Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 19 september 2023, 3675022-1053195-VGP, houdende wijziging van de Warenwetregeling doorberekening kosten in verband met het opnemen van aanvullende tarieven en technische aanpassingen

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU 2017, L 95) en de artikelen 13b en 33 van de Warenwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Warenwetregeling doorberekening kosten wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 worden in de alfabetische volgorde de volgende begripsbepalingen ingevoegd:

verordening (EU) 2019/2074:

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2074 van de Commissie van 23 september 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor specifieke officiële controles op zendingen van bepaalde dieren en goederen die afkomstig zijn van en, nadat een derde land de binnenkomst ervan heeft geweigerd, terugkeren naar de Unie (PbEU 2019, L 316);

verordening (EU) 2019/2124:

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2124 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor officiële controles van zendingen van dieren en goederen bij doorvoer, overlading en verder vervoer door de Unie, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 798/2008, (EG) nr. 1251/2008, (EG) nr. 119/2009, (EU) nr. 206/2010, (EU) nr. 605/2010, (EU) nr. 142/2011 en (EU) nr. 28/2012 van de Commissie, Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie, en Beschikking 2007/777/EG van de Commissie (PbEU 2019, L 321);

B

Artikel 3, derde lid, komt te luiden:

  • 3. De kosten, bedoeld in het tweede lid, worden, indien sprake is van bemonstering en laboratoriumonderzoek, vermeerderd met een in de tweede kolom van bijlage II genoemd bedrag, waarbij het verschuldigde bedrag afhankelijk is van het uitgevoerde laboratoriumonderzoek genoemd in de eerste kolom van die bijlage.

C

Aan artikel 4 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. De kosten, bedoeld in het tweede lid, worden vermeerderd met € 143,07 voor activiteiten in verband met de verklaring, bedoeld in artikel 3, tweede lid, onderdeel c, van verordening (EU) 2019/2074.

D

Aan artikel 5, vierde lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • d. een bedrag van € 78,20 voor de verklaring die in het kader van de wederzijdse toestemming, bedoeld in artikel 71, tweede lid, onderdeel b, van verordening (EU) 2017/625 aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat van wie de behandeling van de zending is overgenomen, is verstrekt.

E

Na artikel 7 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 7a

  • 1. De Minister berekent aan de aanbieder de kosten door voor werkzaamheden in verband met de controle van de zegels als bedoeld in artikel 33, eerste lid, laatste zin, van verordening (EU) 2019/2124.

  • 2. De kosten, bedoeld in het eerste lid, bedragen € 54,58.

  • 3. Ingeval een aanvraag voor werkzaamheden als bedoeld in het eerste lid wordt onderbroken of uitgesteld, onderscheidenlijk geheel of gedeeltelijk niet plaatsvindt door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, is de aanbieder een bedrag van € 54,58 per zending verschuldigd.

  • 4. Indien sprake is van werkzaamheden als bedoeld in artikel 33, eerste lid, eerste zin, van verordening (EU) 2019/2124 die volgen op werkzaamheden als bedoeld in het eerste lid, die binnen openingstijd worden verricht, berekent de Minister aan de aanbieder de kosten hiervan door.

  • 5. De kosten, bedoeld in het vierde lid, bedragen voor iedere medewerker van de NVWA:

    • a. € 78,21 starttarief; en

    • b. € 39,10 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts, een officiële assistent of een andere medewerker van de NVWA is besteed.

F

In artikel 15, eerste lid, wordt ‘7, eerste lid, 12, eerste lid,’ vervangen door ‘7, eerste lid, 7a, eerste lid, 12, eerste lid,’.

G

Na artikel 20 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 20a

De Minister berekent aan de aanbieder de werkelijke kosten door van laboratoriumonderzoeken die niet opgenomen zijn in bijlage II of bijlage III, en die nodig of verplicht zijn ter uitvoering van EU-verordeningen of bij of krachtens de Warenwet.

H

Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het zevende lid, onderdeel b, komt te luiden:

  • b. een bedrag van € 69,70 voor het laboratoriumonderzoek.

