20,0 |
320 |
0,0 |
150 |
19,0 |
330 |
0,0 |
160 |
16,0 |
340 |
1,0 |
170 |
18,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 48 |
|
GOES 96,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
GOES |
|
Lengte/breedtegraad |
003E53 04,2 / 51N30 38,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
119 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
96,6 MHz |
|
ERP |
0,912 kW |
|
ERPmax |
0,912 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
11,0 |
180 |
22,0 |
10 |
12,0 |
190 |
20,0 |
20 |
12,0 |
200 |
16,0 |
30 |
13,0 |
210 |
14,0 |
40 |
14,0 |
220 |
10,5 |
50 |
15,0 |
230 |
8,6 |
60 |
16,0 |
240 |
4,3 |
70 |
17,0 |
250 |
2,3 |
80 |
18,0 |
260 |
0,0 |
90 |
19,0 |
270 |
0,0 |
100 |
20,0 |
280 |
0,0 |
110 |
20,0 |
290 |
0,0 |
120 |
20,0 |
300 |
0,0 |
130 |
20,0 |
310 |
1,0 |
140 |
20,0 |
320 |
3,0 |
150 |
20,0 |
330 |
5,0 |
160 |
22,0 |
340 |
7,0 |
170 |
23,0 |
350 |
9,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 48 |
|
VLISSINGEN 97,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VLISSINGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E33 53,1 / 51N26 45,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
97,1 MHz |
|
ERP |
0,933 kW |
|
ERPmax |
0,933 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
20,0 |
10 |
0,0 |
190 |
20,0 |
20 |
0,0 |
200 |
20,5 |
30 |
0,0 |
210 |
20,5 |
40 |
1,5 |
220 |
20,0 |
50 |
4,5 |
230 |
20,0 |
60 |
9,0 |
240 |
20,0 |
70 |
14,0 |
250 |
20,0 |
80 |
20,0 |
260 |
20,0 |
90 |
20,0 |
270 |
20,0 |
100 |
20,0 |
280 |
17,0 |
110 |
20,0 |
290 |
13,5 |
120 |
20,0 |
300 |
8,2 |
130 |
21,7 |
310 |
2,0 |
140 |
21,7 |
320 |
0,0 |
150 |
20,0 |
330 |
0,0 |
160 |
20,0 |
340 |
0,0 |
170 |
20,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 48 |
|
ARNHEM 97,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
142 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
97,7 MHz |
|
ERP |
8,511 kW |
|
ERPmax |
8,511 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Horizontaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
2,0 |
10 |
0,0 |
190 |
3,0 |
20 |
2,0 |
200 |
6,0 |
30 |
6,0 |
210 |
9,0 |
40 |
11,0 |
220 |
9,0 |
50 |
17,0 |
230 |
8,0 |
60 |
20,0 |
240 |
11,0 |
70 |
13,0 |
250 |
8,0 |
80 |
15,0 |
260 |
9,0 |
90 |
23,0 |
270 |
12,0 |
100 |
23,0 |
280 |
16,0 |
110 |
23,0 |
290 |
18,0 |
120 |
23,0 |
300 |
18,0 |
130 |
23,0 |
310 |
15,0 |
140 |
23,0 |
320 |
12,0 |
150 |
20,0 |
330 |
8,0 |
160 |
15,0 |
340 |
4,0 |
170 |
4,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 48 |
|
MIERLO 97,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MIERLO |
|
Lengte/breedtegraad |
005E36 17,3 / 51N26 16,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
83 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
21 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
97,7 MHz |
|
ERP |
8,913 kW |
|
ERPmax |
8,913 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,4 |
180 |
14,6 |
10 |
5,0 |
190 |
12,6 |
20 |
6,0 |
200 |
21,2 |
30 |
6,5 |
210 |
19,2 |
40 |
10,2 |
220 |
14,3 |
50 |
11,3 |
230 |
14,3 |
60 |
16,7 |
240 |
14,3 |
70 |
16,7 |
250 |
12,9 |
80 |
17,3 |
260 |
9,1 |
90 |
17,6 |
270 |
8,8 |
100 |
17,8 |
280 |
7,1 |
110 |
18,0 |
290 |
1,2 |
120 |
18,0 |
300 |
3,2 |
130 |
18,0 |
310 |
2,4 |
140 |
5,1 |
320 |
0,0 |
150 |
13,3 |
330 |
1,0 |
160 |
11,9 |
340 |
0,0 |
170 |
13,3 |
350 |
0,4 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 48 |
|
LOPIK 97,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOPIK |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 12,8 / 52N00 36,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
310 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
97,8 MHz |
|
ERP |
2,089 kW |
|
ERPmax |
2,089 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,8 |
180 |
27,0 |
10 |
0,0 |
190 |
22,0 |
20 |
2,0 |
200 |
21,0 |
30 |
6,0 |
210 |
21,0 |
40 |
12,0 |
220 |
23,0 |
50 |
18,0 |
230 |
25,0 |
60 |
22,0 |
240 |
25,0 |
70 |
27,0 |
250 |
23,2 |
80 |
25,9 |
260 |
17,2 |
90 |
25,9 |
270 |
12,3 |
100 |
22,9 |
280 |
5,4 |
110 |
21,9 |
290 |
2,7 |
120 |
20,0 |
300 |
0,4 |
130 |
21,0 |
310 |
1,0 |
140 |
22,0 |
320 |
0,8 |
150 |
23,0 |
330 |
0,8 |
160 |
25,0 |
340 |
0,8 |
170 |
28,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 48 |
|
ZWOLLE 102,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ZWOLLE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E08 33,2 / 52N29 18,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
58 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,8 MHz |
|
ERP |
0,302 kW |
|
ERPmax |
0,302 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
6,8 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
1,2 |
230 |
0,0 |
60 |
3,4 |
240 |
0,0 |
70 |
3,4 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
4,6 |
320 |
0,0 |
150 |
7,6 |
330 |
0,0 |
160 |
8,5 |
340 |
0,0 |
170 |
9,8 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
77 dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 48 |
|
ZELHEM 102,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ZELHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
006E21 17,0 / 51N59 56,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
25 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
18 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,9 MHz |
|
ERP |
0,513 kW |
|
ERPmax |
0,513 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
11,8 |
10 |
0,0 |
190 |
9,3 |
20 |
0,0 |
200 |
1,9 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
2,3 |
220 |
4,0 |
50 |
2,3 |
230 |
7,3 |
60 |
0,0 |
240 |
7,3 |
70 |
0,0 |
250 |
4,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
3,4 |
280 |
0,0 |
110 |
6,2 |
290 |
0,0 |
120 |
9,7 |
300 |
0,0 |
130 |
9,7 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,3 |
330 |
0,0 |
160 |
12,3 |
340 |
0,0 |
170 |
11,8 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 48 |
|
LEEUWARDEN 103,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LEEUWARDEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E47 54,6 / 53N11 06,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,0 MHz |
|
ERP |
0,676 kW |
|
ERPmax |
0,676 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,5 |
180 |
14,9 |
10 |
5,0 |
190 |
12,8 |
20 |
6,7 |
200 |
10,8 |
30 |
8,6 |
210 |
8,6 |
40 |
10,8 |
220 |
6,7 |
50 |
12,8 |
230 |
5,0 |
60 |
14,9 |
240 |
3,5 |
70 |
16,5 |
250 |
2,6 |
80 |
17,1 |
260 |
1,6 |
90 |
17,7 |
270 |
0,8 |
100 |
17,7 |
280 |
0,4 |
110 |
17,7 |
290 |
0,2 |
120 |
17,7 |
300 |
0,0 |
130 |
17,7 |
310 |
0,1 |
140 |
17,7 |
320 |
0,4 |
150 |
17,7 |
330 |
0,8 |
160 |
17,1 |
340 |
1,4 |
170 |
16,5 |
350 |
2,4 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 48 |
|
HILVERSUM 103,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
177 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,0 MHz |
|
ERP |
33,884 kW |
|
ERPmax |
33,884 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
9,0 |
10 |
0,0 |
190 |
9,0 |
20 |
0,0 |
200 |
9,0 |
30 |
0,0 |
210 |
8,0 |
40 |
0,0 |
220 |
8,0 |
50 |
0,0 |
230 |
5,0 |
60 |
0,0 |
240 |
3,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
2,0 |
290 |
0,0 |
120 |
2,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
5,0 |
340 |
0,0 |
170 |
5,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
94 dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 48 |
|
LOSSER 103,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOSSER |
|
Lengte/breedtegraad |
006E57 56,5 / 52N19 11,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
38 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
74 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,1 MHz |
|
ERP |
19,498 kW |
|
ERPmax |
19,498 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
20,0 |
180 |
13,0 |
10 |
28,0 |
190 |
9,0 |
20 |
30,0 |
200 |
8,0 |
30 |
27,0 |
210 |
7,0 |
40 |
15,0 |
220 |
12,0 |
50 |
12,0 |
230 |
10,0 |
60 |
12,0 |
240 |
3,0 |
70 |
12,0 |
250 |
1,0 |
80 |
12,0 |
260 |
4,0 |
90 |
13,0 |
270 |
0,0 |
100 |
14,0 |
280 |
3,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
16,0 |
300 |
0,0 |
130 |
16,0 |
310 |
2,0 |
140 |
15,0 |
320 |
4,0 |
150 |
16,0 |
330 |
7,0 |
160 |
19,0 |
340 |
11,0 |
170 |
17,0 |
350 |
14,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 48 |
|
MARKELO 103,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MARKELO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E26 29,9 / 52N14 12,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,1 MHz |
|
ERP |
10,965 kW |
|
ERPmax |
10,965 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
16,0 |
180 |
0,0 |
10 |
19,0 |
190 |
2,0 |
20 |
24,0 |
200 |
4,0 |
30 |
28,0 |
210 |
7,0 |
40 |
21,0 |
220 |
11,5 |
50 |
18,0 |
230 |
11,0 |
60 |
15,0 |
240 |
7,0 |
70 |
12,0 |
250 |
4,0 |
80 |
11,0 |
260 |
2,0 |
90 |
11,0 |
270 |
0,0 |
100 |
13,0 |
280 |
0,0 |
110 |
13,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
10,0 |
310 |
2,0 |
140 |
7,0 |
320 |
4,0 |
150 |
4,0 |
330 |
6,0 |
160 |
3,0 |
340 |
10,0 |
170 |
2,0 |
350 |
13,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 48 |
|
MEGEN 103,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E35 41,6 / 51N48 37,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
93 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,1 MHz |
|
ERP |
8,128 kW |
|
ERPmax |
8,128 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
20,0 |
10 |
0,0 |
190 |
24,0 |
20 |
8,0 |
200 |
30,0 |
30 |
19,7 |
210 |
30,0 |
40 |
19,7 |
220 |
32,0 |
50 |
11,0 |
230 |
32,0 |
60 |
8,0 |
240 |
28,0 |
70 |
6,2 |
250 |
24,0 |
80 |
5,7 |
260 |
22,0 |
90 |
4,7 |
270 |
11,0 |
100 |
3,0 |
280 |
2,0 |
110 |
3,0 |
290 |
1,0 |
120 |
3,0 |
300 |
1,5 |
130 |
4,0 |
310 |
1,6 |
140 |
6,1 |
320 |
0,0 |
150 |
8,1 |
330 |
0,0 |
160 |
10,0 |
340 |
0,0 |
170 |
14,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
86 dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 48 |
|
ROTTERDAM 103,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
177 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,2 MHz |
|
ERP |
40,738 kW |
|
ERPmax |
40,738 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
33,0 |
10 |
0,0 |
190 |
32,0 |
20 |
0,0 |
200 |
29,0 |
30 |
0,0 |
210 |
25,0 |
40 |
9,0 |
220 |
20,0 |
50 |
9,0 |
230 |
17,0 |
60 |
4,0 |
240 |
14,0 |
70 |
4,0 |
250 |
14,0 |
80 |
4,0 |
260 |
14,0 |
90 |
4,0 |
270 |
12,0 |
100 |
6,0 |
280 |
12,0 |
110 |
11,0 |
290 |
11,0 |
120 |
11,0 |
300 |
7,0 |
130 |
10,0 |
310 |
5,0 |
140 |
24,0 |
320 |
0,0 |
150 |
30,0 |
330 |
0,0 |
160 |
31,0 |
340 |
0,0 |
170 |
32,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
94 dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
36 van 48 |
|
HOORN 103,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HOORN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E05 55,8 / 52N38 39,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
57 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,2 MHz |
|
ERP |
2,512 kW |
|
ERPmax |
2,512 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
10,0 |
10 |
0,0 |
190 |
9,0 |
20 |
1,0 |
200 |
8,0 |
30 |
1,0 |
210 |
7,0 |
40 |
2,0 |
220 |
6,0 |
50 |
3,0 |
230 |
5,0 |
60 |
4,0 |
240 |
4,0 |
70 |
5,0 |
250 |
3,0 |
80 |
6,0 |
260 |
2,0 |
90 |
7,0 |
270 |
5,7 |
100 |
8,0 |
280 |
5,7 |
110 |
9,0 |
290 |
0,0 |
120 |
10,0 |
300 |
0,0 |
130 |
10,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
10,0 |
330 |
0,0 |
160 |
10,0 |
340 |
0,0 |
170 |
10,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
38 van 48 |
|
SMILDE 103,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
254 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,2 MHz |
|
ERP |
31,623 kW |
|
ERPmax |
31,623 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
6,0 |
180 |
14,1 |
10 |
15,0 |
190 |
13,0 |
20 |
22,1 |
200 |
13,0 |
30 |
27,1 |
210 |
13,0 |
40 |
30,0 |
220 |
13,0 |
50 |
32,0 |
230 |
13,0 |
60 |
32,0 |
240 |
13,0 |
70 |
30,0 |
250 |
13,0 |
80 |
29,0 |
260 |
9,0 |
90 |
21,0 |
270 |
3,5 |
100 |
18,0 |
280 |
0,5 |
110 |
15,0 |
290 |
0,4 |
120 |
14,0 |
300 |
0,3 |
130 |
13,0 |
310 |
0,3 |
140 |
13,0 |
320 |
0,3 |
150 |
13,0 |
330 |
0,0 |
160 |
14,0 |
340 |
0,0 |
170 |
14,1 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
96 dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
40 van 48 |
|
TERNEUZEN 103,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TERNEUZEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E50 02,0 / 51N18 15,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
41 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,3 MHz |
|
ERP |
5,888 kW |
|
ERPmax |
5,888 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
23,0 |
10 |
2,0 |
190 |
27,0 |
20 |
10,0 |
200 |
29,0 |
30 |
16,0 |
210 |
29,0 |
40 |
16,0 |
220 |
25,0 |
50 |
15,0 |
230 |
21,0 |
60 |
15,0 |
240 |
18,0 |
70 |
15,0 |
250 |
18,0 |
80 |
17,0 |
260 |
14,0 |
90 |
21,0 |
270 |
11,0 |
100 |
19,0 |
280 |
9,0 |
110 |
18,0 |
290 |
3,0 |
120 |
20,0 |
300 |
0,0 |
130 |
19,0 |
310 |
6,0 |
140 |
20,0 |
320 |
4,0 |
150 |
21,0 |
330 |
0,0 |
160 |
32,0 |
340 |
0,0 |
170 |
27,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
42 van 48 |
|
EMMELOORD 103,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EMMELOORD |
|
Lengte/breedtegraad |
005E45 11,7 / 52N42 44,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,3 MHz |
|
ERP |
2,000 kW |
|
ERPmax |
2,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
1,0 |
210 |
0,0 |
40 |
5,0 |
220 |
3,9 |
50 |
5,0 |
230 |
3,9 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
3,0 |
310 |
0,0 |
140 |
8,0 |
320 |
0,0 |
150 |
8,0 |
330 |
0,0 |
160 |
8,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
44 van 48 |
|
HOOGEZAND 103,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HOOGEZAND |
|
Lengte/breedtegraad |
006E45 27,1 / 53N08 28,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
90 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,4 MHz |
|
ERP |
3,020 kW |
|
ERPmax |
3,020 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
12,6 |
180 |
1,0 |
10 |
10,4 |
190 |
0,0 |
20 |
15,3 |
200 |
2,0 |
30 |
11,8 |
210 |
2,7 |
40 |
14,0 |
220 |
1,7 |
50 |
12,0 |
230 |
0,0 |
60 |
10,0 |
240 |
0,0 |
70 |
19,0 |
250 |
0,0 |
80 |
18,0 |
260 |
2,0 |
90 |
12,0 |
270 |
1,0 |
100 |
10,0 |
280 |
1,0 |
110 |
12,8 |
290 |
2,0 |
120 |
12,8 |
300 |
1,0 |
130 |
16,8 |
310 |
0,0 |
140 |
17,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,1 |
330 |
3,6 |
160 |
4,1 |
340 |
5,8 |
170 |
2,0 |
350 |
12,2 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A02 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
46 van 48 |
|
ROOSENDAAL 103,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROOSENDAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
004E27 40,2 / 51N31 23,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
93 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,5 MHz |
|
ERP |
7,244 kW |
|
ERPmax |
7,244 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C2-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,0 |
180 |
30,0 |
10 |
11,0 |
190 |
27,0 |
20 |
12,0 |
200 |
25,0 |
30 |
13,0 |
210 |
28,4 |
40 |
16,0 |
220 |
28,4 |
50 |
20,0 |
230 |
30,0 |
60 |
21,0 |
240 |
31,0 |
70 |
23,0 |
250 |
29,0 |
80 |
26,0 |
260 |
15,0 |
90 |
26,0 |
270 |
15,1 |
100 |
21,0 |
280 |
14,3 |
110 |
18,0 |
290 |
7,0 |
120 |
17,0 |
300 |
3,3 |
130 |
21,0 |
310 |
0,0 |
140 |
23,0 |
320 |
0,0 |
150 |
25,0 |
330 |
0,0 |
160 |
27,0 |
340 |
0,0 |
170 |
28,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
83 dBc |
Kavel |
A03 |
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 40 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
WORMER |
100,3 MHz |
0,100 kW |
ROOSENDAAL |
100,4 MHz |
7,413 kW |
AMSTERDAM |
100,4 MHz |
0,037 kW |
OSS |
100,4 MHz |
0,050 kW |
SMILDE |
100,4 MHz |
93,325 kW |
DOETINCHEM |
100,4 MHz |
25,119 kW |
ROTTERDAM |
100,4 MHz |
20,000 kW |
TERNEUZEN |
100,4 MHz |
24,547 kW |
NIJMEGEN |
100,5 MHz |
1,995 kW |
WIERINGERMEER |
100,5 MHz |
5,012 kW |
LICHTENVOORDE |
100,7 MHz |
10,000 kW |
LOPIK |
100,7 MHz |
72,444 kW |
GOES |
100,7 MHz |
0,100 kW |
HENGELO |
100,7 MHz |
6,026 kW |
VLISSINGEN |
100,7 MHz |
10,000 kW |
HILVERSUM |
100,9 MHz |
0,200 kW |
ARNHEM |
100,9 MHz |
0,010 kW |
ALKMAAR |
100,9 MHz |
0,040 kW |
VUGHT |
101,0 MHz |
0,501 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 40 |
|
WORMER 100,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
WORMER |
|
Lengte/breedtegraad |
004E47 46,3 / 52N29 52,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
109 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,3 MHz |
|
ERP |
0,100 kW |
|
ERPmax |
0,100 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
6,0 |
10 |
0,0 |
190 |
6,0 |
20 |
0,0 |
200 |
6,0 |
30 |
0,0 |
210 |
6,0 |
40 |
0,0 |
220 |
6,0 |
50 |
0,0 |
230 |
6,0 |
60 |
0,0 |
240 |
6,0 |
70 |
0,0 |
250 |
4,0 |
80 |
0,0 |
260 |
4,0 |
90 |
0,0 |
270 |
5,0 |
100 |
0,0 |
280 |
4,0 |
110 |
0,0 |
290 |
4,0 |
120 |
0,0 |
300 |
4,0 |
130 |
4,0 |
310 |
2,0 |
140 |
6,0 |
320 |
0,0 |
150 |
6,0 |
330 |
0,0 |
160 |
6,0 |
340 |
0,0 |
170 |
6,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 40 |
|
ROOSENDAAL 100,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROOSENDAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
004E27 40,2 / 51N31 23,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
99 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,4 MHz |
|
ERP |
7,413 kW |
|
ERPmax |
7,413 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
14,0 |
10 |
0,0 |
190 |
19,0 |
20 |
0,0 |
200 |
16,0 |
30 |
0,0 |
210 |
14,0 |
40 |
0,0 |
220 |
11,0 |
50 |
0,0 |
230 |
10,0 |
60 |
0,0 |
240 |
13,0 |
70 |
0,0 |
250 |
16,0 |
80 |
2,0 |
260 |
15,0 |
90 |
5,0 |
270 |
14,0 |
100 |
10,0 |
280 |
13,5 |
110 |
15,0 |
290 |
10,0 |
120 |
14,0 |
300 |
7,0 |
130 |
10,0 |
310 |
4,0 |
140 |
8,0 |
320 |
2,0 |
150 |
12,0 |
330 |
0,0 |
160 |
19,0 |
340 |
0,0 |
170 |
20,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 40 |
|
AMSTERDAM 100,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,5 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
132 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,4 MHz |
|
ERP |
0,037 kW |
|
ERPmax |
0,037 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
6,0 |
10 |
0,0 |
190 |
2,0 |
20 |
0,0 |
200 |
2,0 |
30 |
0,0 |
210 |
2,0 |
40 |
0,0 |
220 |
2,0 |
50 |
0,0 |
230 |
6,0 |
60 |
0,0 |
240 |
3,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
1,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
2,0 |
340 |
0,0 |
170 |
7,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
80 dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 40 |
|
OSS 100,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
OSS |
|
Lengte/breedtegraad |
005E32 59,0 / 51N46 30,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
7 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,4 MHz |
|
ERP |
0,050 kW |
|
ERPmax |
0,050 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
6,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 40 |
|
SMILDE 100,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
254 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,4 MHz |
|
ERP |
93,325 kW |
|
ERPmax |
93,325 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
5,0 |
10 |
8,0 |
190 |
4,0 |
20 |
8,0 |
200 |
6,0 |
30 |
4,0 |
210 |
3,0 |
40 |
4,0 |
220 |
0,0 |
50 |
8,0 |
230 |
0,0 |
60 |
7,0 |
240 |
0,0 |
70 |
8,0 |
250 |
0,0 |
80 |
11,0 |
260 |
0,0 |
90 |
11,0 |
270 |
0,0 |
100 |
5,0 |
280 |
0,0 |
110 |
5,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
9,0 |
320 |
0,0 |
150 |
9,0 |
330 |
0,0 |
160 |
6,0 |
340 |
0,0 |
170 |
9,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
96 dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 40 |
|
DOETINCHEM 100,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DOETINCHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
006E15 08,3 / 51N58 54,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
79 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
11 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,4 MHz |
|
ERP |
25,119 kW |
|
ERPmax |
25,119 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
9,0 |
180 |
14,0 |
10 |
16,0 |
190 |
17,0 |
20 |
14,0 |
200 |
17,0 |
30 |
13,0 |
210 |
16,0 |
40 |
10,0 |
220 |
16,5 |
50 |
9,0 |
230 |
11,0 |
60 |
7,0 |
240 |
8,0 |
70 |
7,0 |
250 |
5,0 |
80 |
7,0 |
260 |
1,0 |
90 |
7,0 |
270 |
0,0 |
100 |
7,0 |
280 |
0,0 |
110 |
7,0 |
290 |
0,0 |
120 |
7,0 |
300 |
0,0 |
130 |
7,0 |
310 |
0,0 |
140 |
11,0 |
320 |
5,0 |
150 |
16,0 |
330 |
3,0 |
160 |
16,0 |
340 |
7,0 |
170 |
14,0 |
350 |
9,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 40 |
|
ROTTERDAM 100,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
134 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,4 MHz |
|
ERP |
20,000 kW |
|
ERPmax Verticaal/Horizontaal |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Mixed |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
26,0 |
10 |
5,0 |
190 |
20,5 |
20 |
6,0 |
200 |
20,5 |
30 |
6,0 |
210 |
26,0 |
40 |
6,0 |
220 |
20,5 |
50 |
7,0 |
230 |
21,5 |
60 |
10,2 |
240 |
21,0 |
70 |
10,0 |
250 |
17,0 |
80 |
11,0 |
260 |
13,0 |
90 |
12,0 |
270 |
11,0 |
100 |
15,0 |
280 |
7,0 |
110 |
20,5 |
290 |
5,0 |
120 |
20,5 |
300 |
3,0 |
130 |
20,5 |
310 |
2,0 |
140 |
20,5 |
320 |
1,0 |
150 |
20,5 |
330 |
1,5 |
160 |
26,0 |
340 |
1,5 |
170 |
26,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
91 dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 40 |
|
