Wijziging ontheffing op grond van artikel 18h Gaswet, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

15 augustus 2023

Kenmerk: DGKE-DE / 34290352

1. Inleiding

Bij besluit van 12 mei 2023 (kenmerk DGKE-DE / 26093698) (hierna: ontheffingsbesluit) is door de Minister voor Klimaat en Energie op grond van artikel 18h, eerste en tweede lid, van de Gaswet aan Gate Terminal B.V. (hierna: Gate) ontheffing verleend van de artikelen 13, 14a en 15 van de Gaswet, voor de aanmerkelijke uitbreiding van de capaciteit, met 4 miljard m3 per jaar (hierna: de aanmerkelijke uitbreiding), van de bestaande LNG-installatie van Gate op de Maasvlakte te Rotterdam (hierna: de LNG-installatie), voor een periode van 20 jaar vanaf 1 oktober 2026, of vanaf de eerste inbedrijfname van de aanmerkelijke uitbreiding.1

In artikel 2 van het ontheffingsbesluit zijn nadere voorschriften opgenomen waaraan Gate moet voldoen, welke voorschriften met name waarborgen dat aan de voorwaarden van artikel 18h, eerste en tweede lid, van de Gaswet wordt voldaan. De Autoriteit Consument en Markt is belast met het toezicht op de naleving van het ontheffingsbesluit en de daaraan verbonden voorschriften.

Ingevolge artikel 4 van het ontheffingsbesluit is, overeenkomstig artikel 18h, van de Gaswet, onder meer bepaald dat:

  • – het ontheffingsbesluit in werking treedt met ingang van de dag na het verstrijken van de termijn bedoeld in artikel 18, elfde lid, van de Gaswet; en

  • – indien de Europese Commissie binnen de termijn bedoeld in artikel 18h, twaalfde lid, van de Gaswet, een besluit neemt, het ontheffingsbesluit in werking treedt na aanpassing aan dat besluit van de Europese Commissie.

De Europese Commissie heeft op 17 juli 2023 een besluit (kenmerk: C(2023) 4906 final)2 genomen naar aanleiding van het ontheffingsbesluit. Dat besluit heeft de Europese Commissie genomen binnen de termijn die daarvoor is opgenomen in artikel 36, negende lid, van richtlijn 2009/73/EG. Dit betekent dat ingevolge artikel 18h, twaalfde lid, van de Gaswet, het ontheffingsbesluit in werking treedt na aanpassing aan het hiervoor genoemde besluit van de Europese Commissie.

In het besluit van 17 juli jl. heeft de Europese Commissie het ontheffingsbesluit goedgekeurd. De Europese Commissie heeft evenwel aangegeven dat het definitieve ontheffingsbesluit een einddatum moet bevatten in overeenstemming met artikel 36, negende lid, van richtlijn 2009/73/EG.

Met dit wijzigingsbesluit wordt het ontheffingsbesluit aangepast aan het besluit van de Europese Commissie van 17 juli jl. (kenmerk: C(2023) 4906 final). Met deze aanpassing treedt het ontheffingsbesluit terstond in werking.

2. Wijziging van het ontheffingsbesluit

Gelet op artikel 18h, twaalfde lid, van de Gaswet wordt het besluit van de Minister voor Klimaat en Energie van 12 mei 2023 (kenmerk DGKE-DE / 26093698) als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5, eerste lid, onderdelen b en c, komen te luiden:

  • a. indien op 17 juli 2025 nog niet met de constructie van de LNG-installatie is gestart;

  • b. indien op 17 juli 2028 de aanmerkelijke uitbreiding van de LNG-installatie nog niet operationeel is geworden.

R.A.A. Jetten Minister voor Klimaat en Energie

Tegen dit besluit kan degene wiens belang daarbij rechtstreeks is betrokken binnen zes weken vanaf de dag waarop dit besluit in werking is getreden een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister voor Klimaat en Energie, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef van dit besluit vermelde datum.

Naar boven