Regeling van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport van 30 mei 2023, kenmerk 3596608-1048163-MEVA, houdende regels voor het subsidiëren van opleidingsactiviteiten in verband met de opleidingsmodule Basis Acute Zorg (Subsidieregeling opleidingsmodule BAZ)

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,

Gelet op artikel 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

BIG-geregistreerde verpleegkundige:

een verpleegkundige die is ingeschreven als verpleegkundige in een register, als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg;

CZO:

Stichting College Zorgopleidingen;

CZO-certificaat:

certificaat afgegeven door en voorzien van het kwaliteitskeurmerk van het CZO dat aan een deelnemer wordt verstrekt na afronding van de opleidingsmodule BAZ;

deelnemer:

BIG-geregistreerde verpleegkundige die de opleidingsmodule BAZ heeft gevolgd en deze met goed gevolg heeft afgerond;

gerealiseerde opleidingsmodule BAZ:

een met een CZO-certificaat afgeronde opleidingsmodule BAZ;

minister:

de Minister voor Langdurige Zorg en Sport;

opleidingsmodule BAZ:

opleidingsmodule Basis Acute Zorg;

zorgorganisatie:

zorgorganisatie die het praktijkgedeelte van de opleidingsmodule BAZ verzorgt.

Artikel 2. Toepasselijkheid Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS

Op deze regeling is de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS niet van toepassing, met uitzondering van hoofdstuk 5.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

  • 1. De minister kan op aanvraag een subsidie verstrekken aan een zorgorganisatie voor het bekostigen van de opleidingsmodule BAZ voor een bij de zorgorganisatie werkende BIG-geregistreerde verpleegkundige.

  • 2. De activiteit, bedoeld in het eerste lid, is subsidiabel voor zover de opleidingsmodule BAZ is gestart na 1 juli 2022 en met een door het CZO afgegeven certificaat is afgerond op uiterlijk 30 september 2023.

Artikel 4. Subsidievoorwaarden

  • 1. Subsidie wordt enkel verstrekt aan een zorgorganisatie die door het CZO is erkend voor het aanbieden van de opleidingsmodule BAZ.

  • 2. Subsidie wordt niet verstrekt aan een zorgorganisatie voor het bekostigen van de opleidingsmodule BAZ voor deelnemers die de opleidingsmodule BAZ volgen

    • a. als onderdeel van de medische vervolgopleiding IC-verpleegkundige of SEH-verpleegkundige als bedoeld in artikel 1.3 van de Beleidsregel Beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen 2022; of

    • b. als onderdeel van de opleiding tot ambulanceverpleegkundige als bedoeld in artikel 13 van de Beleidsregel regionale ambulancevoorziening.

Artikel 5. Hoogte van de subsidie

De hoogte van de subsidie bedraagt € 18.675,– per gerealiseerde opleidingsmodule BAZ.

Artikel 6. Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 20.000.000,–.

  • 2. De minister verdeelt het uit hoofde van het subsidieplafond beschikbare bedrag op volgorde van ontvangst van de complete aanvragen tot vaststelling.

  • 3. Indien de aanvrager krachtens artikel 4:5, eerste lid, onder c van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt de dag waarop de aanvraag compleet is als de datum van ontvangst.

Artikel 7. Wijze van verstrekking

De minister verstrekt een subsidie die zonder voorafgaande verlening direct wordt vastgesteld op een bedrag waarvan de hoogte door de minister bij de vaststelling wordt genoemd.

Artikel 8. Aanvraag tot subsidievaststelling

  • 1. Voor de aanvraag tot vaststelling wordt een door de minister vastgesteld formulier gebruikt.

  • 2. De aanvraag tot vaststelling wordt ingediend in de periode van 15 juni 2023 tot en met 15 juli 2023.

  • 3. Indien het subsidieplafond na afloop van de periode, bedoeld in het tweede lid, niet is bereikt, kan een aanvraag tot vaststelling ook worden ingediend in de periode van 15 september 2023 tot en met 15 oktober 2023.

  • 4. Een zorgorganisatie kan voor meerdere gerealiseerde opleidingsmodules BAZ gelijktijdig een aanvraag tot vaststelling indienen.

