Besluit van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport van 12 juni 2023, kenmerk 3599232-1048760-LZ, houdende wijziging van de Regeling subsidiëring Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Langdurige Zorg in verband met aanpassingen van enkele verplichtingen

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies en artikel 1.3 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling subsidiëring Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Langdurige Zorg wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel g, vervalt, onder vervanging van de puntkomma van het slot van het eerste lid, onderdeel f, door een punt.

2. Het tweede lid, onderdeel c, komt te luiden:

  • c. De subsidieaanvrager heeft met de betrokken organisaties binnen het samenwerkingsverband afspraken gemaakt op het gebied van het gebruik van infrastructuur over de eOverdracht en zij heeft zich ingespannen de eOverdracht mogelijk te maken;

3. Het tweede lid, onderdeel f, komt te luiden:

  • f. De subsidieaanvrager heeft haar werkproces met betrekking tot de eOverdracht voorbereid conform het functioneel ontwerp van de informatiestandaard eOverdracht, waarin een aanmeld- en overdrachtsbericht is uitgewerkt;

4. Het tweede lid, onderdeel g, komt te luiden:

  • g. De subsidieaanvrager heeft zich ingespannen om de registratie rondom de verpleegkundige overdracht terug te brengen naar de bron, dus het EPD of het ECD;

5. Het tweede lid, onderdeel h, komt te luiden:

  • h. De subsidieaanvrager heeft zich ingespannen de zib’s van de informatiestandaard eOverdracht die overlappen met de BgZ ingebouwd te kunnen versturen, ontvangen en verwerken en heeft zich ingespannen om de overige gegevens uit de informatiestandaard eOverdracht ongestructureerd als opgemaakte tekst te kunnen versturen, ontvangen en tonen;

6. Het tweede lid, onderdeel k, vervalt, onder vervanging van de puntkomma van het slot van het tweede lid, onderdeel j, door een punt.

7. Het derde lid vervalt.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

TOELICHTING

Algemeen

De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Regeling subsidiëring Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Langdurige Zorg (hierna: de regeling). De wijziging is ingegeven door de ophanden zijnde vervaldatum van de regeling van 1 juli 2023.

In januari 2023 hebben aanvragers hun gezamenlijke zorgen geuit over de onmogelijkheid om aan de in de regeling opgenomen verplichtingen te voldoen. Door externe factoren en technische beperkingen, zowel bij de aanvragers als bij de betrokken ICT-leveranciers, kunnen randvoorwaarden (zoals generieke functies en op elkaar aansluitende cross sectorale infrastructuren) nog niet worden opgeleverd. In nauwe samenwerking met de aanvragers en andere betrokken partijen, is gepoogd om de knelpunten te verhelpen. Het is in april 2023 duidelijk geworden dat er momenteel geen technisch werkende oplossing gerealiseerd kan worden. Dit maakt dat de verplichtingen niet gerealiseerd kunnen worden door aanvragers. Om die reden is ervoor gekozen om aanvragers aan te laten tonen dat ze zich ingespannen hebben om aan de verplichtingen te kunnen voldoen.

Daarnaast wordt de verplichting om te voldoen aan de NEN-normen 7510, 7512 en 7513 uit de regeling verwijderd. Doel van deze verplichting was om aanvragers te stimuleren met deze NEN-normen aan de slag te gaan. Voor aanvragers blijkt de combinatie van enerzijds de Persoonlijke Gezondheidsomgeving en de eOverdracht en anderzijds de NEN-normen, een te grote vraag. Tevens blijkt het auditen van deze NEN-normen dusdanig omvangrijk dat dit niet meegenomen kan worden in de IT-audit van de verplichtingen. Daarom is besloten om niet te toetsen op het voldoen aan de NEN-norm 7510, NEN-norm 7512 en NEN-norm 7513. Dit is reeds naar de aanvragers gecommuniceerd middels het Handboek voor de IT-audit, zoals ook gepubliceerd op de website van Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (hierna: DUS-I)1. Nu het hier gaat om een versoepeling van de toetsingsnormen en deze versoepeling al sinds 2021 aan de aanvragers is gecommuniceerd, mogen aanvragers op deze (versoepelde) manier van toetsing afgaan. Door met deze wijzigingsregeling de NEN-normen uit de regeling te halen, sluit de regeling weer aan bij de feitelijke (gecommuniceerde) situatie. Wij zullen dit onderdeel nog wel meenemen in het voorgenomen vervolgtraject na de regeling, waarin zorgaanbieders implementatieondersteuning kunnen ontvangen bij doorontwikkeling en implementatie van de eOverdracht en de NEN-normen 7510, 7512 en 7513.

Gevolgen voor regeldruk

Er zijn geen gevolgen voor de regeldruk.

Staatssteun

Deze wijziging maakt de eerdere conclusie aangaande de staatssteun niet anders.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

De verplichtingen van beide modules zijn gewijzigd en de voorwaarde dat aan de NEN-normen 7510, 7512 en 7513 voldaan moet worden komt bij beide modules te vervallen (artikel 5, eerste lid, onderdeel g, en artikel 5, tweede lid, onderdeel k). Eerder is toegezegd dat er geen audit op deze NEN-normen zal plaatsvinden. De regeling sluit hier nu ook bij aan.

Daarnaast worden de verplichtingen in artikel 5, tweede lid, onderdelen c, g, f en h, aangepast. Deze verplichtingen bleken onhaalbaar voor de aanvragers, omdat de leveranciers niet de benodigde ICT-infrastructuur kunnen leveren. Er is voor gekozen de verplichtingen te wijzigen naar een inspanningseis. Door een inspanningseis op te nemen in de onderdelen c, g en h, wordt van de aanvragers verwacht dat ze kunnen aantonen dat ze zich ingezet hebben om de informatiestandaard eOverdracht in te bouwen. Eenzelfde soort aanpassing is gedaan in onderdeel f. Daar is aangepast dat het werkproces met betrekking tot de eOverdracht moet zijn voorbereid, in plaats van dat deze moet zijn ingericht. Deze inspanningen kunnen door de aanvrager worden aangetoond middels het opnemen van de uitwerkingen van het plan van aanpak uit artikel 6, vijfde lid, onderdeel a, in de eindrapportage zoals bedoeld in artikel 8, tweede lid. Naast de eindrapportage van de aanvrager, wordt ook om een rapport van de IT-auditor gevraagd. Ook hierin zal worden vastgelegd in hoeverre het plan van aanpak is uitgewerkt.

Doordat de verplichting in artikel 5, onderdeel h, is gewijzigd naar een inspanningseis, wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen het versturen van gegevens uit de eOverdracht naar de zorginstellingen in het samenwerkingsverband die zorg leveren op grond van de Zvw, niet zijnde een organisatie die wijkverpleging levert, en een subsidieaanvrager die zorg levert op grond van de Wlz, of wijkverpleging op grond van de Zvw of Wmo 2015. In lijn hiermee vervalt artikel 5, derde lid.

De gewijzigde onderdelen uit artikel 5, tweede lid, sluiten aan bij de intentieverklaring die is opgenomen in artikel 6, vijfde lid, onderdeel f.

Artikel II

In afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten bij regelgeving (VVM), treedt deze regeling in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Dit is noodzakelijk omdat de regeling afloopt per 1 juli 2023. De aanvragers hebben voor die datum uitsluitsel nodig over de geldende verplichtingen bij de vaststelling van de subsidie.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

Naar boven