Kennisgeving voornemen en participatie voor de verkenning Zuidelijk Maasdal, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

Van 29 juni 2023 tot en met 29 december 2023 kan iedereen reageren op het voornemen van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat om, samen met de bestuurlijke partners in de regio, een gebiedsgerichte verkenning uit te voeren naar verschillende opgaven die spelen in het Zuidelijk Maasdal. Ook kan iedereen reageren op de wijze waarop in deze verkenning geparticipeerd kan worden. Iedereen kan mogelijke oplossingsrichtingen aandragen voor deze opgaven. In deze kennisgeving als bedoeld in art. 5.47 van de Omgevingswet leest u over de mogelijkheid die u heeft om te reageren.

WAAROVER GAAT DE VERKENNING?

Het project Zuidelijk Maasdal is een gezamenlijk initiatief van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het Waterschap Limburg, de provincie Limburg en de gemeenten Maastricht, Eijsden-Margraten en Meerssen. De primaire opgaven die aanleiding geven om deze verkenning te starten betreffen het op orde brengen van de hoogwaterveiligheid en vlot en veilig transport over water. Daarnaast spelen in dit gebied ook andere nationale en regionale opgaven die in samenhang met de primaire opgaven verder moeten worden uitgewerkt. Het betreft het verbeteren van de natuurwaarden en het behouden en versterken van de ruimtelijke kwaliteit van het gebied. In paragraaf 2.2 van het startdocument verkenning Zuidelijk Maasdal (hierna ook: het startdocument) worden deze opgaven uitgebreider beschreven:

  • Hoogwaterveiligheid op orde

    De dijkversterkingsopgave kent twee uitdagingen: het voldoen aan de norm voor 2050 én een goede inpassing in de (stedelijke) ruimtelijke omgeving. Hoogwaterveiligheid wordt naast bescherming door waterkeringen en hoge gronden ook bepaald door de afvoer- en bergingscapaciteit van de rivier. De afvoer- en bergingscapaciteit kan vergroot worden door rivierverruiming. Hiermee kan de hoogteopgave van de dijkversterkingsopgave op bepaalde trajecten verminderen. Dit effect is met name relevant voor locaties waar de dijkversterkingsopgave een uitdaging is. Dit speelt met name in de historische binnenstad van Maastricht.

  • Vlot en veilig transport over water

    De Maasroute is de afgelopen decennia opgewaardeerd naar een vaarweg geschikt voor scheepvaartklasse Vb. Als gevolg van rivierverruiming zijn de stroomsnelheden op de Maas in Maastricht toegenomen. Hierdoor zijn voor de scheepvaart veiligheidsknelpunten ontstaan. Oplossingsrichtingen zitten in eerste instantie in maatregelen die de stroomsnelheden verlagen; als dat niet kan, wordt ook gekeken naar maatregelen om veilig te kunnen varen bij hogere stroomsnelheden.

  • Dynamisch riviersysteem met robuuste riviernatuur

    In dit gebied spelen ook nationale en regionale natuuropgaven die in deze verkenning in samenhang met de primaire opgaven worden onderzocht en nader worden geconcretiseerd. De uitkomsten van de préverkenning Grensmaas in het kader van de Programmatische Aanpak Grote Wateren worden betrokken bij de uitwerking van de natuuropgave. Gekeken wordt naar de mogelijkheid voor herstel van ecologische waterkwaliteit en natuur. Verder wordt ingezet op versterking van het Natuurnetwerk Limburg.

  • Ruimtelijke ontwikkeling met versterking van de ruimtelijke kwaliteit

    Dijkversterking, rivierverruiming en bepaalde maatregelen voor het verbeteren van ecologie en nautische veiligheid hebben een impact op het gebruik, de kwaliteit en de beleving van de diverse stedelijke gebieden en cultuurlandschappen en moeten daarom goed ingepast worden. Daarbij is het behouden en versterken van de omgevingskwaliteit een belangrijke opgave en dient rekening te worden gehouden met stedelijke ontwikkelingen.