  • 5. De aanvraag tot vaststelling gaat in ieder geval vergezeld van een opgave van het aantal CZO-certificaten waaruit blijkt dat deelnemers waarvoor subsidie wordt aangevraagd de opleidingsmodule BAZ zijn gestart op of na 1 juli 2022 en deze uiterlijk op 30 september 2023 hebben afgerond.

Artikel 9. Besluit tot subsidievaststelling

  • 1. De minister besluit binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling.

  • 2. De minister keert bij het besluit tot vaststelling het bedrag uit aan de zorgorganisatie.

Artikel 10. Hardheidsclausule

De minister kan een of meer bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang dat de desbetreffende bepaling beoogt te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 11. Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat deze van toepassing blijft op de subsidies die voor deze datum zijn aangevraagd en vastgesteld.

Artikel 12. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling opleidingsmodule BAZ.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

TOELICHTING

Algemeen

Aanleiding en doel

Tot 1 juli 2022 konden zorginstellingen gebruik maken van de Subsidieregeling opschaling curatieve zorg COVID-19 voor vergoeding van deelname van hun medewerkers aan de verkorte opleiding Basis Acute Zorg (BAZ). De BAZ-opleiding richt zich op het breed en flexibel opleiden van mensen die al in de zorg werkzaam zijn. Hierdoor wordt het mogelijk om deze mensen flexibel in te zetten, zodat zorgprofessionals voorbereid zijn op volgende crises en de hiermee gepaard gaande veranderende zorgvraag.

Om beter voorbereid te zijn op een volgende gezondheidscrisis, blijft het belangrijk om structureel en voor de lange termijn te werken aan een flexibele opschaling. Of de volgende crisis weer een COVID-crisis zal zijn, of dat er een andere noodzaak zal zijn om meer personele capaciteit te verschuiven naar de intensive care is niet te voorspellen. Er wordt nog onderzoek gedaan naar welke crises we op langere termijn op voorbereid moeten zijn. In ieder geval kan via breed en flexibel opleiden van personeel op de acute afdeling snel ingespeeld worden op een veranderende zorgvraag als gevolg van toekomstige crises.

De Taskforce Ondersteuning optimale inzet zorgverleners heeft op 12 april 2022 haar advies aangeboden aan de Minister voor Langdurige Zorg en Sport (hierna: de minister). Eén van de aanbevelingen uit dit advies is om de BAZ-opleiding voort te zetten en te verbreden. In de Kabinetsreactie op dit advies wordt deze aanbeveling van harte ondersteund en aangegeven dat: ‘[...] ingezet zal worden op het ruim aanbieden van deze opleiding, gezien de positieve ervaringen daarmee, de groeiende instroom en de bijdrage aan een flexibele inzet van medewerkers in verschillende zorgbranches. Voor de periode vanaf 1 juli 2022 (red.) zal een nieuwe subsidieregeling worden opgezet, die het mogelijk maakt dat in elk geval in 2022 nog 800 studenten kunnen starten met de BAZ-opleiding. De subsidieregeling wordt deze zomer uitgewerkt en heeft als opzet om te voorzien in een vergoeding vanaf volgend jaar aan opleidende zorginstellingen van € 25.000 euro per student die aantoonbaar de BAZ-opleiding heeft afgerond. Hiervoor zijn reeds financiële middelen beschikbaar’.1 Inmiddels is de kostprijs verlaagd naar € 18.675 per afgeronde BAZ-opleiding.

Daarom wordt de vergoeding voor deelname aan de BAZ-opleiding voortgezet via onderhavige subsidieregeling: de Subsidieregeling opleidingsmodule BAZ (hierna: de Subsidieregeling).

De voorliggende Subsidieregeling voorziet in een subsidie aan door het College Zorgopleidingen (hierna: CZO) erkende zorgorganisaties voor de bekostiging van de opleidingsmodule BAZ per student die is gestart met de BAZ-opleidingsmodule op of na 1 juli 2022 en de opleiding uiterlijk op 30 september 2023 met een door het CZO afgegeven certificaat afrondt. De opleidingsmodule BAZ duurt ongeveer zes maanden. Dit betekent in de praktijk dat deelnemers die vanaf 1 april 2023 met de opleiding beginnen mogelijk geen aanspraak kunnen maken op subsidie op grond van deze Subsidieregeling. Het risico bestaat namelijk dat zij de opleidingsmodule BAZ niet uiterlijk op 30 september 2023 afronden. Met het beschikbare budget à € 20 miljoen en een kostprijs per afgeronde BAZ-opleiding à € 18.675 is er ruimte om ruim 1000 deelnemers op te leiden.

