Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 14 april 2022, nr. IENW/BSK-2022/68893, tot wijziging van de Regeling tarieven Spoorwegwet 2012 in verband met technische wijzigingen en regeling van de verlenging van een machinistenvergunning

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 91 van de Spoorwegwet;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling tarieven Spoorwegwet 2012 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2* wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid alsmede de aanduiding ‘1.’ voor het eerste lid vervallen.

2. Na ‘verlenen’ wordt ingevoegd ‘, hernieuwen of wijzigen’.

B

Aan artikel 3 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in het eerste en tweede lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

C

In artikel 4, eerste, tweede en derde lid, wordt na ‘verlenen’ ingevoegd ‘of wijzigen’.

D

Aan artikel 6 worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 7. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een voertuigvergunning of typegoedkeuring als bedoeld in het eerste, tweede en vierde lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

  • 8. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in het derde lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

E

Aan artikel 7 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 7. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een typegoedkeuring als bedoeld in artikel 26m, eerste lid, van de wet is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

F

Aan artikel 8 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in het eerste en tweede lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

G

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een tijdelijke gebruiksvergunning als bedoeld in het eerste lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

H

In artikel 10 wordt onder vernummering van het vierde lid tot derde lid een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een aanmelding of aanwijzing als bedoeld in de vorige leden is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

I

Artikel 11a wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in het eerste lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

J

Artikel 11b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘verlenen’ ingevoegd ‘of wijzigen’.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een beperkte bedrijfsvergunning als bedoeld in het tweede lid, onder a en b, is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

K

Aan artikel 11c wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Voor het anderszins wijzigen van een veiligheidscertificaat dan een wijziging, bedoeld in het derde lid, is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

L

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste, tweede, derde en vierde lid wordt na ‘verlenen’ ingevoegd ‘of hernieuwen’.

2. In het zesde lid wordt ‘een of meerdere certificaten’ vervangen door ‘een of meerdere reeds verleende certificaten’ en wordt ‘€ 2.400,-‘ vervangen door ‘€ 129,– per uur’.

M

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘verlenen’ ingevoegd ‘of hernieuwen’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Voor de behandeling van een aanvraag voor een wijziging van een erkenning als bedoeld in het eerste lid of van de vestiging waar de keuringen worden uitgevoerd is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

N

In artikel 16 wordt onder vernummering van het tweede lid tot derde lid een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. Voor de behandeling van een aanvraag voor de verlenging van een machinistenvergunning als bedoeld in artikel 51a, achtste lid, onder a, van de wet is een tarief verschuldigd van € 96,–. Het verschuldigde tarief dient binnen 30 kalenderdagen na factuurdatum te zijn voldaan. De factuur wordt verzonden met de beslissing op aanvraag.

O

Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. In het eerste lid (nieuw) wordt na ‘verlening’ ingevoegd ‘of hernieuwing’.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een erkenning als bedoeld in het eerste lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

P

Artikel 17a wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in het eerste lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

Q

Artikel 19b wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. In het eerste lid (nieuw) wordt ‘artikel 3 van het Besluit spoorweginfrastructuur’ vervangen door ‘artikel 3 van het Besluit hoofdspoorweginfrastructuur’.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in het eerste lid is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

R

Aan artikel 19d wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Voor de behandeling van een aanvraag tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in de vorige leden is een tarief verschuldigd van € 129,– per uur.

S

Artikel 21 vervalt.

T

Artikel 22 komt te luiden:

Artikel 22

  • 1. Voor een aanvraag van een beschikking als bedoeld in deze regeling door een organisatie die met historische spoorvoertuigen voor niet commerciële doeleinden gebruik maakt van de hoofdspoorweg of bijzondere spoorweg, is een vergoeding van 10% van het voor de betreffende beschikking bepaalde tarief verschuldigd, met een minimum van € 265,–.

  • 2. Voor een wijziging van een beschikking als bedoeld in het eerste lid is geen tarief verschuldigd.

U

Artikel 23, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Indien de kosten voor behandeling van een aanvraag worden bepaald op basis van een uurtarief, worden die kosten voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag begroot en aan de aanvrager medegedeeld.

V

Artikel 23a, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. Artikel 23, eerste en derde lid, zijn van overeenkomstige toepassing.

