Regeling ter tegemoetkoming van geleden verlies door COVID-19-maatregelen bij concerten en voorstellingen in de periode van 28 november 2021 tot en met januari 2022

Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten

Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en artikel 2 van het Algemeen Reglement Fonds Podiumkunsten

Besluit:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

bestuur:

de raad van bestuur van de stichting Nederlands Fonds voor Podiumkunsten;

Nederland:

het Koninkrijk der Nederlanden, bestaande uit Nederland inclusief Bonaire, Sint Eustatius en Saba en Aruba, Curaçao en Sint Maarten.

Artikel 2. Doel

Het bestuur kent subsidies toe ter tegemoetkoming voor inkomstenverlies geleden door beperkingen in de podiumkunstensector als gevolg van de COVID-19-maatregelen. Hiermee wordt beoogd om zo breed mogelijk tegemoet te komen aan verloren opbrengsten uit kaartverkoop, waarbij nadrukkelijk de intentie is dat het subsidie via aanvragers ook zo snel mogelijk terechtkomt bij andere partijen, waaronder uitvoerenden en zzp’ers in verschillende functiegroepen.

Artikel 3. Procedure

  • 1. Aanvragen dienen te worden ingediend in de periode van maandag 7 februari 2022 tot en met woensdag 23 februari 2022.

  • 2. Het bestuur informeert de aanvrager uiterlijk binnen 13 weken na 23 februari 2022 schriftelijk over zijn besluit.

  • 3. Het bestuur kan besluiten om extra subsidierondes vast te stellen. In dat geval wordt ook een datum en tijdstip vastgesteld waarop aanvragen uiterlijk ontvangen dienen te zijn. Een dergelijk besluit wordt gepubliceerd op de website van het Fonds.

Artikel 4. Budget

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt 66.500.000 euro. Het beschikbare subsidiebedrag wordt verdeeld conform het bepaalde in deze regeling.

  • 2. Indien het subsidieplafond door toepassing van het bepaalde in de regeling wordt overschreden, worden de te verlenen subsidiebedragen boven het bedrag van 1.000.000 euro verlaagd tot het niveau waarbinnen het totaal beschikbare bedrag volledig kan worden benut, maar maximaal met 20%.

  • 3. Indien het subsidieplafond na toepassing van het bepaalde in lid 2 nog steeds wordt overschreden, worden alle andere te verlenen subsidiebedragen per productie verlaagd met maximaal 20% tot het niveau waarbinnen het totaal beschikbare bedrag volledig kan worden benut.

  • 4. Indien het subsidieplafond na toepassing van het bepaalde in lid 2 en 3 nog steeds wordt overschreden, worden alle te verlenen subsidiebedragen per productie vervolgens naar rato verder verlaagd tot het niveau waarbinnen het totaal beschikbare bedrag volledig kan worden benut.

Artikel 5. Aanvraag

  • 1. De aanvraag wordt digitaal ingediend.

  • 2. Een aanvraag wordt ingediend met behulp van een door het bestuur opgesteld formulier.

  • 3. Het bestuur kan als onderdeel van de beoordelingsprocedure nadere informatie opvragen die noodzakelijk is voor het beoordelen van de aanvraag.

Artikel 6. Aanvrager

  • 1. Een aanvraag kan worden ingediend door een rechtspersoon die primair gericht is op het ontwikkelen en produceren van concerten en/of voorstellingen door professionele podiumkunstenaars.

  • 2. Subsidie kan eveneens worden aangevraagd door een rechtspersoon die op grond van de statuten of de feitelijke activiteiten kan worden aangemerkt als vertegenwoordiger van de producent van concerten en/of voorstellingen.

  • 3. In uitzonderlijke gevallen kan een aanvraag worden ingediend door een podium of theater dat als organisator van een concert of voorstelling optrad.

Artikel 7. Concerten en/of voorstellingen

  • 1. Een aanvraag heeft betrekking op één of meer concerten en/of voorstellingen.

  • 2. Er kan per concert en/of voorstelling slechts aan één aanvrager subsidie worden verstrekt.

  • 3. Het subsidie is uitsluitend bedoeld ten behoeve van professionele concerten en voorstellingen die hebben plaatsgevonden in de periode van 28 november 2021 tot en met 31 januari 2022 of in die periode zouden plaatsvinden.

  • 4. Het subsidie wordt geweigerd indien:

    • a. voor het maken van de betreffende concerten en voorstellingen reeds een meerjarige subsidie is verstrekt door het Fonds Podiumkunsten of de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

    • b. het concerten en voorstellingen betreffen die niet in Nederland zijn geproduceerd;

    • c. indien voor het concert of voorstelling een evenementenvergunning vereist was.

