Besluit van de Autoriteit Consument en Markt van 10 maart 2022, ACM/UIT/569567, tot wijziging van de voorwaarden als bedoeld in artikelen 31 en 54, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 22, eerste lid, van de Gaswet betreffende verbeteringen van meetprocessen voor grootverbruikaansluitingen elektriciteit

De Autoriteit Consument en Markt,

Gelet op artikelen 36 en 55 van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 23 van de Gaswet;

Besluit

ARTIKEL I

De Informatiecode elektriciteit en gas wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 6.1.1.1 vervalt ‘4.4, 4.6 tot en met’.

B

In artikel 6.1.1.4 wordt na ‘4.4,’ ingevoegd: ‘4.5,’.

C

Paragraaf 6.2.1 vervalt.

D

Artikel 6.2.2.1 vervalt.

E

Artikel 6.2.2.2 komt te luiden:

6.2.2.2

De meetverantwoordelijke zendt de vastgestelde meetgegevens, bedoeld in artikel 5.3.11 van de Meetcode elektriciteit, per richting afzonderlijk, voor alle telemetriegrootverbruikaansluitingen waarvoor hij meetverantwoordelijkheid draagt, uiterlijk de eerstvolgende kalenderdag vóór 10:00 uur naar de netbeheerder en de programmaverantwoordelijke die actief is op de aansluiting op de dag waarop de meetgegevens betrekking hebben.

F

Artikel 6.2.2.2a vervalt.

G

Artikel 6.2.2.3 komt te luiden:

6.2.2.3

De meetverantwoordelijke verzendt voor alle telemetriegrootverbruikaansluitingen waarvoor hij meetverantwoordelijkheid draagt, aan de netbeheerder en aan de programmaverantwoordelijke die actief is op de aansluiting op de dag waarop de meetgegevens betrekking hebben, zo spoedig mogelijk na vaststellen doch uiterlijk vóór 24:00 uur van de negende werkdag na de desbetreffende dag:

  • a. de berekende of aanvullende meetgegevens bedoeld in artikel 5.3.11 van de Meetcode elektriciteit;

  • b. de herziene meetgegevens bedoeld in artikel 5.5.3 van de Meetcode elektriciteit.

H

Artikel 6.2.2.4 komt te luiden:

6.2.2.4

In geval van een telemetriegrootverbruikaansluiting waaraan een of meer secundaire allocatiepunten zijn toegekend, zijn artikelen 6.2.2.2 en 6.2.2.3 van toepassing op elk afzonderlijk allocatiepunt dat aan deze aansluiting is toegekend.

I

Artikel 6.2.2.5 vervalt.

J

Artikel 6.2.2.6 komt te luiden:

6.2.2.6

De meetverantwoordelijke verstrekt maandelijks, uiterlijk de tiende werkdag van de maand na de maand waarop de meetgegevens, bedoeld in artikel 5.3.11 van de Meetcode elektriciteit betrekking hebben, aan de netbeheerder per overdrachtspunt:

  • a. de werkelijke (gecorrigeerde) hoeveelheid met het net uitgewisselde energie per richting, onderscheiden naar normaaluren en laaguren, waarbij in geval van een meetinrichting met één telwerk deze beide hoeveelheden worden bepaald op basis van de waarden per onbalansverrekeningsperiode;

  • b. de tellerstand(en) (normaaltelwerk en laagtelwerk of in geval van een meetinrichting met één telwerk: enkeltelwerk);

  • c. de bij de tellerstanden behorende vermenigvuldigingsfactoren;

  • d. de bij de tellerstand behorende herkomstindicatie;

  • e. indien van toepassing de kWmax, per week of per maand;

  • f. indien van toepassing de hoeveelheid met het net uitgewisselde blindenergie.

K

Artikel 6.2.2.6a komt te luiden:

6.2.2.6a

De meetverantwoordelijke verstrekt maandelijks, uiterlijk de tiende werkdag van de maand na de maand waarop de meetgegevens, bedoeld in artikel 5.3.11 van de Meetcode elektriciteit betrekking hebben, aan de netbeheerder en aan de programmaverantwoordelijke die actief is op het allocatiepunt in de maand of het deel van de maand waarop de meetgegevens bedoeld in artikel 5.3.11 van de Meetcode elektriciteit betrekking hebben, de volgende gegevens per allocatiepunt:

  • a. de (gecorrigeerde) hoeveelheid met het net uitgewisselde energie per richting, onderscheiden naar normaaluren en laaguren, waarbij in geval van een meetinrichting met één telwerk deze beide hoeveelheden worden bepaald op basis van de waarden per onbalansverrekeningsperiode;

  • b. per leveringsrichting, per kalenderdag, per onbalansverrekeningsperiode:

    • de (gecorrigeerde) hoeveelheid met het net uitgewisselde energie;

    • de herkomstindicatie, validatiestatus en indien van toepassing een reparatiemethodiek voor elk onder 1° genoemde waarde.

L

Na artikel 6.2.2.6a wordt een artikel 6.2.2.6b ingevoegd, luidende:

6.2.2.6b

De overdracht van meetgegevens bedoeld in 6.2.2.6 en 6.2.2.6a vindt plaats overeenkomstig hetgeen daaromtrent in paragraaf 13.5 van de Netcode elektriciteit is bepaald, waarbij voor ‘BRP’ indien daar van toepassing ook ‘meetverantwoordelijke’ gelezen kan worden.

M

In artikel 6.2.2.7 wordt ‘6.2.1.4’ vervangen door ‘artikel 5.2.13 van de Meetcode elektriciteit’ en wordt ‘6.2.1.6’ vervangen door ‘artikel 5.2.11 van de Meetcode elektriciteit’.

N

Artikel 6.2.2.8 komt te luiden:

6.2.2.8

In geval van een profielgrootverbruikmeetinrichting op een aansluiting kleiner dan of gelijk aan 3x80A, verstrekt de meetverantwoordelijke de meetgegevens bedoeld in artikel 5.2.13 van de Meetcode elektriciteit jaarlijks, uiterlijk op de tiende werkdag na de dag van vaststelling zoals bedoeld in artikel 5.2.11 van de Meetcode elektriciteit aan de netbeheerder.

O

Artikelen 6.2.2.10 tot en met 6.2.2.14 vervallen.

P

In artikel 6.3.1.2 vervallen de derde en de vierde zin.

Q

De titel van paragraaf 6.3.2 komt te luiden:

6.3.2 Plausibiliseren en controleren door de netbeheerder

R

Artikel 6.3.2.1 komt te luiden:

6.3.2.1

De netbeheerder controleert na de ontvangst de plausibiliteit en volledigheid van de meetgegevens, mede op basis van zijn aansluitingenregister, aan de hand van de volgende criteria:

  • a. De voor een aansluiting ontvangen meetgegevens overschrijden de capaciteit van de aansluiting met minder dan 150% en het volume van deze overschrijding is kleiner dan 500 kWh;

  • b. De meetgegevens passen bij de leveringsrichting van de aansluiting;

  • c. De meetgegevens zijn afkomstig van de meetverantwoordelijke die in het aansluitingenregister bij die aansluiting vermeld is.

S

Artikel 6.3.2.2 komt te luiden:

6.3.2.2

Indien voor een aansluiting niet voldaan wordt aan de controles in 6.3.2.1 stuurt de netbeheerder een herzieningsverzoek aan de desbetreffende meetverantwoordelijke om nieuwe of aanvullende meetgegevens aan te leveren en geeft de reden van het herzieningsverzoek aan.

T

Na artikel 6.3.2.2 worden twee nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

6.3.2.3

Indien de meetverantwoordelijke heeft aangegeven dat er sprake is van onderhoud als bedoeld in 9.3.1.4 stuurt de netbeheerder, in afwijking van 6.3.2.2, die kalenderdag geen herzieningsverzoek voor niet ontvangen meetgegevens.

