Regeling van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport van 17 oktober 2023, kenmerk 3704775-1054859-MEVA, houdende wijziging van de Subsidieregeling veerkracht en zeggenschap in verband met een wijziging van de verdeling van de subsidieplafonds in de lotingssystematiek in Bijlage 1

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,

Gelet op artikel 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

In de Subsidieregeling veerkracht en zeggenschap Bijlage 1 vervangen door de bijlage die is opgenomen bij deze regeling.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

BIJLAGE BIJ ARTIKEL I, VAN DE REGELING VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID WELZIJN EN SPORT HOUDENDE WIJZIGING VAN DE SUBSIDIEREGELING VEERKRACHT EN ZEGGENSCHAP

Bijlage 1 Lotingsystematiek behorend bij artikel 5, vierde lid

1. Lotingsystematiek voor aanvragen gedaan in aanvraagtijdvak 1

De volgende lotingssystematiek wordt gebruikt indien er meer dan 255 aanvragen worden ingediend. Indien er minder aanvragen worden ingediend, vindt er geen loting plaats. Subsidie wordt dan verleend aan aanvragers waarvan de aanvraag aan de criteria uit deze Subsidieregeling voldoet.

Stap 1

De aanvragen die worden ingediend binnen de aanvraagperiode, bedoeld in artikel 7, eerste lid, worden in drie lotingsgroepen ingedeeld. Deze groepen zijn representatief voor de branches:

  • 1. Verzorgingstehuizen, verpleeghuizen en thuiszorg

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 1 in bijlage 2.

  • 2. Gehandicaptenzorg, GGZ-/jeugdzorg, huisartsenzorg en gezondheidscentra

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 2 in bijlage 2.

  • 3. Ziekenhuizen en universitaire medische centra

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 3 in bijlage 2.

Stap 2

Binnen de bovengenoemde categorieën vindt een loting plaats. De loting vindt plaats door een notaris en de daaruit resulterende rangschikking wordt schriftelijk vastgelegd. Dit resulteert in een lootlijst. De lootlijst bepaalt de behandelvolgorde van de aanvragen.

Stap 3

  • 3.1. De aanvragen worden beoordeeld op volledigheid. Aanvragers krijgen éénmaal één week de tijd om aanvragen aan te vullen. Aanvragen die niet tijdig volledig zijn, worden afgewezen.

  • 3.2. De volledige aanvragen worden vervolgens beoordeeld op de criteria die in deze Subsidieregeling zijn opgenomen. Aanvragen die niet aan de criteria voldoen, worden afgewezen.

Stap 4

  • 4.1. De aanvragen die niet volledig zijn of die niet aan de criteria voldoen, worden van de lootlijst geschrapt.

  • 4.2. Per groep wordt vervolgens subsidie verleend aan de eerste 85 aanvragen op de lootlijst.

  • 4.3. Indien in een lotingsgroep minder dan 85 aanvragen op de lootlijst staan, wordt het resterende subsidiebedrag verdeeld over de lotingsgroep waar meer dan 85 aanvragen op de lootlijst staan. Indien er in twee lotingsgroepen meer dan 85 aanvragen op de lootlijst staan, wordt het resterende beschikbare bedrag verdeeld over deze twee groepen. Bij het toekennen van de subsidies wordt de volgende volgorde aangehouden: groep 1 – groep 2 – groep 3 (zie de indeling bij stap 1).

  • 4.4. Aanvragen die op basis van deze loting niet voor subsidie in aanmerking komen, worden afgewezen.

Voorbeeld van de lotingssystematiek

Er worden 300 aanvragen ingediend. Na stap 1 blijkt dat de verdeling als volgt is: in groep 1 zijn 105 aanvragen ingediend, in groep 2 zijn 70 aanvragen ingediend en in groep 3 zijn 145 aanvragen ingediend. Na stap 2 is de lootlijst opgesteld.