2. Het achtste lid, onderdeel c, komt te luiden:

  • c. een bedrag van € 69,70 voor het laboratoriumonderzoek.

3. Het veertiende lid komt te luiden:

  • 14. Indien het beoordelen van een studie als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van Verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PbEU 2005, L 338) onderdeel uitmaakt van een aanvullende officiële controle, en voor die beoordeling naast de inspectiewerkzaamheden, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, werkzaamheden door een medewerker van de NVWA worden verricht, worden de kosten daarvan, in aanvulling op het derde lid, doorberekend.

4. Aan het vijftiende lid, aanhef wordt toegevoegd ‘bij erkende bedrijven’.

5. Onder vernummering van het zestiende lid tot zeventiende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 16. In afwijking van het vijftiende lid bedragen de kosten, bedoeld in het veertiende lid, bij een geregistreerd bedrijf:

    • a. € 326,02 per beoordeling van een studie per product of productgroep, voor de eerste twee beoordelingen; en

    • b. € 130,41 per beoordeling van een studie per product of productgroep, vanaf de derde beoordeling.

I

Artikel 23, zevende lid, komt te luiden:

  • 7. De kosten, bedoeld in het tweede lid, worden vermeerderd met:

    • a. een bedrag van € 6,00 per exportverklaring indien deze is aangevraagd via e-CertNL;

    • b. een bedrag van € 260,21 indien bij de afgifte van een exportverklaring etiketten moeten worden beoordeeld door een medewerker van de NVWA.

J

Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:

1. In het onderdeel ‘chemisch onderzoek’ wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:

Polyfosfaten

€ 531,19

2. In het onderdeel ‘microbiologisch onderzoek’ wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:

Staphylococcen – enterotoxinen

€ 467,45

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

In de Warenwetregeling doorberekening kosten (verder: de regeling) is vastgesteld voor welke controles, activiteiten en werkzaamheden de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (verder: NVWA) en de Stichting Controle Orgaan Kwaliteits Zaken (verder: COKZ) kosten in rekening kunnen brengen. In deze regeling zijn ook de tarieven opgenomen die de NVWA en het COKZ in rekening brengen.

Deze wijziging van de regeling zorgt voor het invoeren van een aantal nieuwe controles, activiteiten en werkzaamheden van de NVWA met bijbehorende tarieven in de regeling. De nieuwe controles, activiteiten en werkzaamheden hebben betrekking op invoer- en doorvoercontroles, laboratoriumkosten en exportcertificering. Tevens wordt een aantal technische wijzigingen doorgevoerd. In de artikelsgewijze toelichting wordt een nadere toelichting gegeven op de wijzigingen.

In de tabel hieronder is aangegeven onder welke categorie van het nieuwe kostprijsmodel de nieuw toegevoegde controles, activiteiten en werkzaamheden vallen.

Tabel nieuwe tarieven en PDC categorie

Warenwetregeling doorberekening kosten

PDC categorie

Artikel 4, derde lid

Invoer- en doorvoercontroles

Artikel 5, vierde lid, onderdeel d

Import hoog risico

Artikel 7a

Invoer- en doorvoercontroles

Artikel 20a

Overige tarieven laboratorium

Artikel 21, vijftiende lid

Overige tarieven aanvullende controles

Artikel 21, zestiende lid

Overige tarieven aanvullende controles geregistreerde levensmiddelenbedrijven

Artikel 23, zevende lid, onderdeel a

Fysieke exportcertificering (dierlijke) (bij)producten

Exportcertificering op afstand

Overige tarieven (dierlijke) (bij)producten

2. OCR en Maat houden 2014

De retributies zijn in lijn met de Europese officiële controleverordening1 (hierna: OCR) en het kabinetsbeleid over doorberekening van kosten bij toezicht op naleving en controles opgenomen in het rapport Maat houden 2014.