W

Artikel 24 vervalt.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2022. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 maart 2022, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

TOELICHTING

1. Inleiding

Het doel van deze wijziging van de Regeling tarieven Spoorwegwet 2012 (hierna: de regeling) is tweeledig. Allereerst is een aantal technische wijzigingen in de regeling aangebracht waarmee de tarieven voor het aanbrengen van wijzigingen in reeds verleende vergunningsproducten duidelijker en eenvoudiger zijn weergegeven in de regeling. Daarnaast is met deze wijziging een nieuw tarief aan de regeling toegevoegd voor het verlengen van een machinistenvergunning.

2. Inhoud regeling

2.1. Technische wijzingen

De regeling gaf in artikel 21 een vast, verlaagd tarief voor de behandeling van een aanvraag die uitsluitend betrekking had op een administratieve aanpassing in reeds verleende vergunningsproducten. In de praktijk bleek de term ‘administratieve aanpassing’ tot onduidelijkheid te leiden. Deze onduidelijkheid kon als gevolg hebben dat een aanvrager bij het indienen van een aanvraag ten onrechte in de veronderstelling was het verlaagde tarief uit artikel 21 van de regeling verschuldigd te zijn, terwijl het ging om een niet-administratieve aanpassing. Dit heeft bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (hierna: ILT), welke in mandaat van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat de in de regeling bedoelde aanvragen behandelt, tot de beleidswijziging geleid dat het aanvraagformulier voor het doorvoeren van administratieve aanpassingen sinds december 2021 niet meer gebruikt kan worden.

In deze regeling is de bepaling uit artikel 21 geschrapt en vervangen door bij elk vergunningsproduct een wijzigingstarief te bieden dat aansluit bij de omvang van de wijziging. Zowel kleine, administratieve wijzigingen, als grote, inhoudelijke wijzigingen vallen voortaan onder deze mogelijkheid tot wijziging van het vergunningsproduct1. Door te werken met een uurtarief voor alle wijzigingen, in plaats van met een vast tarief voor administratieve wijzigingen en een regulier tarief voor overige wijzigingen, is het verschuldigde tarief altijd gerelateerd aan het werkelijk door de ILT bestede aantal uur voor de verwerking van de wijziging. Het doorvoeren van een kleine wijziging aan een vergunningsproduct zal slechts weinig uren kosten en derhalve een laag tarief opleveren. Conform artikel 23 van de regeling zal de ILT de kosten voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvragen begroten en aan de aanvrager mededelen. De onduidelijkheid die de term ‘administratieve aanpassing’ met zich meebracht, wordt daarmee weggenomen. Relevant is alleen hoeveel uur de ILT besteedt aan het verwerken van de wijziging. Zo komt een aanvrager niet voor een onverwacht hoog tarief voor zijn aanvraag te staan.

Voorts bevat deze wijzigingsregeling nog een aantal andere technische aanpassingen van de regeling:

  • zo kan een aantal vergunningsproducten op grond van (Europese) wetgeving niet alleen worden gewijzigd, maar ook worden herzien. In de betreffende bepalingen in de regeling is de mogelijkheid voor het heffen van een tarief voor een herziening daarom toegevoegd voor zover een dergelijk tarief nog niet expliciet in de regeling was vastgelegd;

  • in artikel 19b werd ten onrechte het ‘Besluit spoorweginfrastructuur’ genoemd, dit moet het ‘Besluit hoofdspoorweginfrastructuur’ zijn en is daarom gecorrigeerd;

  • in artikel 23a is een redactionele wijziging aangebracht;

  • artikel 24 zag op aanvragen voor beschikkingen die gedaan worden in verband met de vervanging van de Spoorwegwet 1875 door de Spoorwegwet. Dergelijke vervangingsaanvragen komen niet meer voor, waarmee artikel 24 kan komen te vervallen.

2.2. Verlenging machinistenvergunning

2.2.1. Algemeen

Op 17 december 2021 is een wijziging van artikel 12, eerste lid, van het Besluit spoorwegpersoneel 2011 in werking getreden. Met die wijziging is geregeld dat een aanvraag tot verlenging van een machinistenvergunning kan worden gedaan bij de Minister van Infrastructuur en Waterstaat (in mandaat bij de ILT). Zonder deze wettelijke grondslag was verlenging van een machinistenvergunning niet mogelijk.