Na stap 3 blijkt dat een aantal aanvragen onvolledig is of niet aan de criteria voldoet. Deze aanvragen worden van de lootlijst geschrapt. Op de lootlijst blijven in groep 1 95 aanvragen over, in groep 2 66 aanvragen en in groep 3 120 aanvragen.

Vervolgens vindt de toekenning plaatst. De aanvragen in groep 2 worden allemaal toegekend indien voldaan aan de subsidievoorwaarden. De eerste 85 aanvragen (vastgesteld via de lootlijst) in groep 1 en groep 3 worden toegekend. Het resterende bedrag € 950.000 wordt verdeeld over de overige aanvragen. Het bedrag van € 950.000 wordt verdeeld over 19 aanvragen: de eerstvolgende 10 aanvragen op de lootlijst van groep 1 worden toegekend en de eerstvolgende 9 aanvragen op de lootlijst van groep 3 worden toegekend.

2. Lotingsystematiek voor aanvragen gedaan in aanvraagtijdvak 2

De volgende lotingssystematiek wordt gebruikt indien in aanvraagtijdvak 2 het subsidieplafond wordt overschreden. Indien er in alle groepen voor minder dan het subsidieplafond in aanvraagtijdvak 2 wordt ingediend, vindt er geen loting plaats. Subsidie wordt dan verleend aan aanvragers waarvan de aanvraag aan de criteria uit deze Subsidieregeling voldoet.

Stap 1

De aanvragen die worden ingediend binnen de aanvraagperiode, bedoeld in artikel 7, eerste lid, worden in vier lotingsgroepen ingedeeld. Deze groepen zijn representatief voor de branches:

  • 1. Verzorgingstehuizen, verpleeghuizen en thuiszorg

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 1 in bijlage 4.

  • 2. Gehandicaptenzorg, GGZ, huisartsenzorg en gezondheidscentra

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 2 in bijlage 4.

  • 3. Ziekenhuizen en universitaire medische centra

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 3 in bijlage 4.

  • 4. Organisaties in zorg en welzijn

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 4 in bijlage 4.

Stap 2

Binnen de genoemde groepen wordt vervolgens een verdeling gemaakt als volgt:

Binnen groep 1, groep 2 en groep 3 wordt een onderverdeling gemaakt tussen aanvragers die niet eerder een aanvraag verleend hebben gekregen in aanvraagtijdvak 1 en aanvragers die reeds eerder een subsidie verleend hebben gekregen naar aanleiding van een aanvraag gedaan in aanvraagtijdvak 1. Dit leidt tot de volgende indeling:

Groep 1a – Verzorgingstehuizen, verpleeghuizen en thuiszorg die niet eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Groep 1b – Verzorgingstehuizen, verpleeghuizen en thuiszorg die eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Groep 2a – Gehandicaptenzorg, GGZ, huisartsenzorg en gezondheidscentra die niet eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Groep 2b – Gehandicaptenzorg, GGZ, huisartsenzorg en gezondheidscentra die eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Groep 3a – Ziekenhuizen en universitaire medische centra die niet eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Groep 3b – Ziekenhuizen en universitaire medische centra die eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Groep 4a – Organisaties in zorg en welzijn die niet eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Groep 4b – Organisaties in zorg en welzijn die eerder een aanvraag verleend hebben gekregen.

Stap 3

Binnen de bovengenoemde categorieën vindt een loting plaats. De loting vindt plaats door een notaris en de daaruit resulterende rangschikking wordt schriftelijk vastgelegd. Dit resulteert in een lootlijst. De lootlijst bepaalt de behandelvolgorde van de aanvragen.

Stap 4

  • 4.1 De aanvragen worden beoordeeld op volledigheid. Aanvragers krijgen éénmaal één week de tijd om aanvragen aan te vullen. Aanvragen die niet tijdig volledig zijn, worden afgewezen.

  • 4.2 De volledige aanvragen worden vervolgens beoordeeld op de criteria die in deze Subsidieregeling zijn opgenomen. Aanvragen die niet aan de criteria voldoen, worden afgewezen.

Stap 5

  • 5.1 De aanvragen die niet volledig zijn of die niet aan de criteria voldoen, worden van de lootlijst geschrapt.

