Besluit tot wijziging van de Regeling toevoeging bewindvoerders Wsnp II

Het bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand

besluit de Regeling toevoeging bewindvoerders Wsnp II aan te passen:

ARTIKEL I

Regeling toevoeging bewindvoerders Wsnp II wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1. In afwijking van het bepaalde in het Besluit vergoedingen bedraagt de vergoeding:

    • a) € 1.049 voor een dwangakkoord (artikel 287a Fw), bij een volledig doorlopen procedure inclusief het daadwerkelijk voeren van de procedure bij de rechtbank;

    • b) € 859 voor een moratorium en voorlopige voorziening (artikel 287 lid 4, en 287b Fw), bij een volledig doorlopen procedure inclusief het daadwerkelijk voeren van de procedure bij de rechtbank.

  • 2. Wanneer de bewindvoerder enkel het verzoekschrift opstelt ten behoeve van de procedure, maar niet aanwezig is bij de procedure zelf of wanneer de procedure voortijdig wordt beëindigd zodat er geen zitting plaatsvindt, bedraagt de vergoeding:

    • a) € 774 voor een dwangakkoord;

    • b) € 609 voor een moratorium of voorlopige voorziening.

  • 3. De vergoeding zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt vermeerderd met de verschuldigde omzetbelasting.

  • 4. De eigen bijdrage is de laagste eigen bijdrage zoals bedoeld in het eerste lid van artikel 4 Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand.

  • 5. De eigen bijdrage zoals bedoeld in het vierde lid van artikel 6 van deze regeling, wordt in mindering gebracht op de vergoeding.

  • 6. De regeling voor advies zoals bedoeld in artikel 12 BVR 2000, de regeling voor bewerkelijke zaken zoals bedoeld in artikel 13 BVR 2000 en de voorschotregeling zoals bedoeld in artikel 35 BVR 2000, zijn niet van toepassing.

  • 7. Naast de vergoeding kent de Raad de bewindvoerder bij een volledige procedure ook een reistijd- en reiskostenvergoeding toe zoals genoemd in artikel 24 BVR 2000 en artikel 25 BVR 2000. Daarnaast kent de Raad de bewindvoerder een kostenvergoeding toe zoals genoemd in artikel 27 BVR 2000.

B

De toelichting van artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

Voor de verzoekschriftenprocedures gelden van het Besluit vergoedingen afwijkende vergoedingen (lid 1 en 2).

De cliënt betaalt voor de door de bewindvoerder verleende rechtsbijstand een eigen bijdrage. De eigen bijdrage is de laagste eigen bijdrage zoals bedoeld in eerste lid van artikel 4 Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand. Die eigen bijdrage wordt jaarlijks geïndexeerd. Het tweede lid van artikel 4 van het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand is niet van toepassing.

Op de door de Raad aan de bewindvoerder vastgestelde vergoeding brengt de Raad de eigen bijdrage van de cliënt in mindering. De bewindvoerder int de eigen bijdrage bij zijn cliënt.

Een aantal bepalingen uit het Besluit vergoedingen zijn expliciet buiten toepassing verklaard.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2023.

Aldus vastgesteld door het bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand.

’s Hertogenbosch, 17 juli 2023

I.D. Nijboer Algemeen directeur/Bestuurder Raad voor Rechtsbijstand

Naar boven