De ambitie is om op termijn de vergoeding van de BAZ-opleidingsmodule mee te laten lopen in modulaire bekostiging via de beschikbaarheidsbijdrage (medische) vervolgopleidingen. De verkenning naar de haalbaarheid van flexibele bekostiging van ziekenhuisopleidingen via de beschikbaarheidsbijdrage wordt uitgevoerd door de NVZ, NFU, CZO, NZa en VWS. VWS beziet of de BAZ-opleidingsmodule tot aan dat moment via subsidie gefinancierd kan worden, zo nodig door deze Subsidieregeling te verlengen. In het najaar 2023 zal een evaluatie van de Subsidieregeling plaatsvinden.

Gevolgen voor de regeldruk

Bij het opstellen van de Subsidieregeling is getracht een en ander in te richten met minimale administratieve lasten voor subsidieaanvragers. Aanvragers hoeven slechts een aanvraag tot vaststelling in te dienen en hiervoor moeten zij slechts beperkt gegevens aanleveren.

De administratieve lasten voor het aanvragen van de subsidie bestaan uit het eenmalig kennisnemen van de regeling (taak 1) en het indienen van de aanvraag tot subsidievaststelling middels het invullen van een aanvraagvraagformulier met de daarvoor bestemde stukken zoals opgenomen onder artikel 8, vijfde lid, van deze Subsidieregeling (taak 2). De aanvraag tot vaststelling van de subsidie gaat in ieder geval vergezeld van een opgave van het aantal CZO-certificaten waaruit blijkt dat deelnemers de opleidingsmodule BAZ zijn gestart op of na 1 juli 2022 en deze uiterlijk 30 september 2023 hebben afgerond.

De aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt via een digitaal portaal ingediend. Om de administratieve lasten in het kader van de subsidieaanvraag te beperken kan een zorgorganisatie voor meerdere gerealiseerde opleidingsmodules BAZ gelijktijdig een aanvraag tot vaststelling indienen. Indien een zorgorganisatie voor meerdere subsidies tegelijk een aanvraag doet, leidt dit tot een navenante daling van de regeldrukkosten die gemoeid zijn met de aanvraag van subsidievaststelling.

Voor het berekenen van de kosten is uitgegaan van een tarief voor hoogopgeleiden van € 54 (zie ook Tabel 1) en gebruik gemaakt van de tijdsbestedingstabel uit het Rijksbrede handboek ‘Meting regeldrukkosten’. Omdat het aantal aanvragen niet goed kan worden ingeschat, zijn voor de berekening van de regeldruk vier scenario’s uitgewerkt.

De bovengenoemde administratieve lasten voor het aanvragen van deze subsidie kosten bij elkaar:

Taak

Uurtarief

Eenheid (uren)

Kosten (in €)

Aantal aanvragen

Totale kosten (in €)

1

€ 54

0,25

13,5

1.070

14.445

2

€ 54

0,75

40,5

1.070

43.335‬

     

Totaal per aanvrager:

54

 

Totaal:

57.780‬‬

Aantal aanvragen

Totale administratieve lasten

200

€ 10.800‬

400

€ 21.600‬

600

€ 32.400

1.000

€ 54.000‬

1.070 (maximaal aantal mogelijke aanvragen)

€ 57.780‬‬

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

Staatssteun

Er is sprake van staatssteun in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: VWEU) als aan de volgende vijf cumulatieve criteria is voldaan:

  • de steun wordt verleend aan een onderneming die een economische activiteit verricht;

  • de steun wordt met staatsmiddelen bekostigd;

  • de staatsmiddelen verschaffen een economisch voordeel dat niet via de normale commerciële weg zou zijn verkregen;

  • de maatregel is selectief;

  • de maatregel vervalst (potentieel) de mededinging en (dreigt te leiden tot) leidt tot een ongunstige beïnvloeding van het handelsverkeer in de Europese Unie.

