Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatscourant 2022, 35136 | overige overheidsinformatie |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatscourant 2022, 35136 | overige overheidsinformatie |
Bij ‘Partnerpensioen’ wordt onder de kop ‘Wat gebeurt er met het partnerpensioen als u gaat scheiden of uit elkaar gaat?’ achter het eerste opsommingsteken aan de zin ‘U moet dit dan schriftelijk aan ons doorgeven.’ de volgende tekst toegevoegd: ‘Heeft u geen nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan ontvangen u en uw ex-partner een bevestiging van ons. Heeft u wel een nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan is deze afspraak geldig als wij u en uw ex-partner hebben laten weten dat wij hiermee instemmen.’
Bij ‘Partnerpensioen’ worden de kop ‘Wat gebeurt er als uw ex-partner eerder dan u overlijdt?’ en de tekst onder deze kop vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Wat gebeurt er als uw ex-partner eerder dan u overlijdt en u het pensioen niet heeft gesplitst? Of als u en uw ex-partner hebben besloten dat uw ex-partner geen partnerpensioen krijgt als u overlijdt en wij deze afspraak bevestigd hebben of wij u hebben laten weten dat wij hiermee instemmen?
Het partnerpensioen dat bestemd was voor uw ex-partner, is nu voor een eventuele nieuwe partner. Voorwaarde is dat het partnerpensioen nog niet is ingegaan en dat uw nieuwe partnerschap is begonnen voordat u uw AOW-leeftijd hebt bereikt. Als u met pensioen gaat kunt u ervoor kiezen om dit partnerpensioen te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Heeft u een nieuwe partner? Dan moet uw partner hiermee akkoord gaan.‘
Bij ‘U overlijdt’ wordt onder de kop ‘Wanneer krijgt uw ex-partner geen partnerpensioen?’ achter het eerste opsommingsteken de zin ‘Als u dit met uw ex-partner heeft vastgelegd en wij dit bevestigd hebben.’ vervangen door de volgende tekst: ‘Als u dit met uw ex-partner heeft vastgelegd. Heeft u geen nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan ontvangen u en uw ex-partner een bevestiging van ons. Heeft u wel een nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan is deze afspraak geldig als wij u en uw ex-partner hebben laten weten dat wij hiermee instemmen.’
Bij ‘U overlijdt’ wordt onder de kop ‘Wanneer krijgt uw ex-partner geen partnerpensioen?’ achter het derde opsommingsteken in de zin ‘Als u uw partnerrelatie start op of nadat u uw AOW-leeftijd hebt bereikt.’ de zinsnede ‘u uw partnerrelatie start’ vervangen door de volgende zinsnede: ‘uw partnerrelatie is gestart’
Bij ‘Uw partner overlijdt of uw ex-partner overlijdt’ worden de kop ‘Wat gebeurt er met uw ouderdomspensioen als uw partner overlijdt?’ en de tekst onder deze kop vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Wat gebeurt er met uw ouderdomspensioen en het partnerpensioen als uw partner overlijdt?
Als uw partner eerder dan u overlijdt, verandert er aan uw pensioen bij ons niets. Het opgebouwde partnerpensioen is dan voor een eventuele nieuwe partner. Voorwaarde is dat het partnerpensioen nog niet is ingegaan en dat uw nieuwe partnerschap is begonnen voordat u uw AOW-leeftijd hebt bereikt. Als u met pensioen gaat kunt u ervoor kiezen om dit opgebouwde partnerpensioen te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen.‘
Bij ‘Uw partner overlijdt of uw ex-partner overlijdt’ worden de kop ‘Wat gebeurt er met het partnerpensioen als uw ex-partner overlijdt?’ en de tekst onder deze kop vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Wat gebeurt er met het partnerpensioen als uw ex-partner eerder dan u overlijdt en u het pensioen niet heeft gesplitst? Of als u en uw ex-partner hebben besloten dat uw ex-partner geen partnerpensioen krijgt als u overlijdt en wij deze afspraak bevestigd hebben of wij u hebben laten weten dat wij hiermee instemmen?
