Verordening van 12 juni 2023 houdende regels tot wijziging van de Verordening op de ledenvergadering, de Verordening op het bestuur en de Verordening op de voorzitter

De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants;

Overwegende dat het wenselijk is een aantal bepalingen uit de ‘Beginselen van goed NBA-bestuur’ op te nemen in een verordening;

Gelet op artikel 19, tweede lid, onderdeel d, van de Wet op het accountantsberoep;

Stelt de volgende verordening vast:

ARTIKEL I

De Verordening op de ledenvergadering wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, eerste lid, onderdeel e komt te luiden:

  • e. Het bestuursverslag als bedoeld in artikel 1a van de Verordening op het bestuur

B

In artikel 5 wordt onder vernummering van het derde lid tot het vierde lid na het tweede lid een lid ingevoegd dat komt te luiden:

  • 3. Bij de aanbeveling voor de benoeming van een accountant als bedoeld in artikel 29, eerste lid van de wet ter opvolging van een eerder door de ledenvergadering benoemde accountant, deelt het bestuur aan de ledenvergadering zijn belangrijkste conclusies mee over de aanbeveling en de uitkomsten van het selectieproces dat heeft geleid tot de aanbeveling.

ARTIKEL II

De Verordening op het bestuur wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de aanhef wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd dat komt te luiden:

  • 2. Het bestuur draagt zorg voor een formele en transparante procedure voor het doen van aanbevelingen als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Verordening op de ledenvergadering voor voordrachten aan de ledenvergadering voor benoeming van leden van het bestuur.

B

Na artikel 1 wordt een artikel ingevoegd dat komt te luiden:

Artikel 1a

  • 1. Het bestuur stelt na afloop van het boekjaar een bestuursverslag op.

  • 2. Het bestuur legt over het bestuursverslag binnen zes maanden na afloop van het boekjaar verantwoording af aan de ledenvergadering.

  • 3. Het bestuursverslag bevat ten minste:

    • a. een toelichting op de strategie en de realisatie daarvan;

    • b. de verantwoording over de uitvoering van de risicobeoordeling van het bestuur van de strategie en de activiteiten van de NBA en beschrijft de voornaamste risico’s waarvoor de NBA zich geplaatst ziet in relatie tot de risicobereidheid;

    • c. de verantwoording over de gevoeligheid van de resultaten van de NBA voor materiële wijzigingen in externe omstandigheden;

    • d. een toelichting op het gevoerde diversiteitsbeleid en de uitvoering daarvan waarbij in elk geval wordt ingegaan op:

      • de doelstellingen van het beleid;

      • de wijze waarop het beleid is uitgevoerd;

      • de resultaten van het beleid in het afgelopen boekjaar; en

      • indien de samenstelling van het bestuur, directie of managementteam afwijkt van de doelstellingen van het diversiteitsbeleid, een toelichting daarop alsmede op de maatregelen die worden genomen om samenstelling in overeenstemming te brengen met het diversiteitsbeleid en de termijn waarop die maatregelen worden genomen; en

    • e. van elk lid van het bestuur een opgave van:

      • geslacht;

      • geboortejaar;

      • hoofdfunctie;

      • nevenfuncties voor zover deze relevant zijn voor de vervulling van de taak als bestuurslid;

      • aanvang en einde van de zittingstermijn.

C

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de aanhef wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Na het eerste lid worden twee leden ingevoegd die komen te luiden:

  • 2. Het bestuur draagt zorg voor maatregelen die voorkomen dat er een belangenverstrengeling plaatsvindt tussen de beroepsorganisatie, leden van het bestuur of de directie.

  • 3. Het bestuur ziet erop toe dat de beroepsorganisatie geen leningen verstrekt aan of garant staat voor leden van het bestuur, de directie of de hoogste leidinggevenden van het bureau.

D

Na artikel 2 worden negen artikelen ingevoegd die komen te luiden:

Artikel 2a

  • 1. Het bestuur draagt zorg voor een adequate informatieverschaffing en voorlichting aan de ledenvergadering.

  • 2. In het geval het bestuur zich met een beroep op een zwaarwegend belang niet alle door de ledenvergadering verlangde informatie verstrekt, dan motiveert het bestuur dit beroep.

Artikel 2b

  • 1. Het bestuur evalueert jaarlijks het eigen functioneren alsmede dat van de afzonderlijke leden van het bestuur.

  • 2. Het bestuur laat eens in de twee jaren het eigen functioneren alsmede dat van de afzonderlijke leden van het bestuur evalueren in welk geval het eerste lid buiten toepassing blijft.

  • 3. Bij de evaluaties bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt eveneens de samenwerking met de directie en het bureau betrokken.

Artikel 2c

  • 1. Het bestuur stelt een audit- en riskcommissie in, waarvan de leden worden gevormd door twee of meer leden van het bestuur.

  • 2. Het lidmaatschap van de audit- en riskcommissie wordt niet vervuld door de voorzitter van het bestuur.

