Besluit van de Minister van Justitie en Veiligheid van 27 januari 2022, kenmerk 3786249, houdende wijziging van het Instellingsbesluit Cyber Security Raad

De Minister van Justitie en Veiligheid, handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken en Klimaat, de Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Defensie,

Besluit:

ARTIKEL I

Het Instellingsbesluit Cyber Security Raad wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel a, wordt ‘de Minister van Veiligheid en Justitie’ vervangen door ‘de Minister van Justitie en Veiligheid’.

B

Artikel 2 Samenstelling wordt vernummerd tot artikel 2a Samenstelling.

C

Artikel 2a komt te luiden:

Artikel 2a Samenstelling

  • 1. De Raad wordt gevormd door:

    • a. De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid, medevoorzitter;

    • b. Mevrouw S. van Es, namens het bedrijfsleven, medevoorzitter;

    • c. Mevrouw drs. C. de Andrade-de Wit, namens CIO-platform, lid;

    • d. De heer mr. Th. J. Henrar, namens FME, lid;

    • e. De heer ir. W. Draijer, namens de financiële sector, lid;

    • f. De heer mr. J.F.E. Farwerck, namens de overige vitale sectoren, lid;

    • g. De heer P. Zijlema, namens NLdigital, lid;

    • h. Mevrouw T. Netelenbos, namens ECP, lid;

    • i. De directeur-generaal van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst, lid;

    • j. Een lid van het College van procureurs-generaal, lid;

    • k. Een lid van de bestuursstaf van het Ministerie van Defensie, lid;

    • l. De Korpschef Landelijke Politiediensten, lid;

    • m. De directeur-generaal Bedrijfsleven en Innovatie van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, lid;

    • n. De directeur-generaal Overheidsorganisatie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, lid;

    • o. Mevrouw prof. dr. B. van den Berg, lid;

    • p. De heer prof. dr. M.J.G. van Eeten, lid;

    • q. De heer prof. dr. B.P.F. Jacobs, lid;

    • r. Mevrouw prof. mr. E.M.L. Moerel, lid.

  • 2. De medevoorzitter en de leden van de Raad, genoemd in het eerste lid, onderdelen b tot en met h en o tot en met r, worden door de Minister voor de duur van vier jaar benoemd. Zij kunnen tweemaal en telkens voor de duur van ten hoogste vier jaar door de Minister herbenoemd worden.

  • 3. Bij het vertrek van de medevoorzitter en de leden, genoemd in het eerste lid, onderdelen b tot en met h, benoemt de Minister telkens een lid uit dezelfde sector onderscheidenlijk organisatie als de vertrekkende medevoorzitter of het vertrekkende lid.

  • 4. Bij het vertrek van de leden, genoemd in het eerste lid, onderdelen o tot en met r, wordt door de Minister een vervanger benoemd.

D

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 2, eerste lid, onderdelen b tot en met i’ vervangen door ‘artikel 2a, eerste lid, onderdelen b tot en met h en o tot en met r’.

2. In het eerste lid wordt ‘het Reisbesluit binnenland en het Reisbesluit buitenland’ vervangen door ‘de CAO Rijk’.

3. In het tweede lid wordt, ‘bijlage B bij het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984’ vervangen door ‘CAO Rijk’.

E

In artikel 7 wordt ‘twee jaar na de eerste werkzaamheden’ vervangen door ‘eens in de vijf jaar’.