  • 5.2 Per groep wordt vervolgens subsidie verleend op de volgende wijze:

    Groep 1a: tot een bedrag van € 1.228.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 1b: tot een bedrag van € 409.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 2a: tot een bedrag van € 1.228.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 2b: tot een bedrag van € 409.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 3a: tot een bedrag van € 1.228.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 3b: tot een bedrag van € 409.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 4a: tot een bedrag van € 409.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 4b: tot een bedrag van € 136.500 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

  • 5.3 Indien in een lotingsgroep een lager bedrag is aangevraagd dan het gealloceerde bedrag, of na toewijzing van een deel van de aanvragen het resterende bedrag niet voldoende is voor toewijzing van de eerst volgende aanvraag op de lootlijst wordt het resterende subsidiebedrag gelijkelijk verdeeld over de overige lotingsgroepen.

  • 5.4 Aanvragen die op basis van deze loting niet voor subsidie in aanmerking komen, worden afgewezen.

Voorbeeld van de lotingssystematiek

Er worden aanvragen ingediend. Na stap 1 blijkt dat de verdeling als volgt is:

In groep 1a is voor een bedrag van € 1.600.500 aan aanvragen ingediend.

In groep 1b is voor een bedrag van € 407.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 2a is voor een bedrag van € 1.300.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 2b is voor een bedrag van € 300.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 3a is voor een bedrag van € 500.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 3b is voor een bedrag van € 700.500 aan aanvragen ingediend.

In groep 4a is voor een bedrag van € 200.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 4b is voor een bedrag van € 500.000 aan aanvragen ingediend.

Na stap 2 is de lootlijst opgesteld.

Na stap 3 blijkt dat een aantal aanvragen onvolledig is of niet aan de criteria voldoet. Deze aanvragen worden van de lootlijst geschrapt.

Vervolgens vindt de toekenning plaatst. De aanvragen in groepen 1b, 2b, 3a en 4a worden allemaal toegekend indien voldaan is aan de subsidievoorwaarden. De resterende bedragen uit deze groepen worden als volgt gelijkelijk herverdeeld over de overige groepen.

Voor groep 1b resteert een bedrag van € 2.500

Voor groep 2b resteert een bedrag van € 109.500

Voor groep 3a resteert een bedrag van € 728.500

Voor groep 4a resteert een bedrag van € 209.500

In totaal bedraagt dit € 1.050.000. Dit wordt verdeeld over de resterende vier groepen waardoor elke groep € 262.500 bij de genoemde maximale bedragen ontvangt.

De eerste aanvragen (vastgesteld via de lootlijst) in groep 1a worden vervolgens toegekend tot het nieuwe maximale bedrag is bereikt, of een verlening aan de eerstvolgende op de lootlijst dit bedrag zou overschrijden. Bijvoorbeeld: er is verleend in groep 1a tot een bedrag van € 1.466.000 en de eerstvolgende aanvraag tot subsidie is voor een bedrag van € 30.000. Aangezien het nieuwe maximaal te verlenen bedrag € 1.491.000 bedraagt (€ 1.228.500 plus € 262.500 uit de herverdeling) zou dit het subsidieplafond overschrijden. De resterende aanvragen dienen dus afgewezen te worden.

Zelfs als een andere aanvraag lager op de lootlijst wel verleend zou kunnen worden op basis van het bewuste maximum (de eerstvolgende op de lootlijst had bijvoorbeeld € 25.000 aangevraagd) dan nog dient dit niet te gebeuren. Het resterende bedrag wordt in dit geval ook niet herverdeeld nu niet alle aanvragen zijn verleend.

Dit gebeurt wel als blijkt dat na verhoging van het subsidieplafond alle aanvragen binnen een groep verleend kunnen worden. Zo is na de herverdeling van groepen 1b, 2b, 3a en 4a het subsidieplafond voor groep 2a verhoogd van € 1.228.500 naar € 1.491.000 waardoor het volledige aangevraagde bedrag van € 1.300.000 aan subsidie verleend kan worden. Het resterende bedrag van € 191.000 wordt vervolgens gelijkelijk verdeeld over de resterende drie groepen.