Om te komen tot een integrale oplossing voor deze opgaven start de Minister van Infrastructuur en Waterstaat in samenwerking met het Waterschap Limburg, de provincie Limburg en de gemeenten Maastricht, Eijsden-Margraten en Meerssen een gebiedsgerichte verkenning. De opgaven en mogelijke oplossingen daarvoor dienen een eigen doel, maar kunnen elkaar ook beïnvloeden, zowel negatief als positief. Dat maakt dat de opgaven in het plangebied en mogelijke oplossingen daarvoor niet elk apart op hun effecten en meerwaarde moeten worden gewogen, maar in samenhang. Pas door de samenhang te bezien, kan worden bepaald welke combinatie van maatregelen voor alle opgaven het grootste effect heeft.

Samengevat is het doel van de verkenning:

Het in samenwerking met de omgeving ontwikkelen van een oplossing (bestaande uit verschillende samenhangende maatregelen) die ervoor zorgt dat de waterkeringen in 2050 aan de hoogwaterveiligheidsnormen voldoen en dat het transport over water vlot en veilig gaat, waarbij de oplossingsrichting bijdraagt aan een dynamisch riviersysteem met robuuste riviernatuur, duurzame stedelijke ontwikkeling en de ruimtelijke kwaliteit van stad en landschap.

Te nemen besluit

De verkenning start met deze kennisgeving en wordt naar verwachting in 2026 afgerond met het vaststellen van een voorkeursbeslissing. Hierin legt de Minister van Infrastructuur en Waterstaat vast naar welke oplossing, of combinatie van mogelijke oplossingen, de voorkeur uitgaat. Bij de voorkeursbeslissing wordt ook bepaald of de verkenning wordt gevolgd door het vaststellen van een projectbesluit en eventuele andere vervolgbesluiten. De voorbereiding en vaststelling van deze besluiten vinden plaats nadat de Omgevingswet in werking is getreden (1 januari 2024). Daarom wordt bij deze verkenning nu al geanticipeerd op de Omgevingswet. Voor dit project zal de projectprocedure van afdeling 5.2 Omgevingswet worden gevolgd. Onder de Omgevingswet is de Minister van Infrastructuur en Waterstaat voor dit gezamenlijke project bevoegd de voorkeursbeslissing en het projectbesluit vast te stellen.

Uitgangspunt is het vaststellen van één projectbesluit door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, tenzij uit de verkenning zou blijken dat er, bijvoorbeeld uit het oogpunt van fasering van maatregelen, aanleiding is om meer dan één projectbesluit vast te stellen. In dat geval is het ook mogelijk dat het Waterschap Limburg voor een deel van de oplossing bevoegd gezag wordt voor een eigen projectbesluit. De primaire opgaven voor het project, de nationale en waterschapsopgaven, zijn randvoorwaardelijk voor eventuele gemeentelijke (gebieds)ontwikkelingen. Deze laatste doorlopen in voorkomend geval een eigenstandig (gemeentelijk) besluitvormingsspoor.

Om de effecten op het milieu zichtbaar te maken, zal voor de voorkeursbeslissing een milieueffectrapport (plan-MER) worden opgesteld. Voorafgaand aan het opstellen van het plan-MER zal over de reikwijdte en het detailniveau van dit plan-MER advies worden gevraagd aan de wettelijke adviseurs en de Commissie mer. Ook de omgeving zal hierbij worden betrokken. Het plan-MER wordt ter visie gelegd bij de ontwerp-voorkeursbeslissing. Iedereen kan een zienswijze indienen op de ontwerp-voorkeursbeslissing en het plan-MER. Ook de Commissie mer zal in de gelegenheid worden gesteld om over het plan-MER te adviseren. De zienswijzen en het advies van de Commissie mer worden betrokken bij de vaststelling van de voorkeursbeslissing.

