Vrijstelling op grond van artikel 46, eerste lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden inzake de biocide Maxforce kwantum (Vrijstelling Maxforce kwantum Mediterraan draaigatje 2022)

IENW/BSK-2022/39384

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Gelet op artikel 46, eerste lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden;

BESLUIT:

Artikel 1

Vrijstelling als bedoeld in artikel 46 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden wordt verleend voor het professioneel gebruik van de biocide Maxforce kwantum voor de beheersing van kolonies van het Mediterraan draaigatje (Tapinoma nigerrimum).

Artikel 2

Aan de vrijstelling zijn de in de bijlage bij dit besluit opgenomen beperkingen en voorschriften verbonden.

Artikel 3

De vrijstelling wordt verleend van 20 maart 2022 tot en met 15 september 2022.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Vrijstelling Maxforce kwantum Mediterraan draaigatje 2022.

Dit besluit zal met bijlage en toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

BIJLAGE, BEDOELD IN ARTIKEL 2

Het insecticide Maxforce kwantum, op basis van de werkzame stof imidacloprid, en toegelaten (toelatingsnummer NL-0011349-0000) voor gebruik tegen een beperkt aantal mierensoorten, kan in het kader van een vrijstelling voor professioneel gebruik tegen het Mediterraan draaigatje gebruikt worden met inachtneming van de volgende voorschriften en beperkingen:

  • Het insecticide mag alleen toegepast worden door professionele plaagdierbeheersers die in het bezit zijn van een geldig bewijs van vakbekwaamheid, zoals bedoeld in artikel 71 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb) en artikel 17a van het Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Bgb).

  • De gebruiksvoorschriften en de gebruiksaanwijzing, inclusief de risicobeperkende maatregelen, opgenomen in de SPC van de toelating dienen te worden opgevolgd. Zie daarvoor CTGB Toelating: Maxforce Quantum.

  • Het insecticide buiten het bereik van kinderen en dieren houden.

  • Het insecticide gericht toepassen. Blootstelling aan andere levende insecten/organismen moet worden voorkomen of zoveel mogelijk beperkt.

  • Bij voorkeur wordt het insecticide aangeboden in lokdozen, anders als gel, uitsluitend in het nest onder de tegels (b.v. tegel optillen middel aanbrengen en tegel terugplaatsen) zodat het middel alleen door mieren kan worden meegenomen en geen uitspoeling kan plaatsvinden.

  • Het insecticide mag niet worden toegepast op bodem, grasvelden of nabij bloemenborders, planten, struiken en bomen. De actieve stof kan via de wortels worden opgenomen, waardoor sterfte van bestuivers en niet-doelwit arthropoden kan optreden. Dit product bevat imidacloprid dat gevaarlijk is voor bijen.

  • Het insecticide mag niet worden toegepast wanneer regen wordt verwacht voordat de lokstof volledig is opgenomen.

  • Het insecticide mag niet worden toegepast op plekken waar afspoeling naar oppervlakte water kan plaatsvinden.

Bij een binnenshuis bestrijding:

  • Om emissie naar het riool door natreiniging te voorkomen is het wenselijk om ook binnenshuis altijd gebruik te maken van lokdozen, tenzij als dat niet mogelijk is.

  • Tussentijds en bij beëindiging van de bestrijding: resten van het product verzamelen en afvoeren als chemisch afval.

De vrijstelling mag uitsluitend gebruikt worden een week na melding bij het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat via het mailadres biociden@minienw.nl. Bij de melding moet een korte uitleg (‘beheersplan’) worden toegevoegd op welke wijze het probleem integraal wordt aangepakt, op grond van de beginselen van geïntegreerd plaagdiermanagement (IPM). Elke aparte locatie moet éénmaal aangemeld te worden.

IPM houdt in dat om het probleem op te lossen, bij voorkeur preventieve maatregelen worden genomen. Als die niet afdoende zijn, worden niet-chemische maatregelen of methoden toegepast. Als ook die niet afdoende blijken, mag als laatste redmiddel het vrijgestelde middel worden ingezet. Die inzet moet uitgewerkt worden in een beheersplan voor elke afzonderlijke locatie.

