Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 9 november 2023, nr. IENW/BSK-2023/290022, tot wijziging van de Regeling specifieke uitkering interbestuurlijk programma VTH

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 17, vijfde lid, van de Financiële-verhoudingswet, de artikelen 4, eerste lid, en 5, aanhef en onderdelen a, c, d, en g, van de Kaderwet subsidies I en M en de artikelen 6, eerste lid, 17, eerste lid, aanhef en onderdelen a en c, van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling specifieke uitkering interbestuurlijk programma VTH wordt als volgt gewijzigd:

A

In de artikelen 4, 5, tweede lid, 9, onderdeel e, 10, eerste en derde lid, en 14, tweede lid, wordt ’31 december 2023’ telkens vervangen door ’31 december 2024’.

B

Artikel 5, eerste lid, onderdeel a, komt als volgt te luiden:

  • a. kosten voor de gemaakte uren van de activiteiten in bijlage I met inbegrip van inhuur met een maximum van € 130 per uur met inbegrip van omzetbelasting en reiskosten, zonder maximum van de uitkering; en

C

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 7, vierde lid, onder c,’ vervangen door ‘artikel 8, vierde lid, onder c,’.

2. Artikel 10, tweede lid, vervalt, onder vernummering van het derde en vierde lid, tot tweede en derde lid.

D

Artikel 13 komt te luiden:

Artikel 13. Evaluatie

De Minister publiceert uiterlijk op 31 december 2026 een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de uitkering in de praktijk.

E

Activiteit 1 in Bijlage I bij de regeling komt als volgt te luiden:

 

Activiteit

Pijler

Verplichte (SiSA) indicatoren

1

Deelname aan werk- en projectgroepen van het IBP.

Alle pijlers

Aantal bijgewoonde bijeenkomsten (data en pijler), verrichte activiteiten en aantal uren voorbereiding, deelname en (mogelijke) uitwerking.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 30 december 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

TOELICHTING

Algemeen

1. Inleiding

De Regeling specifieke uitkering interbestuurlijk programma VTH (hierna: de regeling) heeft tot doel additionele capaciteit te realiseren bij omgevingsdiensten en financiële middelen ter beschikking te stellen aan omgevingsdiensten ter uitvoering van het Interbestuurlijk Programma Versterking VTH-stelsel (hierna: IBP VTH). Via dat IBP VTH wordt opvolging gegeven aan de aanbevelingen van de commissie Van Aartsen (in haar rapport 'Om de leefomgeving. Omgevingsdiensten als gangmaker van het bestuur')1. Met het verrichten van de activiteiten leveren omgevingsdiensten een bijdrage aan de doelen van het IBP VTH. Het IBP VTH heeft een looptijd van twee jaar, tot 1 september 2024.

2. Aanleiding voor de wijziging van de regeling

Bij de inventarisatie van de uitvoering van de regeling is in juni 2023 gebleken dat de meeste omgevingsdiensten achterblijven met de uitvoering van de activiteiten waarvoor de financiële middelen zijn uitgekeerd. Om ervoor te zorgen dat de plannen ook uitgevoerd kunnen worden, is het essentieel dat de gelden over de looptijd van het IBP VTH verspreid kunnen worden.

3. Inhoud van de regeling

Om ook de activiteiten voor de periode tot en met 31 december 2024 voor een vergoeding in aanmerking te laten komen, is een verlenging van de looptijd van de regeling noodzakelijk. De omgevingsdiensten krijgen zo meer tijd om hun projecten tot uitvoering te brengen. Met deze aanpassing van de looptijd wordt aangesloten bij de looptijd van het IBP VTH. Verder geven de ervaringen van het afgelopen jaar aanleiding voor enkele kleine wijzigingen van de regeling.

4. Gevolgen

Het wijzigen van de regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor omgevingsdiensten, bedrijven en burgers en brengt ook geen hogere nalevingskosten met zich mee. Daarnaast heeft het wijzigen van de regeling ook geen onvoorziene bestuurlijke lasten tot gevolg. De wijzigingen zijn goed uitvoerbaar zonder aanvullende uitvoeringskosten.

5. Inwerkingtreding

De wijziging van de regeling treedt in werking met ingang van 30 december 2023. Hiermee wordt afgeweken van de vaste verandermomenten (aanwijzing 4.17, tweede lid, van de Aanwijzingen van regelgeving). Een afwijkende inwerkingtredingsdatum is benodigd, omdat de Regeling specifieke uitkering interbestuurlijk programma VTH2 per 31 december 2023 zou vervallen. Voor dat tijdstip dienen de wijzigingen te zijn doorgevoerd.

De termijn tussen de publicatiedatum van een ministeriële regeling en het tijdstip van inwerkingtreding behoort in beginsel – omdat het een regeling betreft die direct relevant is voor medeoverheden – minimaal drie maanden te zijn. Bij deze regeling wordt krachtens aanwijzing 4.17, vijfde lid, van de Aanwijzingen voor de regelgeving afgeweken van deze minimuminvoeringstermijn.

Deze afwijkingen zijn gerechtvaardigd, omdat de specifieke doelgroep gebaat is bij een spoedige inwerkingtreding.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Met deze wijziging wordt de looptijd van de regeling met één jaar verlengd waardoor de kosten die na 31 december 2023 worden gemaakt voor een vergoeding in aanmerking komen.

Artikel I, onderdeel B

Artikel 5, eerste lid, onder a, wordt verduidelijkt. In de toelichting bij de regeling was abusievelijk aangegeven dat hetgeen wat is bepaald voor kleine materiële uitgaves, namelijk dat daarvoor ten hoogste 10% van de te ontvangen uitkering, mocht worden aangewend ook gold voor extern ingekochte activiteiten. Met deze wijziging is dit gecorrigeerd. Het maximum geldt niet voor die activiteiten.

Artikel I, onderdeel C

In artikel 10, eerste lid, is een kennelijke verschrijving gecorrigeerd. Het activiteitenplan wordt vermeld in artikel 8, vierde lid, onder c, en niet in artikel 7 van de regeling.

Artikel 10, tweede lid, vervalt. De mogelijkheid voor het indienen van een gewijzigd activiteitenplan vervalt. In de periode na 31 december 2023 is het niet meer wenselijk dat activiteiten, en daarmee het activiteitenplan, inhoudelijk worden gewijzigd. Immers alle activiteiten in het kader van het IBP VTH zijn momenteel al in uitvoering. Het voorgaande is met de betrokken omgevingsdiensten en de vereniging Omgevingsdienst NL afgestemd.

Het derde en vierde lid, worden vernummerd tot tweede en derde lid.

Artikel I, onderdeel D

De uiterlijke publicatiedatum van een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de uitkering in de praktijk wordt met één jaar uitgesteld, aangezien de looptijd van de regeling ook met een jaar wordt verlengd.

Artikel I onderdeel E

In de uitvoering is ook gebleken dat verantwoording zoals omschreven is bij indicator 1 dubbel geformuleerd is. Het vereiste van een verslag bij een vergadering van meer dan vijf uur wordt losgelaten. Via urenverantwoording en controle wordt de rechtmatigheid en doelmatigheid nog steeds gewaarborgd.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen


X Noot
1

Kamerstukken II 2021/22, 22 343, nr. 295.

Naar boven