3. Lotingsystematiek voor aanvragen gedaan in aanvraagtijdvak 3

De volgende lotingssystematiek wordt gebruikt indien in aanvraagtijdvak 3 het subsidieplafond wordt overschreden. Indien er in alle groepen voor minder dan het subsidieplafond in aanvraagtijdvak 3 wordt ingediend, vindt er geen loting plaats. Subsidie wordt dan verleend aan aanvragers waarvan de aanvraag aan de criteria uit deze Subsidieregeling voldoet.

Stap 1

De aanvragen die worden ingediend binnen de aanvraagperiode, bedoeld in artikel 7, eerste lid, worden in vier lotingsgroepen ingedeeld. Deze groepen zijn representatief voor de branches:

  • 1. Verzorgingstehuizen, verpleeghuizen en thuiszorg

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 1 in bijlage 4.

  • 2. Gehandicaptenzorg, GGZ, huisartsenzorg en gezondheidscentra

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 2 in bijlage 4.

  • 3. Ziekenhuizen en universitaire medische centra

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 3 in bijlage 4.

  • 4. Organisatie in zorg en welzijn

    Deze groep is gebaseerd op de SBI-code van de aanvragers zoals opgenomen onder categorie 4 in bijlage 4.

Stap 2

Binnen de bovengenoemde categorieën vindt een loting plaats. De loting vindt plaats door een notaris en de daaruit resulterende rangschikking wordt schriftelijk vastgelegd. Dit resulteert in een lootlijst. De lootlijst bepaalt de behandelvolgorde van de aanvragen.

Stap 3

  • 3.1. De aanvragen worden beoordeeld op volledigheid. Aanvragers krijgen éénmaal één week de tijd om aanvragen aan te vullen. Aanvragen die niet tijdig volledig zijn, worden afgewezen.

  • 3.2. De volledige aanvragen worden vervolgens beoordeeld op de criteria die in deze Subsidieregeling zijn opgenomen. Aanvragen die niet aan de criteria voldoen, worden afgewezen.

Stap 4

  • 4.1. De aanvragen die niet volledig zijn of die niet aan de criteria voldoen, worden van de lootlijst geschrapt.

  • 4.2. Per groep wordt vervolgens subsidie verleend op de volgende wijze:

    Groep 1: tot een bedrag van € 1.080.000 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 2: tot een bedrag van € 1.080.000 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 3: tot een bedrag van € 1.080.000 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

    Groep 4: tot een bedrag van € 360.000 aan de eerste aanvragen op de lootlijst.

  • 4.3. Indien in een lotingsgroep een lager bedrag is aangevraagd dan het gealloceerde bedrag, wordt het resterende subsidiebedrag gelijkelijk verdeeld over de overige lotingsgroepen.

  • 4.4. Aanvragen die op basis van deze loting niet voor subsidie in aanmerking komen, worden afgewezen.

Voorbeeld van de lotingssystematiek

Er worden aanvragen ingediend. Na stap 1 blijkt dat de verdeling als volgt is:

In groep 1 is voor een bedrag van € 1.480.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 2 is voor een bedrag van € 480.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 3 is voor een bedrag van € 1.380.000 aan aanvragen ingediend.

In groep 4 is voor een bedrag van € 260.000 aan aanvragen ingediend.

Na stap 2 is de lootlijst opgesteld. Na stap 3 blijkt dat een aantal aanvragen onvolledig is of niet aan de criteria voldoet. Deze aanvragen worden van de lootlijst geschrapt.

Vervolgens vindt de toekenning plaatst. De aanvragen in groepen 2 en 4 worden allemaal toegekend indien voldaan is aan de subsidievoorwaarden. De resterende bedragen uit deze groepen worden als volgt gelijkelijk herverdeeld over de overige groepen.

