De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Gelet op de artikelen J 7, derde lid, J 16,
derde lid, K 4, vierde lid, L 11, tweede lid, N 10, derde lid, N 29, vierde
lid, Na 31, derde lid, en P 22, derde lid van de Kieswet.
Besluit:
ARTIKEL I
Bijlage 1 bij artikel 1 van de Kiesregeling wordt als
volgt gewijzigd:
1. Model J 7 wordt als volgt gewijzigd:
-
a. Het model, onder 9, wordt vervangen door het model dat is opgenomen in
onderdeel A van de bijlage bij deze regeling.
-
b. Het model, onder 10, wordt vervangen door het model dat is opgenomen in
onderdeel B van de bijlage bij deze regeling.
-
c. Het model, onder 11, vervalt.
2. Model J 16 wordt als volgt gewijzigd:
-
a. Het model wordt vervangen door het model dat is opgenomen in onderdeel C
van de bijlage bij deze regeling.
-
b. Na het model, onder 1 (nieuw), wordt het model ingevoegd dat is opgenomen
in onderdeel D van deze regeling.
3. Model K 4 wordt als volgt gewijzigd:
-
a. Het model, onder 4, wordt vervangen door het model dat is opgenomen in
onderdeel E van de bijlage bij deze regeling.
-
b. Het model, onder 5, wordt vervangen door het model dat is opgenomen in
onderdeel F van de bijlage bij deze regeling.
-
c. Het model, onder 6, vervalt.
4. Model L 11 wordt als volgt gewijzigd:
-
a. Het model, onder 7, wordt vervangen door het model dat is opgenomen in
onderdeel G van de bijlage bij deze regeling.
-
b. Het model, onder 8, wordt vervangen door het model dat is opgenomen in
onderdeel H van de bijlage bij deze regeling.
-
c. Het model, onder 9, vervalt.
5. Model N 10-1 wordt vervangen door het model dat is opgenomen in onderdeel
I van de bijlage bij deze regeling.
6. Model N 29-2 wordt vervangen door het model dat is opgenomen in onderdeel
J van de bijlage bij deze regeling.
7. Model Na 31-2 wordt vervangen door het model dat is opgenomen in onderdeel
K van de bijlage bij deze regeling.
8. Het model P 22-1 wordt vervangen door het model dat is opgenomen in
onderdeel L van de bijlage bij deze regeling.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2023.
TOELICHTING
1. Inhoud van de regeling
Op 22 november 2023 vindt de verkiezing plaats voor de leden van de Tweede
Kamer. Met het oog hierop worden in artikel I, onderdelen 1, 3 en 4 van deze
regeling voor deze verkiezing respectievelijk modellen voor de stempas,
kiezerspas en volmachtbewijs vastgesteld.
Naast deze stembescheiden bevat deze regeling nog vijf andere modellen, die
in artikel I, onderdelen 2, 5, 6, 7 en 8 worden vastgesteld.
Het betreft in de eerste plaats een nieuw model J 16 voor
kiezershandleidingen voor verkiezingen. De vormgeving van deze poster die in
het stemhokje hangt is aangepast zodat er meer nadruk komt te liggen op het
gewenste gedrag. Daarmee bevat de poster minder afbeeldingen, zodat de inhoud
nog beter wordt overgebracht. Daarnaast is er voor gekozen om deze poster ook
aan te bieden in het Fries. De rijksoverheid erkent de Friese taal als
officiële taal via de Wet gebruik Friese taal en onder het Europees Handvest
voor regionale talen of talen van minderheden. In de Wet gebruik Friese taal
staat opgenomen dat het Rijk en de provincie Fryslân een gezamenlijke
verantwoordelijkheid en zorgplicht hebben voor de Friese taal en cultuur. Ter
uitwerking van deze verantwoordelijkheid maken het Rijk en de Provincie Fryslân
periodiek bestuursafspraken over de Friese taal en cultuur. Daarin is
afgesproken dat zowel de provincie als het Rijk zich inzetten om het
functioneel gebruik en zichtbaarheid van het Fries in de openbare ruimte te
vergroten. Door de poster in het stemhokje ook in het Fries aan te bieden
faciliteert de rijksoverheid Friese gemeenten om de zichtbaarheid van het Fries
gedurende deze en aankomende verkiezingen te vergroten.