Het partnerpensioen dat bestemd was voor uw ex-partner, is nu voor een eventuele nieuwe partner. Voorwaarde is dat het partnerpensioen nog niet is ingegaan en dat uw nieuwe partnerschap is begonnen voordat u uw AOW-leeftijd hebt bereikt. Als u met pensioen gaat kunt u ervoor kiezen om dit partnerpensioen te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Heeft u een nieuwe partner? Dan moet uw partner hiermee akkoord gaan.‘
In de zin ‘Als de hoogte van uw pensioen € 520,35 of meer bruto per jaar is, kunt u uw pensioen van ABP meenemen naar een ander pensioenfonds.’ wordt het bedrag ‘€ 520,35’ vervangen door ‘€ 594,89’.
In de zin ‘En is de hoogte van uw pensioen € 520,35 bruto per jaar of meer?’ wordt het bedrag ‘€ 520,35’ vervangen door ‘€ 594,89’.
In de zin ‘Let op! Is de hoogte van uw pensioen minder dan € 520,35, maar meer dan € 2,– bruto per jaar?’ wordt het bedrag € 520,35’ vervangen door ‘€ 594,89’.
Bij ‘Partnerpensioen’ wordt onder de kop ‘Wanneer krijgt uw ex-partner geen partnerpensioen?’ de zin ‘Uw ex-partner krijgt geen partnerpensioen als u met uw ex-partner schriftelijk hebt vastgelegd dat uw ex-partner geen partnerpensioen krijgt en wij dat bevestigd hebben.’ vervangen door de volgende tekst: ‘Uw ex-partner krijgt geen partnerpensioen als u met uw ex-partner schriftelijk hebt vastgelegd dat uw ex-partner geen partnerpensioen krijgt. Heeft u geen nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan ontvangen u en uw ex-partner een bevestiging van ons. Heeft u wel een nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan is deze afspraak geldig als wij u en uw ex-partner hebben laten weten dat wij hiermee instemmen.’
Bij ‘Partnerpensioen’ wordt onder de kop ‘Wanneer krijgt uw ex-partner geen partnerpensioen?’ in de zin ‘Zie ook hoofdstuk 3.9 U overlijdt, uw partner of ex-partner overlijdt of uw kind overlijdt wanneer uw partner geen partnerpensioen krijgt als u overlijdt.’ de zinsnede ‘wanneer uw partner’ vervangen door de volgende zinsnede: ‘wanneer uw ex-partner’.
Bij ‘U overlijdt’ wordt onder de kop ‘Hoeveel partnerpensioen krijgt uw partner of ex-partner?’ achter het eerste opsommingsteken aan de zin ‘U moet dit dan schriftelijk aan ons doorgeven.’ de volgende tekst toegevoegd: ‘Heeft u geen nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan ontvangen u en uw ex-partner een bevestiging van ons. Heeft u wel een nieuwe partner waaraan het partnerpensioen van uw ex-partner toekomt door uw besluit? Dan is deze afspraak geldig als wij u en uw ex-partner hebben laten weten dat wij hiermee instemmen.’
Bij ‘Uw partner overlijdt of uw ex-partner overlijdt voordat u overlijdt’ worden de kop ‘Wat gebeurt er met het partnerpensioen als uw ex-partner overlijdt?’ en de tekst onder deze kop vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Wat gebeurt er met het partnerpensioen als uw ex-partner eerder dan u overlijdt en u het pensioen niet heeft gesplitst? Of als u en uw ex-partner hebben besloten dat uw ex-partner geen partnerpensioen krijgt als u overlijdt en wij deze afspraak bevestigd hebben of wij u hebben laten weten dat wij hiermee instemmen?
