Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 1 juni 2023, nr. 38376169 tot wijziging van de Subsidieregeling pilot praktijkgericht programma voor gl en tl en de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023 in verband met het wijzigen van enkele data en een extra bestedingsjaar

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Gelet op de artikel 4 van de Wet overige OCW-subsidies, artikel 5.11 van de Wet voortgezet onderwijs 2020 en de artikel 1.3 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING SUBSIDIEREGELING PILOT PRAKTIJKGERICHT PROGRAMMA VOOR GL EN TL

De Subsidieregeling pilot praktijkgericht programma voor gl en tl wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 8, eerste lid, onderdeel f, wordt ‘1 december 2024’ vervangen door ‘1 december 2025’.

B

Artikel 9, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. De activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt worden in ieder geval uitgevoerd tot en met schooljaar 2023/2024. De activiteiten mogen desgewenst ook worden uitgevoerd tot en met uiterlijk het einde van schooljaar 2024/2025, met dien verstande dat in schooljaar 2024/2025 uitsluitend activiteiten mogen worden uitgevoerd ter afsluiting van het praktijkgerichte programma in het vierde leerjaar.

ARTIKEL II. WIJZIGING SUBSIDIEREGELING STERK TECHNIEKONDERWIJS 2020–2023

In artikel 1.9, eerste lid, onderdeel b, van de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023 wordt ‘1 juli 2023’ vervangen door ‘1 oktober 2023’ en wordt ‘1 januari 2023’ vervangen door ‘1 augustus 2023’.

ARTIKEL III. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

TOELICHTING

Wijziging Subsidieregeling pilot praktijkgericht programma voor gl en tl

Sinds het schooljaar 2020/2021 neemt een grote groep vmbo-scholen met een gemengde leerweg of theoretische leerweg (hierna: gl en tl) deel aan de zogeheten ‘pilot praktijkgerichte programma’s voor gl en tl’. In een praktijkgericht programma (hierna: pgp) ontwikkelen de leerlingen brede praktische vaardigheden en oriënteren zij zich op verschillende opleidingen en beroepen. De pilotscholen zijn in groepen per pgp aan de slag om de pgp’s uit te proberen. Stichting Leerplanontwikkeling (SLO) ontwikkelt tegelijkertijd -in samenwerking met de pilotscholen- de bijbehorende examenprogramma’s. Voor deelname aan de pilot hebben de scholen op grond van de Subsidieregeling pilot praktijkgericht programma voor gl en tl (hierna: de subsidieregeling) subsidie ontvangen en een ontheffing om het pgp als examenvak te mogen aanbieden en afsluiten.

Met artikel I van deze wijzigingsregeling wordt de subsidieregeling aangepast. Uit signalen van pilotscholen is gebleken dat er onduidelijkheid bestaat over de periode waarin de subsidie mag worden besteed. Deze verwarring is ook ontstaan door een tussentijdse wijziging in de oorspronkelijke planning van de invoering van het pgp ná de pilot als onderdeel van het curriculum in de gl en tl.

In de subsidieregeling is opgenomen dat de gesubsidieerde activiteiten tot en met schooljaar 2023/2024 worden uitgevoerd. Echter, een groot aantal pilotscholen die in schooljaar 2021/2022 of 2022/2023 zijn gestart met het aanbieden van één of soms meerdere praktijkgerichte programma’s, zullen in schooljaar 2023/2024 – dus binnen de pilotperiode – nog aan een nieuw cohort leerlingen het praktijkgerichte programma willen aanbieden. Dat is ook de bedoeling geweest van de pilot, om zo ervaring te kunnen opdoen in de pilot met een aantal cohorten leerlingen. Dit (laatste) cohort leerlingen zal in schooljaar 2024/2025 de gl of tl met het praktijkgerichte programma willen kunnen afsluiten. Het is de bedoeling dat pilotscholen het subsidiebedrag ook kunnen inzetten voor deze groep leerlingen die binnen het kader van de pilot met een praktijkgericht programma zijn gestart. Door de subsidieregeling aan te passen wordt dit mogelijk gemaakt.

Dit betekent echter niet dat er extra subsidie beschikbaar wordt gesteld aan de pilotscholen voor het schooljaar 2024/2025. Het reeds toegekende subsidiebedrag betreft een totaalbedrag voor de cohorten leerlingen die aan de pilot meedoen. Voor scholen die in 2021/2022 gestart zijn, zijn dit in principe drie cohorten. Voor scholen die in 2022/2023 zijn gestart, zijn dit twee cohorten. Bij de vaststelling van de subsidiebedragen is daarmee rekening gehouden. Deze wijzigingsregeling beoogt het voor scholen mogelijk te maken om de subsidie ook nog in schooljaar 2024/2025 uit te geven.

Het activiteitenplan, de voortgangsrapportage en de uitwerking van de implementatiefase, genoemd in artikelen 7, 12, tweede lid, onderdelen a en b, 20, tweede lid, onderdeel b, 28, tweede lid, onderdeel b, 36, onderdeel b, van de subsidieregeling, hoeven niet te worden aangepast door de pilotscholen. Verondersteld wordt dat er in de uitwerking van deze documenten rekening is gehouden met de laatste cohort leerlingen in schooljaar 2024/2025. De indieningstermijn van de eindrapportage is wel met een jaar verlaat, maar mag ook eerder worden ingediend.

Wijziging Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023

Naar aanleiding van het regeerakkoord van kabinet Rutte III is jaarlijks structureel € 100 miljoen beschikbaar om te investeren in het technisch vmbo. Van 2020 tot 2023 zijn deze gelden verdeeld over techniekregio’s in Nederland middels de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023. De investering van € 100 miljoen is echter structureel. Door de huidige data op te schuiven in de tijd, sluiten deze beter aan bij een continuering van Sterk Techniekonderwijs in 2024. Concreet betekent dit dat de voortgangsrapportage die gepland stond voor 1 juli 2023 verplaatst wordt naar 1 oktober 2023. Ook wordt de periode waarop de techniekregio’s in deze voortgangsrapportage reflecteren, verlengd. De regio’s nemen nu ook de eerste helft van 2023, tot 1 augustus 2023, mee in hun rapportage. Door deze aanpassingen hebben de regio’s meer tijd om te reflecteren op de afgelopen, recente periode van activiteiten en kunnen zij hun voortgangsrapportage als hulpmiddel gebruiken voor een eventuele subsidieaanvraag voor de verlenging van Sterk Techniekonderwijs in het jaar 2024. Op deze manier sluit het aan bij de continuering van Sterk Techniekonderwijs in 2024.

Inwerkingtreding

De regeling treedt in werking met ingang van de dag na datum van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. De reden daarvoor is dat scholen zo snel mogelijk duidelijkheid moeten hebben over de bestedingstermijnen van de subsidies en het moment van indienen van de rapportages. Daarom is afgeweken van de vaste verandermomenten en de minimale invoeringstermijn van twee maanden. De subsidieontvangers zijn hiervan tijdig op de hoogte worden gebracht door middel van directe voorlichting.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

Naar boven