6.3.2.4

De netbeheerder kan tot en met de achtste werkdag na de dag waarop de meetgegevens betrekking hebben, bij de desbetreffende meetverantwoordelijke een herzieningsverzoek indienen over deze meetgegevens, waarbij hij de volgende reden kan aangeven:

  • a. De ontvangen meetgegevens passen niet bij de geregistreerde capaciteit van de aansluiting;

  • b. De geregistreerde leveringsrichting in het aansluitingenregister past niet bij de leveringsrichting van de ontvangen meetgegevens van de betreffende aansluiting;

  • c. Er werden wel meetgegevens verwacht, maar niet ontvangen.

U

Na paragraaf 6.3.2 worden de paragrafen 6.3.2a en 6.3.2b ingevoegd, luidende:

6.3.2a

Repareren meetgegevens door de netbeheerder

6.3.2a.1

Indien de meetgegevens niet voldoen aan artikel 6.3.2.1, onderdeel a dan neemt de netbeheerder direct contact op met de meetverantwoordelijke. Wanneer de meetverantwoordelijke geen nieuwe meetgegevens kan opleveren op grond van 6.2.2.3 dan berekent de netbeheerder namens de meetverantwoordelijke deze meetgegevens uiterlijk de tiende werkdag overeenkomstig bijlage 5 van de Meetcode elektriciteit. De netbeheerder geeft deze meetwaarden de reparatiemethodiek "berekend door netbeheerder".

6.3.2a.2

Indien niet voldaan wordt aan 6.3.2.1, onderdeel b neemt de netbeheerder contact op met de meetverantwoordelijke en onderzoekt of de leveringsrichting correct geregistreerd staat in het aansluitingenregister. De netbeheerder informeert de aangeslotene indien de leveringsrichting niet correct geregistreerd staat en past op diens verzoek de leveringsrichting van de aansluiting aan.

6.3.2a.3

Indien niet voldaan wordt aan 6.3.2.1, onderdeel c berekent de netbeheerder de meetgegevens voor iedere onbalansverrekeningsperiode van de betreffende aansluiting overeenkomstig bijlage 5 van de Meetcode elektriciteit. De netbeheerder geeft deze meetwaarden de reparatiemethodiek ‘berekend door netbeheerder’.

6.3.2b

Controleren en reclameren door de programmaverantwoordelijke

6.3.2b.1

De programmaverantwoordelijke controleert de meetgegevens die hij op grond van artikel 6.2.2.2 en 6.2.2.3 van de meetverantwoordelijke ontvangen heeft voor de hem aangaande aansluitingen tenminste op de volgende criteria:

  • a. de meetverantwoordelijke heeft meetgegevens aangeleverd voor een aansluiting waar de programmaverantwoordelijke op de dag waarop de meetgegevens betrekking hebben actief is;

  • b. de door de meetverantwoordelijke aangeleverde meetgegevens zijn inhoudelijk in lijn met de verwachtingen van de programmaverantwoordelijke.

6.3.2b.2

Indien de programmaverantwoordelijke op basis van informatie die hij heeft bij de controle van 6.3.2b.1 twijfelt aan de juistheid van één of meer meetgegevens, dient de programmaverantwoordelijke eenmalig een herzieningsverzoek in bij de desbetreffende meetverantwoordelijke. Daarbij wordt een van de volgende redenen aangegeven:

  • a. de meetgegevens werden verwacht, maar zijn niet ontvangen;

  • b. de meetgegevens worden betwist, omdat:

    • de meetwaarden over een te lange periode (meer dan vijf kalenderdagen) zijn geschat;

    • de juistheid wordt betwist; of

    • langer dan zeven kalenderdagen gemeten nul-waarden zijn ontvangen.

6.3.2b.3

Indien de meetverantwoordelijke heeft aangegeven dat er sprake is van onderhoud als bedoeld in 9.3.1.4 stuurt de programmaverantwoordelijke, in afwijking van 6.3.2b.2, die kalenderdag geen herzieningsverzoek voor niet ontvangen meetgegevens.

6.3.2b.4

Indien lid b van artikel 6.3.2b.2 van toepassing is, doet de programmaverantwoordelijke voor de betwiste meetgegevens van een onbalansverrekeningsperiode zelf een voorstel aan de meetverantwoordelijke.

6.3.2b.5

De programmaverantwoordelijke kan tot en met de achtste werkdag na de dag waarop de meetgegevens betrekking hebben bij de desbetreffende meetverantwoordelijke een herzieningsverzoek over deze meetgegevens indienen.

6.3.2b.6

In afwijking van 6.3.2b.5 dient de programmaverantwoordelijke voor de zesde kalenderdag geen herzieningsverzoek in overeenkomstig 6.3.2b.2 lid b voor de meetgegevens die de programmaverantwoordelijke ontvangen heeft op de eerste kalenderdag na de dag waarop de meetgegevens betrekking hebben, indien de meetverantwoordelijke bij de meetgegevens aangeeft dat er sprake is van een storing in de meetinrichting.

V

Na paragraaf 9.2 wordt een paragraaf 9.3 ingevoegd, luidende:

9.3 Onderhoud

9.3.1 Onderhoud systemen in het kader van meetdata uitwisseling
9.3.1.1 De netbeheerder voert op niet-werkdagen gepland onderhoud uit aan zijn systemen voor de processen genoemd in hoofdstuk 6.
9.3.1.2 De netbeheerder bericht de betrokken partijen uiterlijk een werkdag voor de dag van onderhoud over de periode van het geplande onderhoud, bedoeld in 9.3.1.1. Het bericht wordt niet verstuurd via het elektronisch berichtenverkeer.
9.3.1.3 De meetverantwoordelijke voert op niet-werkdagen gepland onderhoud uit aan zijn systemen voor de processen genoemd in hoofdstuk 6.
9.3.1.4 De meetverantwoordelijke bericht de betrokken partijen uiterlijk een werkdag voor de dag van onderhoud over de periode van het geplande onderhoud, bedoeld in 9.3.1.3. Het bericht wordt niet verstuurd via het elektronisch berichtenverkeer.

W

In artikelen B1.4.1, B1.6.2, B1.6.3, en B1.6.4 van Bijlage 1 wordt ‘verrekenperiode’ vervangen door ‘onbalansverrekeningsperiode’.

X

In artikel B1.6.1 van Bijlage 1 wordt viermaal ‘verrekenperiode’ vervangen door ‘onbalansverrekeningsperiode’.

Y

In artikel B1.6.5 van Bijlage 1 wordt driemaal ‘verrekenperiode’ vervangen door ‘onbalansverrekeningsperiode’.

ARTIKEL II

De Netcode elektriciteit wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 10.15 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, onderdeel b wordt ‘6.2.2.4’ vervangen door ‘6.2.2.3’;

2. In het eerste lid, onderdeel d, sub 2° wordt ‘6.2.2.3’ vervangen door ‘6.2.2.2’;

3. In het eerste lid, onderdeel d, sub 4° wordt ‘6.2.2.3’ vervangen door ‘6.2.2.2’.

B

Artikel 10.16 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, wordt ‘10.19, derde lid’ vervangen door ‘10.19, vierde lid’ en wordt ‘voor de termijn waarop artikel 10.19 respectievelijk 10.20 van toepassing is’ vervangen door ‘binnen twee werkdagen na ontvangst van het verzoek tot aanpassing’;

2. In het tweede lid wordt ‘10.19, derde lid’ vervangen door ‘10.19, vierde lid’;

3. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. De netbeheerder beoordeelt het verzoek tot aanpassing en beantwoordt dit met een acceptatie of afwijzing met reden.

4. Het vierde lid vervalt.

C

Artikel 10.17, elfde lid vervalt.

D

In artikel 10.18, eerste, vierde en zesde lid wordt ‘werkdag’ vervangen door ‘kalenderdag’.

E

Artikel 10.20 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, wordt ‘6.2.2.4’ vervangen door ‘6.2.2.3’;

2. In het tweede lid wordt na ‘hoogspanningsnet’ ingevoegd ‘onverwijld doch uiterlijk’.

F

Artikel 10.21 vervalt.