Het partnerpensioen dat bestemd was voor uw ex-partner, is nu voor een eventuele nieuwe partner. Voorwaarde is dat het partnerpensioen nog niet is ingegaan en dat uw nieuwe partnerschap is begonnen voordat u uw AOW-leeftijd hebt bereikt. Als u met pensioen gaat kunt u ervoor kiezen om dit partnerpensioen te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Heeft u een nieuwe partner? Dan moet uw partner hiermee akkoord gaan.‘
De zin ‘In hoofdstuk 3.5 U gaat uit elkaar leest u hoeveel ouderdoms- en partnerpensioen uw ex-partner krijgt.’ wordt vervangen door de volgende zinnen: ‘In hoofdstuk 3.5 U gaat uit elkaar leest u hoeveel ouderdomspensioen uw ex-partner krijgt. In hoofdstuk 6.4 leest u hoeveel partnerpensioen uw ex-partner krijgt na uw overlijden.’
Bij ‘U overlijdt’ worden de kop ‘Wat gebeurt er als uw ex-partner overlijdt voordat u overlijdt?’ en de tekst onder deze kop vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Wat gebeurt er met het partnerpensioen als uw ex-partner eerder dan u overlijdt en u het pensioen niet heeft gesplitst? Of als u en uw ex-partner hebben besloten dat uw ex-partner geen partnerpensioen krijgt als u overlijdt en wij deze afspraak bevestigd hebben of wij u hebben laten weten dat wij hiermee instemmen?
Het partnerpensioen dat bestemd was voor uw ex-partner, is nu voor een eventuele nieuwe partner. Voorwaarde is dat het partnerpensioen nog niet is ingegaan en dat uw nieuwe partnerschap is begonnen voordat u uw AOW-leeftijd hebt bereikt.‘
Onder de kop ‘Pensioen dat u in een jaar opbouwt’ wordt het huidige rekenvoorbeeld vervangen door het volgende rekenvoorbeeld:
‘Rekenvoorbeeld opbouw ouderdomspensioen (bruto bedragen)
Leeftijd: 25 jaar
Dienstverband: fulltime
Pensioengevend inkomen: € 30.000
Franchise (op jaarbasis): € 13.050
Pensioengrondslag: € 30.000 – € 13.050 = € 16.950
Opbouwpercentage: 1,701%
Als alles hetzelfde blijft, wordt de pensioenberekening als volgt:
Pensioenopbouw per jaar: 1,701% van € 16.950 = € 288,32
Bij doorwerken tot 67 jaar: 42 jaar (van 25ste tot 67ste) x € 288,32 = € 12.109,44
Vanaf uw AOW-leeftijd komt daar de AOW-uitkering bij.’
De volgende tekst wordt geschrapt:
‘4. Het bedrag dat uw werkgever betaalt aan de levensloopregeling zoals werkgevers en werknemers
hebben afgesproken in het Hoofdlijnenakkoord van 5 juli 2005. Dit geldt alleen voor het bedrag tot
en met de 0,8%. Deze telt dus niet mee voor uw pensioen.’
In de zin ‘5. Vergoeding voor variabel overwerk.’ wordt ‘5’ vernummerd naar ‘4’.
Onder ‘Let op! wordt achter het eerste opsommingsteken de zin ‘Bij de punten 4 en 5 kan het zijn dat in uw arbeidsrelatie is vastgelegd dat deze onderdelen wel meetellen.’ vervangen door de volgende zin: ‘Bij punt 4 kan het zijn dat in uw arbeidsrelatie is vastgelegd dat dit onderdeel wel meetelt.’
Onder ‘Let op! wordt achter het tweede opsommingsteken de tekst:
‘Hieronder staan de delen van uw salaris die wel meetellen bij de opbouw van uw pensioen:
1. Uw winstuitkering of bonus. Het kan zijn dat in uw arbeidsrelatie is vastgelegd dat uitzonderlijk hoge bonussen niet of gedeeltelijk meetellen. Ook de bonus die uw werkgever in 2020 en/of 2021 aan u betaalt op grond van de Subsidieregeling bonus zorgprofessionals COVID-19 telt niet mee bij de opbouw van uw pensioen.