TERNEUZEN 100,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TERNEUZEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E51 36,6 / 51N13 24,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
80 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,4 MHz |
|
ERP |
24,547 kW |
|
ERPmax |
24,547 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
23,0 |
10 |
0,0 |
190 |
23,0 |
20 |
0,0 |
200 |
23,0 |
30 |
1,0 |
210 |
23,0 |
40 |
2,0 |
220 |
23,0 |
50 |
2,0 |
230 |
24,0 |
60 |
4,0 |
240 |
22,0 |
70 |
4,0 |
250 |
20,0 |
80 |
10,0 |
260 |
18,0 |
90 |
20,0 |
270 |
18,0 |
100 |
22,0 |
280 |
8,0 |
110 |
21,0 |
290 |
8,0 |
120 |
20,0 |
300 |
4,0 |
130 |
20,0 |
310 |
3,0 |
140 |
22,0 |
320 |
1,0 |
150 |
23,0 |
330 |
0,0 |
160 |
23,0 |
340 |
0,0 |
170 |
23,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
90 dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 40 |
|
NIJMEGEN 100,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
NIJMEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E48 15,6 / 51N48 53,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
9 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,5 MHz |
|
ERP |
1,995 kW |
|
ERPmax |
1,995 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
19,0 |
10 |
0,0 |
190 |
23,0 |
20 |
0,0 |
200 |
23,0 |
30 |
0,0 |
210 |
27,0 |
40 |
0,0 |
220 |
29,0 |
50 |
2,0 |
230 |
23,0 |
60 |
5,0 |
240 |
27,0 |
70 |
10,0 |
250 |
32,0 |
80 |
15,0 |
260 |
27,0 |
90 |
15,0 |
270 |
25,0 |
100 |
11,0 |
280 |
28,0 |
110 |
7,0 |
290 |
28,0 |
120 |
4,0 |
300 |
24,0 |
130 |
5,0 |
310 |
21,0 |
140 |
10,0 |
320 |
16,0 |
150 |
11,0 |
330 |
14,0 |
160 |
15,0 |
340 |
10,0 |
170 |
16,0 |
350 |
7,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 40 |
|
WIERINGERMEER 100,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
WIERINGERMEER |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 29,9 / 52N54 30,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
171 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,5 MHz |
|
ERP |
5,012 kW |
|
ERPmax |
5,012 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
2,0 |
190 |
0,0 |
20 |
4,0 |
200 |
0,0 |
30 |
5,0 |
210 |
0,0 |
40 |
9,0 |
220 |
0,0 |
50 |
17,0 |
230 |
0,0 |
60 |
17,0 |
240 |
0,0 |
70 |
15,0 |
250 |
0,0 |
80 |
15,0 |
260 |
0,0 |
90 |
18,0 |
270 |
1,5 |
100 |
14,0 |
280 |
4,8 |
110 |
10,0 |
290 |
0,0 |
120 |
7,0 |
300 |
0,0 |
130 |
3,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 40 |
|
LICHTENVOORDE 100,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LICHTENVOORDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E34 28,6 / 51N59 18,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
25 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
20 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,7 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,0 |
180 |
14,0 |
10 |
2,0 |
190 |
18,0 |
20 |
0,0 |
200 |
20,0 |
30 |
4,5 |
210 |
20,0 |
40 |
0,0 |
220 |
20,0 |
50 |
0,0 |
230 |
20,0 |
60 |
0,0 |
240 |
20,0 |
70 |
0,0 |
250 |
20,0 |
80 |
0,0 |
260 |
20,0 |
90 |
1,0 |
270 |
20,0 |
100 |
6,0 |
280 |
18,0 |
110 |
10,0 |
290 |
15,0 |
120 |
14,0 |
300 |
15,0 |
130 |
15,0 |
310 |
16,0 |
140 |
13,0 |
320 |
13,0 |
150 |
10,0 |
330 |
9,0 |
160 |
8,0 |
340 |
6,0 |
170 |
9,0 |
350 |
4,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 40 |
|
LOPIK 100,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOPIK |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 12,8 / 52N00 36,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
329 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,7 MHz |
|
ERP |
72,444 kW |
|
ERPmax |
72,444 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 40 |
|
GOES 100,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
GOES |
|
Lengte/breedtegraad |
003E53 04,2 / 51N30 38,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,7 MHz |
|
ERP |
0,100 kW |
|
ERPmax |
0,100 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
4,0 |
10 |
0,0 |
190 |
2,0 |
20 |
0,0 |
200 |
7,0 |
30 |
0,0 |
210 |
14,0 |
40 |
0,0 |
220 |
12,0 |
50 |
0,0 |
230 |
11,0 |
60 |
0,0 |
240 |
15,0 |
70 |
0,0 |
250 |
15,0 |
80 |
0,0 |
260 |
10,0 |
90 |
0,0 |
270 |
2,0 |
100 |
0,0 |
280 |
2,0 |
110 |
0,0 |
290 |
2,0 |
120 |
0,0 |
300 |
2,0 |
130 |
1,0 |
310 |
9,0 |
140 |
4,0 |
320 |
9,0 |
150 |
8,0 |
330 |
0,0 |
160 |
10,0 |
340 |
0,0 |
170 |
8,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
68 dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 40 |
|
HENGELO 100,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HENGELO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E46 30,9 / 52N17 08,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
110 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
15 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,7 MHz |
|
ERP |
6,026 kW |
|
ERPmax |
6,026 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,8 |
180 |
14,0 |
10 |
0,8 |
190 |
15,0 |
20 |
2,8 |
200 |
15,0 |
30 |
6,0 |
210 |
15,0 |
40 |
7,0 |
220 |
15,0 |
50 |
4,0 |
230 |
15,0 |
60 |
6,2 |
240 |
15,0 |
70 |
6,2 |
250 |
15,0 |
80 |
4,0 |
260 |
15,0 |
90 |
4,0 |
270 |
10,0 |
100 |
4,0 |
280 |
4,0 |
110 |
4,0 |
290 |
0,0 |
120 |
4,0 |
300 |
0,0 |
130 |
4,0 |
310 |
0,0 |
140 |
6,0 |
320 |
0,0 |
150 |
10,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
16,0 |
350 |
0,8 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 40 |
|
VLISSINGEN 100,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VLISSINGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E33 53,1 / 51N26 45,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,7 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
35,0 |
10 |
1,0 |
190 |
35,0 |
20 |
0,2 |
200 |
35,0 |
30 |
0,0 |
210 |
35,0 |
40 |
0,2 |
220 |
35,0 |
50 |
1,0 |
230 |
35,0 |
60 |
2,0 |
240 |
35,0 |
70 |
3,7 |
250 |
34,0 |
80 |
5,6 |
260 |
32,0 |
90 |
8,2 |
270 |
30,6 |
100 |
12,2 |
280 |
27,6 |
110 |
14,6 |
290 |
22,7 |
120 |
18,1 |
300 |
18,1 |
130 |
28,0 |
310 |
15,5 |
140 |
27,6 |
320 |
13,5 |
150 |
30,6 |
330 |
9,5 |
160 |
32,0 |
340 |
5,6 |
170 |
35,0 |
350 |
3,7 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 40 |
|
HILVERSUM 100,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
174 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,9 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
23,0 |
180 |
3,0 |
10 |
26,0 |
190 |
3,0 |
20 |
29,0 |
200 |
3,0 |
30 |
29,0 |
210 |
5,0 |
40 |
37,0 |
220 |
3,0 |
50 |
24,0 |
230 |
0,0 |
60 |
29,0 |
240 |
0,0 |
70 |
29,0 |
250 |
0,0 |
80 |
25,0 |
260 |
0,0 |
90 |
17,0 |
270 |
0,0 |
100 |
13,0 |
280 |
0,0 |
110 |
13,0 |
290 |
0,0 |
120 |
10,0 |
300 |
0,0 |
130 |
6,0 |
310 |
3,0 |
140 |
3,0 |
320 |
6,0 |
150 |
0,0 |
330 |
12,0 |
160 |
0,0 |
340 |
15,0 |
170 |
0,0 |
350 |
18,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 40 |
|
ARNHEM 100,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
140 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,9 MHz |
|
ERP |
0,010 kW |
|
ERPmax |
0,010 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,0 |
180 |
0,0 |
10 |
6,0 |
190 |
0,0 |
20 |
6,0 |
200 |
0,0 |
30 |
2,0 |
210 |
4,0 |
40 |
1,0 |
220 |
4,0 |
50 |
0,0 |
230 |
4,0 |
60 |
0,0 |
240 |
4,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
1,0 |
170 |
0,0 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
57 dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
36 van 40 |
|
ALKMAAR 100,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALKMAAR |
|
Lengte/breedtegraad |
004E46 03,4 / 52N37 03,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,9 MHz |
|
ERP |
0,040 kW |
|
ERPmax |
0,040 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
13,0 |
10 |
0,0 |
190 |
13,0 |
20 |
0,0 |
200 |
13,0 |
30 |
0,0 |
210 |
13,0 |
40 |
0,0 |
220 |
13,0 |
50 |
0,0 |
230 |
13,0 |
60 |
0,0 |
240 |
9,0 |
70 |
0,0 |
250 |
8,0 |
80 |
1,0 |
260 |
4,0 |
90 |
3,0 |
270 |
0,0 |
100 |
7,0 |
280 |
0,0 |
110 |
9,0 |
290 |
0,0 |
120 |
13,0 |
300 |
0,0 |
130 |
13,0 |
310 |
0,0 |
140 |
13,0 |
320 |
0,0 |
150 |
13,0 |
330 |
0,0 |
160 |
13,0 |
340 |
0,0 |
170 |
13,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A03 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
38 van 40 |
|
VUGHT 101,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VUGHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E17 47,3 / 51N39 54,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,0 MHz |
|
ERP |
0,501 kW |
|
ERPmax |
0,501 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,0 |
180 |
0,0 |
10 |
13,0 |
190 |
0,0 |
20 |
17,0 |
200 |
8,0 |
30 |
17,0 |
210 |
8,0 |
40 |
21,0 |
220 |
15,5 |
50 |
23,0 |
230 |
11,0 |
60 |
23,0 |
240 |
11,0 |
70 |
23,0 |
250 |
8,0 |
80 |
21,0 |
260 |
0,0 |
90 |
15,0 |
270 |
0,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
13,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
2,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
79 dBc |
Kavel |
A04 |
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 50 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
EINDHOVEN |
88,6 MHz |
25,704 kW |
SMILDE |
89,6 MHz |
4,898 kW |
VUGHT |
91,2 MHz |
0,251 kW |
ROTTERDAM |
91,3 MHz |
70,963 kW |
TILBURG |
91,3 MHz |
1,318 kW |
DORDRECHT |
91,5 MHz |
0,631 kW |
OOSTBURG |
91,5 MHz |
3,162 kW |
ROOSENDAAL |
91,5 MHz |
0,010 kW |
EYS |
91,5 MHz |
10,715 kW |
ZWOLLERKERSPEL |
95,3 MHz |
19,953 kW |
EMMEN |
95,4 MHz |
1,000 kW |
LOON OP ZAND |
95,4 MHz |
10,000 kW |
TJERKGAAST |
95,5 MHz |
60,256 kW |
ALPHEN |
99,8 MHz |
0,063 kW |
HILVERSUM |
99,8 MHz |
0,063 kW |
APELDOORN |
99,9 MHz |
3,000 kW |
DEDEMSVAART |
99,9 MHz |
1,096 kW |
WORMER |
99,9 MHz |
26,915 kW |
ARNHEM |
99,9 MHz |
0,200 kW |
DEN HAAG |
99,9 MHz |
0,025 kW |
LOPIK |
100,1 MHz |
58,884 kW |
NIJMEGEN |
100,1 MHz |
3,981 kW |
LOCHEM |
100,2 MHz |
19,953 kW |
AMSTERDAM |
101,8 MHz |
0,200 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 50 |
|
EINDHOVEN 88,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EINDHOVEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E36 17,3 / 51N26 16,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
88 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
21 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,6 MHz |
|
ERP |
25,704 kW |
|
ERPmax |
25,704 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
11,0 |
180 |
23,0 |
10 |
11,0 |
190 |
21,0 |
20 |
12,0 |
200 |
16,0 |
30 |
12,0 |
210 |
13,0 |
40 |
10,0 |
220 |
20,0 |
50 |
10,0 |
230 |
21,0 |
60 |
12,0 |
240 |
9,0 |
70 |
11,0 |
250 |
6,0 |
80 |
6,0 |
260 |
1,0 |
90 |
6,0 |
270 |
1,0 |
100 |
6,0 |
280 |
0,0 |
110 |
9,0 |
290 |
0,0 |
120 |
11,0 |
300 |
0,0 |
130 |
16,0 |
310 |
0,0 |
140 |
18,0 |
320 |
0,0 |
150 |
21,0 |
330 |
0,0 |
160 |
23,0 |
340 |
5,0 |
170 |
23,0 |
350 |
11,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
90 dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 50 |
|
SMILDE 89,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
254 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,6 MHz |
|
ERP |
4,898 kW |
|
ERPmax |
4,898 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,0 |
180 |
15,0 |
10 |
8,0 |
190 |
18,0 |
20 |
8,0 |
200 |
18,0 |
30 |
13,0 |
210 |
18,0 |
40 |
14,0 |
220 |
19,0 |
50 |
14,0 |
230 |
19,0 |
60 |
17,0 |
240 |
15,0 |
70 |
17,0 |
250 |
14,0 |
80 |
17,0 |
260 |
13,0 |
90 |
14,0 |
270 |
12,0 |
100 |
14,0 |
280 |
11,0 |
110 |
14,0 |
290 |
10,0 |
120 |
15,0 |
300 |
7,0 |
130 |
17,0 |
310 |
2,0 |
140 |
18,0 |
320 |
0,0 |
150 |
18,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
15,0 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 50 |
|
VUGHT 91,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VUGHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E17 47,3 / 51N39 54,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,2 MHz |
|
ERP |
0,251 kW |
|
ERPmax |
0,251 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
12,0 |
10 |
0,0 |
190 |
12,0 |
20 |
0,0 |
200 |
12,0 |
30 |
0,0 |
210 |
12,0 |
40 |
2,0 |
220 |
10,0 |
50 |
2,0 |
230 |
7,0 |
60 |
2,0 |
240 |
4,0 |
70 |
2,0 |
250 |
2,0 |
80 |
3,0 |
260 |
0,0 |
90 |
7,0 |
270 |
0,0 |
100 |
10,0 |
280 |
0,0 |
110 |
10,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
12,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
12,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
76 dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 50 |
|
ROTTERDAM 91,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
134 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,3 MHz |
|
ERP |
70,963 kW |
|
ERPmax Verticaal/Horizontaal |
35,481 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Mixed |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
32,0 |
10 |
4,0 |
190 |
32,0 |
20 |
9,0 |
200 |
32,0 |
30 |
15,0 |
210 |
32,0 |
40 |
22,0 |
220 |
32,0 |
50 |
29,0 |
230 |
31,0 |
60 |
29,0 |
240 |
28,0 |
70 |
30,0 |
250 |
26,0 |
80 |
31,0 |
260 |
22,0 |
90 |
32,0 |
270 |
21,0 |
100 |
32,0 |
280 |
13,0 |
110 |
32,0 |
290 |
8,0 |
120 |
32,0 |
300 |
5,0 |
130 |
32,0 |
310 |
4,0 |
140 |
32,0 |
320 |
3,0 |
150 |
32,0 |
330 |
0,0 |
160 |
32,0 |
340 |
0,0 |
170 |
32,0 |
350 |
0,5 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
96 dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 50 |
|
TILBURG 91,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TILBURG |
|
Lengte/breedtegraad |
005E04 49,7 / 51N33 19,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
52 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
15 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,3 MHz |
|
ERP |
1,318 kW |
|
ERPmax |
1,318 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
11,0 |
180 |
12,0 |
10 |
12,0 |
190 |
11,0 |
20 |
12,0 |
200 |
10,0 |
30 |
19,0 |
210 |
8,0 |
40 |
21,0 |
220 |
5,0 |
50 |
21,0 |
230 |
2,0 |
60 |
21,0 |
240 |
0,0 |
70 |
20,0 |
250 |
0,0 |
80 |
12,0 |
260 |
0,0 |
90 |
12,0 |
270 |
0,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
12,0 |
320 |
2,0 |
150 |
12,0 |
330 |
5,0 |
160 |
12,0 |
340 |
8,0 |
170 |
12,0 |
350 |
10,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 50 |
|
DORDRECHT 91,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DORDRECHT |
|
Lengte/breedtegraad |
004E38 30,7 / 51N47 16,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,5 MHz |
|
ERP |
0,631 kW |
|
ERPmax |
0,631 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
6,0 |
180 |
8,0 |
10 |
7,0 |
190 |
6,0 |
20 |
11,0 |
200 |
4,0 |
30 |
13,0 |
210 |
3,0 |
40 |
15,0 |
220 |
4,0 |
50 |
15,0 |
230 |
13,0 |
60 |
15,0 |
240 |
14,0 |
70 |
15,0 |
250 |
3,0 |
80 |
15,0 |
260 |
0,0 |
90 |
15,0 |
270 |
0,0 |
100 |
15,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
15,0 |
300 |
0,0 |
130 |
15,0 |
310 |
0,0 |
140 |
14,0 |
320 |
0,0 |
150 |
13,0 |
330 |
0,0 |
160 |
11,0 |
340 |
0,0 |
170 |
9,0 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 50 |
|
OOSTBURG 91,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
OOSTBURG |
|
Lengte/breedtegraad |
003E39 00,2 / 51N20 31,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
42 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,5 MHz |
|
ERP |
3,162 kW |
|
ERPmax |
3,162 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
3,0 |
10 |
0,0 |
190 |
3,0 |
20 |
0,0 |
200 |
3,0 |
30 |
0,0 |
210 |
4,0 |
40 |
0,0 |
220 |
2,0 |
50 |
3,0 |
230 |
3,0 |
60 |
0,0 |
240 |
3,0 |
70 |
0,0 |
250 |
3,0 |
80 |
2,0 |
260 |
0,0 |
90 |
4,0 |
270 |
1,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
10,0 |
290 |
2,0 |
120 |
10,0 |
300 |
3,0 |
130 |
10,0 |
310 |
4,0 |
140 |
13,0 |
320 |
4,0 |
150 |
10,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
12,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 50 |
|
ROOSENDAAL 91,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROOSENDAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
004E27 40,2 / 51N31 23,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,5 MHz |
|
ERP |
0,010 kW |
|
ERPmax |
0,010 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
13,0 |
10 |
0,0 |
190 |
13,0 |
20 |
0,0 |
200 |
13,0 |
30 |
1,0 |
210 |
12,0 |
40 |
1,0 |
220 |
12,0 |
50 |
2,0 |
230 |
12,0 |
60 |
3,0 |
240 |
10,0 |
70 |
4,0 |
250 |
8,0 |
80 |
5,0 |
260 |
7,0 |
90 |
6,0 |
270 |
6,0 |
100 |
8,0 |
280 |
5,0 |
110 |
10,0 |
290 |
4,0 |
120 |
11,0 |
300 |
2,0 |
130 |
12,0 |
310 |
1,0 |
140 |
12,0 |
320 |
0,0 |
150 |
13,0 |
330 |
0,0 |
160 |
13,0 |
340 |
0,0 |
170 |
13,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
62 dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 50 |
|
EYS 91,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EYS |
|
Lengte/breedtegraad |
005E55 32,8 / 50N49 55,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
93 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
190 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,5 MHz |
|
ERP |
10,715 kW |
|
ERPmax |
10,715 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
13,4 |
180 |
19,3 |
10 |
9,5 |
190 |
18,3 |
20 |
8,5 |
200 |
16,3 |
30 |
10,0 |
210 |
14,3 |
40 |
14,0 |
220 |
15,3 |
50 |
19,3 |
230 |
17,3 |
60 |
19,7 |
240 |
16,8 |
70 |
22,3 |
250 |
14,3 |
80 |
25,3 |
260 |
11,3 |
90 |
15,3 |
270 |
8,0 |
100 |
13,3 |
280 |
3,8 |
110 |
11,3 |
290 |
2,0 |
120 |
11,3 |
300 |
0,6 |
130 |
11,3 |
310 |
0,0 |
140 |
11,3 |
320 |
0,0 |
150 |
12,3 |
330 |
0,3 |
160 |
15,3 |
340 |
2,3 |
170 |
19,3 |
350 |
7,3 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 50 |
|
ZWOLLERKERSPEL 95,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ZWOLLERKERSPEL |
|
Lengte/breedtegraad |
006E08 23,0 / 52N32 00,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
3 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,3 MHz |
|
ERP |
19,953 kW |
|
ERPmax |
19,953 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
16,0 |
10 |
7,0 |
190 |
16,0 |
20 |
8,0 |
200 |
17,0 |
30 |
5,0 |
210 |
16,0 |
40 |
5,0 |
220 |
16,0 |
50 |
11,0 |
230 |
12,0 |
60 |
13,0 |
240 |
8,0 |
70 |
10,0 |
250 |
7,0 |
80 |
16,0 |
260 |
2,0 |
90 |
24,0 |
270 |
1,0 |
100 |
26,0 |
280 |
0,0 |
110 |
22,0 |
290 |
0,0 |
120 |
20,0 |
300 |
0,0 |
130 |
19,0 |
310 |
0,0 |
140 |
17,0 |
320 |
0,0 |
150 |
16,0 |
330 |
0,0 |
160 |
16,0 |
340 |
0,0 |
170 |
16,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 50 |
|
EMMEN 95,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EMMEN |
|
Lengte/breedtegraad |
006E56 17,0 / 52N47 33,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
25 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,4 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,8 |
180 |
21,0 |
10 |
2,8 |
190 |
21,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
3,0 |
210 |
0,0 |
40 |
10,0 |
220 |
0,0 |
50 |
15,9 |
230 |
0,0 |
60 |
12,8 |
240 |
0,8 |
70 |
12,0 |
250 |
0,0 |
80 |
8,0 |
260 |
0,0 |
90 |
12,0 |
270 |
0,0 |
100 |
16,8 |
280 |
0,0 |
110 |
16,8 |
290 |
1,8 |
120 |
13,8 |
300 |
0,0 |
130 |
21,0 |
310 |
0,0 |
140 |
21,0 |
320 |
0,0 |
150 |
23,0 |
330 |
3,8 |
160 |
23,0 |
340 |
8,8 |
170 |
21,5 |
350 |
8,8 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 50 |
|
LOON OP ZAND 95,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOON OP ZAND |
|
Lengte/breedtegraad |
005E04 37,4 / 51N36 26,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
120 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,4 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,7 |
180 |
9,0 |
10 |
4,8 |
190 |
12,0 |
20 |
4,8 |
200 |
11,0 |
30 |
6,7 |
210 |
7,0 |
40 |
9,7 |
220 |
6,0 |
50 |
13,4 |
230 |
7,0 |
60 |
13,4 |
240 |
4,0 |
70 |
13,4 |
250 |
1,0 |
80 |
11,5 |
260 |
0,0 |
90 |
11,4 |
270 |
1,0 |
100 |
11,4 |
280 |
1,0 |
110 |
11,9 |
290 |
1,0 |
120 |
12,3 |
300 |
1,0 |
130 |
12,3 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
10,7 |
330 |
0,0 |
160 |
10,7 |
340 |
0,4 |
170 |
10,1 |
350 |
3,5 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 50 |
|
TJERKGAAST 95,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TJERKGAAST |
|
Lengte/breedtegraad |
005E41 55,9 / 52N54 32,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
99 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,5 MHz |
|
ERP |
60,256 kW |
|
ERPmax |
60,256 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
21,0 |
10 |
0,0 |
190 |
21,0 |
20 |
0,0 |
200 |
21,0 |
30 |
3,0 |
210 |
21,0 |
40 |
8,8 |
220 |
21,0 |
50 |
6,8 |
230 |
20,0 |
60 |
8,0 |
240 |
19,0 |
70 |
12,0 |
250 |
18,0 |
80 |
13,8 |
260 |
20,0 |
90 |
19,8 |
270 |
18,0 |
100 |
21,8 |
280 |
13,0 |
110 |
19,8 |
290 |
13,0 |
120 |
20,8 |
300 |
7,0 |
130 |
21,8 |
310 |
3,0 |
140 |
21,0 |
320 |
0,0 |
150 |
21,0 |
330 |
0,0 |
160 |
24,0 |
340 |
0,0 |
170 |
21,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 50 |
|
ALPHEN 99,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALPHEN |
|
Lengte/breedtegraad |
004E38 46,9 / 52N08 13,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
112 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,8 MHz |
|
ERP |
0,063 kW |
|
ERPmax |
0,063 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
12,0 |
10 |
0,0 |
190 |
15,0 |
20 |
1,0 |
200 |
18,0 |
30 |
0,0 |
210 |
22,0 |
40 |
0,0 |
220 |
22,0 |
50 |
0,0 |
230 |
22,0 |
60 |
8,0 |
240 |
18,0 |
70 |
8,0 |
250 |
14,0 |
80 |
3,0 |
260 |
10,0 |
90 |
3,0 |
270 |
6,0 |
100 |
9,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
9,0 |
300 |
0,0 |
130 |
5,0 |
310 |
0,0 |
140 |
2,0 |
320 |
0,0 |
150 |
5,0 |
330 |
0,0 |
160 |
5,0 |
340 |
0,0 |
170 |
8,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 50 |
|
HILVERSUM 99,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
160 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,8 MHz |
|
ERP |
0,063 kW |
|
ERPmax |