Omdat het om bekostiging van een (medische) vervolgopleiding gaat die onlosmakelijk is verbonden met het bekostigd openbaar onderwijs, is sprake van een niet-economische activiteit en een dienst van algemeen belang (DAB). Compensatie voor DAB’s als bedoeld in Protocol nr. 26 bij het VWEU (PbEU 2008/C 115/01), zonder overcompensatie, voldoet niet aan de voorwaarden van artikel 107, eerste lid, VWEU. Er is daarom bij de subsidiering van deze activiteit geen sprake van ongeoorloofde staatssteun.

Internetconsultatie

Deze regeling heeft in het voorjaar van 2023 gedurende vier weken opengestaan voor internetconsultatie, welke heeft geresulteerd in vier reacties. Een van de reacties zag niet op de inhoud van de regeling en wordt daarom niet behandeld. De tweede reactie gaat over de vraag of de opleidingsmodule BAZ in aanmerking komt voor subsidie indien deze wordt gevolgd als onderdeel van de instroom voor de opleiding als ambulanceverpleegkundige. Hiervan is geen sprake omdat dit uitstroomprofiel reeds gefinancierd wordt via de Beleidsregel regionale ambulancevoorziening. Dit is ook omschreven in artikel 4 ‘Subsidievoorwaarden’ en de artikelsgewijze toelichting daarop. De derde reactie gaat over de ontwikkeling in het flexibel en modulair inrichten van opleidingen. Gesteld wordt dat de regeling in consultatie hier geen rekening mee houdt. Echter, voor de verpleegkundige vervolgopleidingen loopt een traject met als doel om flexibel opleiden te bekostigen. De reactie is onder de aandacht gebracht van de collega’s die zich hier beleidsmatig mee bezighouden. De laatste reactie is gericht op diverse onderdelen van de Subsidieregeling. Het gaat in de reactie om de einddatum van 30-9-2023 voor behaalde diploma's en om een mogelijke uitvoering van de subsidie in lijn met de FZO-financiering via het CZO. Voorgesteld wordt om CZO bij de uitvoering te betrekken. Hierin voorziet de Subsidieregeling. Zoals in de toelichting omschreven vraagt DUS-I bij CZO ter controle na of het aantal deelnemers waarvoor een aanvraag is gedaan overeenkomt met hun administratie daarvan. De keuze voor de einddatum hangt samen met de wettelijke beslistermijn op subsidieaanvragen van 13 weken. De internetconsultatie heeft niet geleid tot wijzigingen in de Subsidieregeling. De reacties en de beantwoording daarvan zijn te raadplegen op www.internetconsultatie.nl.

Artikelsgewijs

Artikel 1. Begripsbepalingen

In het eerste artikel worden begrippen gedefinieerd. De begrippen die nadere uitleg behoeven en niet reeds zijn toegelicht in het algemene deel worden hieronder uitgelegd.

CZO

De te Utrecht gevestigde Stichting College Zorgopleidingen, ingesteld door de Nederlandse vereniging van ziekenhuizen (NVZ) en de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra (NFU), met de taak toezicht te houden op de kwaliteit en continuïteit van de zorgopleidingen.

Zorgorganisatie

Subsidie kan worden aangevraagd door een zorgorganisatie. Een zorgorganisatie is een door het CZO-erkende organisatie die het praktijkgedeelte van de opleidingsmodule BAZ verzorgt. Een erkenning wordt door het CZO afgegeven als kwaliteitskeurmerk wanneer aan alle erkenningseisen van het CZO is voldaan. Een erkenning betekent dus dat de zorgorganisatie voldoet aan de landelijke opleidingseisen van het CZO. Iedereen die een erkende opleiding doorloopt, ontvangt een CZO-erkend certificaat dat in heel Nederland wordt geaccepteerd.

Artikel 2. Toepasselijkheid Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS

Op deze regeling is de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS (hierna: Kaderregeling) niet van toepassing, met uitzondering van hoofdstuk 5. Voor afwijking van de Kaderregeling is gekozen om de volgende redenen.

Voor onderhavige regeling is het van belang dat de administratieve last voor de zorgorganisatie als aanvrager en de uitvoeringslast voor het Rijk beperkt wordt gehouden. Daarom is op basis van een zorgvuldige risicoafweging geconcludeerd dat de verantwoording na afloop van de subsidieperiode op een andere wijze kan worden ingericht dan voorzien in de Kaderregeling. Dat is onder andere gelegen in het feit dat stukken, die veelal worden ingediend voor een subsidieaanvraag op grond van de Kaderregeling, minder relevant zijn voor de uitvoering van onderhavige regeling.