2. Het bedrag dat uw werkgever betaalt aan de levensloopregeling zoals werkgevers en werknemers hebben afgesproken in het Hoofdlijnenakkoord van 5 juli 2005. Alleen het bedrag boven de 0,8% telt mee voor uw pensioen. In uw arbeidsovereenkomst met uw werkgever kunnen over levensloop afwijkende afspraken zijn gemaakt. Dan gelden die.’
vervangen door de volgende tekst:
‘Uw winstuitkering of bonus telt wel mee bij de opbouw van uw pensioen. Het kan zijn dat in uw arbeidsrelatie is vastgelegd dat uitzonderlijk hoge bonussen niet of gedeeltelijk meetellen.’
In de tabel onder de kop ‘Hoogte franchise (het bedrag waarover u geen pensioen opbouwt omdat u AOW krijgt)’ wordt het bedrag ‘€ 44.177,59’ twee maal vervangen door ‘€ 48.610,34’, het bedrag ‘€ 11.850’ vervangen door ‘€ 13.050’ en het bedrag ‘€ 14.850’ door ‘€ 16.350’.
In de tabel wordt het bedrag ‘€ 44.177,59’ twee maal vervangen door ‘€ 48.610,34’.
De huidige rekenvoorbeelden worden vervangen door de volgende rekenvoorbeelden:
‘Rekenvoorbeeld
• Een volledige werkweek bij uw ABP-werkgever is 40 uur.
• Uw deeltijdpercentage is 60%, u werkt 24 uur.
• Uw pensioengevend inkomen is € 30.000.
• Uw pensioengevend inkomen bij een volledige werkweek is: € 30.000 / 60% = € 50.000.
• Uw franchise bij een volledige werkweek is € 16.350.
• Uw pensioengrondslag bij een volledige werkweek is: € 50.000 – € 16.350 = € 33.650.
• U bouwt pensioen op over € 33.650 x 60% = € 20.190.’
‘Rekenvoorbeeld
• Een volledige werkweek bij uw ABP-werkgever is 40 uur.
• Uw deeltijdpercentage is 60%, u werkt 24 uur.
• Uw pensioengevend inkomen is € 80.000.
• Uw franchise bij een volledige werkweek is € 16.350.
• Uw pensioengevend inkomen bij een volledige werkweek is: € 80.000 / 60% = € 133.333,33.
• Het fiscaal maximum is € 128.810.
• Uw pensioengrondslag is € 128.810 – € 16.350 = € 112.460.
• U bouwt pensioen op over € 112.460 x 60% = € 67.476.’
‘Rekenvoorbeeld
• Een volledige werkweek bij uw ABP-werkgever is 36 uur.
• U werkt 40 uur.
• Uw deeltijdpercentage is 40/36 x 100% = 111,11%.
• Uw pensioengevend inkomen bij 36-urige werkweek is: € 125.000.
• Uw franchise bij een volledige werkweek is € 16.350.
• Uw pensioengevend inkomen bij een 40-urige werkweek is € 138.888,89 (125.000 x 111,11%).
Het pensioengevend inkomen van € 125.000 is lager dan het bedrag dat in de wet staat. Maar het pensioengevend inkomen van € 138.888,89 is hoger dan het bedrag dat in de wet staat. Daarom verlagen we uw deeltijdpercentage als volgt:
Fiscaal maximum/uw pensioengevend inkomen bij een volledige werkweek
€ 128.810 / € 125.000 = 103,05%. Dit is uw nieuwe deeltijdpercentage.
U bouwt pensioen op over:
(Fulltime pensioengevend inkomen – franchise) x aangepaste deeltijdpercentage
(€ 125.000 – € 16.350) x 103,05% = € 111.963,83.’