  • 5. Het subsidie kan worden geweigerd indien met het verlenen van subsidie onvoldoende wordt bijgedragen aan de doelstelling van de regeling.

Artikel 8. Hoogte subsidie

  • 1. Het subsidiebedrag bedraagt 85% van de verkoopcapaciteit minus het aantal kaarten dat is verkocht indien de concerten en/of voorstellingen wel hebben plaatsgevonden.

  • 2. Het subsidiebedrag kan worden verlaagd als:

    • a. aannemelijk is dat het verlies dat als gevolg van de COVID-19-maatregelen is geleden aanzienlijk afwijkt van de uitkomst van de regel als bedoeld in het eerste lid;

    • b. voor de betreffende concerten en voorstellingen reeds een subsidie is verleend op grond van de Regeling tijdelijke ondersteuning programmering middelgrote en kleine podia Fonds Podiumkunsten;

    • c. de aanvrager al anderszins is gecompenseerd voor gemaakte kosten.

Artikel 9. Verantwoording

  • 1. Als het verstrekte subsidie minder bedraagt dan 125.000 euro hoeft niet standaard te worden verantwoord. Het bestuur kan wel middels een steekproef verzoeken om onderliggende stukken die de aanvraag staven. Op basis van deze stukken wordt het subsidie definitief vastgesteld.

  • 2. Als het verstrekte subsidie 125.000 euro of meer bedraagt, stuurt de ontvanger van de subsidie binnen drie maanden na de datum van de beschikking een rapport van feitelijke bevindingen in, opgesteld door een accountant. Op basis hiervan wordt het subsidie definitief vastgesteld. Het rapport van feitelijke bevindingen dient te zijn opgesteld overeenkomstig een door het bestuur vastgesteld model met inachtneming van een door het bestuur vastgesteld accountantsprotocol.

  • 3. Als op enig moment blijkt dat niet is voldaan aan een verplichting of een van de voorwaarden van de regeling, kan het bestuur het subsidie ten nadele van de ontvanger lager vaststellen of intrekken.

Artikel 10. Hardheidsclausule

Het bestuur kan, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen, artikelen of onderdelen daarvan buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover strikte toepassing leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 11. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 februari 2022.

Artikel 12. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling ter tegemoetkoming van geleden verlies door COVID-19-maatregelen bij concerten en voorstellingen in de periode van 28 november 2021 tot en met januari 2022.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

V. van Hulst, directeur-bestuurder

Vastgesteld in de vergadering van de Raad van Bestuur d.d. 20 januari 2022

TOELICHTING REGELING TER TEGEMOETKOMING VAN GELEDEN VERLIES DOOR COVID-19-MAATREGELEN BIJ CONCERTEN EN VOORSTELLINGEN IN DE PERIODE VAN 28 NOVEMBER 2021 TOT EN MET JANUARI 2022

Inleiding

Deze regeling ziet op concerten en/of voorstellingen die hebben plaatsgevonden in de periode van 28 november 2021 tot en met 31 januari 2022 of zouden plaatsvinden in die periode. Op 18 december 2021 kondigde het kabinet nieuwe maatregelen aan voor de culturele sector. Vanaf 19 december mogen geen concerten en voorstellingen meer plaatsvinden. Op 14 januari 2022 werd aangekondigd dat deze maatregel werd verlengd. Tot 19 december 2021 mochten er nog concerten en voorstellingen plaatsvinden voor 17.00 uur, waarbij bezoekers op 1,5 meter moesten plaatsnemen. Op 25 januari 2022 werd aangekondigd dat concerten en voorstellingen onder bepaalde voorwaarden mochten plaatsvinden tot 22.00 uur. Het kabinet heeft een bedrag van 66,5 miljoen euro beschikbaar gesteld als tegemoetkoming voor misgelopen recetteopbrengsten. De tegemoetkoming bestaat uit maximaal 85% van de verkoopcapaciteit minus de wel ontvangen recetteopbrengsten. Het doel van de regeling is om zo breed mogelijk tegemoet te komen aan de verloren inkomsten, waarbij nadrukkelijk de intentie is dat gelden via producenten zo snel mogelijk terechtkomen bij uitvoerenden en zzp’ers in verschillende functiegroepen. Producenten worden geacht op basis van de tegemoetkoming zzp’ers en andere betrokkenen zoals de podia zoveel mogelijk door te betalen conform overeengekomen afspraken. Het Fonds Podiumkunsten heeft de opdracht gekregen om het bedrag van 66,5 miljoen euro te verdelen.