0,063 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
1,0 |
10 |
0,0 |
190 |
2,0 |
20 |
0,0 |
200 |
2,0 |
30 |
0,0 |
210 |
1,0 |
40 |
0,0 |
220 |
5,0 |
50 |
5,0 |
230 |
3,0 |
60 |
10,0 |
240 |
2,0 |
70 |
11,0 |
250 |
1,0 |
80 |
8,0 |
260 |
1,0 |
90 |
6,0 |
270 |
0,0 |
100 |
7,0 |
280 |
0,0 |
110 |
10,0 |
290 |
0,0 |
120 |
16,0 |
300 |
0,0 |
130 |
16,0 |
310 |
0,0 |
140 |
12,0 |
320 |
0,0 |
150 |
9,0 |
330 |
0,0 |
160 |
7,0 |
340 |
0,0 |
170 |
4,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
77 dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 50 |
|
APELDOORN 99,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
APELDOORN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E53 47,6 / 52N10 05,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
78 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,9 MHz |
|
ERP |
3,000 kW |
|
ERPmax |
3,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
15,0 |
10 |
0,0 |
190 |
12,0 |
20 |
0,0 |
200 |
10,0 |
30 |
0,0 |
210 |
8,0 |
40 |
0,0 |
220 |
4,0 |
50 |
3,0 |
230 |
0,0 |
60 |
4,0 |
240 |
0,0 |
70 |
6,0 |
250 |
0,0 |
80 |
7,0 |
260 |
0,0 |
90 |
10,8 |
270 |
0,0 |
100 |
12,8 |
280 |
0,0 |
110 |
14,8 |
290 |
2,0 |
120 |
11,8 |
300 |
5,0 |
130 |
9,8 |
310 |
8,0 |
140 |
9,8 |
320 |
5,0 |
150 |
9,8 |
330 |
2,0 |
160 |
10,0 |
340 |
0,0 |
170 |
11,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 50 |
|
DEDEMSVAART 99,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEDEMSVAART |
|
Lengte/breedtegraad |
006E27 22,7 / 52N36 08,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
46 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
7 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,9 MHz |
|
ERP |
1,096 kW |
|
ERPmax |
1,096 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,0 |
180 |
7,0 |
10 |
5,0 |
190 |
7,0 |
20 |
6,0 |
200 |
7,0 |
30 |
7,0 |
210 |
7,0 |
40 |
8,0 |
220 |
4,0 |
50 |
9,0 |
230 |
2,0 |
60 |
9,0 |
240 |
1,0 |
70 |
10,0 |
250 |
0,0 |
80 |
23,0 |
260 |
0,0 |
90 |
23,0 |
270 |
0,0 |
100 |
23,0 |
280 |
0,0 |
110 |
21,0 |
290 |
0,0 |
120 |
19,0 |
300 |
0,0 |
130 |
10,0 |
310 |
0,0 |
140 |
9,0 |
320 |
1,0 |
150 |
9,0 |
330 |
2,0 |
160 |
8,0 |
340 |
3,0 |
170 |
7,0 |
350 |
4,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
36 van 50 |
|
WORMER 99,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
WORMER |
|
Lengte/breedtegraad |
004E47 46,3 / 52N29 52,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
109 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,9 MHz |
|
ERP |
26,915 kW |
|
ERPmax |
26,915 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
24,0 |
10 |
0,0 |
190 |
24,0 |
20 |
0,0 |
200 |
24,0 |
30 |
5,0 |
210 |
24,0 |
40 |
6,0 |
220 |
24,0 |
50 |
9,0 |
230 |
24,0 |
60 |
11,0 |
240 |
24,0 |
70 |
12,0 |
250 |
24,0 |
80 |
15,0 |
260 |
22,0 |
90 |
18,0 |
270 |
20,0 |
100 |
20,0 |
280 |
17,0 |
110 |
21,0 |
290 |
16,0 |
120 |
22,0 |
300 |
13,0 |
130 |
23,0 |
310 |
9,0 |
140 |
24,0 |
320 |
3,0 |
150 |
24,0 |
330 |
0,0 |
160 |
24,0 |
340 |
5,0 |
170 |
24,0 |
350 |
5,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
38 van 50 |
|
ARNHEM 99,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
130 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,9 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
9,0 |
180 |
26,0 |
10 |
9,0 |
190 |
26,0 |
20 |
9,0 |
200 |
26,0 |
30 |
9,0 |
210 |
23,0 |
40 |
5,0 |
220 |
11,0 |
50 |
5,0 |
230 |
0,0 |
60 |
5,0 |
240 |
0,0 |
70 |
5,0 |
250 |
0,0 |
80 |
11,0 |
260 |
0,0 |
90 |
11,0 |
270 |
0,0 |
100 |
5,0 |
280 |
0,0 |
110 |
9,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
13,0 |
310 |
0,0 |
140 |
11,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
23,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
40 van 50 |
|
DEN HAAG 99,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEN HAAG |
|
Lengte/breedtegraad |
004E20 09,1 / 52N04 50,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
105 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,9 MHz |
|
ERP |
0,025 kW |
|
ERPmax |
0,025 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
14,0 |
10 |
0,0 |
190 |
14,0 |
20 |
0,0 |
200 |
14,0 |
30 |
0,0 |
210 |
16,0 |
40 |
0,0 |
220 |
16,0 |
50 |
0,0 |
230 |
14,0 |
60 |
0,0 |
240 |
14,0 |
70 |
0,0 |
250 |
14,0 |
80 |
0,0 |
260 |
8,0 |
90 |
0,0 |
270 |
4,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
2,0 |
300 |
0,0 |
130 |
6,0 |
310 |
0,0 |
140 |
7,0 |
320 |
0,0 |
150 |
8,0 |
330 |
0,0 |
160 |
9,0 |
340 |
0,0 |
170 |
11,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
65 dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
42 van 50 |
|
LOPIK 100,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOPIK |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 12,8 / 52N00 36,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
329 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,1 MHz |
|
ERP |
58,884 kW |
|
ERPmax |
58,884 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
15,0 |
10 |
0,0 |
190 |
16,0 |
20 |
0,0 |
200 |
17,0 |
30 |
0,0 |
210 |
18,0 |
40 |
1,0 |
220 |
18,0 |
50 |
1,0 |
230 |
19,0 |
60 |
1,0 |
240 |
17,0 |
70 |
8,0 |
250 |
9,0 |
80 |
13,0 |
260 |
4,0 |
90 |
14,0 |
270 |
4,0 |
100 |
14,0 |
280 |
5,0 |
110 |
11,0 |
290 |
5,0 |
120 |
8,0 |
300 |
0,0 |
130 |
5,0 |
310 |
0,0 |
140 |
5,0 |
320 |
0,0 |
150 |
5,0 |
330 |
0,0 |
160 |
5,0 |
340 |
0,0 |
170 |
5,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
86 dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
44 van 50 |
|
NIJMEGEN 100,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
NIJMEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E48 15,6 / 51N48 53,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
9 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,1 MHz |
|
ERP |
3,981 kW |
|
ERPmax |
3,981 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
6,0 |
10 |
3,0 |
190 |
3,0 |
20 |
3,0 |
200 |
3,0 |
30 |
9,0 |
210 |
5,0 |
40 |
5,0 |
220 |
8,0 |
50 |
3,0 |
230 |
11,0 |
60 |
7,0 |
240 |
13,0 |
70 |
10,0 |
250 |
16,0 |
80 |
12,0 |
260 |
19,0 |
90 |
10,0 |
270 |
19,0 |
100 |
5,0 |
280 |
19,0 |
110 |
2,0 |
290 |
19,0 |
120 |
1,0 |
300 |
19,0 |
130 |
0,0 |
310 |
19,0 |
140 |
0,0 |
320 |
19,0 |
150 |
3,0 |
330 |
19,0 |
160 |
6,0 |
340 |
19,0 |
170 |
10,0 |
350 |
19,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
46 van 50 |
|
LOCHEM 100,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOCHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
006E25 43,4 / 52N09 53,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
13 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
100,2 MHz |
|
ERP |
19,953 kW |
|
ERPmax |
19,953 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C4-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
14,0 |
180 |
15,0 |
10 |
13,0 |
190 |
13,0 |
20 |
11,0 |
200 |
12,0 |
30 |
11,0 |
210 |
10,0 |
40 |
6,0 |
220 |
10,0 |
50 |
5,0 |
230 |
5,0 |
60 |
2,0 |
240 |
5,0 |
70 |
1,7 |
250 |
5,0 |
80 |
0,0 |
260 |
5,0 |
90 |
1,6 |
270 |
5,0 |
100 |
4,0 |
280 |
5,0 |
110 |
12,0 |
290 |
5,0 |
120 |
18,0 |
300 |
5,0 |
130 |
14,0 |
310 |
5,0 |
140 |
23,0 |
320 |
5,0 |
150 |
22,0 |
330 |
5,0 |
160 |
19,0 |
340 |
8,0 |
170 |
17,0 |
350 |
10,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A04 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
48 van 50 |
|
AMSTERDAM 101,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,5 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
132 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,8 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,3 |
180 |
0,0 |
10 |
4,0 |
190 |
0,0 |
20 |
4,0 |
200 |
0,0 |
30 |
4,0 |
210 |
2,0 |
40 |
4,0 |
220 |
4,0 |
50 |
6,0 |
230 |
4,4 |
60 |
8,0 |
240 |
3,0 |
70 |
11,4 |
250 |
0,0 |
80 |
11,4 |
260 |
0,0 |
90 |
7,3 |
270 |
2,0 |
100 |
5,0 |
280 |
0,0 |
110 |
5,0 |
290 |
0,0 |
120 |
3,0 |
300 |
0,0 |
130 |
1,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
77 dBc |
Kavel |
A05 |
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 58 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
DEN HAAG |
88,2 MHz |
0,100 kW |
ROOSENDAAL |
88,4 MHz |
42,658 kW |
ROTTERDAM |
88,6 MHz |
0,200 kW |
DEN HAAG |
88,6 MHz |
0,501 kW |
DORDRECHT |
88,8 MHz |
0,098 kW |
VENLO |
89,2 MHz |
1,023 kW |
ALKMAAR |
90,0 MHz |
0,020 kW |
WIERINGERMEER |
90,1 MHz |
0,427 kW |
ARNHEM |
90,9 MHz |
0,501 kW |
TJERKGAAST |
91,0 MHz |
10,000 kW |
MARKELO |
91,0 MHz |
1,259 kW |
HILVERSUM |
91,1 MHz |
37,154 kW |
IRNSUM |
91,2 MHz |
3,981 kW |
EMMEN |
93,1 MHz |
1,000 kW |
ZWOLLE |
93,6 MHz |
5,888 kW |
UTRECHT |
93,6 MHz |
0,110 kW |
HENGELO |
93,7 MHz |
1,738 kW |
HOOGEZAND |
93,7 MHz |
1,820 kW |
MEGEN |
93,8 MHz |
16,982 kW |
ALPHEN |
95,2 MHz |
25,119 kW |
AMSTERDAM |
95,3 MHz |
0,398 kW |
APELDOORN |
97,4 MHz |
0,501 kW |
AMERSFOORT |
97,5 MHz |
0,794 kW |
VLISSINGEN |
99,2 MHz |
8,913 kW |
BREDA |
99,4 MHz |
0,912 kW |
MIERLO |
99,4 MHz |
27,542 kW |
HOORN |
99,6 MHz |
24,946 kW |
SMILDE |
99,6 MHz |
6,166 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 58 |
|
DEN HAAG 88,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEN HAAG |
|
Lengte/breedtegraad |
004E20 09,1 / 52N04 50,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
105 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,2 MHz |
|
ERP |
0,100 kW |
|
ERPmax |
0,100 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
1,0 |
200 |
0,0 |
30 |
2,0 |
210 |
0,0 |
40 |
3,0 |
220 |
0,0 |
50 |
4,0 |
230 |
0,0 |
60 |
4,0 |
240 |
0,0 |
70 |
5,0 |
250 |
0,0 |
80 |
5,0 |
260 |
0,0 |
90 |
5,5 |
270 |
0,0 |
100 |
5,5 |
280 |
0,0 |
110 |
5,0 |
290 |
0,0 |
120 |
4,0 |
300 |
0,0 |
130 |
3,0 |
310 |
0,0 |
140 |
2,0 |
320 |
0,0 |
150 |
1,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
72 dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 58 |
|
ROOSENDAAL 88,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROOSENDAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
004E27 40,2 / 51N31 23,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
101 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,4 MHz |
|
ERP |
42,658 kW |
|
ERPmax |
42,658 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
22,0 |
10 |
1,0 |
190 |
22,0 |
20 |
0,0 |
200 |
23,0 |
30 |
1,0 |
210 |
6,0 |
40 |
1,0 |
220 |
4,0 |
50 |
5,0 |
230 |
4,0 |
60 |
12,0 |
240 |
4,0 |
70 |
16,0 |
250 |
6,0 |
80 |
16,0 |
260 |
10,0 |
90 |
16,0 |
270 |
9,0 |
100 |
15,0 |
280 |
1,0 |
110 |
16,0 |
290 |
1,0 |
120 |
15,0 |
300 |
0,0 |
130 |
16,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
16,0 |
330 |
0,0 |
160 |
16,0 |
340 |
0,0 |
170 |
16,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
92 dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 58 |
|
ROTTERDAM 88,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
120 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,6 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
18,0 |
10 |
0,0 |
190 |
20,0 |
20 |
1,0 |
200 |
22,0 |
30 |
4,0 |
210 |
22,0 |
40 |
7,0 |
220 |
20,0 |
50 |
9,0 |
230 |
18,0 |
60 |
9,0 |
240 |
16,0 |
70 |
7,0 |
250 |
15,0 |
80 |
4,0 |
260 |
14,0 |
90 |
1,0 |
270 |
13,0 |
100 |
1,0 |
280 |
13,0 |
110 |
6,0 |
290 |
4,0 |
120 |
16,0 |
300 |
1,0 |
130 |
18,0 |
310 |
0,0 |
140 |
17,0 |
320 |
0,0 |
150 |
17,0 |
330 |
0,0 |
160 |
17,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 58 |
|
DEN HAAG 88,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEN HAAG |
|
Lengte/breedtegraad |
004E19 18,5 / 52N01 48,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,6 MHz |
|
ERP |
0,501 kW |
|
ERPmax |
0,501 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,0 |
180 |
9,0 |
10 |
5,0 |
190 |
7,0 |
20 |
8,0 |
200 |
4,9 |
30 |
12,0 |
210 |
0,1 |
40 |
14,0 |
220 |
0,0 |
50 |
15,0 |
230 |
0,0 |
60 |
15,0 |
240 |
0,0 |
70 |
15,0 |
250 |
0,0 |
80 |
15,0 |
260 |
0,0 |
90 |
15,0 |
270 |
0,4 |
100 |
15,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
15,8 |
300 |
0,0 |
130 |
16,3 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
16,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
11,0 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 58 |
|
DORDRECHT 88,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DORDRECHT |
|
Lengte/breedtegraad |
004E38 30,7 / 51N47 16,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,8 MHz |
|
ERP |
0,098 kW |
|
ERPmax |
0,098 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
15,0 |
180 |
2,0 |
10 |
4,0 |
190 |
2,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
4,0 |
70 |
0,0 |
250 |
4,0 |
80 |
0,0 |
260 |
1,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
1,0 |
110 |
4,0 |
290 |
3,0 |
120 |
1,0 |
300 |
9,0 |
130 |
0,0 |
310 |
15,0 |
140 |
0,0 |
320 |
23,0 |
150 |
0,0 |
330 |
24,0 |
160 |
1,0 |
340 |
15,0 |
170 |
0,0 |
350 |
18,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 58 |
|
VENLO 89,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VENLO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E11 18,1 / 51N21 36,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
35 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
42 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,2 MHz |
|
ERP |
1,023 kW |
|
ERPmax |
1,023 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
5,0 |
180 |
13,1 |
10 |
5,0 |
190 |
14,1 |
20 |
5,0 |
200 |
12,1 |
30 |
8,0 |
210 |
9,1 |
40 |
9,0 |
220 |
8,1 |
50 |
13,0 |
230 |
8,1 |
60 |
10,0 |
240 |
4,1 |
70 |
9,0 |
250 |
4,1 |
80 |
11,1 |
260 |
0,0 |
90 |
7,0 |
270 |
0,0 |
100 |
7,0 |
280 |
0,0 |
110 |
7,0 |
290 |
1,3 |
120 |
7,0 |
300 |
1,3 |
130 |
9,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,6 |
320 |
2,6 |
150 |
8,0 |
330 |
5,1 |
160 |
9,0 |
340 |
5,3 |
170 |
10,0 |
350 |
4,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 58 |
|
ALKMAAR 90,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALKMAAR |
|
Lengte/breedtegraad |
004E46 03,4 / 52N37 03,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
80 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,0 MHz |
|
ERP |
0,020 kW |
|
ERPmax |
0,020 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
16,0 |
10 |
0,0 |
190 |
16,0 |
20 |
0,0 |
200 |
17,0 |
30 |
0,0 |
210 |
17,0 |
40 |
0,0 |
220 |
17,0 |
50 |
1,0 |
230 |
15,0 |
60 |
3,0 |
240 |
13,0 |
70 |
4,0 |
250 |
10,0 |
80 |
5,0 |
260 |
8,0 |
90 |
6,0 |
270 |
5,0 |
100 |
8,0 |
280 |
5,0 |
110 |
11,0 |
290 |
4,0 |
120 |
12,0 |
300 |
2,0 |
130 |
13,0 |
310 |
0,0 |
140 |
13,0 |
320 |
0,0 |
150 |
14,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
15,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 58 |
|
WIERINGERMEER 90,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
WIERINGERMEER |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 29,9 / 52N54 30,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
172 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,1 MHz |
|
ERP |
0,427 kW |
|
ERPmax |
0,427 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
15,0 |
10 |
0,0 |
190 |
15,0 |
20 |
1,0 |
200 |
15,0 |
30 |
2,0 |
210 |
15,0 |
40 |
4,0 |
220 |
14,0 |
50 |
6,0 |
230 |
14,0 |
60 |
9,0 |
240 |
14,0 |
70 |
11,0 |
250 |
14,0 |
80 |
13,0 |
260 |
13,0 |
90 |
14,0 |
270 |
12,0 |
100 |
15,0 |
280 |
11,0 |
110 |
16,0 |
290 |
9,0 |
120 |
17,0 |
300 |
7,0 |
130 |
18,0 |
310 |
5,0 |
140 |
18,0 |
320 |
3,0 |
150 |
17,0 |
330 |
2,0 |
160 |
16,0 |
340 |
1,0 |
170 |
15,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 58 |
|
ARNHEM 90,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
140 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,9 MHz |
|
ERP |
0,501 kW |
|
ERPmax |
0,501 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,0 |
180 |
33,0 |
10 |
4,0 |
190 |
33,0 |
20 |
4,0 |
200 |
33,0 |
30 |
4,0 |
210 |
28,0 |
40 |
4,0 |
220 |
15,0 |
50 |
4,0 |
230 |
4,0 |
60 |
4,0 |
240 |
0,0 |
70 |
4,0 |
250 |
0,0 |
80 |
10,0 |
260 |
0,0 |
90 |
17,0 |
270 |
7,0 |
100 |
15,0 |
280 |
11,0 |
110 |
15,0 |
290 |
12,0 |
120 |
15,0 |
300 |
8,0 |
130 |
17,0 |
310 |
5,0 |
140 |
31,0 |
320 |
4,0 |
150 |
31,0 |
330 |
4,0 |
160 |
33,0 |
340 |
4,0 |
170 |
33,0 |
350 |
4,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
74 dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 58 |
|
TJERKGAAST 91,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TJERKGAAST |
|
Lengte/breedtegraad |
005E41 55,9 / 52N54 32,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
140 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,0 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
22,0 |
10 |
0,0 |
190 |
22,0 |
20 |
3,0 |
200 |
22,0 |
30 |
6,0 |
210 |
22,0 |
40 |
10,0 |
220 |
22,0 |
50 |
14,0 |
230 |
22,0 |
60 |
15,0 |
240 |
22,0 |
70 |
12,0 |
250 |
20,0 |
80 |
13,0 |
260 |
17,0 |
90 |
14,0 |
270 |
14,0 |
100 |
15,0 |
280 |
10,0 |
110 |
19,0 |
290 |
6,0 |
120 |
21,0 |
300 |
3,0 |
130 |
22,0 |
310 |
1,0 |
140 |
22,0 |
320 |
0,0 |
150 |
22,0 |
330 |
0,0 |
160 |
22,0 |
340 |
0,0 |
170 |
22,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 58 |
|
MARKELO 91,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MARKELO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E26 29,9 / 52N14 12,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
147 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,0 MHz |
|
ERP |
1,259 kW |
|
ERPmax |
1,259 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
5,0 |
10 |
0,0 |
190 |
5,0 |
20 |
0,5 |
200 |
5,2 |
30 |
0,5 |
210 |
5,2 |
40 |
3,5 |
220 |
0,5 |
50 |
6,5 |
230 |
0,0 |
60 |
7,0 |
240 |
0,0 |
70 |
6,5 |
250 |
0,0 |
80 |
4,0 |
260 |
0,0 |
90 |
11,0 |
270 |
0,0 |
100 |
12,5 |
280 |
0,0 |
110 |
10,5 |
290 |
0,0 |
120 |
3,5 |
300 |
2,5 |
130 |
6,2 |
310 |
2,5 |
140 |
6,5 |
320 |
5,5 |
150 |
3,5 |
330 |
5,5 |
160 |
3,5 |
340 |
4,5 |
170 |
3,5 |
350 |
2,5 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 58 |
|
HILVERSUM 91,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
156 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,1 MHz |
|
ERP |
37,154 kW |
|
ERPmax |
37,154 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Engeland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
25,0 |
10 |
0,0 |
190 |
25,0 |
20 |
3,0 |
200 |
25,0 |
30 |
6,0 |
210 |
25,0 |
40 |
10,0 |
220 |
25,0 |
50 |
20,0 |
230 |
25,0 |
60 |
25,0 |
240 |
20,0 |
70 |
25,0 |
250 |
16,0 |
80 |
25,0 |
260 |
12,0 |
90 |
25,0 |
270 |
9,0 |
100 |
25,0 |
280 |
5,0 |
110 |
25,0 |
290 |
2,0 |
120 |
25,0 |
300 |
0,0 |
130 |
25,0 |
310 |
0,0 |
140 |
25,0 |
320 |
0,0 |
150 |
25,0 |
330 |
0,0 |
160 |
25,0 |
340 |
0,0 |
170 |
25,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 58 |
|
IRNSUM 91,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
IRNSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E47 29,8 / 53N05 04,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
125 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,2 MHz |
|
ERP |
3,981 kW |
|
ERPmax |
3,981 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
21,0 |
10 |
9,0 |
190 |
21,0 |
20 |
10,0 |
200 |
21,0 |
30 |
12,0 |
210 |
14,0 |
40 |
14,0 |
220 |
13,0 |
50 |
14,0 |
230 |
8,0 |
60 |
14,0 |
240 |
6,0 |
70 |
14,0 |
250 |
1,0 |
80 |
14,0 |
260 |
0,0 |
90 |
18,0 |
270 |
0,0 |
100 |
18,0 |
280 |
0,0 |
110 |
18,0 |
290 |
0,0 |
120 |
21,0 |
300 |
0,0 |
130 |
21,0 |
310 |
0,0 |
140 |
21,0 |
320 |
0,0 |
150 |
21,0 |
330 |
0,0 |
160 |
21,0 |
340 |
0,0 |
170 |
21,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 58 |
|
EMMEN 93,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EMMEN |
|
Lengte/breedtegraad |
006E56 17,0 / 52N47 33,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
25 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,1 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
17,0 |
10 |
0,0 |
190 |
10,0 |
20 |
3,0 |
200 |
2,0 |
30 |
6,0 |
210 |
0,0 |
40 |
11,0 |
220 |
0,0 |
50 |
11,0 |
230 |
0,0 |
60 |
6,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
6,0 |
280 |
0,0 |
110 |
8,0 |
290 |
0,0 |
120 |
8,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
10,0 |
330 |
0,0 |
160 |
17,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 58 |
|
ZWOLLE 93,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ZWOLLE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E08 23,0 / 52N32 00,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
91 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
3 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,6 MHz |
|
ERP |
5,888 kW |
|
ERPmax |
5,888 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
15,0 |
10 |
0,0 |
190 |
12,0 |
20 |
7,0 |
200 |
6,0 |
30 |
13,0 |
210 |
5,0 |
40 |
13,0 |
220 |
3,0 |
50 |
15,0 |
230 |
0,0 |
60 |
15,0 |
240 |
0,0 |
70 |
12,0 |
250 |
1,0 |
80 |
9,0 |
260 |
1,0 |
90 |
10,0 |
270 |
1,0 |
100 |
10,0 |
280 |
0,0 |
110 |
8,0 |
290 |
0,0 |
120 |
8,0 |
300 |
0,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
12,0 |
320 |
0,0 |
150 |
14,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
15,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 58 |
|
UTRECHT 93,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
UTRECHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E06 21,1 / 52N05 24,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
78 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
3 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,6 MHz |
|
ERP |
0,110 kW |
|
ERPmax |
0,110 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
12,4 |
180 |
4,4 |
10 |
12,4 |
190 |
7,4 |
20 |
8,4 |
200 |
6,4 |
30 |
8,4 |
210 |
6,4 |
40 |
11,4 |
220 |
3,6 |
50 |
12,4 |
230 |
0,1 |
60 |
12,4 |
240 |
0,0 |
70 |
12,4 |
250 |