Onder de kop ‘Is er een maximum pensioengevend inkomen voor de premieberekening en mijn pensioenopbouw?’ wordt de huidige tekst vervangen door de volgende tekst: ‘Voor het pensioengevend inkomen geldt per 1 januari 2023 als fiscaal maximum: € 128.810. Heeft u een pensioengevend inkomen boven € 128.810? Dan kunt u in onze regeling netto pensioen (zie hoofdstuk 14 Regelingen waar u voor kunt kiezen) boven het deel van € 128.810 vrijwillig pensioen opbouwen. Het fiscaal maximum wordt ieder jaar door de wetgever vastgesteld.’
In de zin ‘Let op! Werkt u in deeltijd? Dan geldt er een lager fiscaal maximum. Dit is dan het deeltijdpercentage maal € 114.866.’ wordt het bedrag ‘€ 114.866’ vervangen door ‘€ 128.810’.
In de tabel onder de kop ‘Waarover berekenen we de premie bij de pensioenen?’ wordt de rechter kolom (VPL) geschrapt.
In de tabel onder de kop ‘Waarover berekenen we de premie bij de pensioenen?’ wordt in de tweede rij (Franchise) het bedrag ‘€ 14.850’ vervangen door ‘€ 16.350’. Het bedrag ‘€ 22.350’ wordt vervangen door ‘€ 25.050’.
In de tabel onder de kop ‘Waarover berekenen we de premie bij de pensioenen?’ wordt in de derde rij (Maximum) het bedrag ‘€ 114.866’ vervangen door ‘€ 128.810’.
Achter het vierde opsommingsteken wordt in de zin ‘De verhoging geldt voor pensioen dat u heeft opgebouwd, voor voorwaardelijk pensioen en voor pensioen dat al is ingegaan.’ de zinsnede ‘, voor voorwaardelijk pensioen’ geschrapt.
De zin ‘In 2022 kan het bestuur uw pensioen ook verhogen op grond van de extra indexatiemogelijkheid die (lagere) wetgeving biedt.’ wordt vervangen door de volgende zin: ‘In 2022 kan het bestuur besluiten uw pensioen op 1 januari 2023 te verhogen op grond van de extra indexatiemogelijkheid die (lagere) wetgeving tot 1 januari 2023 biedt.’
De zin ‘Is uw bruto pensioen hoger dan € 2 maar lager dan € 520,35 per jaar (2022)?’ wordt vervangen door de volgende zin: ‘Is uw bruto pensioen hoger dan € 2 maar lager dan € 594,89 per jaar (2023)?’
In de zin ‘Als de hoogte van uw pensioen bij een andere pensioenuitvoerder lager is dan € 520,35 bruto per jaar, draagt die pensioenuitvoerder uw pensioen mogelijk automatisch naar ABP over.’ wordt het bedrag ‘€ 520,35’ vervangen door ‘€ 594,89’.
In de zin ‘Let op! Als de hoogte van uw pensioen minder is dan € 520,35 maar meer dan € 2,– bruto per jaar dan draagt ABP uw pensioen automatisch over naar de pensioenuitvoerder waar u pensioen opbouwt.’ wordt het bedrag ‘€ 520,35’ vervangen door ‘€ 594,89’.
Bij ‘U bent werknemer en u wilt geen pensioen opbouwen’ wordt onder de kop ‘Hoe werkt het als u geen pensioen opbouwt, maar spaart?’ achter het tweede opsommingsteken de zin ‘Deze rente ontvangt u voor het eerst in het jaar 2022 over het jaar 2021.’ geschrapt.
De zin ‘U kunt deelnemen als uw pensioengevend inkomen hoger is dan € 114.866 (2022) en:‘ wordt vervangen door de volgende zin: ‘U kunt deelnemen als uw pensioengevend inkomen hoger is dan € 128.810 (2023) en:’.
Onder de kop ‘Wanneer stopt mijn deelname?’ wordt achter het eerste opsommingsteken het bedrag ‘€ 114.866’ vervangen door ‘€ 128.810’.