Ook worden op grond van artikel 10.1 van de Kaderregeling door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in principe geen subsidies onder de € 125.000 verstrekt. Voor onderhavige regeling is het echter wel wenselijk om subsidies onder dit bedrag te verstrekken.

Hoofdstuk 5 van de Kaderregeling is wel expliciet van toepassing verklaard. Dit hoofdstuk geeft een opsomming van de verplichtingen voor de subsidieontvanger.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

In artikel 3 wordt beschreven welke activiteit in aanmerking komt voor subsidie, namelijk: de bekostiging van de opleidingsmodule BAZ. Daardoor wordt vanuit een zorgorganisatie aan een BIG-gecertificeerde verpleegkundige de mogelijkheid geboden de opleidingsmodule BAZ te volgen. Deze activiteit is subsidiabel voor zover zij wordt verricht én is afgerond (dat wil zeggen afgerond met een CZO-certificaat) in de periode van 1 juli 2022 tot en met 30 september 2023.

Artikel 4. Subsidievoorwaarden

De subsidie wordt enkel verstrekt aan een zorgorganisatie met een erkenning van het CZO.

De opleidingsmodule BAZ kan op drie manieren worden gevolgd:

  • a. als onderdeel van de instroom voor de opleiding van vier uitstroomprofielen:

    • mediumcareverpleegkundige;

    • cardiaccareverpleegkundige; of

    • recoveryverpleegkundige;

  • b. als losse module zonder dat deze onderdeel is van de uitstroomprofielen als bedoeld onder a, afgerond met een CZO-certificaat;

  • c. als onderdeel van de opleiding in de uitstroomprofielen SEH-verpleegkundige (spoedeisende hulp-verpleegkundige), IC-verpleegkundige (intensive care-verpleegkundige) of ambulanceverpleegkundige.

De opleidingsmodule BAZ onder a en b komen in aanmerking voor subsidie op grond van deze Subsidieregeling wanneer deze is begonnen vanaf 1 juli 2022 en is afgerond met een certificaat uiterlijk op 30 september 2023. Dit geldt dus wanneer een deelnemer de opleidingsmodule BAZ volgt als onderdeel van een van de drie uitstroomprofielen onder a of los van een uitstroomprofiel. De opleidingsmodule BAZ onder c komt niet voor subsidie in aanmerking op grond van deze Subsidieregeling, omdat deze uitstroomprofielen (en dus de Opleidingsmodule BAZ) reeds gefinancierd worden via de beschikbaarheidbijdrage voor (medische) vervolgopleidingen of via de Beleidsregel regionale ambulancevoorziening.

Artikel 5. Subsidieplafond en wijze van verdeling

Het subsidieplafond bedraagt € 20.000.000,–. De minister verdeelt het beschikbare bedrag op volgorde van binnenkomst van volledige aanvragen. In het geval de aanvraag krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht is aangevuld, geldt bij de verdeling de dag waarop de volledig aangevulde aanvraag is ontvangen, als de datum van ontvangst. Als het subsidieplafond wordt bereikt, zal de minister, in aanwezigheid van een notaris, de onderlinge rangschikking van volledige aanvragen die op hetzelfde tijdstip zijn ontvangen door middel van loting vaststellen.

Artikel 6. Hoogte van de subsidie

De hoogte van de subsidie bedraagt € 18.675,– per gerealiseerde opleidingsmodule BAZ. Dit bedrag is gebaseerd op een peiling van het CZO. In dit bedrag zijn alle kosten meegerekend die samenhangen met de opleidingsmodule BAZ. Dat zijn de kosten van de opleiding zelf (docent, boeken, overig lesmateriaal en bijdrage voor het opleidingsinstituut) en de verletkosten voor zowel de docent en de begeleider (veelal een arts) als voor de deelnemer, minus dat wat de deelnemer oplevert aan productie tijdens de duur van de opleidingsmodule BAZ. De verletkosten van de deelnemer worden vergoed, omdat de deelnemer deels niet kan worden ingezet voor reguliere werkzaamheden.