Ook bij de eventuele totstandkoming van een projectbesluit staat voor iedereen inspraak open en vindt een mer-(beoordelings)procedure plaats. Tegen een projectbesluit kan beroep worden ingesteld. In paragraaf 3.1 van het startdocument kunt u meer lezen over het verloop van de procedure voor dit project.

HOE KUNT U MEEDENKEN?

Inbreng van bewoners en andere betrokkenen zorgt voor betere plannen. In paragraaf 4.2 van het Startdocument en in het concept participatieplan wordt het participatieproces tijdens de verkenning op hoofdlijnen beschreven. Wij vinden het belangrijk dat geïnteresseerden zoveel mogelijk betrokken kunnen zijn bij dit project. Daarom kunt u ook reageren op het voorgestelde participatieproces.

In paragraaf 3.4 van het startdocument zijn de nu bekende mogelijke oplossingsrichtingen voor de opgaven beschreven die we in de verkenning zullen onderzoeken. Wellicht zijn er nog meer oplossingsrichtingen denkbaar om de opgaven aan te pakken. Wij geven u de gelegenheid om, binnen de gestelde termijn, andere mogelijke oplossingsrichtingen aan te dragen. Daarvoor gelden de uitgangspunten zoals hierna beschreven.

Uitgangspunten redelijkerwijs in beschouwing te nemen oplossingsrichtingen

Voor de aan te dragen mogelijke oplossingsrichtingen gelden de volgende uitgangspunten. Mogelijke oplossingsrichtingen dienen:

  • technisch en financieel uitvoerbaar en vergunbaar te zijn;

  • te passen binnen het beleidskader zoals geschetst in paragraaf 2.1 van het Startdocument;

  • te zijn gelegen binnen het grondgebied van de gemeenten Maastricht, Eijsden-Margraten en Meerssen;

  • te passen binnen de hiervoor geformuleerde doelstelling van de verkenning.

Indien u een mogelijke oplossingsrichting voordraagt, kunt u daarbij verzoeken dat daarover advies wordt gevraagd aan een onafhankelijk deskundige.

Naast mogelijke oplossingsrichtingen kunt u ook eventuele projecten en ontwikkelingen aandragen, waarmee rekening kan worden gehouden (raakvlakprojecten) of die wellicht kunnen meelopen met dit project (meekoppelkansen). Zie voor de reeds bekende meekoppelkansen, de voorwaarden voor het aandragen van meekoppelkansen en reeds bekende raakvlakprojecten de paragrafen 3.5 en 3.6 van het startdocument.

WILT U DOCUMENTEN BEKIJKEN?

Informatie over het project en de bijbehorende documenten staan vanaf 29 juni 2023 op www.platformparticipatie.nl/zuidelijkmaasdal. Het gaat dan onder andere om het startdocument verkenning Zuidelijk Maasdal en het concept participatieplan verkenning Zuidelijk Maasdal.

Op papier kunt u deze stukken van 29 juni 2023 tot en met 29 december 2023 tijdens de reguliere openingstijden bekijken bij:

gemeente Maastricht, locatie Mosae Forum 10, 6211 DW Maastricht telefoon 043 – 350 40 40

gemeente Meerssen, Markt 50, 6231 LS Meerssen (alleen op afspraak), telefoon 14 043

gemeente Eijsden-Margraten, Amerikaplein 1, 6269 DA Margraten, telefoon 043 – 458 84 88

Waterschap Limburg, Maria Theresialaan 99, 6043 CX Roermond, telefoon 088 – 889 01 00

Rijkswaterstaat Zuid-Nederland, Avenue Céramique 125, 6221 KV Maastricht, telefoon

088 – 797 41 50

Neem vooraf telefonisch contact op met de locatie in verband met de openingstijden.

WILT U EEN INFORMATIEBIJEENKOMST BEZOEKEN?