In het overzicht onder de kop ‘Kosten’ wordt de zin ‘De beheerkosten zijn afhankelijk van uw leeftijd (zie tabel) en variëren tussen 0,08% en 0,12% van uw opgebouwde kapitaal.’ vervangen door de volgende zin: ‘De beheerkosten zijn afhankelijk van uw leeftijd (zie tabel) en variëren tussen 0,05% en 0,09% van uw opgebouwde kapitaal.’
In de zin ‘Let op! De voorbeelden gelden als u na 2021 in dienst bent gekomen.’ wordt ‘2021’ vervangen door ‘2022’.
De tabellen in paragraaf 1 worden vervangen door de volgende tabellen:
|
Leeftijd |
60 |
61 |
62 |
63 |
64 |
65 |
66 |
67 |
68 |
69 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Factor |
0,775 |
0,813 |
0,854 |
0,898 |
0,947 |
1,000 |
1,058 |
1,122 |
1,191 |
1,268 |
|
Leeftijd |
70 |
71 |
72 |
73 |
74 |
75 |
76 |
77 |
||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Factor |
1,353 |
1,447 |
1,551 |
1,668 |
1,799 |
1,947 |
2,116 |
2,308 |
Bij pensioneren op tussenliggende leeftijden bepalen wij uw factor naar verhouding.
|
Leeftijd |
60 |
61 |
62 |
63 |
64 |
65 |
66 |
67 |
68 |
69 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Factor |
0,692 |
0,726 |
0,762 |
0,802 |
0,844 |
0,892 |
0,943 |
1,000 |
1,063 |
1,132 |
|
Leeftijd |
70 |
71 |
72 |
73 |
74 |
75 |
76 |
77 |
||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Factor |
1,208 |
1,292 |
1,387 |
1,492 |
1,610 |
1,745 |
1,897 |
2,071 |
Bij pensioneren op tussenliggende leeftijden bepalen wij uw factor naar verhouding.
|
Leeftijd |
60 |
61 |
62 |
63 |
64 |
65 |
66 |
67 |
68 |
69 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Factor |
0,653 |
0,684 |
0,718 |
0,755 |
0,795 |
0,839 |
0,888 |
0,941 |
1,000 |
1,065 |
|
Leeftijd |
70 |
71 |
72 |
73 |
74 |
75 |
76 |
77 |
||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Factor |
1,137 |
1,217 |
1,306 |
1,406 |
1,518 |
1,645 |
1,790 |
1,955 |
Bij pensioneren op tussenliggende leeftijden bepalen wij uw factor naar verhouding.
In het ‘Voorbeeld van de toepassing van de tabel’ wordt onder ‘U wilt op uw 62e volledig met pensioen.’ de zin ‘Vanaf uw 62e wordt uw ouderdomspensioen 0,710 (2022) van € 1.000 = € 710 per maand.’ vervangen door de volgende zin: ‘Vanaf uw 62e wordt uw ouderdomspensioen 0,718 (2023) van € 1.000 = € 718 per maand.’
Onder ‘U wilt op uw 70e met pensioen’ wordt de zin ‘Uw ouderdomspensioen vanaf uw 70e wordt 1,142 (2022) van € 1.000 = € 1.142.’ vervangen door de volgende zin: ‘Uw ouderdomspensioen vanaf uw 70e wordt 1,137 (2023) van € 1.000 = € 1.137.’
De tekst ‘De vervroegingsfactor 68 – 60 = 0,643 (2022). U ontvangt € 600 x 0,643 = € 385,80.’ wordt vervangen door ‘De vervroegingsfactor 68 – 60 is 0,653 (2023). U ontvangt € 600 x 0,653 = € 391,80.’
De huidige tekst wordt vervangen door de volgende tekst:
‘Voorbeeld:
• U wilt op uw 67e met pensioen.
• Leeftijd van uw partner is niet van belang.
• U heeft op uw 67e € 1.000 ouderdomspensioen per maand opgebouwd als u op uw 68e met pensioen gaat.
• U heeft een partnerpensioen ongeacht het moment van overlijden van € 700 per maand.