Concreet voor het Mediterraan draaigatje moet primair worden ingezet op fysieke verstoring van de kolonies en fysische bestrijding (bijvoorbeeld door middel van kokend water) van aanwezige mieren. Hierbij moet vanaf de randen van de kolonies worden begonnen, omdat fysieke verstoring vanuit het centrum zal leiden tot verspreiding van de kolonie. Als de fysieke aanpak onvoldoende is, mag pas op het gebruik van Maxforce kwantum worden overgegaan.

TOELICHTING

Noodzaak bestrijding

Het Mediterraan draaigatje is een invasieve exotische mier die grote kolonies vormt met meerdere koninginnen. Mieren dringen in groten getale huizen binnen, laten bestrating verzakken en geven veel overlast in tuinen. Op dit moment zijn er ongeveer 30 plekken in Nederland waar ernstige overlast wordt ervaren. Als de kolonievorming en de verspreiding van de mieren nu niet worden beheerst dan zal de overlast én het aantal locaties ernstig toenemen.

Noodzaak vrijstelling

Het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen heeft diverse andere methoden onderzocht om het Mediterraan draaigatje te bestrijden. Maatregelen en methoden kunnen de kolonie (tijdelijk) verkleinen maar zijn niet toereikend om de kolonie uit te roeien. Daarom wordt thans vrijstelling verleend voor het gebruik van een biocide, het middel Maxforce kwantum. Het middel is een lokaasmiddel en wordt door de mieren zelf naar het hart van de kolonie gebracht. Dat heeft tot gevolg dat de koninginnen worden aangetast, waardoor de kolonie zal verkleinen en in een aantal gevallen zal verdwijnen.

Meldplicht en geïntegreerd plaagdiermanagement

Het voornemen van gebruik van Maxforce kwantum tegen het Mediterraan draaigatje moet worden gemeld bij het Ministerie van IenW via het mailadres biociden@minienw.nl. De gebruiker meldt in dit bericht, minimaal een week voor gebruik, de locatie waarop hij het middel gaat toepassen en na afloop van het seizoen meldt hij hoe vaak en hoeveel middel hij heeft toegepast. De reden voor deze meldplicht is om zicht te kunnen houden op de wijze van en de omvang van het gebruik.

Het toepassen van geïntegreerd plaagdiermanagement houdt in dat volgens de volgorde van preventie/niet-chemisch/chemische bestrijding te werk moet worden gegaan. Dat betekent een procesmatige aanpak: achtereenvolgens risico-inventarisatie, bepalen van drempelwaarden, opstellen en uitvoeren van een plaagdierbeheersplan en het evalueren en waar nodig bijsturen van dat plan.

Concreet houdt dat in dat er een combinatiemethode van fysieke verstoring en fysische bestrijding van grootschalig aanwezige mieren moet plaatsvinden vóór het gebruik van Maxforce kwantum. Op deze manier wordt mieren de toegang tot natuurlijke voedselbronnen ontzegd en het gebruik van de biocide beperkt.

Risicobeoordeling Ctgb

Vanuit humaantoxicologisch en milieutechnisch oogpunt zijn er geen bezwaren tegen het verlenen van deze vrijstelling, mits de voorschriften uit de bijlage en toelatingsbesluit van Maxforce kwantum worden nageleefd.

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden een bezwaarschrift indienen tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, ter attentie van Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, afdeling Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, postbus 20901, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:

  • a. naam en adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt (datum en nummer of kenmerk);

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen;

  • e. zo mogelijk een afschrift van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt.

Het niet voldoen aan deze eisen kan leiden tot niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift.

Een bezwaarschrift kan uitsluitend per gewone post en niet per e-mail worden ingediend. Machtigt u iemand om namens u bezwaar te maken? Stuur dan ook een kopie van de machtiging mee. Bij indiening van een bezwaarschrift namens een rechtspersoon, dient u documenten mee te sturen (origineel uittreksel uit het handelsregister en/of een kopie van de statuten van de rechtspersoon) waaruit blijkt dat u bevoegd bent namens de rechtspersoon op te treden.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

Naar boven