Besluiten vergunning Waterwet (Wtw) Botlekbrug, Rijkswaterstaat

Besluit vergunning Wet beheer rijkswaterstaatswerken (WBR)

KENNISGEVING

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat geeft, ingevolge afdeling 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht, kennis van de vaststelling van twee besluiten op basis van de Waterwet (Wtw) onder zaaknummers RWSZ2022-00013273 en RWSZ2022-00015594 en een besluit op basis van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (WBR) onder zaaknummer RWSZ2022-00013215. De vergunde werken betreffen een aan te leggen en te behouden CO₂ transportleiding onder de Oude Maas en in de nabijheid van de Hartelkering alsook het gedeelte van het tracé onder de Botlekbrug, de kruising van de A15 ter hoogte van de Clydeweg en de kruising van de toe/afrit van de A15 ter hoogte van de Noordzeeweg/Droespolderweg, allen te verlenen aan Porthos Onshore Transport C.V. te Utrecht.

Terinzagelegging

De besluiten, alsmede de ter zake zijnde stukken zijn 5 oktober 2023 tot 16 november 2023 in te zien bij:

• Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid, Laan op Zuid 45 te Rotterdam. Als u gebruik wilt maken van de mogelijkheid om de stukken fysiek in te zien, kan dat uitsluitend op afspraak. Hiervoor kunt u telefonisch contact opnemen met de afdeling Vergunningverlening (telefoon: 088 797 15 00 en e-mailadres: vergunningen.wnz@ rws.nl). Daarnaast kunt u de stukken digitaal opvragen via het hierboven vermelde nummer en e-mailadres, onder vermelding van zaaknummers RWSZ2022-00013273, RWSZ2022-00015594 en RWSZ2022-00013215.

De besluiten worden u digitaal of op verzoek per post toegezonden.

Inlichtingen

Voor vragen over deze besluiten, kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de afdeling Vergunningverlening van Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid, telefonisch bereikbaar onder het hierboven vermelde nummer en e-mailadres.

Rechtsbescherming

Bent u het niet eens met deze besluiten? Dan kunnen belanghebbenden, die een zienswijze hebben ingediend tegen de ontwerpbesluiten, van 5 oktober 2023 tot 16 november 2023 beroep instellen bij de rechtbank waar zij wonen of gevestigd zijn. Dit geldt ook voor belanghebbenden aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten dat zij geen zienswijzen tegen de ontwerpbesluiten hebben ingediend.