Brief ILT – Beëindigen anticiperend handhaven, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

11 september 2023

Inspectie Leefomgeving en Transport

Waarnemend inspecteur-generaal Leefomgeving en Transport

Dhr. M.C. Wassenaar

Postbus 16191

2500 BD DEN HAAG

Geachte heer Wassenaar,

Bij brief van 25 september 20151 is de Tweede Kamer geïnformeerd dat het wenselijk is om, samengevat, vooruitlopend op de definitieve verankering van het Nieuw Normen- en Handhavingstelsel Schiphol (NNHS), de verkeersafhandeling te blijven uitvoeren volgens de regels van het bij het NNHS behorende strikt preferentieel baangebruik. Met de partijen in de ORS (voorheen Alderstafel) was afgesproken dat bij dreigende overschrijding van de in het LVB opgenomen grenswaarden voor geluid in de handhavingspunten géén stuurmaatregelen door de luchtvaartsector zouden worden ingezet, omdat dit niet in lijn is met de regels voor het strikt preferentieel baangebruik.

In lijn met het voorgaande wordt bij overschrijding van een grenswaarde voor geluid in een handhavingspunt door de inspecteur-generaal geen maatregel op grond van artikel 8.22 Wet luchtvaart opgelegd indien blijkt dat de overschrijding het gevolg is van de toepassing van de regels uit het nieuwe stelsel.

In de praktijk betekent dit dat omwonenden zich niet kunnen beroepen op het toepassen van de geluidsnormen die in het LVB zijn vastgelegd. U heeft hier aandacht voor gevraagd. U gaat onder andere in op de risico’s als gevolg van de lange duur van het anticiperend handhaven waarbij u als toezichthouder, door de wet aangewezen, gehouden bent om niet op te treden waar dat volgens de Wet luchtvaart nodig zou zijn. Dit signaal is met de Kamer gedeeld2.

Conform de ‘Hoofdlijnenbrief Schiphol’ van 24 juni 20223 verzoek ik u om met ingang van het zomerseizoen in het gebruiksjaar 2024, per 31 maart 2024, het ‘anticiperend handhaven’ te beëindigen. Overschrijding van de grenswaarden op de bestaande handhavingspunten zal dan niet langer meer worden gedoogd. Vanaf 31 maart 2024 zal de wet dan onverkort toegepast worden als er een overschrijding is van de vastgelegde normen.

Hierdoor wordt de rechtspositie voor omwonenden verbeterd. Ondanks de beëindiging van het anticiperend handhaven is het wel de bedoeling dat de regels voor het strikt preferentieel baangebruik toegepast blijven worden. Dit om extra geluidhinder voor omwonenden te voorkomen.

Naast het beëindigen van het anticiperend handhaven zal daarom in september 2023 een ministeriële regeling (experimenteerregeling) worden gepubliceerd. Op grond van deze regeling zal strikt preferentieel baangebruik zoveel als mogelijk (binnen de grenswaarden op handhavingspunten) toegepast worden. Een regeling is nodig omdat het strikt preferentieel baangebruik niet in het huidige LVB is opgenomen. De regeling betreft een experiment conform artikel 8.23a van de Wet luchtvaart. In de (tijdelijke) regeling zullen de regels voor strikt preferentieel baangebruik van het NNHS worden vastgelegd, uit te voeren binnen vervangende grenswaarden voor de geluidbelasting in de handhavingspunten binnen de criteria voor gelijkwaardige bescherming van de omgeving. Deze regeling is eerder aan u voorgelegd voor een handhaafbaarheids-, uitvoerbaarheids- en fraudebestendigheidstoets (HUF-toets). In uw brief van 8 maart 2023 concludeert u dat de regeling handhaafbaar, uitvoerbaar en fraudebestendig is, zij het met een aantal opmerkingen. In de HUF-toets onderschrijft u onder meer het belang van het daadwerkelijk beëindigen van het anticiperend handhaven. U wijst er wel op dat een versterking van het handhavingsinstrumentarium nodig zou zijn voor eventuele lik op stuk handhavingsacties gedurende het gebruiksjaar. Op dit moment worden de mogelijkheden daartoe verkend in overleg met medewerkers van de ILT. Een aparte reactie op de HUF-toets is overigens nog in voorbereiding.

Er is gekozen voor dit experiment om te bezien of de regels voor strikt preferentieel baangebruik uitgevoerd kunnen worden binnen de grenswaarden voor geluid in handhavingspunten en of hiermee een positief effect te verwachten valt op de hinderbeleving. De grenswaarden zijn hierbij leidend. Bij een dreigende overschrijding van een grenswaarde mag van de regels voor strikt preferentieel baangebruik worden afgeweken. De experimenteerregeling zal van kracht worden op het moment dat het anticiperend handhaven wordt beëindigd. Mede ten behoeve van de evaluatie van het experiment verzoek ik u de naleving van de baangebruiksregels zorgvuldig te monitoren.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, M.G.J. Harbers


X Noot
1

Kamerstukken II 2015/16, 31 936, nr. 296

X Noot
2

Kamerstukken II 2021/22, 29 665, nr. 418

X Noot
3

Kamerstukken II 2021/22, 29 665, nr. 432

Naar boven