Besluit Defensie mandaat attachés 2020, Ministerie van Defensie

29 juli 2020,

nr. BS/2020014416

De Staatssecretaris van Defensie

handelende in overeenstemming met de Minister van Buitenlandse Zaken,

en gelet op de Attachénotitie 2020;

Besluit

Artikel 1. Mandaat

  • 1. Aan de bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken werkzame secretaris-generaal, directeuren van bedrijfsvoeringsdirecties en uitvoeringsorganisaties en hoofden van vertegenwoordigingen van het Koninkrijk in het buitenland alsmede hun plaatsvervangers wordt mandaat verleend voor het verrichten van rechtshandelingen en overige handelingen die verband houden met de overeenkomstige toepassing van de Aanvullende CAO Rijk Uitzendingen 2020 (ACRU) op ambtenaren van Defensie die zijn uitgezonden naar een vertegenwoordiging van het Koninkrijk in het buitenland inclusief het behandelen van een daarmee verband houdend bezwaar of beroep.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde functionarissen kunnen schriftelijk besluiten dat onder hen ressorterende functionarissen mede bevoegd zijn uitvoering te geven aan de in het eerste lid bedoelde mandaat.

  • 3. De in het eerste en tweede lid bedoelde functionarissen oefenen hun in het eerste en tweede lid bedoelde bevoegdheden uit met inachtneming van de ter zake:

    • a. door of namens de Minister van Defensie en de Minister van Buitenlandse Zaken gemaakte afspraken en

    • b. door of namens de Minister van Buitenlandse Zaken gegeven instructies.

Artikel 2. Ondertekening en vermelding

Het krachtens het in het eerste lid bedoelde mandaat ondertekenen van stukken geschiedt als volgt:

de Minister van Defensie, vertegenwoordigd door

[functie] van het Ministerie van Buitenlandse Zaken

[handtekening]

[naam functionaris]

Artikel 3. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na ondertekening en heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2020 en geldt totdat dit door de Minister van Defensie wordt herroepen.

Den Haag, 29 juli 2020

De Staatssecretaris van Defensie voor deze De Hoofddirecteur Personeel, P.F.M. Reesink Schout-bij-nacht

TOELICHTING

Bij deze regeling verleent de Minister van Defensie met ingang van 1 januari 2020 mandaat aan een aantal functionarissen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) om rechtshandelingen en andere handelingen te verrichten ten aanzien van ambtenaren die vallen onder zijn verantwoordelijkheid en zijn uitgezonden naar een vertegenwoordiging van het Koninkrijk in het buitenland (attachés).

Deze regeling betreft de overeenkomstige toepassing van de Aanvullende CAO Rijk Uitzendingen (ACRU) ten aanzien van door de Minister van Defensie naar het buitenland uitgezonden ambtenaren onder het van overeenkomstige toepassing verklaren van de ACRU die voor werknemers van de sector Rijk geldt.

Het mandaat wordt verleend aan de secretaris-generaal, de directeuren van bedrijfsvoeringsdirecties en uitvoeringsorganisaties (zoals de hoofddirecteur Personeel en Organisatie en de directeur 3W) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) en de hoofden van vertegenwoordigingen van het Koninkrijk in het buitenland alsmede aan hun plaatsvervangers. Zij zijn bevoegd om schriftelijk te besluiten dat ook onder hen ressorterende functionarissen bevoegd zijn uitvoering te geven aan het bedoelde mandaat.

De in het eerste en tweede lid van artikel 1 bedoelde bevoegdheden worden uitgeoefend met inachtneming van de daartoe door of namens de Minister van BZ gegeven instructies. En met inachtneming van de afspraken die ter zake tussen de Minister van BZ en de Minister van Defensie zijn gemaakt, zoals de afspraken die zijn gemaakt in het overleg van de (plaatsvervangend) secretarissen-generaal en zijn vastgelegd in de zogenaamde Attachénotitie 2020.

De Staatssecretaris van Defensie voor deze De Hoofddirecteur Personeel, P.F.M. Reesink Schout-bij-nacht

Naar boven