De geldigheid van een machinistenvergunning verloopt na 10 jaar. Per april 2022 verlopen de eerste conform de machinistenrichtlijn2 afgegeven machinistenvergunningen. Het is daarom wenselijk om conform artikel 91 van de Spoorwegwet een tarief vast te stellen voor de behandeling van een aanvraag voor de verlenging van een machinistenvergunning. Om die reden is artikel 16 van de regeling gewijzigd.

2.2.2. Opbouw tarief

Het vastgestelde tarief is gebaseerd op de kosten die voortvloeien uit de werkzaamheden die plaatsvinden nadat een aanvraag is ingediend. Deze werkzaamheden bestaan uit een beoordeling van de ontvankelijkheid van de aanvraag, het bevestigen van de aanvraag, het beoordelen van de aanvraag en het nemen van de beschikking. Naast deze werkzaamheden zijn ook de productiekosten van de nieuwe vergunningspas voor de machinist in het tarief opgenomen.

3. Gevolgen

3.1. Technische wijzigingen

Door het vaste tarief voor een administratieve aanpassing van 165 euro uit artikel 21 te vervangen door een wijzigingstarief per vergunningsproduct van 129 euro per uur wordt een lastenverlaging voor de sector bewerkstelligd. Aanvragen voor wijzigingen zullen naar verwachting namelijk voornamelijk administratieve wijzigingen zijn, die in het algemeen in korte tijd door de ILT verwerkt kunnen worden en dus niet meer dan het tarief van één uur zullen kosten.

3.2. Verlenging machinistenvergunning

Volgens een inschatting van de ILT zullen er jaarlijks ongeveer 300 aanvragen tot verlenging van een machinistenvergunning gedaan worden. Sectorbreed brengt de vaststelling van dit tarief daarmee een financiële last van circa 30.000 euro op jaarbasis met zich mee. Alhoewel het hier een nieuwe financiële last voor de sector betreft, is deze wel zo laag mogelijk gehouden doordat het tarief voor een aanvraag tot verlenging van een machinistenvergunning per aanvraag 26 euro lager is dan het tarief van de behandeling voor een aanvraag van een nieuwe machinistenvergunning (momenteel 122 euro).

4. Advies en consultatie

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het naar verwachting geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

Een ontwerp van deze regeling heeft van 24 februari 2022 tot en met 27 maart 2022 op www.internetconsultatie.nl gestaan. Tijdens deze consultatieperiode is niet op dit ontwerp gereageerd.

5. Inwerkingtreding

De datum van inwerkingtreding is gelegen op het eerstvolgende vaste verandermoment (1 april 2022) of indien de publicatie van de Staatscourant waarin deze regeling wordt gepubliceerd na 31 maart plaatsvindt, zo spoedig mogelijk na deze datum. Omdat deze regeling niet voor 1 februari 2022 is gepubliceerd, zal wat betreft de vereiste invoeringstermijn worden afgeweken van de daarvoor normaal geldende twee maanden. De reden hiervoor is dat inwerkingtreding op het eerstvolgende verandermoment (1 juli 2022) zal leiden tot nadelige financiële gevolgen voor de ILT, nu aanvragen voor verlengingen van machinistenvergunningen per april 2022 behandeld zullen moeten worden.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen


X Noot
1

Ter illustratie van het verschil in kwalificatie van de wijziging dient de volgende situatie: indien een bedrijf zelfstandig besluit een naamswijziging door te voeren, is dat een kleine, administratieve wijziging op het vergunningproduct. Wanneer de naamswijziging echter het gevolg is van de overname van een bedrijf door een ander bedrijf, is de wijziging van het vergunningproduct een grote wijziging waaraan een nieuwe, compleet inhoudelijke beoordeling ten grondslag ligt aan de wijziging van het vergunningsproduct.

X Noot
2

Richtlijn 2007/59/EG van het Europees parlement en de Raad van de Europese Unie van 23 oktober 2007 inzake de certificering van machinisten die locomotieven en treinen op het spoorwegsysteem van de Gemeenschap besturen (PbEU 2007, L 315).

Naar boven