G

Artikelen 10.25 en 10.26 worden verplaatst naar paragraaf 10.4.

H

Artikel 10.25, vijfde lid wordt ‘10.21, derde lid’ vervangen door ‘10.20, vierde lid’.

I

Artikel 10.26 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid wordt ‘vierde’ vervangen door ‘vijfde’;

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De BRP controleert voor de meetgegevens die hij op grond van artikel 10.18, vierde lid, en 10.19, vierde lid, van de netbeheerders ontvangen heeft of de netbeheerder de volumes heeft toegerekend overeenkomstig de gegevens in zijn aansluitingenregister.

3. Het derde lid komt te luiden:

  • 3 Indien uit de controle in het tweede lid blijkt dat deze niet voldoet, dient de BRP een herzieningsverzoek in bij de desbetreffende netbeheerder. Daarbij wordt aangegeven om welk van de volgende redenen de meetgegevens zijn afgekeurd:

    • a. de meetgegevens werden verwacht, maar zijn niet ontvangen;

    • b. de meetgegevens zijn ontvangen, maar werden niet verwacht.

4. Het vierde lid vervalt.

ARTIKEL III

De Meetcode elektriciteit wordt gewijzigd als volgt:

A

Na artikel 4.3.3.4 wordt een nieuw artikel 4.3.3.5 ingevoegd, luidende:

4.3.3.5

Onvolkomenheden aan de meetinrichting die leiden tot aanpassing van de onder 4.3.3.2 bedoelde gegevens van de meetinrichting alsmede onvolkomenheden met betrekking tot de verzameling van gegevens van de meetinrichting worden binnen vijf werkdagen na constatering door de meetverantwoordelijke gemeld aan de netbeheerder.

B

In artikel 4.3.5.1 wordt ‘van 15 minuten de op het overdrachtspunt van de aansluiting uitgewisselde energie’ vervangen door ‘gelijk aan de onbalansverrekeningsperiode de uitgewisselde energie op het overdrachtspunt van de aansluiting en de uitgewisselde energie op de grens tussen afzonderlijke installaties als bedoeld in artikel 2.6, onderdeel e en artikel 2.9, onderdeel d, van de Netcode elektriciteit’.

C

Na artikel 4.3.5.1 wordt een nieuw artikel 4.3.5.1a ingevoegd, luidende:

4.3.5.1a

In afwijking van 4.3.5.1, lid a kan de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet de meetverantwoordelijke voor aangeslotenen die elektrische energie leveren aan de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet ten behoeve van de systeembalans door middel van ingezette regelvermogen en noodvermogen een meetperiode opleggen die kleiner is dan de onbalansverrekeningsperiode.

D

Voor artikel 5.2.1 wordt een nieuw artikel 5.2.0 ingevoegd, luidende:

5.2.0

De meetverantwoordelijke voorziet de tellerstanden, zoals genoemd in 4.3.4.1, van een herkomstindicatie. Desgevraagd geeft de meetverantwoordelijke aan de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet inzage in de registratie van de meetgegevens en de bijbehorende herkomstindicaties.

E

In artikel 5.2.1 wordt na ‘4.3.4.1’ ingevoegd ‘en 4.3.4.2’.

F

Na artikel 5.2.10 worden vijf nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

5.2.11

De meetverantwoordelijke valideert de overeenkomstig 5.2.1 tot en met 5.2.5 en 5.2.7 bepaalde meetgegevens op volledigheid en juistheid aan de hand van de volgende criteria:

  • a. de voor de bepaling van de hoeveelheid uitgewisselde energie benodigde tellerstanden zijn beschikbaar;

  • b. de gemeten hoeveelheid met het net uitgewisselde energie is groter dan 50% van de hoeveelheid die op grond van de uitwisseling tijdens de voorafgaande periode zou mogen worden verwacht;

  • c. de gemeten hoeveelheid met het net uitgewisselde energie is kleiner dan 200% van de hoeveelheid die op grond van de uitwisseling tijdens de voorafgaande periode zou mogen worden verwacht.

5.2.12

Indien de meetgegevens niet voldoen aan de in 5.2.11 genoemde validatiecriteria worden de meetgegevens door de meetverantwoordelijke (opnieuw) af- of uitgelezen of wordt in overleg met de aangeslotene vastgesteld of de gemeten hoeveelheid overeenkomt met de hoeveelheid die zou mogen worden verwacht.

5.2.13

De meetverantwoordelijke stelt de overeenkomstig 5.2.11 valide meetgegevens en de overeenkomstig 5.2.12 bepaalde meetgegevens vast.

5.2.14

De validatie en vaststelling zoals bedoeld in 5.2.11 tot en met 5.2.13 vindt plaats uiterlijk de werkdag na de dag van verzameling van meetgegevens.

5.2.15

De meetverantwoordelijke verstuurt de vastgestelde meetgegevens overeenkomstig het bepaalde in 6.2.2.7 en 6.2.2.8 van de Informatiecode elektriciteit en gas.

G

Voor artikel 5.3.1 wordt een nieuw artikel 5.3.0 ingevoegd, luidende:

5.3.0

De meetverantwoordelijke voorziet de meetgegevens bedoeld in deze paragraaf van een herkomstindicatie, een validatiestatus en indien van toepassing een reparatiemethodiek. Desgevraagd geeft de meetverantwoordelijke aan de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet inzage in de registratie van de meetgegevens en de bijbehorende herkomstindicaties, de validatiestatussen en de reparatiemethodieken.

H

In artikel 5.3.1 wordt na ‘genoemde meetgegevens’ ingevoegd ‘dagelijks’.

I

Na artikel 5.3.7 worden vijf nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

5.3.8

De meetverantwoordelijke controleert op de dag van de verzameling van de meetgegevens of alle meetperioden van de meting aanwezig zijn en een meetwaarde bevatten.

5.3.9

De meetverantwoordelijke valideert de gecollecteerde meetgegevens op de dag van de verzameling van de meetgegevens door de meetverantwoordelijke op juistheid aan de hand van de volgende criteria:

  • a. in geval van een hoofdmeting en een controlemeting is het verschil per dag in de hoeveelheid energie gemeten door de hoofdmeting en de controlemeting kleiner dan tweemaal de geldende nauwkeurigheidsklasse van de meetinrichting zoals bepaald in bijlage B1 vermenigvuldigd met de daguitwisseling van de hoofdmeter;

  • b. de gemeten hoeveelheid energie is groter dan of gelijk aan nul;

  • c. de hoeveelheid met het net uitgewisselde energie per meetperiode is kleiner dan 120% van de nominale capaciteit van de meetinrichting;

  • d. de status in de meetinrichting aangaande de meting of de meetwaarde en de status van het meetkanaal geven geen indicatie van een fout;

  • e. de tijdsynchroniciteit van de meetinrichting en meetperiode blijft binnen de in 4.3.5.3 tot en met 4.3.5.5 aangegeven normen.

5.3.10

De meetverantwoordelijke berekent de op grond van 5.3.9 niet-valide meetgegevens overeenkomstig 5.4.3.1 tot en met 5.4.3.4. Alle op grond van paragraaf 5.4.3 berekende meetgegevens worden (nogmaals) overeenkomstig 5.3.8 en 5.3.9 gevalideerd alvorens deze als definitief worden vastgesteld.

5.3.11

De meetverantwoordelijke past op de overeenkomstig 5.3.9 en 5.3.10 gevalideerde meetgegevens de vermenigvuldigingsfactor toe en stelt de meetgegevens vast.

5.3.12

De meetverantwoordelijke verstuurt de vastgestelde meetgegevens overeenkomstig het bepaalde in 6.2.2.2, 6.2.2.3 en 6.2.2.6 van de Informatiecode elektriciteit en gas.

J

In artikel 5.4.2.2 vervalt ‘De meetverantwoordelijke verstrekt de gevalideerde meetgegevens conform 6.2.2.3 van de Informatiecode elektriciteit en gas aan de netbeheerder.’