0,0 |
80 |
11,4 |
260 |
0,1 |
90 |
11,4 |
270 |
0,4 |
100 |
11,4 |
280 |
2,4 |
110 |
10,4 |
290 |
7,4 |
120 |
8,4 |
300 |
9,4 |
130 |
7,4 |
310 |
10,9 |
140 |
6,4 |
320 |
11,9 |
150 |
4,4 |
330 |
13,0 |
160 |
3,4 |
340 |
13,4 |
170 |
2,4 |
350 |
13,4 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 58 |
|
HENGELO 93,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HENGELO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E46 30,9 / 52N17 08,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
110 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
15 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,7 MHz |
|
ERP |
1,738 kW |
|
ERPmax |
1,738 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
4,4 |
210 |
0,0 |
40 |
6,4 |
220 |
11,0 |
50 |
10,4 |
230 |
11,0 |
60 |
13,4 |
240 |
11,0 |
70 |
8,4 |
250 |
6,0 |
80 |
5,4 |
260 |
5,4 |
90 |
5,4 |
270 |
5,4 |
100 |
5,4 |
280 |
9,4 |
110 |
14,4 |
290 |
12,4 |
120 |
12,4 |
300 |
13,4 |
130 |
0,0 |
310 |
13,4 |
140 |
0,0 |
320 |
13,4 |
150 |
0,0 |
330 |
9,4 |
160 |
0,0 |
340 |
9,4 |
170 |
0,4 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
36 van 58 |
|
HOOGEZAND 93,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HOOGEZAND |
|
Lengte/breedtegraad |
006E45 27,1 / 53N08 28,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
90 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,7 MHz |
|
ERP |
1,820 kW |
|
ERPmax |
1,820 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
21,0 |
10 |
6,0 |
190 |
21,0 |
20 |
8,0 |
200 |
21,0 |
30 |
11,0 |
210 |
18,0 |
40 |
15,0 |
220 |
15,0 |
50 |
18,0 |
230 |
11,0 |
60 |
15,0 |
240 |
8,0 |
70 |
15,0 |
250 |
5,0 |
80 |
13,0 |
260 |
3,0 |
90 |
13,0 |
270 |
0,0 |
100 |
10,0 |
280 |
0,0 |
110 |
8,0 |
290 |
0,0 |
120 |
11,0 |
300 |
0,0 |
130 |
15,0 |
310 |
0,0 |
140 |
18,0 |
320 |
0,0 |
150 |
21,0 |
330 |
0,0 |
160 |
24,0 |
340 |
0,0 |
170 |
22,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
38 van 58 |
|
MEGEN 93,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E35 41,6 / 51N48 37,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
107 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,8 MHz |
|
ERP |
16,982 kW |
|
ERPmax |
16,982 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
8,0 |
180 |
13,0 |
10 |
9,0 |
190 |
13,0 |
20 |
10,0 |
200 |
15,0 |
30 |
12,0 |
210 |
21,0 |
40 |
17,0 |
220 |
19,0 |
50 |
20,0 |
230 |
19,0 |
60 |
21,0 |
240 |
13,0 |
70 |
15,0 |
250 |
6,0 |
80 |
11,0 |
260 |
3,0 |
90 |
11,0 |
270 |
0,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
11,0 |
300 |
0,0 |
130 |
9,0 |
310 |
2,0 |
140 |
10,0 |
320 |
4,0 |
150 |
11,0 |
330 |
7,0 |
160 |
15,0 |
340 |
8,0 |
170 |
13,0 |
350 |
8,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
40 van 58 |
|
ALPHEN 95,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALPHEN |
|
Lengte/breedtegraad |
004E38 46,9 / 52N08 13,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
120 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,2 MHz |
|
ERP |
25,119 kW |
|
ERPmax |
25,119 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
19,0 |
10 |
0,0 |
190 |
22,0 |
20 |
0,0 |
200 |
15,0 |
30 |
0,0 |
210 |
14,0 |
40 |
7,0 |
220 |
16,0 |
50 |
12,0 |
230 |
17,0 |
60 |
14,0 |
240 |
16,0 |
70 |
17,0 |
250 |
12,0 |
80 |
18,0 |
260 |
9,0 |
90 |
14,0 |
270 |
6,0 |
100 |
15,0 |
280 |
2,0 |
110 |
14,0 |
290 |
0,0 |
120 |
14,0 |
300 |
0,0 |
130 |
18,4 |
310 |
0,0 |
140 |
18,4 |
320 |
0,0 |
150 |
14,0 |
330 |
0,0 |
160 |
17,0 |
340 |
0,0 |
170 |
18,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
42 van 58 |
|
AMSTERDAM 95,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,5 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
115 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,3 MHz |
|
ERP |
0,398 kW |
|
ERPmax |
0,398 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
5,0 |
180 |
17,5 |
10 |
6,0 |
190 |
19,5 |
20 |
7,0 |
200 |
16,0 |
30 |
8,0 |
210 |
16,0 |
40 |
11,0 |
220 |
15,0 |
50 |
15,0 |
230 |
16,0 |
60 |
18,0 |
240 |
13,0 |
70 |
19,0 |
250 |
9,0 |
80 |
19,0 |
260 |
6,0 |
90 |
19,0 |
270 |
3,0 |
100 |
16,0 |
280 |
0,0 |
110 |
16,0 |
290 |
0,0 |
120 |
16,0 |
300 |
0,0 |
130 |
16,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
16,0 |
330 |
0,0 |
160 |
16,0 |
340 |
1,0 |
170 |
16,0 |
350 |
4,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
44 van 58 |
|
APELDOORN 97,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
APELDOORN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E53 47,6 / 52N10 05,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
78 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
97,4 MHz |
|
ERP |
0,501 kW |
|
ERPmax |
0,501 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
14,0 |
10 |
0,0 |
190 |
7,0 |
20 |
0,0 |
200 |
7,0 |
30 |
0,0 |
210 |
11,0 |
40 |
1,0 |
220 |
12,0 |
50 |
2,0 |
230 |
10,0 |
60 |
2,0 |
240 |
3,0 |
70 |
2,0 |
250 |
2,0 |
80 |
3,0 |
260 |
2,0 |
90 |
3,0 |
270 |
2,0 |
100 |
2,0 |
280 |
2,0 |
110 |
4,0 |
290 |
2,0 |
120 |
17,0 |
300 |
8,0 |
130 |
20,0 |
310 |
8,0 |
140 |
22,0 |
320 |
0,0 |
150 |
22,0 |
330 |
0,0 |
160 |
22,0 |
340 |
0,0 |
170 |
22,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
46 van 58 |
|
AMERSFOORT 97,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMERSFOORT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E21 51,5 / 52N08 37,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
44 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
97,5 MHz |
|
ERP |
0,794 kW |
|
ERPmax |
0,794 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
3,0 |
10 |
0,0 |
190 |
14,0 |
20 |
0,0 |
200 |
18,0 |
30 |
2,0 |
210 |
19,0 |
40 |
2,2 |
220 |
16,0 |
50 |
2,0 |
230 |
13,0 |
60 |
2,0 |
240 |
9,0 |
70 |
3,0 |
250 |
4,0 |
80 |
3,0 |
260 |
4,0 |
90 |
3,0 |
270 |
3,0 |
100 |
3,0 |
280 |
4,0 |
110 |
1,0 |
290 |
5,0 |
120 |
1,0 |
300 |
2,0 |
130 |
1,0 |
310 |
2,0 |
140 |
0,0 |
320 |
9,0 |
150 |
0,0 |
330 |
14,4 |
160 |
2,0 |
340 |
7,0 |
170 |
2,0 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
48 van 58 |
|
VLISSINGEN 99,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VLISSINGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E33 53,1 / 51N26 45,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,2 MHz |
|
ERP |
8,913 kW |
|
ERPmax |
8,913 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
17,0 |
10 |
0,0 |
190 |
17,0 |
20 |
1,0 |
200 |
18,0 |
30 |
2,0 |
210 |
20,0 |
40 |
3,0 |
220 |
20,0 |
50 |
7,0 |
230 |
19,2 |
60 |
12,0 |
240 |
18,7 |
70 |
17,0 |
250 |
18,7 |
80 |
18,0 |
260 |
18,5 |
90 |
20,0 |
270 |
18,2 |
100 |
25,4 |
280 |
18,1 |
110 |
25,7 |
290 |
18,1 |
120 |
25,7 |
300 |
16,5 |
130 |
22,0 |
310 |
13,5 |
140 |
20,0 |
320 |
8,3 |
150 |
19,0 |
330 |
1,5 |
160 |
19,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,7 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
50 van 58 |
|
BREDA 99,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
BREDA |
|
Lengte/breedtegraad |
004E48 14,5 / 51N34 49,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
48 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,4 MHz |
|
ERP |
0,912 kW |
|
ERPmax |
0,912 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
0,0 |
10 |
2,0 |
190 |
0,0 |
20 |
1,0 |
200 |
4,0 |
30 |
0,0 |
210 |
6,0 |
40 |
1,0 |
220 |
13,0 |
50 |
3,0 |
230 |
15,5 |
60 |
5,0 |
240 |
7,0 |
70 |
7,0 |
250 |
3,0 |
80 |
9,0 |
260 |
2,0 |
90 |
9,5 |
270 |
0,0 |
100 |
8,5 |
280 |
1,0 |
110 |
7,0 |
290 |
2,0 |
120 |
3,0 |
300 |
2,0 |
130 |
1,0 |
310 |
4,0 |
140 |
1,0 |
320 |
6,0 |
150 |
3,0 |
330 |
6,0 |
160 |
5,0 |
340 |
6,0 |
170 |
2,0 |
350 |
4,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
52 van 58 |
|
MIERLO 99,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MIERLO |
|
Lengte/breedtegraad |
005E36 17,3 / 51N26 16,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
90 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
21 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,4 MHz |
|
ERP |
27,542 kW |
|
ERPmax |
27,542 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
9,4 |
180 |
23,0 |
10 |
14,4 |
190 |
23,4 |
20 |
15,4 |
200 |
19,4 |
30 |
13,4 |
210 |
16,4 |
40 |
13,4 |
220 |
12,4 |
50 |
13,4 |
230 |
13,4 |
60 |
11,4 |
240 |
12,4 |
70 |
10,4 |
250 |
20,7 |
80 |
13,4 |
260 |
15,4 |
90 |
18,4 |
270 |
3,4 |
100 |
10,4 |
280 |
2,4 |
110 |
12,4 |
290 |
1,4 |
120 |
14,4 |
300 |
1,5 |
130 |
16,4 |
310 |
0,7 |
140 |
18,4 |
320 |
0,5 |
150 |
17,4 |
330 |
0,3 |
160 |
18,4 |
340 |
0,6 |
170 |
23,4 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
54 van 58 |
|
HOORN 99,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HOORN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E05 55,8 / 52N38 39,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
57 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,6 MHz |
|
ERP |
24,946 kW |
|
ERPmax |
24,946 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
11,0 |
180 |
20,0 |
10 |
14,0 |
190 |
23,0 |
20 |
16,0 |
200 |
22,0 |
30 |
18,0 |
210 |
22,0 |
40 |
19,0 |
220 |
19,0 |
50 |
20,0 |
230 |
18,0 |
60 |
22,0 |
240 |
16,0 |
70 |
20,0 |
250 |
15,0 |
80 |
20,0 |
260 |
9,0 |
90 |
21,0 |
270 |
3,0 |
100 |
21,0 |
280 |
3,0 |
110 |
20,0 |
290 |
3,0 |
120 |
20,0 |
300 |
3,0 |
130 |
23,0 |
310 |
0,0 |
140 |
23,0 |
320 |
0,0 |
150 |
22,0 |
330 |
0,0 |
160 |
20,0 |
340 |
2,0 |
170 |
20,0 |
350 |
5,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
86 dBc |
Kavel |
A05 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
56 van 58 |
|
SMILDE 99,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
254 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,6 MHz |
|
ERP |
6,166 kW |
|
ERPmax |
6,166 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C5-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
17,0 |
10 |
0,0 |
190 |
24,0 |
20 |
0,0 |
200 |
23,0 |
30 |
0,0 |
210 |
23,0 |
40 |
0,0 |
220 |
28,0 |
50 |
7,0 |
230 |
28,0 |
60 |
3,0 |
240 |
28,0 |
70 |
0,0 |
250 |
28,0 |
80 |
0,0 |
260 |
28,0 |
90 |
3,0 |
270 |
27,0 |
100 |
10,0 |
280 |
25,0 |
110 |
24,0 |
290 |
22,0 |
120 |
22,0 |
300 |
17,0 |
130 |
21,0 |
310 |
10,0 |
140 |
23,0 |
320 |
3,0 |
150 |
15,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
15,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
---|---|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 60 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
GOES |
98,4 MHz |
0,050 kW |
UGCHELEN |
101,8 MHz |
0,079 kW |
ALPHEN |
101,9 MHz |
0,079 kW |
LOPIK |
101,9 MHz |
0,200 kW |
MEGEN |
101,9 MHz |
2,512 kW |
HILVERSUM |
102,1 MHz |
97,724 kW |
DOETINCHEM |
102,1 MHz |
0,200 kW |
BREDA |
102,1 MHz |
1,445 kW |
SMILDE |
102,2 MHz |
10,000 kW |
LOCHEM |
102,3 MHz |
14,791 kW |
LELYSTAD |
102,3 MHz |
0,100 kW |
ALKMAAR |
102,3 MHz |
13,183 kW |
GEMERT |
102,3 MHz |
39,811 kW |
ROERMOND |
102,3 MHz |
2,512 kW |
ZWOLLE |
102,3 MHz |
0,316 kW |
ARNHEM |
102,4 MHz |
1,202 kW |
ROOSENDAAL |
102,4 MHz |
0,151 kW |
TERNEUZEN |
102,4 MHz |
19,999 kW |
AMSTERDAM |
102,4 MHz |
1,259 kW |
DEDEMSVAART |
102,4 MHz |
1,000 kW |
LOPIK |
102,5 MHz |
1,047 kW |
TILBURG |
102,5 MHz |
8,511 kW |
TJERKGAAST |
102,5 MHz |
100,000 kW |
NIJMEGEN |
102,6 MHz |
2,000 kW |
HENGELO |
102,6 MHz |
12,589 kW |
EMMEN |
102,7 MHz |
10,000 kW |
ROTTERDAM |
102,7 MHz |
100,000 kW |
MARKELO |
102,7 MHz |
0,316 kW |
STADSKANAAL |
102,9 MHz |
4,898 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 60 |
|
GOES 98,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
GOES |
|
Lengte/breedtegraad |
003E53 04,2 / 51N30 38,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
98,4 MHz |
|
ERP |
0,050 kW |
|
ERPmax |
0,050 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
3,0 |
50 |
0,0 |
230 |
3,0 |
60 |
0,0 |
240 |
3,0 |
70 |
0,0 |
250 |
3,0 |
80 |
0,0 |
260 |
3,0 |
90 |
0,0 |
270 |
3,0 |
100 |
0,0 |
280 |
3,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
70 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 60 |
|
UGCHELEN 101,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
UGCHELEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E53 47,5 / 52N10 05,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
78 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,8 MHz |
|
ERP |
0,079 kW |
|
ERPmax |
0,079 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
14,0 |
10 |
1,0 |
190 |
14,0 |
20 |
0,0 |
200 |
14,0 |
30 |
1,5 |
210 |
11,0 |
40 |
2,5 |
220 |
7,0 |
50 |
3,0 |
230 |
3,0 |
60 |
6,0 |
240 |
1,0 |
70 |
10,0 |
250 |
0,0 |
80 |
13,0 |
260 |
0,0 |
90 |
14,0 |
270 |
0,0 |
100 |
14,0 |
280 |
2,0 |
110 |
14,0 |
290 |
4,0 |
120 |
14,0 |
300 |
6,0 |
130 |
14,0 |
310 |
7,0 |
140 |
16,0 |
320 |
6,0 |
150 |
16,0 |
330 |
6,0 |
160 |
14,0 |
340 |
5,0 |
170 |
14,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 60 |
|
ALPHEN 101,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALPHEN |
|
Lengte/breedtegraad |
004E38 46,9 / 52N08 13,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,9 MHz |
|
ERP |
0,079 kW |
|
ERPmax |
0,079 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
13,0 |
10 |
0,0 |
190 |
13,0 |
20 |
11,0 |
200 |
16,0 |
30 |
13,0 |
210 |
19,0 |
40 |
12,0 |
220 |
20,0 |
50 |
4,0 |
230 |
22,0 |
60 |
5,0 |
240 |
19,0 |
70 |
8,0 |
250 |
14,0 |
80 |
11,0 |
260 |
11,0 |
90 |
14,0 |
270 |
9,0 |
100 |
17,0 |
280 |
5,0 |
110 |
17,0 |
290 |
2,0 |
120 |
17,0 |
300 |
0,0 |
130 |
17,0 |
310 |
0,0 |
140 |
14,0 |
320 |
0,0 |
150 |
13,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
13,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 60 |
|
LOPIK 101,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOPIK |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 12,8 / 52N00 36,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
90 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,9 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
12,0 |
10 |
0,0 |
190 |
3,0 |
20 |
0,0 |
200 |
3,0 |
30 |
0,0 |
210 |
3,0 |
40 |
0,0 |
220 |
10,0 |
50 |
0,0 |
230 |
15,0 |
60 |
0,0 |
240 |
16,0 |
70 |
3,0 |
250 |
16,0 |
80 |
6,0 |
260 |
15,0 |
90 |
7,0 |
270 |
12,0 |
100 |
11,0 |
280 |
9,0 |
110 |
7,0 |
290 |
5,0 |
120 |
5,0 |
300 |
3,0 |
130 |
6,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,0 |
330 |
3,0 |
160 |
13,0 |
340 |
3,0 |
170 |
16,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 60 |
|
MEGEN 101,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E35 41,6 / 51N48 37,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
101,9 MHz |
|
ERP |
2,512 kW |
|
ERPmax |
2,512 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
17,0 |
10 |
3,0 |
190 |
17,0 |
20 |
6,0 |
200 |
19,0 |
30 |
13,0 |
210 |
19,0 |
40 |
13,0 |
220 |
21,0 |
50 |
15,0 |
230 |
22,0 |
60 |
16,0 |
240 |
20,0 |
70 |
16,0 |
250 |
20,0 |
80 |
16,0 |
260 |
14,0 |
90 |
19,0 |
270 |
7,0 |
100 |
19,0 |
280 |
5,0 |
110 |
15,0 |
290 |
2,0 |
120 |
14,0 |
300 |
0,0 |
130 |
14,0 |
310 |
0,0 |
140 |
14,0 |
320 |
0,0 |
150 |
18,0 |
330 |
0,0 |
160 |
19,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 60 |
|
HILVERSUM 102,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
174 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,1 MHz |
|
ERP |
97,724 kW |
|
ERPmax |
97,724 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
8,0 |
10 |
0,0 |
190 |
2,0 |
20 |
0,0 |
200 |
7,0 |
30 |
0,0 |
210 |
9,0 |
40 |
0,0 |
220 |
9,0 |
50 |
0,0 |
230 |
9,0 |
60 |
0,0 |
240 |
3,0 |
70 |
3,0 |
250 |
0,0 |
80 |
3,0 |
260 |
0,0 |
90 |
3,0 |
270 |
0,0 |
100 |
4,0 |
280 |
0,0 |
110 |
6,0 |
290 |
0,0 |
120 |
5,0 |
300 |
0,0 |
130 |
4,0 |
310 |
0,0 |
140 |
7,0 |
320 |
0,0 |
150 |
6,0 |
330 |
0,0 |
160 |
6,0 |
340 |
0,0 |
170 |
7,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
98 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 60 |
|
DOETINCHEM 102,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DOETINCHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
006E15 08,3 / 51N58 54,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
79 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
11 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,1 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
10,0 |
180 |
11,0 |
10 |
7,0 |
190 |
13,0 |
20 |
6,0 |
200 |
18,0 |
30 |
4,0 |
210 |
23,0 |
40 |
3,0 |
220 |
23,0 |
50 |
2,0 |
230 |
23,0 |
60 |
1,4 |
240 |
23,0 |
70 |
0,0 |
250 |
23,0 |
80 |
0,0 |
260 |
23,0 |
90 |
0,0 |
270 |
23,0 |
100 |
0,0 |
280 |
23,0 |
110 |
0,5 |
290 |
23,0 |
120 |
1,0 |
300 |
23,0 |
130 |
1,0 |
310 |
23,0 |
140 |
2,0 |
320 |
22,0 |
150 |
3,0 |
330 |
20,0 |
160 |
5,0 |
340 |
16,0 |
170 |
8,0 |
350 |
12,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 60 |
|
BREDA 102,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
BREDA |
|
Lengte/breedtegraad |
004E48 14,5 / 51N34 49,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
45 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,1 MHz |
|
ERP |
1,445 kW |
|
ERPmax |
1,445 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Genève 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
23,0 |
10 |
2,0 |
190 |
17,0 |
20 |
3,0 |
200 |
16,0 |
30 |
4,0 |
210 |
16,0 |
40 |
5,0 |
220 |
19,0 |
50 |
7,0 |
230 |
23,0 |
60 |
9,0 |
240 |
23,0 |
70 |
11,0 |
250 |
21,0 |
80 |
12,0 |
260 |
19,0 |
90 |
12,0 |
270 |
1,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
14,0 |
300 |
0,0 |
130 |
18,0 |
310 |
0,0 |
140 |
25,0 |
320 |
0,0 |
150 |
25,0 |
330 |
0,0 |
160 |
26,0 |
340 |
0,0 |
170 |
26,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
78 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 60 |
|
SMILDE 102,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
254 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,2 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
21,0 |
10 |
0,0 |
190 |
19,0 |
20 |
0,0 |
200 |
18,0 |
30 |
1,0 |
210 |
16,0 |
40 |
9,0 |
220 |
14,0 |
50 |
12,0 |
230 |
10,0 |
60 |
17,0 |
240 |
3,0 |
70 |
18,0 |
250 |
0,0 |
80 |
19,0 |
260 |
0,0 |
90 |
20,0 |
270 |
0,0 |
100 |
21,0 |
280 |
0,0 |
110 |
21,0 |
290 |
0,0 |
120 |
21,0 |
300 |
0,0 |
130 |
22,0 |
310 |
0,0 |
140 |
23,0 |
320 |
0,0 |
150 |
25,0 |
330 |
0,0 |
160 |
25,0 |
340 |
0,0 |
170 |
23,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
90 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 60 |
|
LOCHEM 102,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOCHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
006E25 43,4 / 52N09 53,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
13 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,3 MHz |
|
ERP |
14,791 kW |
|
ERPmax |
14,791 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
4,0 |
10 |
3,0 |
190 |
3,0 |
20 |
6,0 |
200 |
2,0 |
30 |
10,0 |
210 |
0,0 |
40 |
15,0 |
220 |
0,0 |
50 |
19,0 |
230 |
0,0 |
60 |
20,0 |
240 |
1,0 |
70 |
18,0 |
250 |
1,0 |
80 |
14,0 |
260 |
1,0 |
90 |
12,0 |
270 |
1,0 |
100 |
12,0 |
280 |
1,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
11,0 |
300 |
0,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
12,0 |
320 |
0,0 |
150 |
13,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
7,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 60 |
|
LELYSTAD 102,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LELYSTAD |
|
Lengte/breedtegraad |
005E26 16,4 / 52N31 34,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
105 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,3 MHz |
|
ERP |
0,100 kW |
|
ERPmax |
0,100 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
4,0 |
240 |
1,0 |
70 |
8,0 |
250 |
5,0 |
80 |
8,0 |
260 |
6,0 |
90 |
4,0 |
270 |
8,0 |
100 |
4,0 |
280 |
10,0 |
110 |
5,0 |
290 |
8,0 |
120 |
4,0 |
300 |
5,0 |
130 |
2,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 60 |
|
ALKMAAR 102,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALKMAAR |
|
Lengte/breedtegraad |
004E46 03,4 / 52N37 03,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
80 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,3 MHz |
|
ERP |
13,183 kW |
|
ERPmax |
13,183 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
14,0 |
10 |
0,0 |
190 |
14,0 |
20 |
0,0 |
200 |
14,0 |
30 |
0,0 |
210 |
14,0 |
40 |
2,0 |
220 |
14,0 |
50 |
6,0 |
230 |
15,0 |
60 |
9,0 |
240 |
15,0 |
70 |
13,0 |
250 |
16,0 |
80 |
14,0 |
260 |
16,0 |
90 |
14,0 |
270 |
16,0 |
100 |
14,0 |
280 |
14,0 |
110 |
14,0 |
290 |
12,0 |
120 |
14,0 |
300 |
10,0 |
130 |
14,0 |
310 |
6,0 |
140 |
14,0 |
320 |
3,0 |
150 |
14,0 |
330 |
0,0 |
160 |
14,0 |
340 |
0,0 |
170 |
14,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 60 |
|
GEMERT 102,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
GEMERT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E42 14,5 / 51N31 34,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
127 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
19 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,3 MHz |
|
ERP |
39,811 kW |
|
ERPmax |
39,811 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
14,0 |
10 |
2,0 |
190 |
15,0 |
20 |
3,0 |
200 |
16,0 |
30 |
7,0 |
210 |
15,0 |
40 |
10,0 |
220 |
12,0 |
50 |
11,0 |
230 |
9,0 |
60 |
13,0 |
240 |
7,0 |
70 |
13,0 |
250 |
4,0 |
80 |
13,0 |
260 |
3,0 |
90 |
18,5 |
270 |
3,0 |
100 |
16,0 |
280 |
4,0 |
110 |
16,0 |
290 |
6,2 |
120 |
16,0 |
300 |
3,5 |
130 |
16,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
16,0 |
330 |
0,0 |
160 |
16,0 |
340 |
0,0 |
170 |
15,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 60 |
|
ROERMOND 102,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROERMOND |
|
Lengte/breedtegraad |
005E58 32,4 / 51N11 02,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