ARTIKEL II

De medevoorzitter en de leden, die op het moment van inwerkingtreding van dit besluit als vertegenwoordiger van de private sector of de wetenschap deel uitmaken van de Raad, worden, rekenend vanaf de datum waarop zij deel zijn gaan uitmaken van de Raad, geacht te zijn benoemd respectievelijk herbenoemd met inachtneming van artikel 2a, tweede tot en met vierde lid, van het Instellingsbesluit Cyber Security Raad, zoals dat komt te luiden na inwerkingtreding van dit besluit, met dien verstande dat hun herbenoemingen telkens een duur van vier jaar geacht worden te bedragen.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking op de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 27 januari 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

TOELICHTING

Algemeen

Op 9 juli 2012 is het Instellingsbesluit Cyber Security Raad (hierna: Instellingsbesluit) vastgesteld en in werking getreden. In de loop der tijd is de samenstelling van de Raad gewijzigd. Mede om die reden wordt met dit wijzigingsbesluit het over de samenstelling in het Instellingsbesluit bepaalde aangepast. Daarnaast wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om met deze wijziging de regeling in het Instellingsbesluit over de benoeming van leden aan te vullen, te voorzien in een overgangsregeling ten aanzien van de huidige leden, alsook enkele andere correcties en aanpassingen in het Instellingsbesluit door te voeren.

Artikelsgewijs

Artikel I

Artikel 2a

In het Instellingsbesluit is per abuis twee keer een ‘artikel 2’ opgenomen. Dit wordt nu hersteld door ‘artikel 2 Samenstelling’ te vernummeren tot artikel 2a Samenstelling.

In het eerste lid van artikel 2a wordt, rekening houdend met de wijzigingen in samenstelling van de Cyber Security Raad (hierna: Raad) in de afgelopen periode, bepaald wie er lid zijn van de Raad. Daarnaast wordt in het tweede lid uitdrukkelijk geregeld dat de medevoorzitter en de leden van de Raad, die de private sector en de wetenschap vertegenwoordigen, door de minister benoemd worden en dat herbenoeming van deze leden door de minister mogelijk is. In de praktijk geschiedt benoeming van deze leden door de Minister van Justitie en Veiligheid op voordracht van de medevoorzitters van de Raad. Bij het doen van de voordracht worden ook de overige leden van de Raad betrokken. In het specifieke geval van een vacature voor het medevoorzitterschap, bedoeld in artikel 2a, eerste lid, onder b, worden ten behoeve van bovenbedoelde voordracht voor benoeming door VNO-NCW een of meer kandidaten voorgesteld. De benoemingsduur van de medevoorzitter en de leden, die de private sector en de wetenschap vertegenwoordigen, bedraagt vier jaar. Deze termijn kan tweemaal worden verlengd met een periode van telkens ten hoogste vier jaar. Deze leden kunnen dus voor ten hoogste twaalf jaar lid zijn van de Raad. Voor besluiten van de minister tot benoeming van vervangers van de in het Instellingsbesluit genoemde leden, die de private sector en de wetenschap vertegenwoordigen, geldt dat de hiermee samenhangende wijzigingen van het Instellingsbesluit ook weer in de Staatscourant gepubliceerd zullen worden.

Artikel 4

Met de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren per 1 januari 2020 zijn het Reisbesluit Binnenland, het Reisbesluit Buitenland en het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 (BBRA) komen te vervallen. De daarin opgenomen bepalingen zijn sindsdien opgenomen in de CAO Rijk. Dit artikel wordt in verband hiermee aangepast.

Artikel 7

De evaluatiebepaling in artikel 7 voorzag slechts in een evaluatie van de werkzaamheden van de Raad na de eerste twee jaar van zijn bestaan. Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om vast te leggen dat een dergelijke evaluatie eens in de vijf jaar plaatsvindt.

Artikel II

Dit overgangsartikel voorziet erin dat de medevoorzitter en de leden van de Raad, die op het moment van inwerkingtreding van dit wijzigingsbesluit al als vertegenwoordiger van de private sector en de wetenschap lid van de Raad zijn, geacht worden, rekenend vanaf de datum waarop zij deel zijn gaan uitmaken van de Raad, als zodanig met inachtneming van het tweede tot en met vierde lid van bovenvermeld artikel 2a te zijn benoemd. Daarbij geldt dus dat voor de krachtens die bepalingen geldende benoemingsduur rekening wordt gehouden met de periode die deze medevoorzitter en leden reeds deel uitmaken van de Raad.

Den Haag, 27 januari 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

Naar boven