K

Na artikel 5.4.2.2 wordt een nieuw artikel 5.4.2.3 ingevoegd, luidende:

5.4.2.3

Wanneer de meetgegevens die zijn uitgelezen en opgeslagen door de meetverantwoordelijke verschillen van de meetgegevens die zijn opgeslagen in de databuffers van de meetinrichting, gelden de laatstbedoelde meetgegevens.

L

Artikel 5.4.3.2 komt te luiden:

5.4.3.2

Indien er op een dag meetgegevens ontbreken over een aaneengesloten periode van maximaal twaalf kwartieren, worden de ontbrekende waarden in de meetgegevens berekend door het kopiëren van de belastingcurve van een vergelijkbare dag.

M

Artikel 5.4.3.3 komt te luiden:

5.4.3.3

De meetverantwoordelijke berekent ontbrekende meetgegevens in geval van grotere hiaten in de meetgegevens dan twaalf kwartieren of bij het ontbreken van een belastingcurve van een vergelijkbare dag overeenkomstig bijlage 5.

N

Artikel 5.4.3.7 vervalt.

O

In de titel van paragraaf 5.5 vervalt ‘van netbeheerders’.

P

Artikel 5.5.1 komt te luiden:

5.5.1

De meetverantwoordelijke neemt een van een netbeheerder of BRP ontvangen herzieningsverzoek binnen een werkdag in behandeling.

Q

Na artikel 5.5.1 worden drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

5.5.2

De meetverantwoordelijke beoordeelt het herzieningsverzoek en beantwoordt binnen twee werkdagen met een acceptatie of afwijzing met reden.

5.5.3

Indien de meetverantwoordelijke het herzieningsverzoek terecht acht, stelt hij de meetgegevens opnieuw vast of verwerkt hij de aanpassing van de stamgegevens.

5.5.4

De meetverantwoordelijke stuurt de vastgestelde meetgegevens overeenkomstig het bepaalde in 6.2.2.3 van de Informatiecode elektriciteit en gas.

R

Bijlage 5.1 komt te luiden:

B5.1

De meetverantwoordelijke of netbeheerder hanteert per onbalansverrekeningsperiode de volgende methode om de berekende meetgegevens te bepalen:

Leveringsrichting invoeding:

Indien er sprake is van één of meer elektriciteitsproductie-installaties achter de aansluiting, is de energieuitwisseling vanuit de installatie naar het net nul, tenzij de meetverantwoordelijke na overleg met de aangeslotene of netbeheerder andere informatie ontvangt, waarmee de meetverantwoordelijke met behulp van een indirecte methode een berekening kan maken van de geproduceerde elektriciteit, en de daaruit volgende invoeding op het net.

Leveringsrichting afname:

  • a. De meetverantwoordelijke of netbeheerder berekent op basis van het gemiddelde verbruik van dezelfde onbalansverrekeningsperiode van dezelfde dag van de week gedurende drie weken voor de desbetreffende kalenderdag vermenigvuldigd met de onzekerheidsfactor fo. Daarbij wordt rekening gehouden met in de Algemene Termijnenwet genoemde feestdagen, waarbij een feestdag wordt geschat als een zondag. Indien voor een onbalansverrekeningsperiode maar voor 1 of 2 weken historische meetgegevens beschikbaar zijn, worden de beschikbare meetgegevens in de berekening genomen en gedeeld door respectievelijk 1 of 2. Indien geen historische meetgegevens beschikbaar zijn, wordt de waarde nul berekend.

    Voorbeeld per onbalansverrekeningsperiode (ISP)

    Schatting ISPn =((ISPn dag -3 weken + ISPn dag -2 weken + ISPn dag -1 week)/3) * (1+ fo)

  • b. tenzij de meetverantwoordelijke na overleg met de aangeslotene of netbeheerder andere informatie ontvangt, waarmee de meetverantwoordelijke met behulp van een indirecte methode een berekening kan maken van de aan het net onttrokken energie.

    Onzekerheidsfactor fo.

    Jaarlijks stelt voor 1 november de netbeheerder van het landelijke hoogspanningsnet deze onzekerheidsfactor vast en publiceert deze op haar website. De netbeheerder van het landelijke hoogspanningsnet berekent op basis van de ontvangen informatie voor de leveringsrichting afname, van de meetgegevens bedoeld in artikel 10.15, eerste lid, onderdeel d van de Netcode elektriciteit het procentuele verschil tussen de in de allocatie gebruikte meetgegevens en de ontvangen maandelijkse berichten over de gemeten volumes in de periode van juli van het voorgaande jaar tot en met juni van het huidige jaar. De netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet stelt de onzekerheidsfactor fo vast op basis van dit procentuele verschil, waarbij de fo minimaal 1,0 procent is.

ARTIKEL IV

De Begrippencode elektriciteit wordt gewijzigd als volgt:

In artikel 1.1 worden de volgende begrippen worden op hun alfabetische positie ingevoegd:

Herkomstindicatie:

De oorsprong van de door de meetverantwoordelijke vastgestelde meetgegevens;

Reparatiemethodiek:

De wijze waarop de meetverantwoordelijke meetgegevens heeft gecorrigeerd of berekend;

Validatiestatus:

Het resultaat van de datavalidatie door de meetverantwoordelijke van de betreffende meetgegevens;

ARTIKEL V

Dit besluit treedt in werking met ingang van 19 maart 2022.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 10 maart 2022

Autoriteit Consument en Markt, namens deze: C.M.L. Hijmans van den Bergh bestuurslid

Als u rechtstreeks belanghebbende bent, kunt u tegen dit besluit beroep instellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Het postadres is: College van Beroep voor het bedrijfsleven, Postbus 20021, 2500 EA Den Haag. Het beroepschrift moet binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt zijn ontvangen. Het beroepschrift moet zijn ondertekend en moet ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening en een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht bevatten. Voorts moet het beroepschrift de gronden van het beroep bevatten en dient een afschrift van het bestreden besluit te worden meegezonden.

TOELICHTING

1 Samenvatting

  • 1. Met dit codebesluit wijzigt de Autoriteit Consument en Markt (hierna: de ACM) de regelgeving voor de elektriciteitsmarkt en gasmarkt op basis van een drietal voorstellen hiertoe van de Vereniging Nederlandse EnergieData Uitwisseling (NEDU) en Netbeheer Nederland. Het gaat om regelgeving die op grond van artikelen 31 en 55 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: Elektriciteitswet) en artikel 23 van de Gaswet is vastgelegd in de Informatiecode elektriciteit en gas (hierna: Informatiecode), de Netcode elektriciteit, de Meetcode elektriciteit en de Begrippencode elektriciteit. Het codebesluit betreft procesverbeteringen voor meetgegevens van grootverbruikaansluitingen elektriciteit.

2 Aanleiding en gevolgde procedure

  • 2. De ACM is op grond van artikel 55 van de Elektriciteitswet en de artikel 23 van de Gaswet bevoegd regelgeving vast te stellen voor de elektriciteits- en gasmarkt. Deze regelgeving is vastgelegd in de zogenoemde Informatiecode elektriciteit en gas.

  • 3. De ACM is op grond van artikel 31 van de Elektriciteitswet bevoegd regelgeving vast te stellen voor de elektriciteitsmarkt. Deze regelgeving is vastgelegd in onder andere de Netcode elektriciteit, de Meetcode elektriciteit en de Begrippencode elektriciteit.

  • 4. Dit besluit is tot stand gekomen op basis van een drietal voorstellen van Vereniging Nederlandse EnergieData Uitwisseling (NEDU) en Netbeheer Nederland. Het eerste voorstel1 gaat over het dagelijks versturen van meetwaarden voor grootverbruikelektriciteitsaansluitingen. Het tweede voorstel2 wijzigt de processen voor het doorgeven van meetwaarden van grootverbruikaansluitingen elektriciteit en voor het reclameren van fouten in meetwaarden. Het derde voorstel3 is een kleine aanvulling op het tweede voorstel.