140 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
24 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,3 MHz |
|
ERP |
2,512 kW |
|
ERPmax |
2,512 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
5,0 |
10 |
0,0 |
190 |
5,0 |
20 |
0,0 |
200 |
11,3 |
30 |
0,0 |
210 |
11,3 |
40 |
3,0 |
220 |
19,3 |
50 |
3,0 |
230 |
18,3 |
60 |
7,0 |
240 |
17,3 |
70 |
12,0 |
250 |
17,3 |
80 |
10,0 |
260 |
17,3 |
90 |
3,0 |
270 |
15,3 |
100 |
3,0 |
280 |
8,3 |
110 |
3,0 |
290 |
4,3 |
120 |
5,0 |
300 |
4,3 |
130 |
2,0 |
310 |
4,3 |
140 |
0,0 |
320 |
7,0 |
150 |
0,0 |
330 |
11,0 |
160 |
6,0 |
340 |
11,0 |
170 |
9,0 |
350 |
7,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 60 |
|
ZWOLLE 102,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ZWOLLE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E08 35,4 / 52N29 19,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,3 MHz |
|
ERP |
0,316 kW |
|
ERPmax |
0,316 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
23,0 |
10 |
3,0 |
190 |
20,0 |
20 |
5,0 |
200 |
19,0 |
30 |
7,0 |
210 |
19,0 |
40 |
9,0 |
220 |
17,0 |
50 |
11,0 |
230 |
16,0 |
60 |
14,0 |
240 |
14,0 |
70 |
16,0 |
250 |
11,0 |
80 |
18,0 |
260 |
9,0 |
90 |
19,0 |
270 |
7,0 |
100 |
19,0 |
280 |
5,0 |
110 |
21,0 |
290 |
3,0 |
120 |
23,0 |
300 |
2,0 |
130 |
25,0 |
310 |
1,0 |
140 |
27,0 |
320 |
0,0 |
150 |
30,0 |
330 |
0,0 |
160 |
28,0 |
340 |
0,0 |
170 |
25,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 60 |
|
ARNHEM 102,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
128 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,4 MHz |
|
ERP |
1,202 kW |
|
ERPmax |
1,202 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
4,0 |
10 |
0,0 |
190 |
2,0 |
20 |
0,0 |
200 |
1,0 |
30 |
0,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
2,0 |
310 |
0,0 |
140 |
6,0 |
320 |
0,0 |
150 |
11,0 |
330 |
0,0 |
160 |
7,0 |
340 |
0,0 |
170 |
5,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 60 |
|
ROOSENDAAL 102,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROOSENDAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
004E27 40,2 / 51N31 23,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
99 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,4 MHz |
|
ERP |
0,151 kW |
|
ERPmax |
0,151 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
25,0 |
10 |
0,0 |
190 |
25,0 |
20 |
1,0 |
200 |
25,0 |
30 |
3,0 |
210 |
25,0 |
40 |
4,0 |
220 |
25,0 |
50 |
7,0 |
230 |
25,0 |
60 |
10,0 |
240 |
24,0 |
70 |
12,0 |
250 |
24,0 |
80 |
15,0 |
260 |
21,0 |
90 |
21,0 |
270 |
15,0 |
100 |
24,0 |
280 |
12,0 |
110 |
24,0 |
290 |
10,0 |
120 |
25,0 |
300 |
7,0 |
130 |
25,0 |
310 |
4,0 |
140 |
25,0 |
320 |
3,0 |
150 |
25,0 |
330 |
1,0 |
160 |
25,0 |
340 |
0,0 |
170 |
25,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
75 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
36 van 60 |
|
TERNEUZEN 102,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TERNEUZEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E51 36,6 / 51N13 24,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
80 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,4 MHz |
|
ERP |
19,999 kW |
|
ERPmax |
19,999 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
20,0 |
10 |
0,0 |
190 |
20,0 |
20 |
1,0 |
200 |
20,0 |
30 |
3,0 |
210 |
20,0 |
40 |
6,0 |
220 |
20,0 |
50 |
10,0 |
230 |
20,0 |
60 |
15,0 |
240 |
20,0 |
70 |
20,0 |
250 |
20,0 |
80 |
20,0 |
260 |
20,0 |
90 |
20,0 |
270 |
20,0 |
100 |
20,0 |
280 |
20,0 |
110 |
20,0 |
290 |
20,0 |
120 |
20,0 |
300 |
15,0 |
130 |
20,0 |
310 |
15,0 |
140 |
20,0 |
320 |
6,0 |
150 |
20,0 |
330 |
3,0 |
160 |
20,0 |
340 |
1,0 |
170 |
20,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
38 van 60 |
|
AMSTERDAM 102,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,9 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
135 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,4 MHz |
|
ERP |
1,259 kW |
|
ERPmax |
1,259 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
4,0 |
210 |
0,0 |
40 |
5,0 |
220 |
0,0 |
50 |
6,0 |
230 |
0,0 |
60 |
9,0 |
240 |
0,0 |
70 |
9,0 |
250 |
0,0 |
80 |
9,0 |
260 |
1,0 |
90 |
9,0 |
270 |
7,0 |
100 |
9,0 |
280 |
7,0 |
110 |
12,0 |
290 |
5,0 |
120 |
12,0 |
300 |
2,0 |
130 |
6,0 |
310 |
0,0 |
140 |
5,0 |
320 |
0,0 |
150 |
5,0 |
330 |
0,0 |
160 |
3,0 |
340 |
0,0 |
170 |
1,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
91 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
40 van 60 |
|
DEDEMSVAART 102,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEDEMSVAART |
|
Lengte/breedtegraad |
006E27 22,7 / 52N36 08,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
7 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,4 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
16,0 |
180 |
7,0 |
10 |
11,0 |
190 |
9,0 |
20 |
10,0 |
200 |
12,0 |
30 |
7,0 |
210 |
12,0 |
40 |
7,0 |
220 |
15,0 |
50 |
5,0 |
230 |
18,0 |
60 |
4,0 |
240 |
20,0 |
70 |
2,0 |
250 |
18,0 |
80 |
1,0 |
260 |
10,0 |
90 |
0,0 |
270 |
20,0 |
100 |
0,0 |
280 |
20,0 |
110 |
0,0 |
290 |
15,0 |
120 |
0,0 |
300 |
10,0 |
130 |
0,0 |
310 |
9,0 |
140 |
0,0 |
320 |
12,0 |
150 |
0,0 |
330 |
14,0 |
160 |
0,0 |
340 |
16,0 |
170 |
3,0 |
350 |
16,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
42 van 60 |
|
LOPIK 102,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOPIK |
|
Lengte/breedtegraad |
005E06 20,7 / 52N05 24,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
78 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
3 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,5 MHz |
|
ERP |
1,047 kW |
|
ERPmax |
1,047 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
16,0 |
10 |
0,0 |
190 |
16,0 |
20 |
0,0 |
200 |
15,0 |
30 |
0,0 |
210 |
13,0 |
40 |
0,0 |
220 |
10,0 |
50 |
1,0 |
230 |
8,0 |
60 |
3,0 |
240 |
6,0 |
70 |
6,0 |
250 |
2,0 |
80 |
9,0 |
260 |
0,0 |
90 |
11,0 |
270 |
0,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
13,0 |
290 |
0,0 |
120 |
14,0 |
300 |
0,0 |
130 |
15,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
16,0 |
330 |
0,0 |
160 |
16,0 |
340 |
0,0 |
170 |
16,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
44 van 60 |
|
TILBURG 102,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TILBURG |
|
Lengte/breedtegraad |
005E04 49,7 / 51N33 19,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
15 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,5 MHz |
|
ERP |
8,511 kW |
|
ERPmax |
8,511 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
5,0 |
180 |
36,0 |
10 |
5,0 |
190 |
36,0 |
20 |
0,0 |
200 |
33,0 |
30 |
0,0 |
210 |
29,0 |
40 |
3,0 |
220 |
21,0 |
50 |
4,0 |
230 |
19,0 |
60 |
6,0 |
240 |
14,0 |
70 |
6,0 |
250 |
8,0 |
80 |
6,0 |
260 |
6,0 |
90 |
6,0 |
270 |
6,0 |
100 |
12,0 |
280 |
3,8 |
110 |
20,0 |
290 |
0,0 |
120 |
23,0 |
300 |
0,0 |
130 |
26,0 |
310 |
0,0 |
140 |
31,0 |
320 |
0,0 |
150 |
33,0 |
330 |
0,0 |
160 |
36,0 |
340 |
0,0 |
170 |
36,0 |
350 |
5,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
46 van 60 |
|
TJERKGAAST 102,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TJERKGAAST |
|
Lengte/breedtegraad |
005E41 55,9 / 52N54 32,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
124 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,5 MHz |
|
ERP |
100,000 kW |
|
ERPmax |
100,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Engeland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
5,0 |
10 |
0,0 |
190 |
4,0 |
20 |
1,0 |
200 |
2,0 |
30 |
3,0 |
210 |
2,0 |
40 |
2,0 |
220 |
0,0 |
50 |
5,0 |
230 |
0,0 |
60 |
6,0 |
240 |
0,0 |
70 |
5,0 |
250 |
0,0 |
80 |
3,0 |
260 |
0,0 |
90 |
3,0 |
270 |
2,0 |
100 |
3,0 |
280 |
2,0 |
110 |
5,0 |
290 |
1,0 |
120 |
4,0 |
300 |
0,0 |
130 |
2,0 |
310 |
0,0 |
140 |
3,0 |
320 |
0,0 |
150 |
1,0 |
330 |
0,0 |
160 |
7,0 |
340 |
0,0 |
170 |
4,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
97 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
48 van 60 |
|
NIJMEGEN 102,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
NIJMEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E48 15,6 / 51N48 53,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
66 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
9 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,6 MHz |
|
ERP |
2,000 kW |
|
ERPmax |
2,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
10,0 |
180 |
0,0 |
10 |
10,0 |
190 |
1,0 |
20 |
8,0 |
200 |
2,0 |
30 |
7,0 |
210 |
4,0 |
40 |
5,0 |
220 |
5,0 |
50 |
4,0 |
230 |
7,0 |
60 |
4,0 |
240 |
9,0 |
70 |
4,0 |
250 |
9,0 |
80 |
4,0 |
260 |
9,0 |
90 |
4,0 |
270 |
9,0 |
100 |
4,0 |
280 |
7,0 |
110 |
2,0 |
290 |
5,0 |
120 |
1,0 |
300 |
4,0 |
130 |
0,0 |
310 |
4,0 |
140 |
3,0 |
320 |
4,0 |
150 |
3,0 |
330 |
4,0 |
160 |
0,0 |
340 |
5,0 |
170 |
0,0 |
350 |
7,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
50 van 60 |
|
HENGELO 102,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HENGELO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E46 30,9 / 52N17 08,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
110 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
15 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,6 MHz |
|
ERP |
12,589 kW |
|
ERPmax |
12,589 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,0 |
180 |
5,0 |
10 |
10,0 |
190 |
3,0 |
20 |
13,0 |
200 |
3,0 |
30 |
17,2 |
210 |
8,0 |
40 |
16,0 |
220 |
8,0 |
50 |
14,0 |
230 |
6,0 |
60 |
10,0 |
240 |
1,0 |
70 |
10,0 |
250 |
0,0 |
80 |
16,0 |
260 |
0,0 |
90 |
17,0 |
270 |
0,0 |
100 |
11,0 |
280 |
0,0 |
110 |
10,0 |
290 |
1,0 |
120 |
9,0 |
300 |
4,5 |
130 |
9,0 |
310 |
8,0 |
140 |
8,0 |
320 |
10,0 |
150 |
6,0 |
330 |
9,0 |
160 |
5,0 |
340 |
6,0 |
170 |
5,0 |
350 |
6,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
52 van 60 |
|
EMMEN 102,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EMMEN |
|
Lengte/breedtegraad |
006E56 17,0 / 52N47 33,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
25 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,7 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
18,0 |
10 |
3,0 |
190 |
14,0 |
20 |
6,0 |
200 |
6,0 |
30 |
9,0 |
210 |
2,0 |
40 |
14,0 |
220 |
0,0 |
50 |
20,0 |
230 |
0,0 |
60 |
23,0 |
240 |
0,0 |
70 |
23,0 |
250 |
0,0 |
80 |
23,0 |
260 |
0,0 |
90 |
23,0 |
270 |
0,0 |
100 |
23,0 |
280 |
0,0 |
110 |
23,0 |
290 |
0,0 |
120 |
23,0 |
300 |
0,0 |
130 |
23,0 |
310 |
0,0 |
140 |
23,0 |
320 |
0,0 |
150 |
23,0 |
330 |
0,0 |
160 |
22,0 |
340 |
0,0 |
170 |
20,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
54 van 60 |
|
ROTTERDAM 102,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
210 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,7 MHz |
|
ERP |
100,000 kW |
|
ERPmax |
100,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
3,0 |
10 |
0,0 |
190 |
3,0 |
20 |
0,0 |
200 |
3,0 |
30 |
0,0 |
210 |
3,0 |
40 |
0,0 |
220 |
3,0 |
50 |
0,0 |
230 |
3,0 |
60 |
2,0 |
240 |
3,0 |
70 |
3,0 |
250 |
3,0 |
80 |
3,0 |
260 |
3,0 |
90 |
5,0 |
270 |
3,0 |
100 |
5,0 |
280 |
3,0 |
110 |
5,0 |
290 |
1,0 |
120 |
4,0 |
300 |
0,0 |
130 |
3,0 |
310 |
0,0 |
140 |
3,0 |
320 |
0,0 |
150 |
3,0 |
330 |
0,0 |
160 |
3,0 |
340 |
0,0 |
170 |
3,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
99 dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
56 van 60 |
|
MARKELO 102,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MARKELO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E26 29,9 / 52N14 12,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,7 MHz |
|
ERP |
0,316 kW |
|
ERPmax |
0,316 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
10,0 |
180 |
12,0 |
10 |
14,0 |
190 |
8,0 |
20 |
5,0 |
200 |
3,0 |
30 |
15,0 |
210 |
3,0 |
40 |
21,0 |
220 |
4,0 |
50 |
11,0 |
230 |
4,0 |
60 |
10,0 |
240 |
4,0 |
70 |
14,0 |
250 |
0,0 |
80 |
15,0 |
260 |
2,0 |
90 |
10,0 |
270 |
2,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
2,0 |
120 |
14,0 |
300 |
4,0 |
130 |
14,0 |
310 |
4,0 |
140 |
14,0 |
320 |
8,0 |
150 |
13,0 |
330 |
11,0 |
160 |
22,0 |
340 |
7,0 |
170 |
17,0 |
350 |
11,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A06 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
58 van 60 |
|
STADSKANAAL 102,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
STADSKANAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
006E57 10,6 / 52N59 21,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
102,9 MHz |
|
ERP |
4,898 kW |
|
ERPmax |
4,898 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
22,0 |
10 |
0,0 |
190 |
21,0 |
20 |
5,1 |
200 |
20,0 |
30 |
5,1 |
210 |
19,0 |
40 |
3,5 |
220 |
17,5 |
50 |
3,5 |
230 |
16,0 |
60 |
13,0 |
240 |
14,0 |
70 |
14,0 |
250 |
12,0 |
80 |
12,5 |
260 |
11,5 |
90 |
13,0 |
270 |
11,5 |
100 |
14,0 |
280 |
11,5 |
110 |
15,0 |
290 |
9,0 |
120 |
16,0 |
300 |
8,0 |
130 |
18,0 |
310 |
8,0 |
140 |
22,0 |
320 |
8,0 |
150 |
27,5 |
330 |
0,0 |
160 |
27,5 |
340 |
0,0 |
170 |
23,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
---|---|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 36 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
SMILDE |
87,6 MHz |
44,668 kW |
LELYSTAD |
87,7 MHz |
114,815 kW |
UTRECHT |
87,8 MHz |
0,589 kW |
VUGHT |
87,9 MHz |
7,943 kW |
HILVERSUM |
88,1 MHz |
3,388 kW |
ALKMAAR |
88,1 MHz |
0,200 kW |
MAASTRICHT |
91,1 MHz |
1,585 kW |
TERNEUZEN |
93,0 MHz |
12,589 kW |
VLISSINGEN |
93,3 MHz |
0,692 kW |
AMSTERDAM |
103,6 MHz |
15,136 kW |
TJERKGAAST |
103,8 MHz |
10,000 kW |
GOES |
103,8 MHz |
1,000 kW |
ROTTERDAM |
103,8 MHz |
20,417 kW |
EMMEN |
103,8 MHz |
5,012 kW |
ENSCHEDE |
103,9 MHz |
1,000 kW |
HAARLEM |
104,0 MHz |
1,000 kW |
ARNHEM |
104,1 MHz |
102,329 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 36 |
|
SMILDE 87,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
177 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
87,6 MHz |
|
ERP |
44,668 kW |
|
ERPmax |
44,668 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
28,0 |
10 |
2,0 |
190 |
27,0 |
20 |
5,0 |
200 |
26,0 |
30 |
6,0 |
210 |
25,0 |
40 |
15,3 |
220 |
25,0 |
50 |
20,3 |
230 |
23,0 |
60 |
19,0 |
240 |
20,0 |
70 |
23,3 |
250 |
18,0 |
80 |
26,3 |
260 |
17,0 |
90 |
25,0 |
270 |
14,0 |
100 |
28,0 |
280 |
12,0 |
110 |
29,0 |
290 |
11,0 |
120 |
30,0 |
300 |
6,0 |
130 |
29,0 |
310 |
0,0 |
140 |
28,0 |
320 |
0,0 |
150 |
28,0 |
330 |
0,0 |
160 |
28,0 |
340 |
0,0 |
170 |
28,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
95 dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 36 |
|
LELYSTAD 87,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LELYSTAD |
|
Lengte/breedtegraad |
005E26 16,4 / 52N31 34,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
158 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
87,7 MHz |
|
ERP |
114,815 kW |
|
ERPmax |
114,815 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
5,0 |
180 |
15,0 |
10 |
8,0 |
190 |
14,0 |
20 |
12,0 |
200 |
13,0 |
30 |
15,0 |
210 |
13,0 |
40 |
15,0 |
220 |
11,0 |
50 |
15,0 |
230 |
9,0 |
60 |
15,0 |
240 |
8,0 |
70 |
15,0 |
250 |
7,0 |
80 |
15,0 |
260 |
3,0 |
90 |
13,0 |
270 |
4,0 |
100 |
13,0 |
280 |
1,0 |
110 |
13,0 |
290 |
0,0 |
120 |
13,0 |
300 |
0,0 |
130 |
13,0 |
310 |
0,0 |
140 |
13,6 |
320 |
0,0 |
150 |
13,6 |
330 |
0,0 |
160 |
14,0 |
340 |
3,0 |
170 |
15,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 36 |
|
UTRECHT 87,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
UTRECHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E06 21,1 / 52N05 24,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
78 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
3 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
87,8 MHz |
|
ERP |
0,589 kW |
|
ERPmax |
0,589 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
6,0 |
10 |
0,0 |
190 |
6,0 |
20 |
0,0 |
200 |
6,0 |
30 |
0,0 |
210 |
6,0 |
40 |
0,0 |
220 |
6,0 |
50 |
2,0 |
230 |
6,0 |
60 |
5,0 |
240 |
6,0 |
70 |
10,0 |
250 |
6,0 |
80 |
13,0 |
260 |
5,0 |
90 |
13,0 |
270 |
4,0 |
100 |
14,0 |
280 |
2,0 |
110 |
14,0 |
290 |
0,0 |
120 |
13,0 |
300 |
0,0 |
130 |
11,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,0 |
330 |
0,0 |
160 |
8,0 |
340 |
0,0 |
170 |
7,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 36 |
|
VUGHT 87,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VUGHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E17 47,3 / 51N39 54,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
6 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
87,9 MHz |
|
ERP |
7,943 kW |
|
ERPmax |
7,943 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
12,0 |
10 |
3,0 |
190 |
12,2 |
20 |
6,0 |
200 |
13,0 |
30 |
8,0 |
210 |
17,3 |
40 |
9,0 |
220 |
19,3 |
50 |
13,0 |
230 |
19,5 |
60 |
11,0 |
240 |
22,0 |
70 |
8,0 |
250 |
23,0 |
80 |
8,0 |
260 |
23,0 |
90 |
11,1 |
270 |
19,0 |
100 |
12,1 |
280 |
17,0 |
110 |
10,0 |
290 |
4,2 |
120 |
11,4 |
300 |
2,0 |
130 |
11,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
0,0 |
150 |
16,0 |
330 |
0,0 |
160 |
14,6 |
340 |
0,0 |
170 |
12,5 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 36 |
|
HILVERSUM 88,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
174 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,1 MHz |
|
ERP |
3,388 kW |
|
ERPmax |
3,388 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
6,0 |
180 |
5,0 |
10 |
6,0 |
190 |
5,0 |
20 |
13,0 |
200 |
5,0 |
30 |
15,0 |
210 |
7,0 |
40 |
15,0 |
220 |
5,0 |
50 |
15,0 |
230 |
0,0 |
60 |
15,0 |
240 |
0,0 |
70 |
15,0 |
250 |
0,0 |
80 |
14,0 |
260 |
5,0 |
90 |
14,0 |
270 |
2,0 |
100 |
14,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
11,0 |
300 |
0,0 |
130 |
10,0 |
310 |
0,0 |
140 |
8,0 |
320 |
0,0 |
150 |
7,0 |
330 |
0,0 |
160 |
6,0 |
340 |
0,0 |
170 |
5,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
90 dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 36 |
|
ALKMAAR 88,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALKMAAR |
|
Lengte/breedtegraad |
004E46 03,4 / 52N37 03,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
39 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,1 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
6,0 |
180 |
6,0 |
10 |
6,0 |
190 |
6,0 |
20 |
6,0 |
200 |
6,0 |
30 |
6,0 |
210 |
6,0 |
40 |
6,0 |
220 |
6,0 |
50 |
6,0 |
230 |
3,0 |
60 |
6,0 |
240 |
0,0 |
70 |
6,0 |
250 |
0,0 |
80 |
6,0 |
260 |
0,0 |
90 |
6,0 |
270 |
0,0 |
100 |
6,0 |
280 |
0,0 |
110 |
6,0 |
290 |
0,0 |
120 |
6,0 |
300 |
0,0 |
130 |
9,0 |
310 |
0,0 |
140 |
9,0 |
320 |
0,0 |
150 |
9,0 |
330 |
0,0 |
160 |
9,0 |
340 |
0,0 |
170 |
9,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 36 |
|
MAASTRICHT 91,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MAASTRICHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E39 33,7 / 50N50 25,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
75 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
83 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,1 MHz |
|
ERP |
1,585 kW |
|
ERPmax |
1,585 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,7 |
180 |
5,0 |
10 |
4,7 |
190 |
9,0 |
20 |
4,7 |
200 |
9,0 |
30 |
4,9 |
210 |
5,0 |
40 |
3,5 |
220 |
4,0 |
50 |
2,0 |
230 |
4,0 |
60 |
1,5 |
240 |
7,0 |
70 |
0,5 |
250 |
10,0 |
80 |
0,0 |
260 |
10,0 |
90 |
0,0 |
270 |
10,0 |
100 |
3,0 |
280 |
10,0 |
110 |
6,0 |
290 |
10,0 |
120 |
10,0 |
300 |
9,0 |
130 |
14,0 |
310 |
7,0 |
140 |
14,0 |
320 |
4,0 |
150 |
9,0 |
330 |
1,0 |
160 |
5,0 |
340 |
0,0 |
170 |
5,0 |
350 |
4,7 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 36 |
|
TERNEUZEN 93,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TERNEUZEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E51 36,6 / 51N13 24,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
80 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,0 MHz |
|
ERP |
12,589 kW |
|
ERPmax |
12,589 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
18,0 |
10 |
0,0 |
190 |
17,0 |
20 |
0,0 |
200 |
17,0 |
30 |
1,0 |
210 |
23,0 |
40 |
2,0 |
220 |
23,0 |
50 |
4,0 |
230 |
16,0 |
60 |
8,0 |
240 |
11,0 |
70 |
11,0 |
250 |
10,0 |
80 |
10,0 |
260 |
8,0 |
90 |
10,0 |
270 |
7,0 |
100 |
14,0 |
280 |
8,0 |
110 |
15,0 |
290 |
8,0 |
120 |
14,0 |
300 |
1,0 |
130 |
16,0 |
310 |
0,0 |
140 |
18,0 |
320 |
0,0 |
150 |
21,0 |
330 |
0,0 |
160 |
19,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 36 |
|
VLISSINGEN 93,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VLISSINGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E33 53,1 / 51N26 45,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,3 MHz |
|
ERP |
0,692 kW |
|
ERPmax |
0,692 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
0,0 |
10 |
4,0 |
190 |
0,0 |
20 |
4,0 |
200 |
3,0 |
30 |
5,0 |
210 |
3,0 |
40 |
5,0 |
220 |
3,0 |
50 |
5,0 |
230 |
12,1 |
60 |
4,0 |
240 |
16,0 |
70 |
10,0 |
250 |
16,0 |
80 |
10,0 |
260 |
0,8 |
90 |
0,0 |
270 |
0,8 |
100 |
0,1 |
280 |
0,1 |
110 |
0,0 |
290 |
0,5 |
120 |
3,0 |
300 |
0,5 |
130 |
6,0 |
310 |
0,0 |
140 |
8,0 |
320 |
0,0 |
150 |
6,0 |
330 |
0,0 |
160 |
6,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 36 |
|
AMSTERDAM 103,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,5 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
135 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,6 MHz |
|
ERP |
15,136 kW |
|
ERPmax |
15,136 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
13,0 |
10 |
7,0 |
190 |
9,0 |
20 |
11,0 |
200 |
8,0 |
30 |
17,0 |
210 |
4,0 |
40 |
20,0 |
220 |
8,0 |
50 |
25,0 |
230 |
10,0 |
60 |
26,0 |
240 |
6,0 |
70 |
28,0 |
250 |
6,0 |
80 |
30,0 |
260 |
5,0 |
90 |
32,0 |
270 |
5,0 |
100 |
32,0 |
280 |
4,0 |
110 |
32,0 |
290 |
2,0 |
120 |
32,0 |
300 |
0,0 |
130 |
32,0 |