Het proces-verbaal van een stembureau (model N 10-1) wordt ook opnieuw
vastgesteld. Hieraan is in het kader op de eerste bladzijde een
aanvinkmogelijkheid toegevoegd. Deze kan worden benut wanneer het gemeentelijk
stembureau of stembureau voor het openbaar lichaam de in het proces-verbaal
opgenomen aantallen opnieuw heeft onderzocht, maar dit onderzoek niet heeft
geleid tot wijzigingen aan de vastgestelde aantallen.
Ook wordt een nieuw model vastgesteld voor het proces-verbaal van de
stemopneming bij een briefstembureau (model N 29-2). Hieraan is in rubriek 4
ruimte toegevoegd om, indien van toepassing, te noteren hoe groot het verschil
is tussen het aantal toegelaten kiezers en het aantal getelde
stembiljetten.
Daarnaast wordt een nieuw model vastgesteld voor het proces-verbaal van het
gemeentelijk stembureau/stembureau voor het openbaar lichaam in een
gemeente/openbaar lichaam waar een centrale stemopneming wordt verricht (model
Na 31-2). Bovenaan bijlage 2 is een aanvinkmogelijkheid toegevoegd. Deze kan
worden benut wanneer het gemeentelijk stembureau of stembureau voor het
openbaar lichaam het aantal toegelaten kiezers heeft herteld, omdat sprake was
van een onverklaard verschil tussen enerzijds het aantal toegelaten kiezers
zoals vastgesteld door het stembureau, en anderzijds het aantal getelde
stembiljetten zoals vastgesteld door het gemeentelijk stembureau/stembureau
voor het openbaar lichaam.
Ten slotte wordt een nieuw model vastgesteld voor het proces-verbaal van de
uitslag van de verkiezing van de Tweede Kamer / het Europees Parlement /
provinciale staten (model P 22-1). In dit model is in rubriek 12a de verwijzing
naar model N 10-1 verwijderd, omdat dat model ten onrechte stond genoemd. Ook
is de toelichting bovenaan rubriek 12a verduidelijkt. Daar stond vermeld ‘Neem
dit onderdeel alleen op indien is besloten tot een hertelling (...)’. Dat wordt
‘Vul deze rubriek alleen in indien is besloten tot een hertelling (.)’. Deze
aanpassing is nodig omdat rubriek 12a sowieso in de uitslagprogrammatuur wordt
opgenomen, maar pas ingevuld hoeft te worden indien van toepassing.
2. Administratieve en financiële lasten
Uit deze regeling vloeien geen administratieve of financiële lasten voort.
Het Adviescollege toetsing regeldruk heeft het dossier niet geselecteerd voor
een formeel advies, omdat het naar verwachting geen (omvangrijke) gevolgen voor
de regeldruk heeft.
3. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2023. Dit is
conform aanwijzing 4.17, tweede lid, van de Aanwijzingen voor de regelgeving.
Daarin is 1 oktober aangewezen als een van de vier vaste momenten waarop
ministeriële regelingen gewijzigd kunnen worden. Aan de in aanwijzing 4.17,
vierde lid, van de Aanwijzingen voor de regelgeving voorgeschreven
minimuminvoeringstermijn van twee maanden wordt niet voldaan. Met het oog op de
op 22 november 2023 te houden vervroegde verkiezingen is het belangrijk dat de
modellen per 1 oktober in werking zullen treden. Het is niet mogelijk gebleken
de modellen eerder vast te stellen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.M. de Jonge