  • 3. De audit- en riskcommissie heeft in elk geval tot taak de besluitvorming van het bestuur voor te bereiden over het toezicht op de integriteit en kwaliteit van de financiële verslaggeving van de beroepsorganisatie en het stelsel van risicobeheersing.

Artikel 2d

  • 1. Het bestuur stelt een selectie- en remuneratiecommissie in, waarvan de leden worden gevormd door twee of meer leden van het bestuur.

  • 2. Het voorzitterschap van de selectie- en remuneratiecommissie wordt niet vervuld door de voorzitter van het bestuur.

  • 3. De selectie- en remuneratiecommissie heeft in elk geval tot taak de besluitvorming van het bestuur voor te bereiden ten aanzien van kandidaten welke het bestuur aan de ledenvergadering voordraagt voor benoeming tot lid van het bestuur.

Artikel 2e

  • 1. Het bestuur stelt commissie regelgeving in, waarvan de leden worden gevormd door twee of meer leden van het bestuur.

  • 2. Het lidmaatschap van de commissie regelgeving wordt niet vervuld door de voorzitter van het bestuur.

  • 3. De commissie regelgeving heeft in elk geval tot taak de besluitvorming van het bestuur voor te bereiden ten aanzien van vast te stellen regelgeving dan voorstellen tot vaststelling van regelgeving.

Artikel 2f

  • 1. Het bestuur stelt een juridische commissie in, waarvan de leden worden gevormd door twee of meer leden van het bestuur.

  • 2. Het lidmaatschap van de juridische commissie wordt niet vervuld door de voorzitter van het bestuur.

  • 3. De juridische commissie heeft in elk geval tot taak de besluitvorming van het bestuur voor te bereiden ten aanzien van voorstellen tot beslissingen op bezwaarschriften en klachten alsmede voorstellen tot indiening van tuchtklachten door de beroepsorganisatie.

Artikel 2g

  • 1. Het bestuur stelt een benoemingscommissie in, waarvan de leden worden gevormd door twee of meer leden van het bestuur.

  • 2. De benoemingscommissie heeft in elk geval tot taak ter voorbereiding van de besluitvorming van het bestuur ten aanzien van benoemingen door het bestuur, toe te zien op de naleving van door het bestuur vastgesteld beleid ten aanzien van benoemingen.

Artikel 2h

Het bestuur legt aan de ledenvergadering een verordening ter vaststelling voor met betrekking tot vergoedingen voor leden van het bestuur of wijzigingen van die vergoedingen.

Artikel 2i.

Het bestuur voert een diversiteitsbeleid waarin concrete doelstellingen worden opgenomen ten aanzien van een evenwichtige afspiegeling naar nationaliteit, leeftijd, geslacht en achtergrond inzake opleiding en beroepservaring in het bestuur en de hoogste leidinggevende organen van het bureau.

E

In artikel 6 wordt na het derde lid een lid ingevoegd dat komt te luiden:

  • 4. De voorzitter ziet erop toe dat de bestuurssecretaris, indien deze ook werkzaamheden voor de directie verricht en daarbij de belangen van het bestuur en de directie uiteenlopen, daarvan een melding doet aan de voorzitter.

ARTIKEL III

De Verordening op de voorzitter wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 1 van de Verordening op de voorzitter komt te luiden:

Artikel 1

  • 1. De voorzitter is het voornaamste aanspreekpunt voor leden van het bestuur, de directie en de hoogste leidinggevenden van het bureau alsmede voor leden van de beroepsorganisatie over het functioneren van de leden van het bestuur en de directie.

  • 2. De plaatsvervangend voorzitter fungeert als aanspreekpunt voor leden van het bestuur, de directie en de hoogste leidinggevenden van het bureau over het functioneren van de voorzitter.

  • 3. De voorzitter bevordert dat:

    • a. de contacten van het bestuur met de directie, het medezeggenschapsorgaan en de ledenvergadering naar behoren verlopen;

    • b. bestuursleden een introductie-, opleidings- of trainingsprogramma volgen;

    • c. bestuursleden tijdig alle informatie ontvangen die nodig is voor de goede uitoefening van hun taak;

    • d. voldoende tijd bestaat voor de beraadslaging en besluitvorming door de bestuursleden;

    • e. het bestuur en zijn commissies naar behoren functioneren; en

    • f. het bestuur signalen uit de beroepsorganisatie opvangt en zorgt dat (vermoedens van) materiële misstanden en onregelmatigheden onverwijld aan het bestuur worden gerapporteerd.

  • 4. De voorzitter draagt standpunten van de beroepsorganisatie uit en vormt het aanspreekpunt voor de leden.

  • 5. De voorzitter wordt bij de uitoefening van zijn taken bijgestaan door een bestuurssecretaris.

  • 6. De voorzitter voert regelmatig overleg met de directie.

ARTIKEL IV

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na publicatie in de Staatscourant met uitzondering van artikel IA en IIB welke in werking treden op 1 januari 2024.

Naar boven