310 |
0,0 |
140 |
32,0 |
320 |
0,0 |
150 |
25,0 |
330 |
0,0 |
160 |
20,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
99 dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 36 |
|
TJERKGAAST 103,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TJERKGAAST |
|
Lengte/breedtegraad |
005E41 55,9 / 52N54 32,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
120 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,8 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
12,0 |
10 |
0,0 |
190 |
12,0 |
20 |
0,0 |
200 |
13,0 |
30 |
6,0 |
210 |
15,0 |
40 |
10,0 |
220 |
15,0 |
50 |
11,0 |
230 |
15,0 |
60 |
12,0 |
240 |
14,0 |
70 |
12,0 |
250 |
10,0 |
80 |
12,0 |
260 |
6,0 |
90 |
12,0 |
270 |
3,0 |
100 |
12,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
12,0 |
320 |
0,0 |
150 |
12,0 |
330 |
0,0 |
160 |
13,0 |
340 |
0,0 |
170 |
13,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 36 |
|
GOES 103,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
GOES |
|
Lengte/breedtegraad |
003E53 04,2 / 51N30 38,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
103 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,8 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
21,0 |
10 |
3,0 |
190 |
25,0 |
20 |
8,0 |
200 |
25,0 |
30 |
13,0 |
210 |
21,0 |
40 |
17,0 |
220 |
15,0 |
50 |
13,0 |
230 |
7,0 |
60 |
7,0 |
240 |
3,0 |
70 |
3,0 |
250 |
0,0 |
80 |
3,0 |
260 |
0,0 |
90 |
8,0 |
270 |
0,0 |
100 |
13,0 |
280 |
1,0 |
110 |
14,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
19,0 |
310 |
0,0 |
140 |
14,0 |
320 |
0,0 |
150 |
15,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
17,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 36 |
|
ROTTERDAM 103,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
158 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,8 MHz |
|
ERP |
20,417 kW |
|
ERPmax |
20,417 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
17,1 |
10 |
0,0 |
190 |
14,1 |
20 |
0,0 |
200 |
16,1 |
30 |
0,0 |
210 |
22,1 |
40 |
0,0 |
220 |
12,1 |
50 |
3,0 |
230 |
10,1 |
60 |
2,0 |
240 |
10,1 |
70 |
1,0 |
250 |
5,0 |
80 |
2,0 |
260 |
1,1 |
90 |
17,0 |
270 |
4,1 |
100 |
15,0 |
280 |
5,1 |
110 |
12,0 |
290 |
0,1 |
120 |
6,1 |
300 |
0,0 |
130 |
5,1 |
310 |
0,0 |
140 |
6,0 |
320 |
0,0 |
150 |
11,0 |
330 |
0,0 |
160 |
19,1 |
340 |
0,0 |
170 |
19,1 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
92 dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 36 |
|
EMMEN 103,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
EMMEN |
|
Lengte/breedtegraad |
006E56 17,0 / 52N47 33,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
25 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,8 MHz |
|
ERP |
5,012 kW |
|
ERPmax |
5,012 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
10,0 |
10 |
0,0 |
190 |
10,0 |
20 |
5,0 |
200 |
10,0 |
30 |
7,0 |
210 |
10,0 |
40 |
15,0 |
220 |
6,0 |
50 |
17,0 |
230 |
4,0 |
60 |
17,0 |
240 |
2,0 |
70 |
17,0 |
250 |
0,0 |
80 |
17,0 |
260 |
0,0 |
90 |
17,0 |
270 |
0,0 |
100 |
17,0 |
280 |
0,0 |
110 |
12,0 |
290 |
0,0 |
120 |
10,0 |
300 |
0,0 |
130 |
10,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
10,0 |
330 |
0,0 |
160 |
10,0 |
340 |
0,0 |
170 |
10,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 36 |
|
ENSCHEDE 103,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ENSCHEDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E51 29,7 / 52N13 19,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
45 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
27 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
103,9 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
9,0 |
180 |
2,0 |
10 |
8,0 |
190 |
1,0 |
20 |
7,0 |
200 |
0,0 |
30 |
9,0 |
210 |
0,0 |
40 |
11,0 |
220 |
0,0 |
50 |
14,0 |
230 |
0,0 |
60 |
14,0 |
240 |
0,0 |
70 |
20,0 |
250 |
0,0 |
80 |
20,0 |
260 |
0,0 |
90 |
20,0 |
270 |
0,0 |
100 |
21,0 |
280 |
0,0 |
110 |
24,0 |
290 |
0,0 |
120 |
16,0 |
300 |
0,0 |
130 |
15,0 |
310 |
0,0 |
140 |
13,0 |
320 |
0,0 |
150 |
11,0 |
330 |
0,0 |
160 |
8,0 |
340 |
1,0 |
170 |
4,0 |
350 |
5,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 36 |
|
HAARLEM 104,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HAARLEM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E40 10,9 / 52N23 17,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
85 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
104,0 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
10,0 |
180 |
0,0 |
10 |
16,0 |
190 |
0,0 |
20 |
19,0 |
200 |
0,0 |
30 |
19,0 |
210 |
0,0 |
40 |
20,0 |
220 |
0,0 |
50 |
20,0 |
230 |
0,0 |
60 |
17,0 |
240 |
0,0 |
70 |
15,0 |
250 |
0,0 |
80 |
15,0 |
260 |
0,0 |
90 |
11,0 |
270 |
0,0 |
100 |
8,0 |
280 |
0,0 |
110 |
5,0 |
290 |
0,0 |
120 |
4,0 |
300 |
0,0 |
130 |
2,0 |
310 |
0,0 |
140 |
1,0 |
320 |
0,0 |
150 |
1,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
1,0 |
170 |
0,0 |
350 |
5,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A07 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 36 |
|
ARNHEM 104,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
128 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
104,1 MHz |
|
ERP |
102,329 kW |
|
ERPmax |
102,329 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C7-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
3,0 |
10 |
2,0 |
190 |
3,0 |
20 |
2,0 |
200 |
3,0 |
30 |
2,0 |
210 |
3,0 |
40 |
3,0 |
220 |
3,0 |
50 |
3,0 |
230 |
3,0 |
60 |
3,0 |
240 |
3,0 |
70 |
3,0 |
250 |
0,0 |
80 |
3,0 |
260 |
0,0 |
90 |
3,0 |
270 |
0,0 |
100 |
3,0 |
280 |
0,0 |
110 |
3,0 |
290 |
3,0 |
120 |
3,0 |
300 |
3,0 |
130 |
3,0 |
310 |
3,0 |
140 |
3,0 |
320 |
3,0 |
150 |
3,0 |
330 |
3,0 |
160 |
3,0 |
340 |
3,0 |
170 |
3,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
98 dBc |
Kavel |
A08 |
---|---|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 34 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
VLISSINGEN |
88,8 MHz |
0,891 kW |
MAASTRICHT |
88,9 MHz |
0,295 kW |
MIERLO |
89,7 MHz |
2,512 kW |
BREDA |
89,7 MHz |
1,585 kW |
NIJMEGEN |
89,8 MHz |
0,214 kW |
DEN HAAG |
90,3 MHz |
0,030 kW |
HOOGEZAND |
90,3 MHz |
4,898 kW |
HOORN |
90,4 MHz |
24,946 kW |
AMERSFOORT |
90,4 MHz |
0,501 kW |
HILVERSUM |
90,4 MHz |
0,048 kW |
SMILDE |
90,5 MHz |
14,125 kW |
ARNHEM |
90,5 MHz |
0,065 kW |
ROTTERDAM |
90,5 MHz |
14,126 kW |
ENSCHEDE |
90,7 MHz |
5,754 kW |
LOPIK |
90,7 MHz |
50,119 kW |
TERNEUZEN |
90,8 MHz |
2,000 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 34 |
|
VLISSINGEN 88,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VLISSINGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E33 53,1 / 51N26 45,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,8 MHz |
|
ERP |
0,891 kW |
|
ERPmax |
0,891 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
15,0 |
10 |
0,0 |
190 |
15,0 |
20 |
0,0 |
200 |
15,0 |
30 |
0,0 |
210 |
15,0 |
40 |
0,0 |
220 |
15,0 |
50 |
0,0 |
230 |
15,0 |
60 |
0,0 |
240 |
15,0 |
70 |
0,0 |
250 |
15,0 |
80 |
0,5 |
260 |
15,0 |
90 |
2,5 |
270 |
14,0 |
100 |
6,5 |
280 |
12,0 |
110 |
10,0 |
290 |
9,0 |
120 |
12,0 |
300 |
7,5 |
130 |
13,0 |
310 |
5,5 |
140 |
15,5 |
320 |
3,5 |
150 |
15,0 |
330 |
2,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
16,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 34 |
|
MAASTRICHT 88,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MAASTRICHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E39 33,7 / 50N50 25,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
65 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
83 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,9 MHz |
|
ERP |
0,295 kW |
|
ERPmax |
0,295 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
12,0 |
10 |
0,0 |
190 |
12,0 |
20 |
3,0 |
200 |
12,0 |
30 |
7,0 |
210 |
12,0 |
40 |
10,0 |
220 |
12,0 |
50 |
9,0 |
230 |
12,0 |
60 |
9,0 |
240 |
10,3 |
70 |
6,0 |
250 |
10,3 |
80 |
6,0 |
260 |
10,0 |
90 |
6,0 |
270 |
10,0 |
100 |
6,0 |
280 |
10,0 |
110 |
6,5 |
290 |
10,0 |
120 |
6,5 |
300 |
10,4 |
130 |
7,0 |
310 |
10,1 |
140 |
12,0 |
320 |
7,0 |
150 |
12,0 |
330 |
7,0 |
160 |
12,0 |
340 |
3,0 |
170 |
12,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 34 |
|
MIERLO 89,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MIERLO |
|
Lengte/breedtegraad |
005E36 17,3 / 51N26 16,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
94 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
21 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,7 MHz |
|
ERP |
2,512 kW |
|
ERPmax |
2,512 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,5 |
180 |
16,5 |
10 |
7,5 |
190 |
18,5 |
20 |
7,5 |
200 |
22,5 |
30 |
8,5 |
210 |
15,5 |
40 |
11,5 |
220 |
13,5 |
50 |
21,5 |
230 |
13,5 |
60 |
31,5 |
240 |
16,5 |
70 |
26,5 |
250 |
14,5 |
80 |
21,5 |
260 |
8,5 |
90 |
10,5 |
270 |
5,0 |
100 |
7,5 |
280 |
2,5 |
110 |
6,5 |
290 |
1,0 |
120 |
6,5 |
300 |
0,0 |
130 |
7,5 |
310 |
0,0 |
140 |
9,5 |
320 |
0,5 |
150 |
12,5 |
330 |
2,0 |
160 |
13,5 |
340 |
3,0 |
170 |
16,5 |
350 |
3,5 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 34 |
|
BREDA 89,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
BREDA |
|
Lengte/breedtegraad |
004E48 14,5 / 51N34 49,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
48 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,7 MHz |
|
ERP |
1,585 kW |
|
ERPmax |
1,585 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
6,0 |
10 |
0,0 |
190 |
7,0 |
20 |
0,0 |
200 |
10,0 |
30 |
0,0 |
210 |
13,0 |
40 |
2,0 |
220 |
13,0 |
50 |
5,0 |
230 |
10,7 |
60 |
10,0 |
240 |
9,0 |
70 |
15,8 |
250 |
7,0 |
80 |
14,9 |
260 |
4,0 |
90 |
10,0 |
270 |
2,0 |
100 |
7,0 |
280 |
1,3 |
110 |
5,0 |
290 |
1,8 |
120 |
5,0 |
300 |
1,8 |
130 |
5,0 |
310 |
1,5 |
140 |
5,0 |
320 |
0,0 |
150 |
5,8 |
330 |
0,0 |
160 |
5,0 |
340 |
0,0 |
170 |
5,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 34 |
|
NIJMEGEN 89,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
NIJMEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E48 54,1 / 51N50 31,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
85 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
10 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,8 MHz |
|
ERP |
0,214 kW |
|
ERPmax |
0,214 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
9,0 |
180 |
7,0 |
10 |
5,0 |
190 |
7,0 |
20 |
2,0 |
200 |
7,0 |
30 |
0,0 |
210 |
7,0 |
40 |
0,0 |
220 |
7,0 |
50 |
1,0 |
230 |
8,0 |
60 |
1,0 |
240 |
10,0 |
70 |
7,0 |
250 |
9,0 |
80 |
10,0 |
260 |
7,0 |
90 |
5,0 |
270 |
2,0 |
100 |
5,0 |
280 |
0,0 |
110 |
5,0 |
290 |
0,0 |
120 |
6,0 |
300 |
2,0 |
130 |
7,0 |
310 |
10,4 |
140 |
7,0 |
320 |
11,4 |
150 |
7,0 |
330 |
12,5 |
160 |
7,0 |
340 |
12,5 |
170 |
7,0 |
350 |
10,5 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 34 |
|
DEN HAAG 90,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
DEN HAAG |
|
Lengte/breedtegraad |
004E20 09,1 / 52N04 50,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
105 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,3 MHz |
|
ERP |
0,030 kW |
|
ERPmax |
0,030 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
18,0 |
10 |
0,0 |
190 |
18,0 |
20 |
0,0 |
200 |
21,0 |
30 |
0,0 |
210 |
20,0 |
40 |
0,0 |
220 |
18,0 |
50 |
0,0 |
230 |
18,0 |
60 |
0,0 |
240 |
15,0 |
70 |
0,0 |
250 |
14,0 |
80 |
0,0 |
260 |
13,0 |
90 |
0,0 |
270 |
12,0 |
100 |
1,0 |
280 |
9,1 |
110 |
4,0 |
290 |
9,1 |
120 |
6,2 |
300 |
3,0 |
130 |
6,2 |
310 |
1,0 |
140 |
8,0 |
320 |
0,0 |
150 |
10,0 |
330 |
0,0 |
160 |
15,0 |
340 |
0,0 |
170 |
15,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
62 dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 34 |
|
HOOGEZAND 90,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HOOGEZAND |
|
Lengte/breedtegraad |
006E45 27,1 / 53N08 28,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
90 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,3 MHz |
|
ERP |
4,898 kW |
|
ERPmax |
4,898 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
13,0 |
180 |
13,0 |
10 |
16,0 |
190 |
10,0 |
20 |
19,0 |
200 |
9,0 |
30 |
23,0 |
210 |
7,0 |
40 |
19,0 |
220 |
6,0 |
50 |
16,0 |
230 |
3,5 |
60 |
13,0 |
240 |
0,5 |
70 |
17,0 |
250 |
2,0 |
80 |
20,0 |
260 |
0,0 |
90 |
16,0 |
270 |
1,0 |
100 |
10,0 |
280 |
2,0 |
110 |
16,0 |
290 |
2,0 |
120 |
15,0 |
300 |
0,0 |
130 |
17,0 |
310 |
0,0 |
140 |
22,0 |
320 |
0,0 |
150 |
20,1 |
330 |
4,0 |
160 |
18,3 |
340 |
7,0 |
170 |
15,0 |
350 |
10,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 34 |
|
HOORN 90,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HOORN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E05 55,8 / 52N38 39,4 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
57 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,4 MHz |
|
ERP |
24,946 kW |
|
ERPmax |
24,946 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
25,0 |
10 |
4,0 |
190 |
25,0 |
20 |
9,0 |
200 |
23,0 |
30 |
14,0 |
210 |
25,0 |
40 |
16,0 |
220 |
23,0 |
50 |
17,0 |
230 |
20,0 |
60 |
18,0 |
240 |
15,0 |
70 |
20,0 |
250 |
13,0 |
80 |
25,0 |
260 |
10,0 |
90 |
24,0 |
270 |
6,0 |
100 |
26,0 |
280 |
4,0 |
110 |
27,0 |
290 |
3,0 |
120 |
28,0 |
300 |
3,0 |
130 |
27,0 |
310 |
0,0 |
140 |
27,0 |
320 |
0,0 |
150 |
27,0 |
330 |
0,0 |
160 |
26,0 |
340 |
0,0 |
170 |
25,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
86 dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 34 |
|
AMERSFOORT 90,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMERSFOORT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E24 54,0 / 52N09 13,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
36 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,4 MHz |
|
ERP |
0,501 kW |
|
ERPmax |
0,501 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
3,0 |
180 |
0,0 |
10 |
6,0 |
190 |
0,0 |
20 |
6,0 |
200 |
0,0 |
30 |
2,0 |
210 |
0,0 |
40 |
0,0 |
220 |
6,0 |
50 |
0,0 |
230 |
6,0 |
60 |
3,0 |
240 |
4,0 |
70 |
8,0 |
250 |
0,0 |
80 |
9,0 |
260 |
0,0 |
90 |
9,0 |
270 |
0,0 |
100 |
8,0 |
280 |
4,0 |
110 |
6,0 |
290 |
17,0 |
120 |
1,0 |
300 |
17,0 |
130 |
0,0 |
310 |
17,0 |
140 |
0,0 |
320 |
4,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 34 |
|
HILVERSUM 90,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
145 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,4 MHz |
|
ERP |
0,048 kW |
|
ERPmax |
0,048 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
1,4 |
200 |
0,0 |
30 |
2,4 |
210 |
0,0 |
40 |
4,4 |
220 |
0,0 |
50 |
6,1 |
230 |
0,0 |
60 |
7,0 |
240 |
0,0 |
70 |
8,0 |
250 |
0,0 |
80 |
8,0 |
260 |
0,0 |
90 |
8,0 |
270 |
0,0 |
100 |
8,0 |
280 |
0,0 |
110 |
8,0 |
290 |
0,0 |
120 |
8,0 |
300 |
0,0 |
130 |
8,0 |
310 |
0,0 |
140 |
5,0 |
320 |
0,0 |
150 |
3,0 |
330 |
0,0 |
160 |
2,0 |
340 |
0,0 |
170 |
1,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
76 dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 34 |
|
SMILDE 90,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
238 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,5 MHz |
|
ERP |
14,125 kW |
|
ERPmax |
14,125 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
13,0 |
180 |
25,0 |
10 |
16,0 |
190 |
22,0 |
20 |
19,0 |
200 |
19,0 |
30 |
22,0 |
210 |
16,0 |
40 |
26,0 |
220 |
13,0 |
50 |
26,0 |
230 |
10,0 |
60 |
26,0 |
240 |
6,0 |
70 |
26,0 |
250 |
3,0 |
80 |
17,0 |
260 |
0,0 |
90 |
14,0 |
270 |
0,0 |
100 |
15,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
15,0 |
300 |
0,0 |
130 |
15,0 |
310 |
0,0 |
140 |
16,0 |
320 |
1,0 |
150 |
19,0 |
330 |
4,0 |
160 |
22,0 |
340 |
7,0 |
170 |
25,0 |
350 |
10,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
88 dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 34 |
|
ARNHEM 90,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
140 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,5 MHz |
|
ERP |
0,065 kW |
|
ERPmax |
0,065 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Horizontaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
10,0 |
180 |
23,1 |
10 |
13,6 |
190 |
18,1 |
20 |
18,1 |
200 |
13,6 |
30 |
23,1 |
210 |
10,0 |
40 |
29,1 |
220 |
6,9 |
50 |
36,5 |
230 |
4,7 |
60 |
40,0 |
240 |
3,2 |
70 |
40,0 |
250 |
2,1 |
80 |
36,5 |
260 |
1,3 |
90 |
34,0 |
270 |
0,5 |
100 |
34,0 |
280 |
0,1 |
110 |
34,0 |
290 |
0,1 |
120 |
34,0 |
300 |
0,5 |
130 |
36,5 |
310 |
1,3 |
140 |
40,0 |
320 |
2,1 |
150 |
40,0 |
330 |
3,2 |
160 |
36,5 |
340 |
4,7 |
170 |
29,1 |
350 |
6,9 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
72 dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 34 |
|
ROTTERDAM 90,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
134 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,5 MHz |
|
ERP |
14,126 kW |
|
ERPmax Verticaal/Horizontaal |
7,063 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Mixed |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
26,0 |
10 |
0,0 |
190 |
24,0 |
20 |
0,0 |
200 |
24,0 |
30 |
2,4 |
210 |
23,0 |
40 |
5,7 |
220 |
22,0 |
50 |
7,5 |
230 |
22,0 |
60 |
9,0 |
240 |
21,4 |
70 |
11,0 |
250 |
13,7 |
80 |
12,0 |
260 |
11,9 |
90 |
13,0 |
270 |
10,6 |
100 |
14,0 |
280 |
8,9 |
110 |
16,8 |
290 |
6,9 |
120 |
18,0 |
300 |
4,0 |
130 |
20,0 |
310 |
3,0 |
140 |
25,6 |
320 |
2,0 |
150 |
26,7 |
330 |
1,0 |
160 |
29,0 |
340 |
0,0 |
170 |
29,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
90 dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 34 |
|
ENSCHEDE 90,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ENSCHEDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E51 29,7 / 52N13 19,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
27 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,7 MHz |
|
ERP |
5,754 kW |
|
ERPmax |
5,754 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
16,7 |
180 |
16,0 |
10 |
17,2 |
190 |
11,0 |
20 |
17,2 |
200 |
10,0 |
30 |
14,0 |
210 |
10,0 |
40 |
16,0 |
220 |
9,0 |
50 |
14,0 |
230 |
11,0 |
60 |
14,0 |
240 |
6,0 |
70 |
15,0 |
250 |
0,0 |
80 |
14,0 |
260 |
0,0 |
90 |
15,0 |
270 |
0,0 |
100 |
15,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
15,0 |
300 |
0,0 |
130 |
14,0 |
310 |
4,0 |
140 |
14,0 |
320 |
8,0 |
150 |
14,0 |
330 |
11,0 |
160 |
17,0 |
340 |
13,0 |
170 |
17,0 |
350 |
16,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 34 |
|
LOPIK 90,7 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOPIK |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 12,8 / 52N00 36,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
329 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,7 MHz |
|
ERP |
50,119 kW |
|
ERPmax |
50,119 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,2 |
180 |
25,7 |
10 |
3,2 |
190 |
22,6 |
20 |
6,1 |
200 |
22,0 |
30 |
10,0 |
210 |
22,0 |
40 |
13,0 |
220 |
22,0 |
50 |
24,0 |
230 |
16,0 |
60 |
24,0 |
240 |
16,0 |
70 |
12,0 |
250 |
14,0 |
80 |
9,0 |
260 |
11,0 |
90 |
12,0 |
270 |
9,0 |
100 |
23,0 |
280 |
6,0 |
110 |
23,0 |
290 |
3,0 |
120 |
23,0 |
300 |
1,0 |
130 |
30,0 |
310 |
1,4 |
140 |
30,0 |
320 |
0,0 |
150 |
30,0 |
330 |
0,0 |
160 |
29,0 |
340 |
0,0 |
170 |
28,0 |
350 |
0,4 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
86 dBc |
Kavel |
A08 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 34 |
|
TERNEUZEN 90,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TERNEUZEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E50 02,0 / 51N18 15,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
80 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,8 MHz |
|
ERP |
2,000 kW |
|
ERPmax |
2,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C8-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
3,0 |
10 |
0,0 |
190 |
3,0 |
20 |
0,0 |
200 |
3,0 |
30 |
0,0 |
210 |
6,0 |
40 |
1,0 |
220 |
18,0 |
50 |
3,0 |
230 |
25,0 |
60 |
3,0 |
240 |
10,0 |
70 |
3,0 |
250 |
6,0 |
80 |
5,0 |
260 |
6,0 |
90 |
6,0 |
270 |
10,0 |
100 |
3,0 |
280 |
10,0 |
110 |
3,0 |
290 |
6,0 |
120 |
6,0 |
300 |
3,0 |
130 |
20,0 |
310 |
0,0 |
140 |
23,0 |
320 |
0,0 |
150 |
23,0 |
330 |
0,0 |
160 |
23,0 |
340 |
0,0 |
170 |
23,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
---|---|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
Datum |
<datum> |
Aantal bladen |
1 van 52 |
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
---|---|---|
ARNHEM |
87,8 MHz |
0,490 kW |
APELDOORN |
88,2 MHz |
1,000 kW |
WIERINGERMEER |
88,3 MHz |
1,995 kW |
LOCHEM |
89,0 MHz |
3,236 kW |
ALKMAAR |
89,5 MHz |
53,703 kW |
UTRECHT |
89,5 MHz |
5,370 kW |
AMSTERDAM |
89,6 MHz |
0,037 kW |
LOON OP ZAND |
90,0 MHz |
16,596 kW |
VLISSINGEN |
90,0 MHz |
1,000 kW |
ROOSENDAAL |
90,2 MHz |
74,131 kW |
GOES |
90,5 MHz |
0,050 kW |
VENLO |
91,9 MHz |
1,148 kW |
IJMUIDEN |
92,0 MHz |
0,200 kW |
HULSBERG |
92,1 MHz |
10,000 kW |
HAARLEM |
93,8 MHz |
0,891 kW |
SMILDE |
94,2 MHz |
1,000 kW |
MIERLO |
94,9 MHz |
11,482 kW |
AMERSFOORT |
95,0 MHz |
2,239 kW |
NIJMEGEN |
95,0 MHz |
3,802 kW |
ZWOLLE |
97,6 MHz |
0,794 kW |
TJERKGAAST |
99,1 MHz |
10,000 kW |
HOOGEZAND |
99,1 MHz |
3,311 kW |
ENSCHEDE |
99,1 MHz |
15,849 kW |
HILVERSUM |
104,4 MHz |
47,863 kW |
ROTTERDAM |
104,6 MHz |
87,096 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van deze bijlage zijn, indien noodzakelijk, aanvullende restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108–118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling van de gehele zendinstallatie in de luchtvaartband dient minimaal te voldoen aan ITU-R SM.1009-1, daarbij wordt voor de verticale apertuur uitgegaan van de waarden zoals vermeld in ITU-R SM.1009-1. Indien er een waarde voor de onderdrukking van ongewenste uitstraling in dBc is opgegeven dan geldt deze aanvullende eis voor de gehele zendinstallatie.
