Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 20 april 2023, nr. MinBuza.2023.15320-16, tot wijziging van diverse sanctieregelingen in verband met de invoeging van een humanitaire vrijstelling

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Gelet op Verordening (EU) 2023/720 van de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2023 tot wijziging van een aantal verordeningen van de Raad betreffende beperkende maatregelen met het oog op de invoeging van bepalingen inzake een humanitaire vrijstelling (PbEU 2023, L 94) en de artikelen 2, tweede lid, en 3 van de Sanctiewet 1977;

BESLUIT:

ARTIKEL I

In artikel 1, tweede lid, van de Sanctieregeling Noord-Korea 2017 wordt ‘artikel 34, zevende tot en met negende lid,’ vervangen door ‘artikel 34, zevende tot en met tiende lid,’.

ARTIKEL II

Artikel 2 van de Sanctieregeling Congo 2005 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 2,’ vervangen door ‘artikel 2, eerste en tweede lid,’.

2. In het tweede lid wordt na ‘artikel 1 ter,’ ingevoegd ‘artikel 2, derde lid,’.

ARTIKEL III

In artikel 1, tweede lid, van de Sanctieregeling Iran 2012 wordt na ‘artikel 15 bis, zesde lid,’ ingevoegd ‘artikel 23, zevende lid, artikel 23 bis, zevende lid,’.

ARTIKEL IV

De Sanctieregeling ISIS en Al Qaida 2016 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 2, eerste lid, tweede lid en lid 2 bis, 3, 4 en 5, eerste en tweede lid, van Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van de Europese Unie van 27 mei 2002 tot vaststelling van beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met het Al-Qa’ida-netwerk (Pb EG L 139) met dien verstande dat het verbod te handelen in strijd met vorenbedoeld artikel 2, eerste lid, tweede lid en lid 2 bis, niet van toepassing is in gevallen waarin artikel 2, vijfde lid, 2 bis of 2 ter van Verordening (EG) nr. 881/2002 van toepassing is.

B

Artikel 5, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 2, eerste en tweede lid, 9, 10, eerste lid, en 11 van Verordening (EU) nr. 2016/1686 van de Raad van de Europese Unie van 20 september 2016 tot vaststelling van bijkomende beperkende maatregelen tegen ISIS (Da’esh) en Al Qaida en daarmee verbonden natuurlijke en rechtspersonen, entiteiten of lichamen (Pb EU L 255), met dien verstande dat het verbod te handelen in strijd met vorenbedoeld artikel 2, eerste en tweede lid, niet van toepassing is in gevallen waarin artikel 2, derde lid, 5, 6, 7 of 8 van Verordening (EU) nr. 2016/1686 van toepassing is.

ARTIKEL V

Artikel 1 van de Sanctieregeling Libië 2016 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 5,’ vervangen door ‘artikel 5, eerste tot en met vierde lid,’.

2. In het tweede lid wordt na ‘artikel 3, tweede tot en met vierde lid,’ ingevoegd ‘artikel 5, vijfde lid,’.

ARTIKEL VI

In artikel 1, tweede lid, van de Sanctieregeling Mali 2017 wordt na ‘geldt niet in gevallen waarin artikel’ ingevoegd ‘2, derde lid,’.

ARTIKEL VII

Artikel 1 van de Sanctieregeling Zuid-Sudan 2015 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 5,’ vervangen door ‘artikel 5, eerste tot en met derde lid,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Het verbod te handelen in strijd met artikel 2 van Verordening (EU) nr. 2015/735 geldt niet in gevallen waarin artikel 3 of artikel 4, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 2015/735 van toepassing is. Het verbod te handelen in strijd met artikel 5, eerste tot en met derde lid, geldt niet in gevallen waarin artikel 5, vierde lid, artikel 6, artikel 7, artikel 8, eerste lid, artikel 9, artikel 10, eerste lid, artikel 11, artikel 12, eerste lid, of artikel 13 van Verordening (EU) nr. 2015/735 van toepassing is.

ARTIKEL VIII

In artikel 1, tweede lid, tweede volzin, van de Sanctieregeling Sudan 2014 wordt ‘artikel 6,’ vervangen door ‘artikelen 5, vierde lid, 6,’.

ARTIKEL IX

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra

TOELICHTING

Deze regeling strekt tot wijziging van diverse sanctieregelingen in verband met de invoeging van een humanitaire vrijstelling in meerdere sanctieregimes.

De Raad van de Europese Unie heeft op 31 maart 2023 Verordening (EU) 2023/7201 vastgesteld. In deze verordening wordt een humanitaire vrijstelling toegevoegd aan diverse sanctieregimes. Eerder heeft de Raad dat overeenkomstig Resolutie 2664 (2022) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties ook gedaan in sanctieregimes waartoe de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of zijn Sanctiecomité hebben besloten. De Raad is van oordeel dat deze humanitaire vrijstelling van de bevriezing van tegoeden uit hoofde van Resolutie 2664 (2022) ook van toepassing moet zijn in gevallen waarin de Europese Unie besluit aanvullende maatregelen inzake de bevriezing van tegoeden en economische middelen vast te stellen naast die waartoe de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of zijn Sanctiecomité hebben besloten. Verordening (EU) 2023/720 strekt hiertoe. Als gevolg van deze verordening moeten de volgende sanctieregelingen worden aangepast: de Sanctieregeling Noord-Korea 2017, de Sanctieregeling Congo 2005, de Sanctieregeling Iran 2012, de Sanctieregeling ISIS en Al Qaida 2016, de Sanctieregeling Libië 2016, de Sanctieregeling Mali 2017, de Sanctieregeling Zuid-Sudan 2015 en de Sanctieregeling Sudan 2014.

Voor meer informatie over de beperkende maatregelen wordt verwezen naar de website www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte kan worden gemeld dat deze regeling strekt tot naleving van een internationale verplichting. Hierdoor is een uitzondering op de vaste verandermomenten toegestaan conform het beleid inzake vaste verandermomenten.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Verordening (EU) 2023/720 van de Raad van 31 maart 2023 tot wijziging van een aantal verordeningen van de Raad betreffende beperkende maatregelen met het oog op de invoeging van bepalingen inzake een humanitaire vrijstelling (PbEU 2023, L 94).

Naar boven