3. Gevolgen voor regeldruk

Deze regeling heeft geen effect op de administratieve lasten of nalevingskosten. Tarieven en retributies zijn financiële lasten en vallen als zodanig buiten de definitie van regeldruk. Zij worden aldus niet aangemerkt als regeldruk die voortvloeit uit wet- of regelgeving. De kennisnemingskosten zijn nihil. Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen gevolgen voor de regeldruk heeft.

4. Vaste verandermomenten

De regeling treedt in werking per 1 oktober 2023. Vanwege de technische aard van de wijzigingen, het feit dat de sector over de voorgenomen wijzigingen is geconsulteerd, en het belang dat doorberekening van kosten tijdig kan plaatsvinden, is afgeweken van de minimale publicatietermijn van twee maanden.

5. Consultatie

Het ontwerp van deze regeling is voorgelegd aan de deelnemers van het Regulier Overleg Warenwet (ROW)2. Deze consultatie heeft geleid tot een inhoudelijke opmerking en een opmerking over het proces. Deze hebben niet geleid tot aanpassing van de regeling.

II. Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdelen A en C

Artikel 3, tweede lid, onderdeel c, van verordening (EU) 2019/20743 regelt dat zendingen van bepaalde door derde landen geweigerde zendingen producten van dierlijke oorsprong en samengestelde producten vergezeld dienen te gaan van de verklaring van instemming van de bevoegde autoriteit van de plaats van bestemming in de Europese Unie. Dit is niet het geval als de zending terugkeert naar de inrichting van oorsprong van de zending die zich in dezelfde lidstaat als de grenscontrolepost van aankomst in de Unie bevindt.

Verordening (EU) 2019/2074 is gebaseerd op artikel 77, eerste lid, onderdeel h, van verordening (EU) 2017/625. Voor activiteiten in verband met de wederinvoer van een door een derde land geweigerde partij uit de Europese Unie afkomstige producten in Nederland ter uitvoering van de op artikel 77, eerste lid, onderdeel h, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde handelingen van de Europese Commissie was reeds het start- en kwartiertarief van artikel 4 verschuldigd. In het derde lid is het tarief opgenomen voor de activiteiten die verband houden met het opstellen van de terugnameverklaring.

Onderdelen A, E en F

Conform gedelegeerde verordening (EU) 2019/21244 moeten levende producten, dierlijke bijproducten, hooi en stro en samengestelde producten die het grondgebied van de Unie verlaten en via een derde land zijn binnengekomen, een overeenstemmingscontrole ondergaan. Dit om vast te stellen dat de te controleren zending overeenkomt met de zending waarnaar wordt verwezen in het Gemeenschappelijk Gezondheidsdocument van Binnenkomst of het officiële certificaat dat de zending vergezelt. De bevoegde autoriteit, in dit geval de NVWA, controleert met name of de zegels die op de voertuigen of transportcontainers zijn aangebracht, nog intact zijn (artikel 33, eerste lid, laatste zin, van gedelegeerde verordening (EU) 2019/2124). Indien een zegel niet intact is, wordt een overeenstemmingscontrole uitgevoerd als bedoeld in artikel 33, eerste lid, eerste zin, van gedelegeerde verordening (EU) 2019/2124. Voor deze overeenstemmingscontrole wordt een start- en kwartiertarief in rekening gebracht. De kosten van de uitgangscontrole zijn opgenomen in artikel 7a van de regeling en komen bovenop de reguliere controles die bij binnenkomst van de zending voor doorvoer gedaan moeten worden.

De kosten voor de uitgangscontrole worden vanaf 1 oktober 2023 in rekening gebracht per aangemelde zending. Als een zending uiteindelijk niet wordt aangeboden en niet tijdig (uiterlijk om 14:00 uur op de werkdag, voorafgaande aan de dag waarop de activiteiten plaats zouden vinden) wordt afgemeld, dan zal het tarief toch in rekening worden gebracht. De kosten zijn in lijn met de OCR (artikel 79) die stelt dat specifieke kosten voor importcontroles doorberekend dienen te worden. Daarnaast ligt de ambitie in het huidige Coalitieakkoord 2021-2025 ‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’ om retribueerbare activiteiten kostendekkend te maken.