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
2 van 52 |
|
ARNHEM 87,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ARNHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E52 33,5 / 51N59 10,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
128 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
41 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
87,8 MHz |
|
ERP |
0,490 kW |
|
ERPmax |
0,490 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
10,0 |
180 |
23,0 |
10 |
5,0 |
190 |
0,0 |
20 |
0,0 |
200 |
0,0 |
30 |
7,0 |
210 |
2,0 |
40 |
7,0 |
220 |
4,0 |
50 |
4,0 |
230 |
2,0 |
60 |
3,0 |
240 |
0,0 |
70 |
3,0 |
250 |
0,0 |
80 |
3,0 |
260 |
0,0 |
90 |
3,0 |
270 |
5,0 |
100 |
13,0 |
280 |
7,0 |
110 |
20,0 |
290 |
8,0 |
120 |
20,0 |
300 |
8,0 |
130 |
16,0 |
310 |
9,0 |
140 |
13,0 |
320 |
9,0 |
150 |
14,0 |
330 |
10,0 |
160 |
16,0 |
340 |
10,0 |
170 |
23,0 |
350 |
10,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
4 van 52 |
|
APELDOORN 88,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
APELDOORN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E53 47,6 / 52N10 05,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
78 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,2 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
2,0 |
180 |
20,0 |
10 |
2,0 |
190 |
20,0 |
20 |
0,0 |
200 |
20,0 |
30 |
0,0 |
210 |
20,0 |
40 |
0,0 |
220 |
0,0 |
50 |
0,0 |
230 |
0,0 |
60 |
0,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
8,0 |
280 |
0,0 |
110 |
6,0 |
290 |
0,0 |
120 |
6,0 |
300 |
0,0 |
130 |
2,0 |
310 |
0,0 |
140 |
2,0 |
320 |
0,0 |
150 |
2,0 |
330 |
0,0 |
160 |
23,0 |
340 |
0,0 |
170 |
20,0 |
350 |
2,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
6 van 52 |
|
WIERINGERMEER 88,3 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
WIERINGERMEER |
|
Lengte/breedtegraad |
005E03 29,9 / 52N54 30,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
172 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
88,3 MHz |
|
ERP |
1,995 kW |
|
ERPmax |
1,995 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
9,0 |
10 |
3,0 |
190 |
11,0 |
20 |
3,0 |
200 |
13,0 |
30 |
3,0 |
210 |
11,0 |
40 |
5,0 |
220 |
4,0 |
50 |
7,0 |
230 |
0,0 |
60 |
11,0 |
240 |
0,0 |
70 |
15,0 |
250 |
0,0 |
80 |
18,0 |
260 |
0,0 |
90 |
15,0 |
270 |
0,0 |
100 |
14,0 |
280 |
0,0 |
110 |
13,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
12,0 |
310 |
0,0 |
140 |
9,0 |
320 |
0,0 |
150 |
9,0 |
330 |
0,0 |
160 |
9,0 |
340 |
0,0 |
170 |
9,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
8 van 52 |
|
LOCHEM 89,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOCHEM |
|
Lengte/breedtegraad |
006E25 43,4 / 52N09 53,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
13 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,0 MHz |
|
ERP |
3,236 kW |
|
ERPmax |
3,236 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,0 |
180 |
10,0 |
10 |
8,0 |
190 |
11,0 |
20 |
9,0 |
200 |
10,0 |
30 |
13,0 |
210 |
11,0 |
40 |
13,0 |
220 |
16,0 |
50 |
14,0 |
230 |
18,0 |
60 |
15,0 |
240 |
18,0 |
70 |
10,0 |
250 |
16,0 |
80 |
8,0 |
260 |
4,0 |
90 |
7,0 |
270 |
0,0 |
100 |
7,0 |
280 |
0,0 |
110 |
7,0 |
290 |
0,0 |
120 |
6,0 |
300 |
0,0 |
130 |
8,0 |
310 |
0,0 |
140 |
14,0 |
320 |
0,0 |
150 |
11,0 |
330 |
0,0 |
160 |
10,0 |
340 |
0,0 |
170 |
10,0 |
350 |
4,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
10 van 52 |
|
ALKMAAR 89,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ALKMAAR |
|
Lengte/breedtegraad |
004E46 03,4 / 52N37 03,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
39 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,5 MHz |
|
ERP |
53,703 kW |
|
ERPmax |
53,703 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
25,7 |
10 |
0,0 |
190 |
24,7 |
20 |
0,0 |
200 |
23,7 |
30 |
0,0 |
210 |
20,7 |
40 |
0,7 |
220 |
18,7 |
50 |
3,7 |
230 |
16,7 |
60 |
5,7 |
240 |
17,7 |
70 |
7,7 |
250 |
10,7 |
80 |
9,7 |
260 |
6,7 |
90 |
6,7 |
270 |
4,7 |
100 |
8,7 |
280 |
2,7 |
110 |
10,7 |
290 |
0,7 |
120 |
12,7 |
300 |
3,7 |
130 |
14,7 |
310 |
0,0 |
140 |
16,7 |
320 |
0,0 |
150 |
18,7 |
330 |
0,0 |
160 |
20,7 |
340 |
0,0 |
170 |
20,7 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
91 dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
12 van 52 |
|
UTRECHT 89,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
UTRECHT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E06 21,1 / 52N05 24,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
82 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
3 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,5 MHz |
|
ERP |
5,370 kW |
|
ERPmax |
5,370 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
21,0 |
10 |
2,0 |
190 |
23,0 |
20 |
7,0 |
200 |
23,0 |
30 |
7,0 |
210 |
23,0 |
40 |
7,0 |
220 |
23,0 |
50 |
7,0 |
230 |
19,0 |
60 |
12,0 |
240 |
17,0 |
70 |
16,0 |
250 |
15,0 |
80 |
16,0 |
260 |
15,0 |
90 |
15,0 |
270 |
15,0 |
100 |
12,0 |
280 |
10,0 |
110 |
5,0 |
290 |
5,0 |
120 |
5,0 |
300 |
2,0 |
130 |
10,0 |
310 |
3,0 |
140 |
5,0 |
320 |
0,0 |
150 |
5,0 |
330 |
0,0 |
160 |
7,0 |
340 |
0,0 |
170 |
7,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
14 van 52 |
|
AMSTERDAM 89,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMSTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E53 14,5 / 52N20 11,0 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
132 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
89,6 MHz |
|
ERP |
0,037 kW |
|
ERPmax |
0,037 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-1 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Nee, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
4,0 |
10 |
0,0 |
190 |
3,0 |
20 |
0,0 |
200 |
2,0 |
30 |
0,0 |
210 |
5,0 |
40 |
0,0 |
220 |
10,0 |
50 |
4,0 |
230 |
10,0 |
60 |
4,0 |
240 |
1,0 |
70 |
0,0 |
250 |
1,0 |
80 |
0,0 |
260 |
1,0 |
90 |
0,0 |
270 |
1,0 |
100 |
0,0 |
280 |
1,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
2,0 |
130 |
0,0 |
310 |
2,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
2,0 |
330 |
0,0 |
160 |
2,0 |
340 |
0,0 |
170 |
2,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
16 van 52 |
|
LOON OP ZAND 90,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
LOON OP ZAND |
|
Lengte/breedtegraad |
005E04 37,4 / 51N36 26,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
120 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,0 MHz |
|
ERP |
16,596 kW |
|
ERPmax |
16,596 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
24,0 |
10 |
3,0 |
190 |
24,0 |
20 |
7,0 |
200 |
24,0 |
30 |
13,0 |
210 |
25,0 |
40 |
16,0 |
220 |
22,0 |
50 |
19,0 |
230 |
22,0 |
60 |
21,0 |
240 |
21,0 |
70 |
25,0 |
250 |
21,0 |
80 |
25,0 |
260 |
18,0 |
90 |
25,0 |
270 |
11,0 |
100 |
25,0 |
280 |
6,0 |
110 |
24,0 |
290 |
4,0 |
120 |
24,0 |
300 |
1,0 |
130 |
23,0 |
310 |
3,0 |
140 |
38,0 |
320 |
1,0 |
150 |
40,0 |
330 |
0,0 |
160 |
42,0 |
340 |
0,0 |
170 |
49,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
18 van 52 |
|
VLISSINGEN 90,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VLISSINGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
003E33 53,1 / 51N26 45,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,0 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
13,0 |
10 |
0,0 |
190 |
13,0 |
20 |
0,0 |
200 |
15,0 |
30 |
0,0 |
210 |
17,0 |
40 |
0,0 |
220 |
19,0 |
50 |
0,0 |
230 |
20,0 |
60 |
0,0 |
240 |
20,0 |
70 |
0,0 |
250 |
21,0 |
80 |
0,0 |
260 |
21,0 |
90 |
0,0 |
270 |
20,0 |
100 |
0,0 |
280 |
17,0 |
110 |
0,0 |
290 |
14,0 |
120 |
0,0 |
300 |
11,0 |
130 |
0,0 |
310 |
9,0 |
140 |
2,0 |
320 |
5,0 |
150 |
6,0 |
330 |
2,0 |
160 |
11,0 |
340 |
0,0 |
170 |
13,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
20 van 52 |
|
ROOSENDAAL 90,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROOSENDAAL |
|
Lengte/breedtegraad |
004E27 40,2 / 51N31 23,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
99 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,2 MHz |
|
ERP |
74,131 kW |
|
ERPmax |
74,131 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
16,3 |
10 |
0,0 |
190 |
16,3 |
20 |
0,0 |
200 |
16,3 |
30 |
0,0 |
210 |
16,3 |
40 |
1,3 |
220 |
14,3 |
50 |
6,3 |
230 |
13,3 |
60 |
9,3 |
240 |
8,3 |
70 |
12,3 |
250 |
5,3 |
80 |
13,3 |
260 |
5,3 |
90 |
13,3 |
270 |
3,3 |
100 |
14,3 |
280 |
3,3 |
110 |
14,3 |
290 |
1,3 |
120 |
16,3 |
300 |
0,0 |
130 |
15,3 |
310 |
0,0 |
140 |
15,3 |
320 |
0,0 |
150 |
16,3 |
330 |
0,0 |
160 |
16,3 |
340 |
0,0 |
170 |
16,3 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
94 dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
22 van 52 |
|
GOES 90,5 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
GOES |
|
Lengte/breedtegraad |
003E53 04,2 / 51N30 38,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
100 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
90,5 MHz |
|
ERP |
0,050 kW |
|
ERPmax |
0,050 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-2 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
4,0 |
180 |
16,0 |
10 |
8,0 |
190 |
22,0 |
20 |
12,0 |
200 |
28,0 |
30 |
13,0 |
210 |
22,0 |
40 |
13,0 |
220 |
24,0 |
50 |
11,0 |
230 |
18,0 |
60 |
7,0 |
240 |
23,0 |
70 |
4,0 |
250 |
17,0 |
80 |
3,0 |
260 |
12,0 |
90 |
6,0 |
270 |
7,0 |
100 |
9,0 |
280 |
3,0 |
110 |
11,0 |
290 |
0,0 |
120 |
14,0 |
300 |
0,0 |
130 |
20,0 |
310 |
0,0 |
140 |
17,0 |
320 |
0,0 |
150 |
14,0 |
330 |
0,0 |
160 |
12,0 |
340 |
0,0 |
170 |
12,0 |
350 |
1,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
24 van 52 |
|
VENLO 91,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
VENLO |
|
Lengte/breedtegraad |
006E11 18,1 / 51N21 36,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
35 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
42 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
91,9 MHz |
|
ERP |
1,148 kW |
|
ERPmax |
1,148 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
14,6 |
10 |
0,0 |
190 |
2,6 |
20 |
0,0 |
200 |
2,6 |
30 |
4,0 |
210 |
5,6 |
40 |
8,6 |
220 |
5,6 |
50 |
10,6 |
230 |
5,6 |
60 |
8,6 |
240 |
4,6 |
70 |
4,6 |
250 |
0,6 |
80 |
2,6 |
260 |
5,6 |
90 |
1,6 |
270 |
7,0 |
100 |
5,6 |
280 |
9,0 |
110 |
5,6 |
290 |
15,0 |
120 |
5,6 |
300 |
6,6 |
130 |
5,6 |
310 |
3,6 |
140 |
1,6 |
320 |
0,0 |
150 |
0,6 |
330 |
0,0 |
160 |
2,0 |
340 |
0,0 |
170 |
14,6 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
26 van 52 |
|
IJMUIDEN 92,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
IJMUIDEN |
|
Lengte/breedtegraad |
004E38 08,9 / 52N27 16,9 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
92,0 MHz |
|
ERP |
0,200 kW |
|
ERPmax |
0,200 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
9,0 |
10 |
0,0 |
190 |
9,0 |
20 |
1,0 |
200 |
9,0 |
30 |
2,0 |
210 |
9,0 |
40 |
3,0 |
220 |
9,0 |
50 |
4,0 |
230 |
8,0 |
60 |
5,0 |
240 |
7,0 |
70 |
6,0 |
250 |
6,0 |
80 |
7,0 |
260 |
5,0 |
90 |
7,0 |
270 |
4,0 |
100 |
8,0 |
280 |
3,0 |
110 |
8,0 |
290 |
2,0 |
120 |
9,0 |
300 |
1,0 |
130 |
9,0 |
310 |
0,0 |
140 |
9,0 |
320 |
0,0 |
150 |
9,0 |
330 |
0,0 |
160 |
9,0 |
340 |
0,0 |
170 |
9,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
28 van 52 |
|
HULSBERG 92,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HULSBERG |
|
Lengte/breedtegraad |
005E50 47,8 / 50N52 30,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
92 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
125 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
92,1 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-3 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
0,0 |
10 |
0,0 |
190 |
0,0 |
20 |
3,0 |
200 |
0,0 |
30 |
3,0 |
210 |
0,0 |
40 |
3,0 |
220 |
0,0 |
50 |
3,0 |
230 |
0,0 |
60 |
3,0 |
240 |
0,0 |
70 |
0,0 |
250 |
0,0 |
80 |
0,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
0,0 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
0,0 |
160 |
0,0 |
340 |
0,0 |
170 |
0,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
91 dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
30 van 52 |
|
HAARLEM 93,8 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HAARLEM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E40 10,9 / 52N23 17,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
85 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
93,8 MHz |
|
ERP |
0,891 kW |
|
ERPmax |
0,891 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
24,0 |
180 |
23,0 |
10 |
24,0 |
190 |
23,0 |
20 |
24,0 |
200 |
20,0 |
30 |
24,0 |
210 |
17,0 |
40 |
23,0 |
220 |
14,0 |
50 |
23,0 |
230 |
11,0 |
60 |
23,0 |
240 |
7,0 |
70 |
23,0 |
250 |
3,0 |
80 |
23,0 |
260 |
0,0 |
90 |
23,0 |
270 |
0,0 |
100 |
23,0 |
280 |
0,0 |
110 |
23,0 |
290 |
0,0 |
120 |
23,0 |
300 |
3,0 |
130 |
23,0 |
310 |
7,0 |
140 |
23,0 |
320 |
11,0 |
150 |
23,0 |
330 |
17,0 |
160 |
23,0 |
340 |
20,0 |
170 |
23,0 |
350 |
23,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
32 van 52 |
|
SMILDE 94,2 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
SMILDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E24 12,8 / 52N54 10,2 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
254 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
12 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
94,2 MHz |
|
ERP |
1,000 kW |
|
ERPmax |
1,000 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
3,0 |
10 |
0,0 |
190 |
5,0 |
20 |
0,0 |
200 |
5,0 |
30 |
1,6 |
210 |
6,0 |
40 |
0,0 |
220 |
8,0 |
50 |
0,0 |
230 |
11,0 |
60 |
0,0 |
240 |
12,5 |
70 |
7,0 |
250 |
10,0 |
80 |
1,0 |
260 |
15,0 |
90 |
0,0 |
270 |
15,3 |
100 |
0,0 |
280 |
15,3 |
110 |
2,0 |
290 |
15,3 |
120 |
9,0 |
300 |
15,3 |
130 |
13,0 |
310 |
0,0 |
140 |
19,0 |
320 |
0,0 |
150 |
20,0 |
330 |
0,0 |
160 |
17,0 |
340 |
0,0 |
170 |
12,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
34 van 52 |
|
MIERLO 94,9 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
MIERLO |
|
Lengte/breedtegraad |
005E36 17,3 / 51N26 16,7 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
94 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
21 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
94,9 MHz |
|
ERP |
11,482 kW |
|
ERPmax |
11,482 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
25,0 |
10 |
0,0 |
190 |
25,0 |
20 |
0,0 |
200 |
25,0 |
30 |
4,0 |
210 |
27,0 |
40 |
7,0 |
220 |
26,0 |
50 |
10,0 |
230 |
22,0 |
60 |
14,0 |
240 |
18,0 |
70 |
18,0 |
250 |
15,0 |
80 |
18,0 |
260 |
11,0 |
90 |
21,0 |
270 |
8,0 |
100 |
23,0 |
280 |
2,0 |
110 |
24,0 |
290 |
4,0 |
120 |
25,0 |
300 |
3,0 |
130 |
25,0 |
310 |
0,0 |
140 |
26,0 |
320 |
0,0 |
150 |
25,0 |
330 |
0,0 |
160 |
28,0 |
340 |
0,0 |
170 |
27,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
36 van 52 |
|
AMERSFOORT 95,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
AMERSFOORT |
|
Lengte/breedtegraad |
005E21 51,5 / 52N08 37,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
44 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,0 MHz |
|
ERP |
2,239 kW |
|
ERPmax |
2,239 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,1 |
180 |
2,0 |
10 |
0,0 |
190 |
5,5 |
20 |
0,0 |
200 |
5,5 |
30 |
0,0 |
210 |
10,5 |
40 |
0,0 |
220 |
10,5 |
50 |
0,0 |
230 |
6,5 |
60 |
12,0 |
240 |
7,0 |
70 |
12,0 |
250 |
6,0 |
80 |
2,0 |
260 |
5,1 |
90 |
4,5 |
270 |
3,0 |
100 |
4,0 |
280 |
4,0 |
110 |
5,0 |
290 |
3,5 |
120 |
6,5 |
300 |
4,6 |
130 |
6,5 |
310 |
3,5 |
140 |
5,5 |
320 |
0,0 |
150 |
0,0 |
330 |
4,3 |
160 |
2,5 |
340 |
6,3 |
170 |
5,5 |
350 |
7,1 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
38 van 52 |
|
NIJMEGEN 95,0 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
NIJMEGEN |
|
Lengte/breedtegraad |
005E48 15,6 / 51N48 53,1 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
9 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
95,0 MHz |
|
ERP |
3,802 kW |
|
ERPmax |
3,802 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-4 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
20,8 |
10 |
0,0 |
190 |
20,8 |
20 |
0,0 |
200 |
15,8 |
30 |
3,8 |
210 |
13,8 |
40 |
9,8 |
220 |
11,8 |
50 |
9,8 |
230 |
11,8 |
60 |
8,8 |
240 |
8,8 |
70 |
8,8 |
250 |
8,8 |
80 |
16,8 |
260 |
8,8 |
90 |
20,8 |
270 |
3,8 |
100 |
22,8 |
280 |
0,0 |
110 |
22,8 |
290 |
0,0 |
120 |
22,8 |
300 |
0,0 |
130 |
22,8 |
310 |
0,0 |
140 |
12,8 |
320 |
0,0 |
150 |
15,8 |
330 |
0,0 |
160 |
15,8 |
340 |
0,0 |
170 |
15,8 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
40 van 52 |
|
ZWOLLE 97,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ZWOLLE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E08 35,4 / 52N29 19,5 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
97,6 MHz |
|
ERP |
0,794 kW |
|
ERPmax |
0,794 kW |
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
||
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
7,0 |
180 |
8,0 |
10 |
7,0 |
190 |
12,0 |
20 |
7,0 |
200 |
15,0 |
30 |
7,0 |
210 |
15,0 |
40 |
11,0 |
220 |
15,0 |
50 |
6,0 |
230 |
15,0 |
60 |
5,0 |
240 |
10,0 |
70 |
4,0 |
250 |
4,0 |
80 |
4,0 |
260 |
0,0 |
90 |
0,0 |
270 |
0,0 |
100 |
0,0 |
280 |
0,0 |
110 |
0,0 |
290 |
0,0 |
120 |
0,0 |
300 |
0,0 |
130 |
0,0 |
310 |
0,0 |
140 |
6,0 |
320 |
0,0 |
150 |
9,0 |
330 |
0,0 |
160 |
6,0 |
340 |
0,0 |
170 |
4,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
42 van 52 |
|
TJERKGAAST 99,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
TJERKGAAST |
|
Lengte/breedtegraad |
005E41 55,9 / 52N54 32,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
99 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
1 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,1 MHz |
|
ERP |
10,000 kW |
|
ERPmax |
10,000 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
7,0 |
10 |
0,0 |
190 |
7,0 |
20 |
1,0 |
200 |
9,0 |
30 |
3,0 |
210 |
6,0 |
40 |
6,0 |
220 |
4,0 |
50 |
9,0 |
230 |
4,0 |
60 |
12,0 |
240 |
4,0 |
70 |
13,0 |
250 |
1,0 |
80 |
11,0 |
260 |
10,0 |
90 |
12,0 |
270 |
0,0 |
100 |
14,0 |
280 |
0,0 |
110 |
14,0 |
290 |
0,0 |
120 |
12,0 |
300 |
0,0 |
130 |
10,0 |
310 |
0,0 |
140 |
10,0 |
320 |
0,0 |
150 |
8,0 |
330 |
0,0 |
160 |
8,0 |
340 |
0,0 |
170 |
7,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
44 van 52 |
|
HOOGEZAND 99,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HOOGEZAND |
|
Lengte/breedtegraad |
006E45 27,1 / 53N08 28,3 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
90 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
2 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,1 MHz |
|
ERP |
3,311 kW |
|
ERPmax |
3,311 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
1,0 |
180 |
1,0 |
10 |
2,0 |
190 |
0,0 |
20 |
2,0 |
200 |
0,0 |
30 |
3,0 |
210 |
0,0 |
40 |
3,0 |
220 |
0,0 |
50 |
4,0 |
230 |
0,0 |
60 |
7,3 |
240 |
0,0 |
70 |
5,0 |
250 |
0,0 |
80 |
4,0 |
260 |
0,0 |
90 |
5,0 |
270 |
0,0 |
100 |
4,0 |
280 |
0,0 |
110 |
4,0 |
290 |
0,0 |
120 |
4,1 |
300 |
0,0 |
130 |
12,2 |
310 |
0,0 |
140 |
20,2 |
320 |
0,0 |
150 |
20,2 |
330 |
0,0 |
160 |
12,2 |
340 |
0,0 |
170 |
4,2 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
46 van 52 |
|
ENSCHEDE 99,1 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ENSCHEDE |
