Kennisgeving ter uitvoering van het project PHS Amsterdam

Artikel 20 van de Tracéwet bevordert een gecoördineerde voorbereiding van de besluiten op de aanvragen om de vergunningen en van de overige ambtshalve te nemen besluiten met het oog op de uitvoering van een Tracébesluit.

In het kader van deze coördinatie geeft de Minister van Infrastructuur en Waterstaat kennis van het feit dat het volgende besluit is genomen.

Welk besluit is er genomen en ligt er ter inzage?

Voor de uitvoering van het Tracébesluit Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) Amsterdam is onderstaand besluit voor het cluster PHSAC-01 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam genomen overeenkomstig de procedure van artikel 20, lid 4 Tracéwet in samenhang met afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht:

Besluit tot het verlenen van een monumentenvergunning.

Het besluit is niet gewijzigd ten opzichte van het ontwerpbesluit.

Waar en wanneer kunt u de stukken inzien?

Het besluit en de bijbehorende stukken liggen met ingang van donderdag 17 februari 2022 tot en met woensdag 30 maart 2022 ter inzage bij de gemeente Amsterdam, Stadsloket Centrum, Informatiebalie/Voorlichtingsloket, Amstel 1 (Stopera) 1011 PN Amsterdam. De openingstijden zijn van maandag tot en met vrijdag van 08.00 uur tot 17.00 uur. Het besluit is tevens beschikbaar via de website loket.odnzkg.nl onder de kop “bekendmakingen”. In verband met sluiting van overheidsgebouwen als gevolg van de Corona-pandemie kan het zijn dat stukken die ter inzage zijn gelegd niet ter plaatse kunnen worden ingezien. De stukken zullen daarom desgewenst, op verzoek digitaal worden toegestuurd. U kunt contact opnemen met gemeente over alternatieve mogelijkheden van inzien. Wilt u stukken digitaal ontvangen of heeft u vragen, dan kunt u gebruik maken van het contactformulier op loket.odnzkg.nl of telefonisch contact opnemen met tel. 088-567 0200.

Hoe kan er beroep ingediend worden?

Van donderdag 17 februari 2022 tot en met woensdag 30 maart 2022 staat beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het beroepschrift moet worden gericht aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag. Het beroepschrift kan door burgers tevens digitaal worden gericht aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State middels deze website: https://digitaalloket.raadvanstate.nl.

Het beroepschrift dient te zijn ondertekend en dient ten minste te bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht, dat wil zeggen in ieder geval de vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en, zo mogelijk, de datum en het kenmerk van het besluit;

  • een opgave van de redenen waarom u zich niet met het besluit kunt verenigen.

Tevens dient ten behoeve van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het beroep is gericht te worden overgelegd.

Op het besluit is afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Crisis en herstelwet van toepassing. Dit betekent dat in het beroepschrift de beroepsgronden gericht tegen het besluit moeten worden opgenomen. Het beroepschrift wordt niet-ontvankelijk verklaard indien de beroepsgronden niet binnen de beroepstermijn van zes weken zijn ingediend. Na afloop van de beroepstermijn kunnen beroepsgronden niet meer worden aangevuld.

Het instellen van beroep schorst de werking van de besluiten niet.

Indien beroep is ingesteld, kan een verzoek worden gedaan tot het treffen van een voorlopige voorziening, bijvoorbeeld inhoudende een schorsing van het besluit. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden ingediend bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag, of (door burgers) digitaal middels deze website: https://digitaalloket.raadvanstate.nl.

Bij het verzoek moet een afschrift van het beroepschrift worden overgelegd.

Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht, dat wil zeggen in ieder geval de vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en de datum en het nummer of kenmerk van het besluit;

  • de gronden van het verzoek (motivering).

Voor het indienen van een beroepschrift en/of een verzoekschrift om een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.

Meer informatie?

Heeft u vragen over deze procedure dan kunt u gebruik maken van het contactformulier op loket.odnzkg.nl. Er wordt dan contact met u opgenomen.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, namens deze, de manager Leefomgeving, Juridische zaken en Vastgoed van ProRail, C.M.J. te Boome

Naar boven