Onderdeel B

Artikel 3, derde lid, onderdeel a, van de regeling regelde dat de kosten voor controles en activiteiten als bedoeld in de artikelen 65 tot en met 69 van de officiële controleverordening (hierna: OCR) worden vermeerderd met het in bijlage I genoemde bedrag aan administratiekosten. Deze controles en activiteiten vallen onder invoer- en doorvoercontroles. De kosten voor deze controles en activiteiten worden niet vermeerderd met de in bijlage I genoemde administratiekosten. Bijlage I is dus niet van toepassing op artikel 3. Artikel 3, derde lid, onderdeel a, van de regeling vervalt dan ook.

Onderdeel D

Artikel 66, derde lid, onderdeel c, en artikel 67, onderdeel b, van de OCR regelen dat zendingen die niet voldoen aan de Europese regels of die een risico vormen, onderworpen kunnen worden aan een speciale behandeling om ervoor te zorgen dat de zending alsnog voldoet. Uit artikel 71, tweede lid, onderdeel b, van de OCR volgt dat de behandeling wordt gedocumenteerd en wordt uitgevoerd onder controle van de bevoegde autoriteiten, of in voorkomend geval, en met wederzijdse toestemming, de bevoegde autoriteiten van een andere lidstaat.

Als vergoeding voor de kosten van het opstellen en de afgifte van een verklaring gericht aan de bevoegde autoriteit van een andere lidstaat om een afwijkende partij hoogrisicoproducten levensmiddelen (verordening (EU) 2019/1793)5 naar Nederland te halen voor een behandeling, wordt een vast tarief in rekening gebracht. De NVWA geeft in de verklaring aan op de hoogte zijn van de besmetting in de betreffende partij en dat de NVWA het toezicht op die partij overneemt. De keuren import-verklaring (hierna: KI-verklaring) bevestigt de wederzijdse toestemming van de bevoegde autoriteiten van lidstaten.

Voor 1 januari 2023 werd voor de KI-verklaring het bedrag van de werkelijke kosten in rekening gebracht. Met de herziening van het retributiestelsel is voor deze verklaring abusievelijk een start- en kwartiertarief verschuldigd (artikel 3 van de regeling). Dit is niet correct en dient een vast tarief te zijn. Doorberekening van de kosten vindt plaats op grond van artikel 66, zevende lid, en artikel 67, laatste alinea, van de OCR.

Onderdeel G

Met deze wijziging is geregeld dat de aanbieder een bedrag verschuldigd is voor laboratoriumonderzoeken die op grond van Europese of nationale regelgeving verplicht of nodig zijn, maar die niet opgenomen zijn in bijlagen II en III van de regeling. In de praktijk komt het voor dat laboratoriumonderzoeken verplicht of nodig zijn, maar dat het bedrag niet in rekening kan worden gebracht, omdat het laboratoriumonderzoek, en de daarbij behorende kosten, niet in de bijlagen II en III zijn opgenomen. De grondslag om deze kosten alsnog in rekening te brengen is gecreëerd met het nieuwe artikel 20a. Indien sprake is van een nieuw laboratoriumonderzoek zal het specifieke tarief bij een eerstvolgende wijziging van de regeling worden opgenomen in de bijlagen II of III.

Onderdeel H
Onder 1 en 2

Deze wijziging betreft een correctie. Bij een aanvullende officiële controle waarbij bemonstering en laboratoriumonderzoek wordt gedaan (artikel 21, zevende lid, van de regeling) en bij een aanvullende officiële bemonstering (artikel 21, achtste lid, van de regeling) werd voor de laboratoriumkosten verwezen naar bijlage II van de regeling, waarbij het verschuldigde bedrag afhankelijk was van het uitgevoerde laboratoriumonderzoek. Dit moet echter zijn een vast bedrag van € 69,70, onafhankelijk van welk laboratoriumonderzoek is uitgevoerd. Met deze wijziging is dat hersteld.