Voor groep 2 resteert een bedrag van € 600.000

Voor groep 4 resteert een bedrag van € 100.000

In totaal bedraagt dit € 700.000. Dit wordt verdeeld over de resterende 2 groepen waardoor elke groep € 350.000 bij de genoemde maximale bedragen ontvangt.

De eerste aanvragen (vastgesteld via de lootlijst) in groep 1 worden vervolgens toegekend tot het nieuwe maximale bedrag is bereikt, of een verlening aan de eerstvolgende op de lootlijst dit bedrag zou overschrijden. Bijvoorbeeld: er is verleend in groep 1 tot een bedrag van € 1.405.000 en de eerstvolgende aanvraag tot subsidie is voor een bedrag van € 30.000. Aangezien het nieuwe maximaal te verlenen bedrag € 1.430.000 bedraagt (€ 1.480.000 plus € 350.000 uit de herverdeling) zou dit het subsidieplafond overschrijden. De resterende aanvragen dienen dus afgewezen te worden.

Zelfs als een andere aanvraag lager op de lootlijst wel verleend zou kunnen worden op basis van het bewuste maximum (de eerstvolgende op de lootlijst had bijvoorbeeld € 25.000 aangevraagd) dan nog dient dit niet te gebeuren. Het resterende bedrag wordt in dit geval ook niet herverdeeld nu niet alle aanvragen zijn verleend.

Dit gebeurt wel als blijkt dat na verhoging van het subsidieplafond alle aanvragen binnen een groep verleend kunnen worden. Zo is na de herverdeling van groepen 2 en 4 het subsidieplafond voor groep 3 verhoogd van € 1.080.000 naar € 1.430.000 waardoor het volledige aangevraagde bedrag van € 1.380.000 aan subsidie verleend kan worden. Het resterende bedrag van € 50.000 wordt vervolgens gelijkelijk verdeeld over de resterende groepen. In dit geval betekent dit dat het geld wordt toegevoegd aan het maximum bedrag voor groep 1 aangezien alle overige aanvragen zijn verleend.

TOELICHTING

1. Algemeen

Met onderhavige wijzigingsregeling wordt in de Subsidieregeling Veerkracht en Zeggenschap (hierna: Subsidieregeling) bijlage 1 vervangen.

In bijlage 1 is de lotingssystematiek uitgewerkt. Voor aanvraagtijdvak 2 wordt een lotingssystematiek gehanteerd waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen (1) aanvragers die niet eerder een aanvraag verleend hebben gekregen in aanvraagtijdvak 1 en (2) de aanvragers die wel eerder een aanvraag verleend hebben gekregen in aanvraagtijdvak 1. De eerste groep krijgt voorrang via de lotingssystematiek. Dit om voldoende ruimte te creëren voor nieuwe aanvragers, maar om het anderzijds ook mogelijk te maken dat de partijen die in aanvraagtijdvak 1 een aanvraag verleend hebben gekregen deze activiteiten kunnen voortzetten en bestendigen. De bovenstaande verdeling is conform het meerjarenplan.

In de oorspronkelijke bijlage zijn de groepen aanvragers per abuis verwisseld. Ook in de algemene toelichting zijn de groepen verwisseld. Met de wijzigingsregeling is dit recht gezet.

2. Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Artikel I vervangt bijlage 1 waarin de verschrijving had plaatsgevonden waardoor de verdeling binnen de vastgestelde subsidieplafonds correct verloopt voor de lotingssystematiek in aanvraagtijdvak 2.

Daarnaast is de niet in de Subsidieregeling gebruikte term ‘Welzijn en jeugdzorginstellingen’ vervangen door de in de regeling gehanteerde term ‘Organisatie in zorg en welzijn’. Hier was sprake van een verschrijving.

Artikel II

In afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten van regelgeving (zoals opgenomen in aanwijzing 4.17 van de Aanwijzingen voor de regelgeving), treedt onderhavige wijzigingsregeling in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Hiervoor is gekozen omdat aanvragers voor opening van het subsidieloket duidelijkheid dienen te hebben over de lotingssystematiek.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

Naar boven