Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 13 februari 2023, nr. IENW/BSK-2023/24167, tot wijziging van de Regeling specifieke uitkering Schone Lucht Akkoord in verband met de vaststelling van het subsidieplafond en de aanvraagperiode 2023

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, aanhef en onder b in samenhang met 4, tweede lid, van de Kaderwet subsidies I en M;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling specifieke uitkering Schone Lucht Akkoord wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 4, derde lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. voor het kalenderjaar 2023, tussen 1 april 2023, 9:00 uur, en 29 september 2023, 17:00 uur.

B

In artikel 6 wordt onder vernummering van het vierde en vijfde lid tot het vijfde en zesde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. Kosten als bedoeld in het eerste lid die betrekking hebben op een aanvraag in de periode, bedoeld in artikel 4, derde lid, onderdeel c, en die zijn gemaakt vanaf 1 januari 2023 komen voor vergoeding in aanmerking.

C

Artikel 7, derde lid komt te luiden:

  • 3. Het plafond voor het jaar 2023 bedraagt inclusief omzetbelasting € 7.000.000.

D

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 7, eerste lid’ vervangen door ‘artikel 7’.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. De Minister verleent, met inachtneming van artikel 9, per kalenderjaar per ontvanger op grond van deze regeling:

    • a. in 2021: maximaal vijf uitkeringen;

    • b. in 2022: maximaal € 1.500.000 aan uitkeringen;

    • c. in 2023: maximaal € 1.000.000 aan uitkeringen.

E

Artikel 9, onderdeel e, komt te luiden:

  • e. het desbetreffende in artikel 8, derde lid, genoemde maximumaantal uitkeringen wordt overschreden;

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

TOELICHTING

1. Inleiding

Deze regeling voorziet in een wijziging van de op 1 april 2021 in werking getreden Regeling specifieke uitkering Schone Lucht Akkoord1 (Spuk SLA). De Spuk SLA is een invulling van de afspraak uit het Regeerakkoord van het kabinet Rutte III om te komen tot een nationaal actieplan luchtkwaliteit dat zich richt op een permanente verbetering van de luchtkwaliteit. Met deze wijziging van de regeling wordt voorzien in een uitkeringsplafond en een aanvraagperiode in het jaar 2023.

2. Inhoud en noodzaak tot wijziging

Zonder deze wijziging kunnen in 2023 aan de deelnemers aan het Schone Lucht Akkoord geen specifieke uitkeringen worden verstrekt voor projecten ter verbetering van de luchtkwaliteit. Daarnaast wordt in artikel 8, tweede lid, ‘op de dag’ vervangen door ‘op het tijdstip’. Uitgangspunt is dat aanvragen op volgorde van binnenkomst worden verdeeld. Alleen wanneer op het tijdstip van ontvangst van meerdere volledige aanvragen het uitkeringsplafond wordt overschreden, wordt door middel van een loting bepaald welke aanvrager voor beoordeling van de aanvraag in aanmerking komt. Om mogelijke misverstanden te voorkomen over de toepassing van het per jaar gestelde maximumaantal aanvragen respectievelijk uitkeringen, is ervoor gekozen om de maxima die stonden in artikel 9, onderdeel e, op te nemen in artikel 8, derde lid. Artikel 9, onderdeel e verwijst naar artikel 8, derde lid.

3. Gevolgen van de wijziging

Deze regeling betreft de vaststelling en wijziging van de openstellingsperiode en het uitkeringsplafond. Dit type wijzigingen is uitgezonderd van voorafgaande toetsing door het Adviescollege toetsing regeldruk.

De wijziging van de regeling heeft naar haar aard geen gevolgen voor de administratieve lasten voor ondernemers en burgers en ook geen andere noemenswaardige gevolgen voor burgers en bedrijven. Op grond van het kabinetsstandpunt inzake internetconsultatie2, kan internetconsultatie daarom achterwege blijven.

De financiële gevolgen voor de rijksoverheid van de onderhavige wijziging van de regeling vallen binnen de kaders van de Rijksbegroting.

4. Inwerkingtreding van de regeling

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2023. De wijzigingen hebben betrekking op nog komende aanvraagperiodes en niet op al eerder ingediende aanvragen. Daarom blijft overgangsrecht achterwege.

Bij de vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding is afgeweken van de minimuminvoeringstermijn van drie maanden (Aanwijzing voor de regelgeving 4.17, vierde lid). De reden van deze afwijking is dat hiermee de doelgroep is gediend (Aanwijzing voor de regelgeving 4.17, vijfde lid, onderdeel a). De afwijking van deze termijn zorgt ervoor dat de deelnemers aan het SLA3 snel aan de slag kunnen met de uitvoering van nieuwe projecten ter verbetering van de luchtkwaliteit.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen


X Noot
1

Zie voor het SLA Kamerstukken II 2019/20, 30 175, nr. 343, p. 1–2.

X Noot
2

Kamerstukken II 2009/10, 29 279, nr. 114 en Kamerstukken II 2012/13, 29 362, nr. 224.

X Noot
3

Per 1 november 2022, nemen naast het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat 12 provincies en 91 gemeenten deel aan het SLA.

Naar boven