Onder 3

In het veertiende lid wordt een verduidelijking aangebracht. Bij een beoordeling van een houdbaarheidsstudie, als onderdeel van een aanvullende officiële controle, worden de kwartiertarieven van de inspecteur van artikel 21, derde lid, onderdeel b, in rekening gebracht. Het kan voorkomen dat voor de beoordeling van een houdbaarheidsstudie de expertise van het team Expertise van de NVWA nodig is. Als dit het geval is dan worden, naast de kwartiertarieven van de inspecteur, ook de kosten van de expert van de NVWA in rekening gebracht. Deze tarieven zijn opgenomen in de leden 15 en 16 (nieuw).

Onder 4 en 5

In artikel 21, vijftiende lid, van de regeling zijn de kosten opgenomen voor de beoordeling van houdbaarheidsstudies per product, als onderdeel van een aanvullende officiële controle. Hierbij was abusievelijk geen onderscheid gemaakt tussen de kosten voor beoordelingen van houdbaarheidsstudies bij erkende levensmiddelenbedrijven en bij geregistreerde levensmiddelenbedrijven. Dit terwijl de beoordeling van houdbaarheidsstudies bij erkende bedrijven en bij geregistreerde levensmiddelenbedrijven onder verschillende productcategorieën vallen, en er zodoende ook verschillende tarieven bij horen. De in artikel 21, vijftiende lid, van de regeling opgenomen kosten zijn enkel van toepassing op erkende levensmiddelenbedrijven. Deze tarieven gelden echter niet voor beoordelingen van houdbaarheidsstudies bij geregistreerde levensmiddelenbedrijven. Hiervoor gelden andere tarieven, namelijk € 326,02 per product voor de eerste twee producten en € 130,41 vanaf het derde product. Deze wijziging zorgt voor opname van deze tarieven bij geregistreerde levensmiddelenbedrijven.

Onderdeel I

Tot 1 januari 2023 maakten de kosten voor het aanvragen via e-CertNL onderdeel uit van het tarief van een exportverklaring. Met ingang van 1 januari 2023 is met het herziene kostprijsmodel en retributiestelsel van de NVWA het tarief voor e-CertNL afgesplitst van het tarief voor de exportverklaring. Met de wijziging van de regeling per 1 januari 2023 is vergeten het tarief voor e-CertNL op te nemen. Met deze regeling is dat hersteld.

Onderdeel J

De NVWA voert ook onderzoek uit naar polyfosfaten en staphylococcen – enterotoxinen. Voor deze onderzoeken was nog geen tarief opgenomen in bijlage II. Deze wijziging zorgt voor opname van deze laboratoriumonderzoeken met bijbehorende tarieven.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers


X Noot
1

Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU 2017, L 95).

X Noot
2

Aan het ROW nemen vertegenwoordigers deel van ondernemers (industrie en handel), van consumenten, van ministeries (met name van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit), en van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

X Noot
3

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2074 van de Commissie van 23 september 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor specifieke officiële controles op zendingen van bepaalde dieren en goederen die afkomstig zijn van en, nadat een derde land de binnenkomst ervan heeft geweigerd, terugkeren naar de Unie (PbEU 2019, L 316).

X Noot
4

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2124 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor officiële controles van zendingen van dieren en goederen bij doorvoer, overlading en verder vervoer door de Unie, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 798/2008, (EG) nr. 1251/2008, (EG) nr. 119/2009, (EU) nr. 206/2010, (EU) nr. 605/2010, (EU) nr. 142/2011 en (EU) nr. 28/2012 van de Commissie, Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie, en Beschikking 2007/777/EG van de Commissie (PbEU 2019, L 321).

X Noot
5

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1793 van de Commissie van 22 oktober 2019 betreffende de tijdelijke verhoging van de officiële controles en noodmaatregelen met betrekking tot de binnenkomst in de Unie van bepaalde goederen uit bepaalde derde landen tot uitvoering van de Verordeningen (EU) 2017/625 en (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 669/2009, (EU) nr. 884/2014, (EU) 2015/175, (EU) 2017/186 en (EU) 2018/1660 van de Commissie (PbEU 2019, L 277).

Naar boven