Waarvoor

De regeling is bedoeld voor concerten en voorstellingen die zijn gemaakt en uitgevoerd door podiumkunstenaars die artistiek-inhoudelijk actief zijn in de podiumkunsten en in die hoedanigheid aantoonbaar geïntegreerd zijn in de professionele podiumkunstpraktijk in Nederland. Het gaat om concerten en voorstellingen die in Nederland zijn geproduceerd. Buitenlands aanbod komt dus niet in aanmerking voor deze regeling.

Deze regeling biedt een financiële tegemoetkoming voor concerten en voorstellingen die hebben plaatsgevonden in de periode van 28 november 2021 tot en met 31 januari 2022 of zouden plaatsvinden in die periode. Het gaat om concerten en voorstellingen die voor 19 december 2021 nog hebben plaatsgevonden voor 17.00 uur. Daarnaast gaat het om concerten en voorstellingen die in de periode van 26 tot en met 31 januari 2022 hebben plaatsgevonden voor 22.00 uur. Tot slot gaat het om concerten en voorstellingen die in de periode van 28 november 2021 tot en met 31 januari 2022 zijn geannuleerd. Het besluit om te annuleren moet zijn gemaakt naar aanleiding van de beperkende COVID-19-maatregelen die zijn aangekondigd op 18 december 2021 dan wel de aankondiging van de verlenging van de maatregelen op 14 januari 2022. Concerten en voorstellingen die al ruim voor het aankondigen van de maatregelen zijn aangekondigd, komen niet in aanmerking voor deze regeling.

Het subsidie is niet bedoeld voor concerten en voorstellingen die zijn gemaakt door instellingen die een meerjarige subsidie ontvangen van het Fonds Podiumkunsten of de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De regeling is ook niet bedoeld voor concerten of voorstellingen waarvoor een evenementenvergunning was vereist. Voor deze concerten of voorstellingen kan een beroep worden gedaan op de generieke subsidieregeling voor evenementen.

Aanvrager

Een aanvraag kan worden ingediend door een rechtspersoon die primair gericht is op het ontwikkelen en produceren van concerten en/of voorstellingen door professionele podiumkunstenaars. Daarbij valt te denken aan een (muziek)theatergroep, ensemble of dansgroep. Daarnaast kan subsidie worden aangevraagd door een rechtspersoon die op grond van de statuten of de feitelijke activiteiten kan worden aangemerkt als vertegenwoordiger van de producent van concerten of voorstellingen. Hierbij moet worden gedacht aan een managementbureau, boekingsbureau en platenmaatschappij. De organisatie moet als vertegenwoordiger aan te merken zijn. Als de vertegenwoordiging niet direct uit de statuten blijkt (professionele vertegenwoordigers), kan nog naar de praktijk worden gekeken.

Aanvragen is alleen mogelijk als de aanvrager rechtspersoonlijkheid bezit. Voor zover hier relevant gaat het om stichtingen en verenigingen met volledige rechtsbevoegdheid. De organisatie dient in Nederland te zijn gevestigd.

In sommige gevallen is er sprake van verschillende partijen die in uiteenlopende constructies samen verantwoordelijkheid dragen voor de totstandkoming van een concert of voorstelling. In dat geval moeten de betrokken partijen zelf bepalen wie als aanvrager optreedt. Er kan maar aan een aanvrager subsidie worden toegekend voor een specifiek concert of voorstelling.

Subsidiehoogte

Het subsidiebedrag bedraagt 85% van de verkoopcapaciteit minus het aantal kaarten dat is verkocht in het geval de activiteiten plaatsvonden. Dit aantal wordt vermenigvuldigd met de (gemiddelde) prijs van de toegangskaart exclusief btw. Het is aan de aanvrager om een (gemiddelde) prijs te berekenen aan de hand van daadwerkelijk gerealiseerde inkomsten in het geval het concert of voorstelling heeft plaatsgevonden of aan de hand van de begrote inkomsten voor het concert of voorstelling. Met verkoopcapaciteit wordt het volgende bedoeld: het aantal kaarten dat zou worden verkocht volgens de afspraken met de artiest(en). Dit aantal is in beginsel lager dan de vergunde capaciteit. Bij het aantal kaarten dat is verkocht, houdt het Fonds er rekening mee dat een percentage van maximaal 2,5% bestaat uit vrijkaarten voor gasten.

