Besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 17 mei 2023, nr. WJZ/ 27099636, houdende aanwijzing toezichthouders Wet veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames en de Uitvoeringswet screeningsverordening buitenlandse directe investeringen

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 46 van de Wet veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames en artikel 5 van de Uitvoeringswet screeningsverordening buitenlandse directe investeringen;

Besluit:

Artikel 1

Met het toezicht op de naleving, bedoeld in artikel 46 van de Wet veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames en artikel 5 van de Uitvoeringswet screeningsverordening buitenlandse directe investeringen, zijn belast het hoofd van en de ambtenaren werkzaam bij het Bureau Toetsing Investeringen van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 17 mei 2023

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

TOELICHTING

In artikel 46 van de Wet veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames (hierna: de Wet vifo) is bepaald dat met het toezicht op de naleving van die wet zijn belast de bij besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat aangewezen ambtenaren.

In hoofdstuk 7 van de Wet vifo is het toezicht op en de handhaving van de Wet vifo geregeld. Hierin is onder andere bepaald dat de toezichthouder, naast de toezichtsbevoegdheden die hij op grond van de Algemene wet bestuursrecht heeft, onder strikte voorwaarden een woning kan betreden en doorzoeken zonder toestemming van de bewoner. Voor nadere informatie over de bevoegdheden van de toezichthouders en de mogelijkheden tot handhaving en sanctionering wordt verwezen naar hoofdstuk 7 van de Wet vifo en de paragrafen 9.1 en 9.2 van de toelichting bij die wet1.

In artikel 5 van de Uitvoeringswet screeningsverordening buitenlandse directe investeringen is bepaald dat met het toezicht op de naleving van artikel 9, vierde lid, tweede volzin, van verordening 2019/4522 zijn belast de bij besluit van de verantwoordelijke Minister aangewezen ambtenaren. In de tweede volzin van artikel 9, vierde lid, van de verordening, is bepaald dat een buitenlandse investeerder of betrokken onderneming de gevraagde informatie zonder onnodige vertraging verstrekt. Voor nadere informatie over de bevoegdheden van de toezichthouders en de mogelijkheden tot handhaving en sanctionering wordt verwezen naar hoofdstuk 6 van de toelichting bij de Uitvoeringswet screeningsverordening buitenlandse directe investeringen3.

Dit besluit geeft invulling aan artikel 46 van de Wet vifo en artikel 5 van de Uitvoeringswet screeningsverordening buitenlandse directe investeringen.

Gelet op de expertise van het Bureau Toetsing Investeringen op het gebied van de toetsing van investeringen op risico’s voor de nationale veiligheid krachtens hoofdstuk 14a van de Telecommunicatiewet, artikel 86f van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 66e van de Gaswet en zijn expertise op het toezicht op de naleving van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 en de Sanctieregeling Belarus 2006 ten aanzien van het eigendom van niet-beursgenoteerde ondernemingen, is er voor gekozen deze ambtenaren aan te wijzen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens


X Noot
1

Kamerstukken II 2020/21, 35 880, nr. 3

X Noot
2

Verordening (EU) 2019/452 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 tot vaststelling van een kader voor de screening van buitenlandse directe investeringen in de Unie (PbEU 2019, L 79)

X Noot
3

Kamerstukken 2019/20, 35 502, nr. 3

Naar boven