Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 7 november 2023, kenmerk 3711901-1055801-CZ, houdende wijziging van de Subsidieregeling borstprothesen transvrouwen in verband met het verlengen van de looptijd van de regeling en het opnemen van een subsidieplafond

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies,

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling borstprothesen transvrouwen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel a, wordt ‘Minister voor Medische Zorg’ vervangen door ‘Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport’.

B

In artikel 3 wordt ‘operatie’ vervangen door ‘behandeling’.

C

Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5a

• 1. Er is een subsidieplafond van € 1.500.000 per jaar.

• 2. De minister verdeelt het uit hoofde van het subsidieplafond beschikbare bedrag op volgorde van binnenkomst van de complete aanvragen.

• 3. Indien op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt meer dan één complete aanvraag ontvangen wordt en de volgorde van binnenkomst van deze aanvragen niet is vast te stellen, wordt de volgorde vastgesteld door middel van loting.

D

In artikel 11 wordt ‘1 februari 2024’ vervangen door ‘1 februari 2028’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 31 januari 2024.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

TOELICHTING

Algemeen

Het doel van de Subsidieregeling borstprothesen transvrouwen is dat man-vrouw transgenders (in het navolgende transvrouwen) met genderdysforie, die zich in een medisch transitietraject bevinden, door een vergroting van de borsten een vrouwelijk(er) profiel kunnen krijgen. De meerderheid van de transvrouwen is, ook na genderbevestigende hormonale therapie, van oordeel dat zij te weinig borstweefsel heeft voor een voldoende vrouwelijk profiel. Ook na genderbevestigende hormoontherapie hebben deze transvrouwen soms nog uitgesproken mannelijke uiterlijke kenmerken, bijvoorbeeld qua postuur. Gebleken is dat transvrouwen een voorkomen met mannelijke trekken kunnen ervaren als een ernstige belemmering bij hun transitie. Behandeling van plastisch-chirurgische aard die strekt tot borstconstructie kan deze belemmering verminderen. Het emancipatiemotief is de basis voor de subsidieregeling, mede met het oog op de relatief zwakkere sociaal-economische positie van transvrouwen.

In opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: het Ministerie van VWS) is er een evaluatie uitgevoerd om te bepalen of de regeling doeltreffend en doelmatig is geweest en om eventuele verbeterpunten voor de toekomst te identificeren. ¹ De evaluatie toont aan dat alle betrokken partijen tevreden zijn over het bestaan van de subsidieregeling. Deze evaluatie benadrukt het belang van het vergoeden van de kosten voor borstprotheses voor transvrouwen en zorgprofessionals. De subsidieregeling heeft een positief effect gehad op alle betrokkenen, zoals door vrijwel iedereen benadrukt tijdens het onderzoek. Transvrouwen geven aan dat zij zonder de subsidie de behandeling niet hadden kunnen bekostigen, en zorgprofessionals bevestigen dit. De sociaaleconomische positie van transvrouwen blijft echter kwetsbaar in vergelijking met andere groepen. Het is daarom wenselijk om de regeling voort te zetten vanuit een emancipatiemotief. Op basis van de bevindingen van het onderzoek wordt geconcludeerd dat de subsidieregeling in de periode 2019–2023 doeltreffend is geweest, omdat het 550 transvrouwen financieel heeft ondersteund bij het ondergaan van een behandeling voor borstprothesen. Hiermee heeft de regeling kunnen bijdragen aan het verbeteren van hun leefsituatie.

Met deze verlenging wordt de regeling aangepast verlengd tot 1 februari 2028. Naar aanleiding van de aanbevelingen uit de evaluatie zal ik nogmaals verkennen of er alternatieven voor financiering van deze zorg mogelijk zijn. Daarnaast bleek dat het totaal aantal aanvragen lager is dan verwacht tijdens het opstellen van de regeling. Daarom wordt het subsidieplafond toegevoegd zodat het beter op de vraag aansluit en de middelen doelmatiger verdeeld kunnen worden (maximaal 1.5 miljoen per jaar). Subsidies zullen bij het bereiken van het subsidieplafond op volgorde van binnenkomst van de aanvragen toegekend worden.

In afwijking van de vaste verandermomenten treedt de regeling op 31 januari 2024 in werking, aangezien de wijziging in het voordeel is van potentiële aanvragers en hen hierdoor de mogelijkheid geboden wordt er zo spoedig mogelijk gebruik van te maken.

Regeldruk

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft

Communicatie

Met Transvisie heb ik besproken de bekendheid van subsidieregeling bij alle relevante zorgprofessionals, dus ook die buiten de specialistische transgenderzorg, via onder andere de relevante wetenschappelijke verenigingen en beroepsverenigingen onder de aandacht te brengen. Voor wat betreft aanbeveling e bekijkt DUS-I op dit moment breder of aanpassing van het aanvraagportaal mogelijk is zodat ook de aanvraagprocedure in het Engels kan worden doorlopen.

Tot slot

Ter actualisatie van de regeling zijn nog enkele tekstuele wijzigingen doorgevoerd.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

---

1 TK 2023-2024, 29 214, nr. 98