U bent van harte welkom op onze informatiebijeenkomst die wij in september/oktober 2023 zullen organiseren. Tijdens de bijeenkomst wordt u geïnformeerd over het project en de verkenning die zal plaatsvinden. Deze bijeenkomst wordt ook gebruikt om ideeën, oplossingsrichtingen en kansen op te halen. En u kunt een reactie geven op het voorgestelde participatieproces.

Uiterlijk half september laten we u weten wanneer en waar de informatiebijeenkomst zal worden gehouden. Dat zullen we onder andere doen via regionale en lokale dag- en weekbladen, de website www.platformparticipatie.nl/zuidelijkmaasdal en de websites van de projectpartners.

HOE KUNT U REAGEREN?

U kunt op drie manieren reageren, van 29 juni 2023 tot en met 29 december 2023.

Digitaal

Bij voorkeur ontvangen wij uw reactie via www.platformparticipatie.nl/zuidelijkmaasdal

Mondeling

Voor het noteren van uw mondelinge reactie kunt u tijdens kantooruren een afspraak maken met een notulist. Belt u hiervoor tijdens kantooruren met de Directie Participatie, telefoonnummer

070 – 456 96 07.

Ook bij de informatiebijeenkomst is een notulist aanwezig om uw reactie te noteren.

Per post

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, directie Participatie

o.v.v. Zuidelijk Maasdal

Postbus 20901

2500 EX Den Haag

We zien in uw reactie graag uw gedachten over de volgende vragen:

  • Heeft u aanvullingen op de geformuleerde opgaven?

  • Vindt u dat de juiste oplossingsrichtingen worden onderzocht? Heeft u nog aanvullingen die passen binnen de uitgangspunten voor het redelijkerwijs in beschouwing nemen van mogelijke oplossingsrichtingen?

  • Ziet u meekoppelkansen die passen binnen de daarvoor geldende voorwaarden?

  • Welke aandachtspunten heeft u voor het uit te voeren onderzoek?

  • Kunt u zich vinden in de wijze waarop betrokkenen uit de omgeving worden betrokken bij het proces of heeft u aanvullende ideeën?

  • Welke wensen heeft u voor uw eigen betrokkenheid?

WAT GEBEURT ER MET UW REACTIE?

Uw reactie wordt betrokken bij de verschillende fasen van de verkenning (zie ook paragraaf 3.2 van het startdocument). Ingeval u een mogelijke oplossingsrichting heeft aangedragen, beslist de Minister van Infrastructuur en Waterstaat of deze redelijkerwijs in de verkenning in beschouwing moet worden genomen. Reacties op het voorgestelde participatieproces worden gebruikt om het participatieproces verder vorm te geven. Alle indieners van een reactie ontvangen een ontvangstbevestiging. Na afloop van de reactietermijn ontvangen indieners uitleg over het verdere verloop van de verkenning. In de reactienota bij de (ontwerp-)voorkeursbeslissing wordt aangegeven wat er met alle ingediende reacties en adviezen is gedaan. Indieners van een reactie worden hierover geïnformeerd. Zie voor meer informatie paragraaf 4.2 van het startdocument en het concept participatieplan.

WILT U HULP VAN HET INFORMATIEPUNT DIGITALE OVERHEID?

De Informatiepunten Digitale Overheid zijn er voor mensen die moeite hebben met digitale dienstverlening en vragen hebben over het zaken doen met de overheid. De Informatiepunten zijn ondergebracht in de bibliotheken. Daarmee zijn ze laagdrempelig en kunnen mensen er makkelijk binnenlopen. U kunt hier ondersteuning vragen over websites van de overheid, bijvoorbeeld voor het digitaal raadplegen van documenten behorend bij dit project.

WILT U MEER INFORMATIE?

Meer informatie over het project en de participatiemogelijkheden op: www.platformparticipatie.nl/zuidelijkmaasdal.

Vragen over het project? Mail naar info@zuidelijkmaasdal.nl.

Vragen over de procedure? Bel naar 070 – 456 96 07, directie Participatie van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Naar boven