  • 5. Als onderdeel van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure heeft de ACM het ontwerpbesluit en de bijbehorende stukken ter inzage gelegd en gepubliceerd op haar internetpagina. De terinzagelegging is op 24 december 2021 gemeld in de Staatscourant.4 De ACM heeft belanghebbenden in de gelegenheid gesteld binnen zes weken hun zienswijzen op het ontwerp kenbaar te maken.

  • 6. Op 24 januari 2022 heeft de ACM per e-mail met een voorstel voor kleine artikeltekstverbeteringen ontvangen van Netbeheer Nederland.

  • 7. De ACM heeft op 14 februari 2022 een zienswijze ontvangen van LTO Glaskracht Nederland (Glastuinbouw Nederland). Op 22 februari 2022 heeft de ACM deze partij via een videobijeenkomst gehoord over de zienswijze, waarbij ook vertegenwoordigers van de indieners van de codevoorstellen aanwezig waren.

  • 8. De ACM is van mening dat de voorstellen van NEDU en Netbeheer Nederland geen nieuwe technische voorschriften bevatten als bedoeld in de Notificatierichtlijn. Evenmin is er sprake van nieuwe diensten die aangemeld moeten worden in het kader van de Dienstenrichtlijn. Om die reden zijn de voorwaarden in dit besluit niet in ontwerp ter notificatie aangeboden.

3 Beoordeling

3.1 Procedureel

  • 9. De ACM constateert dat de drie voorstellen in een overleg met representatieve organisaties zijn besproken. In elk voorstel is een verslag opgenomen van dit overleg. De indieners hebben – indien van toepassing – in het voorstel aangegeven welke gevolgtrekkingen zij hebben verbonden aan de zienswijzen die organisaties naar voren hebben gebracht. Naar het oordeel van de ACM voldoen de voorstellen daarmee aan de vereisten bedoeld in artikelen 33 en 54, tweede en derde lid, van de Elektriciteitswet en artikel 22, tweede en derde lid, van de Gaswet.

  • 10. De ACM constateert dat de drie voorstellen zijn ingediend namens een representatief deel van de ondernemingen die zich bezighouden met transporteren, leveren of meten van elektriciteit of gas, zoals artikel 54, eerste lid, van de Elektriciteitswet en artikel 22, eerste lid, van de Gaswet voorschrijft. Dit blijkt uit het feit dat de voorstellen zijn aangenomen in een algemene ledenvergadering van NEDU en dat op dat moment per marktrol binnen NEDU de stemgerechtigde leden het overgrote deel van de markt vertegenwoordigden.

  • 11. In het tweede en derde codevoorstel worden artikelen gewijzigd of ingevoerd, waarbij de verwerking van meetgegevens aan de orde is en daarmee verwerking van persoonsgegevens in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). NEDU heeft aangegeven dat de programmaverantwoordelijken en de meetverantwoordelijken de betreffende gegevens verwerken op grond van artikel 6, eerste lid, onder c, van de AVG en artikel 5 van de Regeling gegevensbeheer en afdracht elektriciteit en gas.

3.2 Inhoudelijk

3.2.1 Voorstel 1 – dagelijks versturen meetwaarden elektriciteit
  • 12. Het voorstel regelt dat netbeheerders dagelijks de meetwaarden van grootverbruikaansluitingen elektriciteit doorzenden aan de programmaverantwoordelijken. Daardoor kunnen de programmaverantwoordelijken een nauwkeuriger energieprogramma indienen bij TenneT. Op dit moment geven de netbeheerders de meetwaarden alleen door op werkdagen, waardoor de programmaverantwoordelijken voor weekenddagen en feestdagen minder informatie hebben.

  • 13. De ACM is van mening dat de voorgestelde wijzigingen leiden tot een verbetering van het allocatieproces in de elektriciteitsmarkt.

  • 14. De ACM komt tot het oordeel dat de wijzigingen in dit voorstel niet in strijd zijn met de belangen, regels en eisen bedoeld in artikelen 36 en 55 van de Elektriciteitswet.

3.2.2 Voorstel 2 – processen voor meetwaarden grootverbruikaansluitingen elektriciteit
  • 15. De indieners stellen voor om een wijziging aan te brengen in de processen voor het doorgeven van meetwaarden van grootverbruikaansluitingen elektriciteit en voor het reclameren van fouten in deze meetwaarden.

  • 16. Met de voorgestelde wijziging gaan meetverantwoordelijken de meetwaarden van grootverbruikaansluitingen elektriciteit rechtstreeks doorzenden aan de programmaverantwoordelijken. Nu fungeert de netbeheerder daarvoor nog als tussenstation.

  • 17. Daarnaast worden met de voorgestelde wijziging deze meetwaarden door de meetverantwoordelijken uitgesplitst naar de richting van het elektriciteitstransport, namelijk afname of invoeding. Tot op heden werden meetgegevens per 15 minuten verstrekt als één waarde. Binnen het kwartier kan er echter zowel afgenomen als ingevoed worden. Door de meetgegevens per richting te verstrekken kunnen deze in de toekomst gedetailleerder gealloceerd worden.

  • 18. Ook beoogt het codevoorstel het reclamatieproces te verbeteren. Dit proces is bedoeld om de programmaverantwoordelijken en netbeheerders de mogelijkheid te geven om de meetverantwoordelijken de meetgegevens te laten corrigeren als er een vermoeden is dat er foutieve gegevens verstrekt zijn.

  • 19. De ACM is van mening dat de voorgestelde wijzigingen leiden tot een verbetering van het allocatieproces in de elektriciteitsmarkt en van belang zijn voor de energietransitie.

  • 20. De ACM komt tot het oordeel dat de wijzigingen in dit voorstel niet in strijd zijn met de belangen, regels en eisen bedoeld in artikelen 36 en 55 van de Elektriciteitswet.

3.2.3 Voorstel 3 – aanvulling
  • 21. Dit voorstel vult het tweede codevoorstel aan op het punt van het mutatieproces voor het switchen van programmaverantwoordelijke.

3.2.4 Overig
  • 22. De ACM heeft grammatica, spelling en interpunctie in het codevoorstel waar nodig gecorrigeerd. Daarnaast heeft de ACM enkele tekstuele aanpassingen gedaan om de codebepalingen te verduidelijken.

4 Reactie op ontvangen zienswijzen

  • 23. Nadat de ACM het codevoorstel van NEDU en Netbeheer Nederland op haar website publiceerde, ontving de ACM al een reactie van LTO Glaskracht Nederland. Deze organisatie beschrijft dat ondernemingen twee losse verbindingen met het net kunnen hebben, waarbij de levering via de ene verbinding en de invoeding via de andere verbinding gaat. Hoewel beide verbindingen een eigen meter hebben, zijn deze verbindingen nu als één aansluiting geregistreerd bij de netbeheerder. Daardoor wordt er op kwartierbasis verrekend tussen levering en invoeding. Door de codewijziging vindt de verrekening van levering en invoeding binnen het kwartier niet meer plaats, wat gevolgen kan hebben voor de energiebelasting die geheven wordt, zegt de organisatie. LTO Glaskracht Nederland verzoekt daarom de ACM om (dit deel van) het codevoorstel niet over te nemen.

  • 24. De ACM leest in de toelichting van NEDU en Netbeheer Nederland bij het codevoorstel dat de codewijziging op dit punt bedoeld is om in de toekomst gedetailleerder te kunnen alloceren. En dat de wijziging ook van belang is in het kader van de afdracht van energiebelasting, omdat saldering van data wordt voorkomen, zodat de facturatie van energiebelasting conform wet- en regelgeving wordt gefaciliteerd.

