Mededeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 26 mei 2023, nr. IENW/BSK-2023/138572, inzake de implementatie van Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2023/544

DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

deelt, overeenkomstig aanwijzing 9.13 van de Aanwijzingen voor de regelgeving, mede dat Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2023/544 van de Commissie van 16 december 2022 tot wijziging van Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de vrijstellingen voor het gebruik van lood in aluminiumlegeringen voor verwerkingsdoeleinden, in koperlegeringen en in bepaalde batterijen (PbEU 2023, L 73) is geïmplementeerd door middel van bestaande wetgeving.

De wijziging van bijlage II bij Richtlijn 2000/53/EG als gevolg van implementatie van Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2023/544 gaat gelden met ingang van 1 juni 2023.

Met deze bekendmaking wordt uitvoering gegeven aan de verplichting van artikel 2, eerste lid, van de hiervoor genoemde gedelegeerde richtlijn om de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken op uiterlijk 1 juni 2023.

Deze mededeling zal aan de Europese Commissie worden gestuurd, waarmee uitvoering wordt gegeven aan artikel 2, tweede lid, van de hiervoor genoemde gedelegeerde richtlijn.

Onderstaande transponeringstabel geeft aan op welke wijze de betreffende gedelegeerde richtlijnen zijn geïmplementeerd:

Bepaling EU-richtlijn 2023/544	Bepaling in nationale regeling	Toelichting
Artikel 1	Artikel 4, tweede lid, van het Besluit beheer autowrakken Artikel 17, eerste lid, van het Besluit beheer autowrakken	Door middel van een dynamische verwijzing in de hiernaast genoemde bepalingen wordt in de omzetting voorzien.
Artikel 2	Behoeft naar zijn aard geen implementatie	Richt zich tot de lidstaat. Door middel van de dynamische verwijzing in de eerder genoemde bepalingen gaat Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2023/544 gelden met ingang van 1 juni 2023, de dag waarop aan eerdergenoemde richtlijn uitvoering moet zijn gegeven. De bekendmaking zal aan de Commissie worden gestuurd.
Artikel 3	Behoeft naar zijn aard geen implementatie	Betreft de datum van inwerkingtreding van de richtlijn.
Artikel 4	Behoeft naar zijn aard geen implementatie	Betreft de reikwijdte van de richtlijn.

DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, namens deze, DE DIRECTEUR BESTUURLIJKE EN JURIDISCHE ZAKEN, G.A. Jurgens