In een aantal gevallen zal worden bezien of er reden is het maximale subsidiebedrag dat de uitkomst van de rekenregel is, te verlagen. Dat geldt allereerst voor concerten en voorstellingen waarvan aannemelijk is dat de uitkomst van de rekenregel niet goed aansluit op de feitelijke situatie. Daarnaast bevat de regeling een grondslag voor verrekening als aangenomen moet worden dat voor specifieke kosten reeds compensatie is verstrekt, waaronder TVL. Een aanvrager moet desgevraagd inzicht kunnen geven in het bedrag dat reeds aan TVL is ontvangen.

Voorbeelden

Aan een aanvrager worden de volgende gegevens opgevraagd:

  • 1) Wat is de verkoopcapaciteit?

  • 2) Hoeveel kaarten zijn verkocht?

  • 3) Wat is de (gemiddelde) ticketprijs?

De aanvrager hanteerde voor een geplaceerde voorstelling een verkoopcapaciteit van 400 kaarten. De voorstelling werd geannuleerd. 85% van 400 is 340 kaarten. De subsidiehoogte wordt berekend op basis van 340 kaarten.

De aanvrager hanteerde voor een geplaceerde voorstelling een verkoopcapaciteit van 600 kaarten. De voorstelling kon voor 17.00 uur plaatsvinden. Er zijn uiteindelijk ook 295 kaarten verkocht en 5 vrijkaarten verstrekt. 85% van 600 is 510 kaarten. De subsidiehoogte wordt berekend op basis van 210 kaarten zijnde het verschil tussen 85% van de verkoopcapaciteit (510) en het aantal verkochte kaarten (300).

Budget

Er is een budget beschikbaar van 66.500.000 euro.

Als het beschikbare subsidiebedrag onvoldoende is om alle aanvragen die in aanmerking komen te honoreren worden een aantal stappen gezet om het totaal aan te verlenen subsidie passend te maken. Startpunt zijn de te verlenen bedragen per productie op basis van artikel 8. Allereerst worden de subsidiebedragen boven 1.000.000 euro verlaagd met maximaal met 20%. Een te verlenen subsidie van 1.500.000 euro wordt dus met maximaal 300.000 euro verlaagd (of minder als daarmee het doel bereikt wordt). Als het beschikbare budget na deze stap nog steeds onvoldoende is om alle aanvragen te honoreren worden vervolgens alle andere subsidiebedragen per productie (dus ook de bedragen van 1.000.000 euro en lager) eveneens verlaagd met maximaal 20%. De eerdere verlaging van hogere bedragen blijft gehandhaafd. Als met een verlaging van bijvoorbeeld 5% van alle andere bedragen het beschikbare budget voldoende is, wordt dat zo uitgevoerd. In het geval dat na het verlagen van alle te verlenen subsidiebedragen met 20% nog steeds onvoldoende budget beschikbaar is, worden alle bedragen verder verlaagd. Er wordt daarbij geen onderscheid gemaakt.

Procedure

Aanvragen moeten worden ingediend met behulp van het online aanvraagformulier dat te vinden is op de website van het Fonds Podiumkunsten. De aanvragen worden behandeld in een ronde. Aanvragen moeten worden ingediend in de periode van maandag 7 februari 2022 tot en met woensdag 23 februari 2022. Aanvragen die na deze periode worden ontvangen, worden afgewezen.

De subsidieaanvraag zal worden behandeld door het bureau van het Fonds. De aanvraag is leidend voor de toetsing of de aanvrager in aanmerking komt voor subsidie. In verband met het specifieke karakter van deze regeling kan tussentijds nadere informatie worden opgevraagd bij een aanvrager om vast te stellen of een bepaald evenement voor subsidie in aanmerking komt of om de hoogte van het subsidiebedrag te kunnen bepalen.

Verantwoording

Als het subsidiebedrag dat een aanvrager ontvangt lager is dan 125.000 euro hoeft niet standaard verantwoord te worden. Het Fonds controleert door middel van steekproeven of de aanvraag overeenkomt met de werkelijkheid. De aanvrager moet dus kunnen aantonen dat dit het geval is. Dat kan bijvoorbeeld door het insturen van de overeenkomsten met de artiesten en borderellen. Het Fonds zal op basis daarvan het subsidie vaststellen. Als niet in het kader van de steekproef gevraagd wordt nadere informatie in te sturen, wordt het subsidie bij het toekenningsbesluit definitief vastgesteld.

Als het subsidiebedrag dat een aanvrager ontvangt 125.000 euro of meer is, moet een rapport van bevindingen opgesteld door een accountant worden ingestuurd. Hiervoor wordt een model opgesteld door het Fonds, dat moet worden gebruikt. Op basis van de verantwoording wordt het definitieve subsidiebedrag vastgesteld.

Naar boven