  • 25. De ACM toetst een codevoorstel aan de belangen, regels en eisen bedoeld in artikelen 36 en 55 van de Elektriciteitswet. Als er geen strijdigheid is met deze belangen, regels en eisen, dan stelt de ACM de codewijzigingen vast. De ACM is van oordeel dat er bij het deel van de codewijziging dat bedoeld is om in de toekomst gedetailleerder te kunnen alloceren, er geen sprake is van een dergelijke strijdigheid en dat ermee een betere werking van de energiemarkt mogelijk wordt gemaakt. Daarom ziet de ACM geen grond om het codevoorstel op dit punt niet over te nemen in dit codebesluit. De ACM gaat niet over eventuele rechtmatige of onrechtmatige belastingheffingen en een mogelijke onrechtmatigheid beperkt ook niet haar vaststellingsbevoegdheid voor codes. Als een onderneming het niet eens is met de manier waarop belasting wordt geheven nadat door dit codebesluit gedetailleerdere meetgegevens beschikbaar gekomen zijn, dan kan zij haar bezwaren tegen de betreffende belastingheffing kenbaar maken aan de Belastingdienst.

  • 26. De schriftelijke zienswijze van LTO Glaskracht Nederland op het ontwerpbesluit bevat vier punten. Deze schriftelijke zienswijze is tijdens de mondelinge hoorzitting besproken met de aanwezigen.

  • 27. Ten eerste twijfelt LTO Glaskracht Nederland aan het maatschappelijk nut in verhouding tot de kosten van de aanpassingen in artikel 6.2.2.2 van de Informatiecode.

  • 28. Over het maatschappelijk nut overweegt de ACM dat de artikelwijziging voortvloeit uit een Europese Verordening die het apart meten van levering en invoeding en het verstrekken van de meetinformatie per richting, in de toekomst verplicht stelt. De vierde elektriciteitsrichtlijn vereist dat eveneens. Hierop wordt deels voorgesorteerd. Maar deze uitsplitsing van meetwaarden voor levering en invoeding wordt vooral door NEDU en Netbeheer Nederland voorgesteld om de allocatie nauwkeuriger te maken. Daarmee kan de onbalans preciezer worden toegerekend aan de partijen die deze onbalans veroorzaken. Daarnaast heeft NEDU in de hoorzitting aangegeven dat er nu meetgegevens (15-minutenwaarden) in de facturatieprocessen ontbreken, wat met name voor contracten met dynamische prijzen een probleem is. De gesaldeerde waarden die nu gebruikt worden voor onbalansverrekening zijn niet bruikbaar voor facturatie bij dynamische prijzen, daarvoor zijn de afzonderlijke meetwaarden per richting nodig.

  • 29. Ten aanzien van de kosten die door de aanpassing van artikel 6.2.2.2 van de Informatiecode kunnen ontstaan, weegt de ACM mee dat de energiesector al besloten heeft om op een ander systeem voor berichtenverkeer voor gegevensuitwisseling over te gaan.5 Die keuze staat los van de aanpassing in artikel 6.2.2.2 van de Informatiecode. Het is moeilijk om het precieze aandeel van deze aanpassing te bepalen in de kosten voor aanpassing van het gehele systeem voor berichtenverkeer, maar het ligt niet voor de hand dat dit aandeel groot zal zijn.

  • 30. Om deze reden laat de ACM de aanpassingen van artikel 6.2.2.2 van de Informatiecode op dit punt ongewijzigd ten opzichte van het ontwerpbesluit.

  • 31. Ten tweede maken volgens LTO Glaskracht Nederland de gezamenlijke artikelen niet expliciet dat per onbalansverrekenperiode in beide richtingen moet worden gemeten.

  • 32. De aanwezigen in de hoorzitting waren het daarmee eens. De ACM heeft daarom op suggestie van de aanwezigen enkele woorden toegevoegd aan artikel 6.2.2.2 van de Informatiecode zodat duidelijk is dat het hier gaat om de vastgestelde meetgegevens per richting.

  • 33. Ten derde stelt LTO Glaskracht Nederland in haar schriftelijke zienswijze dat in artikel 6.2.2.6 van de Informatiecode en in artikel 4.3.5.1 van de Meetcode elektriciteit het woord ‘overdrachtspunt’ respectievelijk ‘overdrachtspunt of allocatiepunt’ zou moeten worden gehanteerd, vanwege de mogelijkheid van het contracteren van meerdere leveranciers op één aansluiting.

  • 34. Mede op basis van het gesprek in de hoorzitting stelt de ACM vast dat de aangeleverde meetwaarden voor een overdrachtspunt bedoeld zijn voor de netbeheerder voor diens facturatie. Een overdrachtspunt kan meerdere allocatiepunten hebben en op elk allocatiepunt zijn een leverancier en BRP actief, die daarvoor meetwaarden aangeleverd krijgen. Deze meetwaarden die de leverancier en BRP krijgen, bestaan uit andere meetwaardensets dan die de netbeheerder krijgt aangeleverd voor het overdrachtspunt. Daarom is in de artikelen 6.2.2.6 en 6.2.2.6a van de Informatiecode steeds aangegeven of het meetwaarden betreft voor een overdrachtspunt of voor een allocatiepunt. De ACM concludeert daarom dat artikel 6.2.2.6 en 6.2.2.6a van de Informatiecode correct zijn geformuleerd.

  • 35. Met de aanwezigen in de hoorzitting stelt de ACM ook vast dat artikel 4.3.5.1 mogelijk verwarrend kan werken. In het ontwerpbesluit is het woord allocatiepunt aan artikel 4.3.5.1 toegevoegd om uit te drukken dat de eisen aan een telemetriemeetinrichting niet alleen gelden voor de meetinrichtingen op een overdrachtspunt, maar ook voor meetinrichtingen die staan op de grens tussen twee installaties indien er sprake is van een extra allocatiepunt. Dat betekent niet dat die meetinrichting de energie-uitwisseling registreert van een allocatiepunt, maar dat die meetinrichting nodig is om ten behoeve van allocatiepunten de energie-uitwisseling met het net te kunnen bepalen. Het gebruik van het woord allocatiepunt in de Meetcode elektriciteit kan mogelijk verwarrend zijn, omdat de Meetcode elektriciteit over fysieke metingen en de controle van die fysieke metingen gaat.6 Op basis van een tekstvoorstel dat de ACM van NEDU per e-mail ontving na de hoorzitting heeft de ACM daarom artikel 4.3.5.1 bij punt a op deze wijze verduidelijkt. Daardoor is nu in het artikel vastgelegd dat de telemetriegrootverbruikmeetinrichting niet alleen registreert hoeveel energie wordt uitgewisseld op het overdrachtspunt, maar ook registreert hoeveel energie wordt uitgewisseld op de grens tussen afzonderlijke installaties als bedoeld in artikel 2.6, onderdeel e, en artikel 2.9, onderdeel d, van de Netcode elektriciteit.

  • 36. Ten vierde is LTO Glaskracht Nederland van mening dat het nieuwe artikel 4.3.5.1a van de Meetcode elektriciteit extra kosten voor de aangeslotene tot gevolg kan hebben. Volgens LTO Glaskracht Nederland geeft het artikel TenneT de bevoegdheid om voor aansluitingen waarop systeemdiensten worden geleverd een willekeurige kortere meetperiode te vragen aan de meetverantwoordelijke. Het lijkt LTO Glaskracht Nederland niet redelijk om dit zo algemeen en zonder een redelijke aanpassingstermijn te vereisen van meetverantwoordelijken en daarmee van de aangeslotenen. De meetverantwoordelijken zullen immers deze kosten doorberekenen aan de aangeslotenen.

  • 37. Op basis van de gedachtewisseling in de hoorzitting concludeert de ACM dat het risico dat LTO Glaskracht Nederland voorziet niet aanwezig is. In het huidige artikel 4.3.5.1 staat dat een telemetriegrootverbruikmeetinrichting registreert ‘per meetperiode van 15 minuten’ en dat wordt in dit ontwerpbesluit aangepast naar ‘per meetperiode gelijk aan de onbalansverrekeningsperiode’. Strikt genomen zou daar dan niet meer van kunnen worden afgeweken. Daarom is artikel 4.3.5.1a opgenomen, want dit artikel brengt de code in lijn met de praktijk bij onbalansproducten van TenneT. In de onbalansproductenspecificaties van TenneT zit de borging dat TenneT niet zo maar van de ene op de andere dag de meetperiode kan veranderen. Daarbij komt dat een aangeslotene altijd de mogelijkheid heeft om een contract op te zeggen als een dergelijke aanpassing van de contractsvoorwaarden wordt doorgevoerd. De ACM ziet daarom geen noodzaak de tekst van het ontwerpcodebesluit aan te passen.