|
Lengte/breedtegraad |
006E51 29,7 / 52N13 19,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
27 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
99,1 MHz |
|
ERP |
15,849 kW |
|
ERPmax |
15,849 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-5 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
5,0 |
180 |
22,0 |
10 |
9,0 |
190 |
22,0 |
20 |
15,0 |
200 |
22,0 |
30 |
21,0 |
210 |
13,0 |
40 |
18,0 |
220 |
10,0 |
50 |
15,0 |
230 |
7,0 |
60 |
15,0 |
240 |
2,0 |
70 |
15,0 |
250 |
1,0 |
80 |
18,0 |
260 |
0,0 |
90 |
20,0 |
270 |
0,0 |
100 |
15,0 |
280 |
0,0 |
110 |
15,0 |
290 |
0,0 |
120 |
18,0 |
300 |
0,0 |
130 |
18,0 |
310 |
0,0 |
140 |
22,0 |
320 |
1,0 |
150 |
22,0 |
330 |
1,0 |
160 |
22,0 |
340 |
2,0 |
170 |
22,0 |
350 |
3,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
48 van 52 |
|
HILVERSUM 104,4 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
HILVERSUM |
|
Lengte/breedtegraad |
005E09 52,2 / 52N14 33,6 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
174 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
8 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
104,4 MHz |
|
ERP |
47,863 kW |
|
ERPmax |
47,863 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
11,0 |
10 |
0,0 |
190 |
12,0 |
20 |
0,0 |
200 |
15,0 |
30 |
3,0 |
210 |
17,0 |
40 |
6,0 |
220 |
17,0 |
50 |
9,0 |
230 |
17,0 |
60 |
9,0 |
240 |
15,0 |
70 |
11,0 |
250 |
13,0 |
80 |
13,0 |
260 |
8,0 |
90 |
13,0 |
270 |
4,0 |
100 |
13,0 |
280 |
2,0 |
110 |
13,0 |
290 |
0,0 |
120 |
15,5 |
300 |
0,0 |
130 |
13,0 |
310 |
0,0 |
140 |
12,0 |
320 |
0,0 |
150 |
14,0 |
330 |
0,0 |
160 |
16,0 |
340 |
0,0 |
170 |
11,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
94 dBc |
Kavel |
A09 |
|
Dossiernummer |
<dossiernummer> |
|
Datum |
<datum> |
|
Aantal bladen |
50 van 52 |
|
ROTTERDAM 104,6 MHz |
||
1 |
Gegevens locatie |
|
Naam |
ROTTERDAM |
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54,6 / 51N52 32,8 |
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
177 meter |
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|
Frequentie |
104,6 MHz |
|
ERP |
87,096 kW |
|
ERPmax |
87,096 kW |
|
Offset type |
Gesynchroniseerd |
|
SFN ID |
C9-6 |
|
System |
4 (volgens GE’84 paragraaf 3.1) |
|
Polarisatie |
Verticaal |
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrechten |
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland. |
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek AZM (graden) |
Verzwakking (dB) |
---|---|---|---|
0 |
0,0 |
180 |
22,0 |
10 |
0,0 |
190 |
25,0 |
20 |
0,0 |
200 |
24,0 |
30 |
2,0 |
210 |
19,0 |
40 |
3,0 |
220 |
16,0 |
50 |
7,0 |
230 |
13,0 |
60 |
3,0 |
240 |
14,0 |
70 |
1,0 |
250 |
8,0 |
80 |
5,0 |
260 |
5,0 |
90 |
8,0 |
270 |
6,0 |
100 |
11,0 |
280 |
11,0 |
110 |
10,0 |
290 |
10,0 |
120 |
10,0 |
300 |
5,0 |
130 |
15,0 |
310 |
2,0 |
140 |
22,0 |
320 |
0,0 |
150 |
23,0 |
330 |
0,0 |
160 |
28,0 |
340 |
0,0 |
170 |
25,0 |
350 |
0,0 |
Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband |
98 dBc |
1. In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
Internationale Telecommunicatie Unie;
Master International Frequency Register, zijnde het register waarin radiostations met hun frequentieruimte zijn opgenomen, bedoeld in artikel 4.3 van het Radioreglement van de ITU;
verzoek van de samenwerkende vergunninghouders aan de Minister tot het doen van een notificatie van een in gebruik genomen dan wel te nemen (gedeelte van de) frequentieruimte op een bepaalde plaats, met als doel (dit gedeelte van) de frequentieruimte op die bepaalde plaats na goedkeuring door het radiocommunicatiebureau van de ITU te registreren in het MIFR teneinde internationale bescherming van (dit gedeelte van) de frequentieruimte op die bepaalde plaats te bewerkstelligen;
Final Acts of the Regional Radiocommunication Conference for planning of the digital terrestrial Broadcasting service in parts of Regions 1 and 3, in the frequency bands 174-230 MHz and 470-862 MHz; Genève 2006;
vergunninghouders die houder zijn van een deel van de capaciteit van de frequentieruimte binnen het in artikel 2, eerste lid, genoemde frequentiebereik;
het aantal houders van een vergunning op een bepaald moment binnen het in artikel 2, eerste lid, genoemde frequentiebereik;
overeenkomst als bedoeld in artikel 3.21 van de Telecommunicatiewet;
het gebied dat gelegen is binnen de contouren zoals gevisualiseerd in de bijlage inclusief het daar genoemde frequentieblok;
frequentiekanaal met vastgestelde frequenties als onder- en bovengrens;
combinatie van vergunningen als bedoeld in artikel 1 van Besluit bekendmaking veiling vergunningen landelijke commerciële radio-omroep 2023 bestaande uit een vergunning voor FM-kavel <FM-kavel> en een vergunning voor DAB+ in frequentieblok 11C;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
mobile reception, zoals bedoeld in paragraaf 1.3.13 van GE06;
portable reception class B, zoals bedoeld in paragraaf 1.3.12 van GE06.
2. De definities in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 zijn van toepassing.
1. Het gebruiksrecht omvat, onverminderd het vierde en vijfde lid, het gebruikvan 1/9e deel van de capaciteit van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik en allotment zoals vermeld in de bijlage.
2. De vergunninghouder neemt de aan hem toegewezen frequentieruimte uiterlijk binnen drie maanden na 1 september 2023 in gebruik en houdt deze in gebruik.
3. De vergunninghouder gebruikt de aan hem toegewezen frequentieruimte voor het digitaal aanbieden van ten minste één programmakanaal dat wordt gebruikt voor het gelijktijdig en ongewijzigd uitzenden van radioprogramma’s die met de bijbehorende FM-vergunning van hetzelfde pakket <pakket> worden of mogen worden uitgezonden, in een kwaliteit die ten minste gelijk is aan 48 kb/s (stereo-uitzending), indien gebruik wordt gemaakt van AAC+, of, indien gebruik wordt gemaakt van een andere techniek, met een geluidskwaliteit die ten minste vergelijkbaar is met de kwaliteit die met stereo kan worden behaald door middel van de genoemde techniek.
4. Indien een andere vergunning voor het gebruik van een deel van de capaciteit van de frequentieruimte binnen het in de bijlage genoemde frequentiebereik niet is verleend dan wel is ingetrokken, is de vergunninghouder tot de dag van inwerkingtreding van het besluit waarmee die vergunning voor het eerst onderscheidenlijk opnieuw wordt verleend, gerechtigd 1/Ne deel van de capaciteit van de niet-verleende of ingetrokken vergunning te gebruiken.
5. De vergunninghouder is gerechtigd een deel van de capaciteit te laten gebruiken door een andere samenwerkende vergunninghouder, indien:
a. beide vergunninghouders daarmee schriftelijk hebben ingestemd, en
b. hij blijft voldoen aan de voorschriften en beperkingen in zijn vergunning.
6. De vergunninghouder die een schriftelijke instemming heeft gegeven als bedoeld in het vijfde lid, onderdeel a, zendt hiervan onmiddellijk een afschrift aan de minister.
1. De vergunninghouder gaat de samenwerkingsovereenkomst schriftelijk aan binnen drie maanden na verlening van de vergunning.
2. De samenwerkende vergunninghouders wijzen in de samenwerkingsovereenkomst een gemachtigde aan en nemen van deze gemachtigde naam, telefoonnummer en e-mailadres op.
3. De gemachtigde verstrekt namens de samenwerkende vergunninghouders een afschrift van de samenwerkingsovereenkomst en aanvullingen of wijzigingen daarvan onmiddellijk aan de minister.
4. De vergunninghouder sluit tezamen met de andere samenwerkende vergunninghouders een overeenkomst als bedoeld in artikel 10.15, tweede lid, onderdeel b, van de Telecommunicatiewet met een rechtspersoon die namens hen het elektronische communicatienetwerk zal aanleggen en in stand houden voor het gezamenlijk gebruik van de in de bijlage genoemde frequentieruimte, dan wel treedt toe tot een reeds bestaande overeenkomst, als voormeld.
5. In het belang van doelmatig gebruik van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik genoemd in de bijlage, wordt in de overeenkomst, bedoeld in het derde lid, bepaald dat het in gebreke blijven van een andere samenwerkende vergunninghouder jegens de rechtspersoon, bedoeld in het derde lid, niet tot gevolg heeft dat de aanleg van het elektronische communicatienetwerk als bedoeld in het derde lid en de uitzending van de radioprogramma’s, bedoeld in artikel 2, derde lid, ten behoeve van de vergunninghouder wordt gestaakt, onderbroken of beperkt.
6. Indien na inwerkingtreding van de samenwerkingsovereenkomst een vergunning wordt verleend voor een deel van het gebruik van de capaciteit van de frequentieruimte binnen het frequentiebereik genoemd in de bijlage, zorgen de samenwerkende vergunninghouders ervoor dat die nieuwe vergunninghouder op non-discriminatoire voorwaarden partij kan worden bij de samenwerkingsovereenkomst.
1. Het gebruik van de frequentieruimte vindt plaats met inachtneming van de technische beschrijving zoals deze in de bijlage is opgenomen.
2. De vergunninghouder voldoet aan het spectrummasker 1 zoals opgenomen in de bijlage.
3. De vergunninghouder voldoet aan de protectieverhoudingen zoals opgenomen in de bijlage.
1. De vergunninghouder staakt of beperkt het gebruik van de frequentieruimte, bedoeld in artikel 2, voor zover dit leidt tot niet toegestane belemmeringen in het gebruik van in het MIFR door anderen geregistreerde frequentieruimte.
2. Bij het gebruik van de frequentieruimte heeft de vergunninghouder geen aanspraak op enigerlei vorm van bescherming van dat gebruik, indien verstoring van het gebruik plaatsvindt door het gebruik van in het MIFR geregistreerde frequentieruimte.
3. Het bepaalde in het eerste en tweede lid is niet van toepassing voor zover de frequentieruimte, bedoeld in artikel 2, in het MIFR is geregistreerd door de samenwerkende vergunninghouders.
4. Teneinde registratie in het MIFR in gang te zetten, kunnen de samenwerkende vergunninghouders een notificatieverzoek daartoe indienen bij de minister.
5. Het notificatieverzoek geschiedt met gebruikmaking van het ‘Formulier kennisgeving ingebruikname en notificatie’, opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
1. De vergunninghouder biedt de dienst, omschreven in artikel 2, aan met een geografische verzorging van 90% mobiele ontvangst en een demografische verzorging van 75% binnenontvangst.
2. De geografische verzorging zoals bedoeld in het eerste lid is voor mobiele ontvangst vastgesteld op een veldsterkte van 60 dBµV/m en de demografische verzorging voor binnenontvangst op een veldsterkte van 66 dBµV/m op 10 meter hoogte voor 50% van de tijd en plaats en bij een referentiefrequentie van 200 MHz. Indien een andere centrumfrequentie wordt gebruikt, wordt de voorgeschreven veldsterkte aangepast conform appendix 3.5 van GE06.
3. Voor de ingebruiknameverplichting wordt onder geografische verzorging binnen een allotment verstaan de verzorging in het allotment inclusief binnenwater, exclusief buitenwater. Tot het buitenwater worden gerekend de Waddenzee, de Eems, de Dollard, de Noordzee, de Oosterschelde en de Westerschelde.
1. Indien op enige plaats binnenshuis door het gewenste signaal van de in het kader van deze vergunning gebruikte radioapparaten belemmeringen in de ontvangst van kabeltelevisie worden veroorzaakt draagt de natuurlijke persoon of rechtspersoon bedoeld in het vierde lid, dan wel indien deze verzaakt, de vergunninghouder er, op verzoek van degene die de belemmeringen ondervindt, zorg voor dat deze onmiddellijk op kosten van de samenwerkende vergunninghouders worden verholpen, voor zover ter plaatse:
a. de hoogfrequentdichtheid van de gebruikte aansluitkabels en de daaraan bevestigde connectoren een waarde hebben van ten minste 70 dB, en
b. het stoorsignaal als gevolg van het krachtens deze vergunning gebruiken van frequentieruimte hoger is dan 23 dBμV.
2. De in het eerste lid, onder b, genoemde waarde dient evenredig verhoogd te worden met de waarde van het signaalniveau op het abonnee-overnamepunt boven de vereiste minimumwaarde van 60 dBμV.
3. Onverminderd het bepaalde in het eerste en tweede lid, is de natuurlijke persoon of rechtspersoon, bedoeld in het vierde lid, dan wel de vergunninghouder niet gehouden televisie-ontvangapparaten en aanverwante apparatuur te vervangen die:
a. niet geschikt zijn om een stoorspanning van 23 dBμV vermeerderd met de signaalspanning op het kabeltelevisienet bij het abonnee-overnamepunt te ontvangen, of
b. een hoogfrequentdichtheid van minder dan 70 dB hebben.
4. De samenwerkende vergunninghouders wijzen één natuurlijke persoon of rechtspersoon aan die de belemmeringen en de kosten, bedoeld in het eerste lid, wegneemt respectievelijk vergoedt.
5. De vergunninghouder is verplicht 1/Ne deel van de kosten, bedoeld in het eerste lid, te vergoeden.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
3. Artikel 7, vierde en vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.
1. De vergunninghouder, of een gemachtigde als bedoeld in artikel 3, tweede lid, stelt de Minister van elke afzonderlijke wijziging in het gebruik van de frequentieruimte uiterlijk vier weken voorafgaand aan de wijziging schriftelijk in kennis met vermelding van de datum van die wijziging.
2. De vergunninghouder overlegt de technische gegevens in elektronische vorm conform het format zoals opgenomen op de website van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.
Kennisgevingen en correspondentie die verband houden met deze vergunning, worden gericht aan de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur te Groningen, tenzij door of vanwege de minister anders wordt aangegeven.
De vergunninghouder is tevens houder van de FM-vergunning die deel uitmaakt van pakket <pakket>, tenzij overeenkomstig artikel 2, vierde lid, van de FM-vergunning, een besluit wordt genomen waarmee de FM-vergunning wordt ingetrokken.
Deze vergunning is geldig van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2035, dan wel de dag waarop de vergunninghouder niet langer houder is van de bijbehorende FM-vergunning, zoals bedoeld in artikel 11, tenzij overeenkomstig artikel 2, vierde lid, van de FM-vergunning, een besluit wordt genomen waarmee de FM-vergunning wordt ingetrokken.
Allotment HOL2201H, HOL2202H en HOL2203H met frequentieblok 11C wordt samengevat weergegeven als “allotment 11C”.
Het spectrummasker, bedoeld in artikel 4, tweede lid, is spectrummasker 1 voor T-DAB zenders werkend in niet-kritieke omstandigheden, volgens onderstaande afbeelding (figuur 1).
Bron: GE06 pagina 198
De tabel voor protectieverhoudingen zoals bedoeld in artikel 4, derde lid, is als volgt:
Protectieverhouding exclusief statistische correctiefactor in dB |
||
1e nabuurkanaal |
2e nabuurkanaal |
3e nabuurkanaal |
–35 |
–40 |
–45 |
Protectieverhouding inclusief statistische correctiefactor in dB |
||
1e nabuurkanaal |
2e nabuurkanaal |
3e nabuurkanaal |
–23 |
–28 |
–33 |
De technische beschrijving, bedoeld in artikel 4, eerste lid, luidt als volgt:
Overzicht allotment 11C (219,584–221,120 MHz)
De landelijke DAB-laag 2 heeft de omtrek zoals weergegeven in onderstaande afbeelding (figuur 2). Deze laag is opgebouwd uit de GE06 T-DAB allotments HOL2201H, HOL2202H, HOL2203H.
HOL2201H Noord-Nederland
HOL2202H Brabant en Zeeland
HOL2203H Limburg
Gedurende GE06 is een aantal nadere afspraken gemaakt met de Nederland omringende landen. Deze afspraken bevatten in essentie hetgeen is weergegeven in de onderstaande tabellen. De vergunninghouder respecteert de afspraken die Nederland heeft gemaakt. De volledige afspraken en de punten waaruit de omtrek van elk allotment is opgebouwd, kunt u indien gewenst per e-mail opvragen bij Agentschap Telecom.
De bilaterale afspraken zijn een verbijzondering van de algemene planningscriteria van GE06 met als doel incompatibiliteiten tussen de assignments of allotments in het GE06-plan op te heffen. De implementatie moet zowel voldoen aan GE06 als aan de aanvullende voorwaarden in de onderstaande tabel.
Indien in de tabel geen aanvullende beschermingseisen zijn gesteld, dan mag een actueel netwerk evenveel interferentie produceren als een referentienetwerk.
Ten gevolge van internationale onderhandelingen kunnen wijzigingen optreden. Als gevolg hiervan kan de vergunning ambtshalve worden gewijzigd conform internationale afspraken, zonder dat hierdoor een recht op compensatie ontstaat.
Afspraken gemaakt tijdens conferentie
Tabel 2 geeft de afwijkingen weer van de acceptatie van veldsterkten door, en bescherming van, buitenlandse allotments in overeenstemming met de procedure, bedoeld in artikel 5 in samenhang met Section II van Annex 4 ‘Examination of conformity with the digital Plan entry’ van de GE06 overeenkomst.
Blok 11C |
NEDERLAND (HOL) |
|
---|---|---|
LAND |
accepteert |
beschermt |
Verenigd Koninkrijk (G) |
De cumulatieve interferentie veldsterkte van het Engelse allotment G_50003 op het testpunt Westkapelle (Lon=51N3240, Lat=003E2700) van de Nederlandse allotment HOL2202H zal niet hoger zijn dan 50dB(uV/m). |
De cumulatieve interferentie veldsterkte van de Nederlandse allotments HOL2201H en HOL2202H op het testpunt Kent (Lon=51N2000, Lat=001E2600) van het Engelse allotment G_50003 zal niet hoger zijn dan 50 dB(uV/m). |
Duitsland (D) |
Maximaal 38 dB(uV/m) is van de Duitse allotments toegestaan op de grens van het Nederlandse 11C allotment (HOL2201H, HOL2202H, HOL2203H). |
Maximaal 38 dB(uV/m) is van de Nederlandse allotments (HOL2201H, HOL2202H, HOL2203H) toegestaan op de grens van de Duitse allotment (D–HH---22-05). |
België (BEL) |
Maximaal 37 dB(uV/m) is toegestaan op de grens van het allotment met betrekking tot bescherming van de Vlaamse gemeenschap. |
Geen beperkingen of verruimingen. |
Frankrijk (F) |
Maximaal 38 dB(uV/m) is toegestaan op de Nederlandse grens ten oosten van het testpunt (Lat=51N2152, Lon=004E2554) van de Nederlandse 11C allotments (HOL2201H, HOL2202H, HOL2203H). Maximaal 41 dB(uV/m) is toegestaan op de Nederlandse grens ten westen van het testpunt (Lat=51N2152, Lon=004E2554) van de Nederlandse 11C allotments (HOL2201H, HOL2202H, HOL2203H). |
Maximaal 41 dB(μV/m) van de Nederlandse allotments (HOL2201H, HOL2202H, HOL2203H) toegestaan op de grens van de Franse allotments. |
Luxemburg (LUX) |
Geen beperkingen of verruimingen. |
Geen beperkingen of verruimingen. |
Denemarken (DNK) |
Geen beperkingen of verruimingen. |
Geen beperkingen of verruimingen. |
Zie verder de (gewijzigde) Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Regeling aanvraag en vergelijkende toets vergunningen commerciële radio-omroep 2003, Stcrt. 2003, 40.
En als zelfs het financieel bod geen winnaar opleverde, werd de winnaar bepaald door middel van loting door een notaris.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2023-6051.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.