Artikel 7. Wijze van verstrekking

De minister verstrekt een subsidie die zonder voorafgaande verlening direct wordt vastgesteld op een bedrag waarvan de hoogte door de minister bij de vaststelling wordt genoemd. Met deze wijze van subsidieverstrekking wordt aangesloten bij de gebruikelijke arrangementen op grond van de Kaderregeling en de Regeling vaststelling Aanwijzingen voor subsidieverstrekking (ook wel het Uniform Subsidiekader Rijk genoemd, hierna: USK).

Ook indien het totale subsidiebedrag voor één zorgorganisatie hoger is dan € 25.000 wordt dit arrangement toegepast. Het USK voorziet in deze mogelijkheid (aanwijzing 7, derde lid). Het gaat in dit geval namelijk om subsidies waarbij, gelet op de geringe risico’s (omdat een opgave van het aantal CZO-certificaten waaruit blijkt dat deelnemers de opleidingsmodule BAZ zijn gestart op of na 1 juli 2022 en deze uiterlijk 30 september 2023 hebben afgerond dient als bewijsstuk en daarmee direct na een check bij CZO vaststaat hoeveel opleidingsmodules BAZ met succes zijn afgerond bij een zorgorganisatie), volstaan kan worden met een directe vaststelling van de subsidie.

Artikel 8. Aanvraag tot subsidievaststelling

Artikel 8 beschrijft de aanvraagprocedure voor de subsidie. Voor de aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt een door de minister vastgesteld formulier gebruikt. Dit formulier is te vinden op de website van de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I).

De aanvraag tot vaststelling kan worden ingediend in de periode van 15 juni 2023 tot en met 15 juli 2023. Een aanvraag tot vaststelling kan pas door de zorginstelling ingediend worden nadat de opleidingsmodule BAZ, waarvoor subsidie aangevraagd wordt, door de deelnemer is gerealiseerd en het certificaat is behaald. Indien het subsidieplafond na afloop van die periode niet is bereikt, kan eveneens een aanvraag tot vaststelling worden ingediend in de periode van 15 september 2023 tot en met 15 oktober 2023.

Een zorgorganisatie kan in één aanvraag meerdere gerealiseerde opleidingsmodules BAZ opnemen. Dit betekent dat een zorgorganisatie voor verschillende deelnemers tegelijkertijd subsidie kan aanvragen.

De aanvraag tot vaststelling gaat in ieder geval vergezeld van een opgave van het aantal CZO-certificaten per gerealiseerde opleidingsmodule BAZ waaruit blijkt dat deelnemers de opleidingsmodule BAZ zijn gestart op of na 1 juli 2022 en hebben afgerond op de uiterste datum van 30 september 2023. DUS-I vraagt vervolgens bij CZO ter controle na of het aantal deelnemers waarvoor een aanvraag is gedaan overeenkomt met hun administratie daarvan.

Artikel 9. Besluit tot subsidievaststelling

Binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling volgt een beslissing van de minister en wordt het subsidiebedrag verstrekt.

Artikel 10. Hardheidsclausule

Deze bepaling bevat een hardheidsclausule. Toepassing van de hardheidsclausule is aan strenge eisen gebonden en er zal met grote terughoudendheid gebruik van worden gemaakt. Het is evenwel niet op voorhand uit te sluiten dat zich omstandigheden zullen voordoen die noodzaken tot afwijking van deze Subsidieregeling. Het dient dan te gaan om onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 11. Inwerkingtreding en vervaldatum

In afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten bij regelgeving (zoals opgenomen in aanwijzing 4.17 van de Aanwijzingen voor de regelgeving), treedt deze regeling in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Hiervoor is gekozen om de zorgorganisaties zo spoedig mogelijk op de hoogte te brengen van de (voorwaarden van de) Subsidieregeling en hen daardoor de gelegenheid te geven om aan de slag te gaan met de aanvraag tot subsidievaststelling, zeker gezien het feit dat de subsidiabele periode vanaf 1 juli 2022 is.

De regeling vervalt met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat deze regeling van toepassing blijft op een subsidie die krachtens deze regeling is aangevraagd en/of vastgesteld.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder


X Noot
1

Kamerstukken II, 2021/22, 25 295, nr. 1883

Naar boven