  • 38. Tot slot heeft de ACM heeft op voorstel van Netbeheer Nederland enkele tekstuele correcties aangebracht ten opzichte van het ontwerpcodebesluit.

5 Artikelsgewijze toelichting

5.1 Voorstel 1 – dagelijks versturen meetwaarden elektriciteit

Artikel I onderdeel E
  • 39. In artikel 6.2.2.2 wordt de term werkdag vervangen door kalenderdag zodat de meetverantwoordelijke de meetgegevens ook in het weekend aan de netbeheerder en de programmaverantwoordelijke verzendt.

Artikel I onderdeel V
  • 40. De artikelen regelen dat de netbeheerder (artikel 9.3.1.1) en de meetverantwoordelijke (artikel 9.3.1.3) alleen op niet-werkdagen gepland onderhoud uitvoeren aan de systemen en dat de betrokken partijen op de hoogte zijn van dit onderhoud (artikel 9.3.1.2 en 9.3.1.4).

Artikel II onderdeel D
  • 41. De term werkdag wordt vervangen door kalenderdag, zodat de netbeheerder ook in het weekend aan verschillende partijen gegevens verzendt.

5.2 Voorstel 2 – processen voor meetwaarden grootverbruikaansluitingen elektriciteit

Artikel I onderdeel C en D
  • 42. Deze artikelen zijn verplaatst naar paragraaf 5.2 en 5.3 van de Meetcode elektriciteit.

Artikel I onderdeel E
  • 43. Het gewijzigde artikel 6.2.2.2 regelt de dagelijkse verstrekking van meetgegevens per richting door de meetverantwoordelijke. Het gaat daarbij om de meetgegevens die betrekking hebben op de vorige dag. Daarnaast wordt in artikel 6.2.2.2 toegevoegd dat de meetverantwoordelijke de meetgegevens niet alleen aan de netbeheerder maar ook aan de programmaverantwoordelijke dient te verstrekken.

Artikel I onderdeel F en H
  • 44. Dit artikel is verplaatst en heeft nu artikelnummer 6.2.2.4, en is uitgebreid naar de definitieve meetgegevens per allocatiepunt. Het oude artikel 6.2.2.4 is ingevoegd in artikel 6.2.2.3.

Artikel I onderdeel G
  • 45. De oude tekst van artikel 6.2.2.3 vervalt, omdat de berekening conform bijlage 5 van de Meetcode elektriciteit altijd plaatsvindt indien andere reparatiemethodieken niet van toepassing zijn. Het artikel wordt vervangen door een verbeterde formulering van het oude artikel 6.2.2.4. Het gewijzigde artikel 6.2.2.3 regelt de uiterste termijn waarbinnen de dagelijkse verstrekking van de meetgegevens door de meetverantwoordelijke moet zijn uitgevoerd. Deze termijn is 9 kalenderdagen na de dag waarop de meetgegevens betrekking hebben. In dit artikel 6.2.2.3 wordt ook een verwijzing opgenomen naar artikel 5.3.11 van de Meetcode elektriciteit. Daardoor wordt duidelijk dat er bij de verstrekking van de meetgegevens onderscheid dient te worden gemaakt in de ingevoede en afgenomen energie. Tenslotte wordt geregeld dat ook de programmaverantwoordelijke de gegevens ontvangt.

Artikel I onderdeel J
  • 46. Het gewijzigde artikel 6.2.2.6 regelt de maandelijkse verstrekking van de meetgegevens door de meetverantwoordelijke. Aan het artikel wordt toegevoegd dat de meetgegevens per overdrachtspunt dienen te worden verstrekt en de uitgewisselde energie per richting moet worden verstrekt.

Artikel I onderdeel I
  • 47. Artikel 6.2.2.5 is overbodig geworden door het toevoegen van de herkomstindicatie, validatiestatus en reparatiemethodiek.

Artikel I onderdeel J, K en L
  • 48. Deze artikelen regelen dat ook de waarden per onbalansverrekeningsperiode maandelijks naar de programmaverantwoordelijke en netbeheerder worden gestuurd. Tevens is het maandelijkse bericht beter gespecificeerd. Door de aanpassing in het maandelijkse bericht wordt het proces meerdere leveranciers op een aansluiting ook beter gefaciliteerd omdat gegevens nu per overdrachtspunt en allocatiepunt gestuurd worden.

Artikel I onderdeel M en N
  • 49. De verwijzingen zijn aangepast en de tekst van artikel 6.2.2.8 is verduidelijkt.

Artikel I onderdeel O
  • 50. Deze artikelen vervallen, omdat de meetgegevens dagelijks worden gerepareerd en omdat de rapportage is vervangen door inzicht te geven in registraties van de herkomstindicaties, de validatiestatussen en de reparatiemethodieken. Artikel 6.2.2.14 is verplaatst naar artikel 4.3.3.5 van de Meetcode elektriciteit.

Artikel I onderdeel P
  • 51. Een deel van de tekst is vervallen omdat wanneer een partij vindt dat een ander zich niet aan de code houdt hij dit altijd kan escaleren naar betrokken instanties.

Artikel I onderdeel R, S en T
  • 52. In artikel 6.3.2.1 is duidelijk gemaakt op welke onderdelen de meetgegevens gecontroleerd worden door de netbeheerder en uitvallen uit de controle. Daarnaast is expliciet gemaakt in welke gevallen de netbeheerder de gegevens repareert ten behoeve van de allocatie. Wanneer niet voldaan wordt aan de controles kan de netbeheerder een herzieningsverzoek sturen aan de meetverantwoordelijke (artikel 6.3.2.2). In artikel 6.3.2.4 wordt de uiterste termijn voor het herzieningsverzoek aangegeven en worden de redenen genoemd waarom de netbeheerder een herzieningsverzoek kan sturen.

Artikel I onderdeel U
  • 53. De eerste drie artikelen beschrijven de reparatie van meetgegevens door de netbeheerder. Indien de aangeleverde meetgegevens extreme waarden vertonen dan verstoort dit de allocatie. Artikel 6.3.2a.1 geeft aan hoe de netbeheerder gegevens moet repareren als hij dit signaleert. Als de leveringsrichting niet klopt, is er mogelijk sprake van foutieve meetgegevens of een foutieve registratie in het aansluitingen register. Artikel 6.3.2a.2 beschrijft dat de netbeheerder dan contact moet opnemen met de meetverantwoordelijke zodat de fout zo snel mogelijk wordt hersteld. Indien meetgegevens niet ontvangen worden van de meetverantwoordelijke dan leidt dit tot verstoringen in de allocatie. Artikel 6.3.2a.3 beschrijft hoe de netbeheerder met het ontbreken van gegevens moet omgaan.

  • 54. De volgende zes artikelen beschrijven het proces van controleren en reclameren door de programmaverantwoordelijke. Artikel 6.3.2b.1 verplicht de programmaverantwoordelijke om te controleren of hij van alle aansluitingen meetgegevens heeft ontvangen en of deze inhoudelijk in lijn zijn met zijn verwachtingen. Indien de meetgegevens ontbreken of indien de programmaverantwoordelijke twijfelt aan de juistheid ervan vraagt de programmaverantwoordelijke de meetverantwoordelijke om deze meetgegevens alsnog of opnieuw op te sturen door middel van een herzieningsverzoek (artikel 6.3.2b.2, 6.3.2b.3 en 6.3.2b.4). Artikel 6.3.2b.5 legt vast dat de programmaverantwoordelijke niet later dan de achtste werkdag kan reclameren. Zo wordt voorkomen dat de meetverantwoordelijke te weinig tijd heeft om het verzoek te beoordelen en nieuwe meetgegevens op te sturen. De reden van artikel 6.3.2b.6 is dat wanneer de meetverantwoordelijke aangeeft dat er een storing is, de programmaverantwoordelijke niet hoeft te reclameren omdat de meetverantwoordelijke zelf al aangeeft dat de meetgegevens niet gemeten zijn maar op basis van een berekening tot stand gekomen zijn.

Artikel I onderdeel W, X en Y
  • 55. Deze wijzigingen maken het woordgebruik in de Informatiecode gelijk aan het woordgebruik in de andere codes.

Artikel II onderdeel A en B
  • 56. In deze artikelen worden verwijzingen aangepast en wordt de netbeheerder een korte termijn opgelegd om een herzieningsverzoek af te handelen.

Artikel II onderdeel C
  • 57. Dit artikellid kan vervallen, omdat elders wordt vastgelegd dat de netbeheerder de meetgegevens uiterlijk de tiende werkdag vastlegt overeenkomstig bijlage 5 van de Meetcode elektriciteit. Een overleg tussen partijen is daardoor niet meer nodig.

Artikel II onderdeel E tot en met I
  • 58. Enkele verwijzingen zijn aangepast. Artikel 10.21 kan vervallen omdat het is opgenomen in artikel 10.20, en artikel 10.26 is aangepast omdat de programmaverantwoordelijke al direct bij de meetverantwoordelijke reclameert inzake inhoudelijke meetgegevens (artikel 6.3.2b van de Informatiecode). Deze reclamaties gaan daardoor niet meer naar de netbeheerder.

Artikel III onderdeel A
  • 59. Dit artikel is verplaatst van de Informatiecode naar de Meetcode elektriciteit.

Artikel III onderdeel B
  • 60. De periode van 15 minuten is qua term gelijk gemaakt aan de onbalansverrekeningsperiode. Verder wordt duidelijk gemaakt dat de telemetriegrootverbruikmeetinrichting ook moet registreren hoeveel energie wordt uitgewisseld op de grens tussen afzonderlijke installaties als bedoeld in artikel 2.6, onderdeel e, en artikel 2.9, onderdeel d, van de Netcode elektriciteit.

Artikel III onderdeel C
  • 61. Dit artikel is opgenomen om voor balanceringsdiensten de meetgegevens ook via het standaardberichtenverkeer te kunnen ontvangen, wat nodig is omdat veel balanceringsproducten een meetperiode vereisen die korter is dan 15 minuten.

Artikel III onderdeel D
  • 62. Om transparantie in de meetketen met betrekking tot de kwaliteit te verkrijgen is de herkomstindicatie toegevoegd. Hierdoor kan de ontvanger beter inschatten wat de kwaliteit van de gegevens zijn en of hij nog nieuwe meetgegevens kan verwachten. Vanuit de Informatiecode is de rapportage van reparaties vervangen door in dit artikel inzicht te geven in de registratie van de herkomstindicatie.

Artikel III onderdeel E
  • 63. In dit artikel is een verwijzing toegevoegd.

Artikel III onderdeel F
  • 64. De eerste vier artikelen zijn overgeplaatst vanuit de Informatiecode. Artikel 5.2.15 regelt dat de meetverantwoordelijke een update van de meetgegevens stuurt naar de programmaverantwoordelijke en netbeheerder.

Artikel III onderdeel G
  • 65. Om transparantie in de meetketen met betrekking tot de kwaliteit te verkrijgen zijn drie statussen toegevoegd (herkomstindicatie, validatiestatus en indien van toepassing reparatiemethodiek). Hierdoor kan de ontvanger beter inschatten wat de kwaliteit van de gegevens is en of hij nog nieuwe meetgegevens kan verwachten. Vanuit de Informatiecode is de rapportage van reparaties vervangen door in dit artikel inzicht te geven in registraties van de drie statussen.

Artikel III onderdeel H
  • 66. Hier wordt toegevoegd dat dit proces dagelijks moet worden uitgevoerd.

Artikel III onderdeel I
  • 67. De artikelen 5.3.8 tot en met 5.3.11 gaan over de validatie-eisen van meetgegevens en zijn overgeplaatst vanuit de Informatiecode, waarbij twee artikelen zijn samengevoegd. Artikel 5.3.12 is ambtshalve toegevoegd door de ACM na afstemming met de indieners van het codevoorstel. Het artikel regelt de verplichting voor de meetverantwoordelijke om vastgestelde meetgegevens te sommeren indien een aansluiting bestaat uit meerdere overdrachtspunten. Artikel 5.3.13 bevat verwijzingen naar de bepalingen uit de Informatiecode waarin het tijdsschema van de meetverantwoordelijke wordt vastgelegd voor de verstrekking van meetgegevens aan de programmaverantwoordelijke en de netbeheerder.

Artikel III onderdeel J
  • 68. Deze zin is geschrapt, omdat deze verplichting naar een logischere plaats is verplaatst.

Artikel III onderdeel K
  • 69. Dit artikel is verplaatst vanuit de Informatiecode naar de Meetcode elektriciteit.

Artikel III onderdeel L en M
  • 70. De lengte van het hiaat in meetgegevens waarvoor de meetgegevens berekend mogen worden is vergroot en de manier waarop deze meetgegevens berekend worden is gewijzigd.

Artikel III onderdeel N
  • 71. Dit artikel kan vervallen, omdat deze situatie al eerder, tijdens de controle op volledigheid, wordt afgevangen.

Artikel III onderdeel P
  • 72. De meetverantwoordelijke neemt ieder herzieningsverzoek in behandeling binnen één werkdag. Dit voorkomt dat de meetverantwoordelijke dit op een niet-werkdag moet doen, maar dit zorgt er ook voor dat een herzieningsverzoek zo snel mogelijk leidt tot een oordeel over de juistheid of compleetheid van de meetgegevens.

Artikel III onderdeel Q
  • 73. Deze drie artikelen beschrijven de werkwijze die de meetverantwoordelijke moet hanteren bij ontvangst van een herzieningsverzoek.

Artikel III onderdeel R
  • 74. Dit artikel is vereenvoudigd en verduidelijkt. Tevens is toegevoegd wat een meetverantwoordelijke moet berekenen als er (gedeeltelijk) geen historische gegevens aanwezig zijn. Verder is de wijze waarop de onzekerheidsfactor door de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet bepaald wordt aangepast. Deze kan alleen gelden voor de richting afname (invoeding is immers nul).

Artikel IV
  • 75. In de Begrippencode worden drie begrippen toegevoegd die meer transparantie geven over de kwaliteit van meetgegevens in de meetketen.

5.3 Voorstel 3 – aanvulling

Artikel I onderdeel A
  • 76. De aanpassing zorgt ervoor dat de meetverantwoordelijke ook bij het mutatieproces voor het switchen van programmaverantwoordelijke een gevalideerde meterstand en verbruik vaststelt.

Artikel I onderdeel B
  • 77. De aanpassing zorgt ervoor dat de netbeheerder bij het mutatieproces voor het switchen van programmaverantwoordelijke een verbruik vaststelt als de meetverantwoordelijke niet tijdig gegevens heeft aangeleverd.

’s-Gravenhage, 10 maart 2022

Autoriteit Consument en Markt, namens deze: C.M.L. Hijmans van den Bergh bestuurslid


X Noot
1

ACM/IN/494445, ontvangen op 27 mei 2020.

X Noot
2

ACM/IN/518366, ontvangen op 20 juli 2020.

X Noot
3

ACM/IN/ 611899, ontvangen op 6 mei 2021.

X Noot
4

Stcrt. 2021, 50533.

X Noot
5

Er wordt overgegaan van EDINE naar XML.

X Noot
6

Daarnaast bepaalt Netcode elektriciteit op welke plaatse ten behoeve van allocatiepunten fysiek gemeten moet worden en bepaalt de Informatiecode hoe meetgegevens gecommuniceerd dienen te worden: per allocatiepunt en/of per overdrachtspunt.

Naar boven