• Het partnerpensioen dat u heeft opgebouwd kan u optellen bij uw ouderdomspensioen. We rekenen met een uitruilfactor van 0,213 (zie bijlage 3). Uitruilen van € 700 partnerpensioen levert een extra ouderdomspensioen op van € 700 x 0,213 (2023) = € 149,10 euro
• Uw ouderdomspensioen vanaf uw 68e wordt: € 1.000 + € 149,10 = € 1.149,10.
• Na vervroegen naar 67 jaar wordt uw ouderdomspensioen vanaf 67 jaar 0,941 (2023) x € 1.149,10 = € 1.081,30
• Als u overlijdt ontvangt uw partner geen partnerpensioen.’
De tabel in paragraaf 4 wordt vervangen door de volgende tabel:
|
Leeftijd vanaf |
|||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
59 |
60 |
61 |
62 |
63 |
64 |
65 |
66 |
67 |
68 |
||
|
Leeftijd tot |
60 |
0,048 |
|||||||||
|
61 |
0,100 |
0,049 |
|||||||||
|
62 |
0,155 |
0,103 |
0,051 |
||||||||
|
63 |
0,216 |
0,160 |
0,106 |
0,053 |
|||||||
|
64 |
0,281 |
0,223 |
0,166 |
0,110 |
0,054 |
||||||
|
65 |
0,351 |
0,290 |
0,230 |
0,171 |
0,113 |
0,056 |
|||||
|
66 |
0,428 |
0,364 |
0,301 |
0,239 |
0,177 |
0,117 |
0,058 |
||||
|
67 |
0,512 |
0,444 |
0,378 |
0,312 |
0,248 |
0,184 |
0,122 |
0,060 |
|||
|
68 |
0,604 |
0,532 |
0,462 |
0,393 |
0,325 |
0,257 |
0,191 |
0,126 |
0,063 |
||
|
69 |
0,704 |
0,629 |
0,555 |
0,481 |
0,409 |
0,338 |
0,268 |
0,199 |
0,132 |
0,065 |
|
|
70 |
0,815 |
0,735 |
0,657 |
0,579 |
0,502 |
0,427 |
0,353 |
0,280 |
0,208 |
0,137 |
|
|
71 |
0,938 |
0,853 |
0,770 |
0,687 |
0,606 |
0,526 |
0,447 |
0,369 |
0,292 |
0,217 |
|
|
72 |
1,075 |
0,984 |
0,895 |
0,807 |
0,721 |
0,635 |
0,551 |
0,468 |
0,387 |
0,306 |
|
|
73 |
1,227 |
1,130 |
1,035 |
0,942 |
0,849 |
0,758 |
0,668 |
0,579 |
0,492 |
0,406 |
|
|
74 |
1,397 |
1,294 |
1,193 |
1,092 |
0,993 |
0,896 |
0,799 |
0,704 |
0,610 |
0,518 |
|
|
75 |
1,589 |
1,479 |
1,370 |
1,262 |
1,156 |
1,051 |
0,947 |
0,845 |
0,745 |
0,645 |
|
|
76 |
1,807 |
1,689 |
1,571 |
1,455 |
1,341 |
1,228 |
1,116 |
1,006 |
0,897 |
0,790 |
|
|
77 |
2,055 |
1,927 |
1,801 |
1,676 |
1,552 |
1,429 |
1,308 |
1,189 |
1,071 |
0,955 |
|
|
78 |
2,340 |
2,201 |
2,064 |
1,929 |
1,794 |
1,661 |
1,530 |
1,400 |
1,272 |
1,146 |
|
|
Leeftijd vanaf |
||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
69 |
70 |
71 |
72 |
73 |
74 |
75 |
76 |
77 |
||
|
Leeftijd tot |
70 |
0,068 |
||||||||
|
71 |
0,143 |
0,071 |
||||||||
|
72 |
0,227 |
0,150 |
0,074 |
|||||||
|
73 |
0,322 |
0,239 |
0,157 |
0,078 |
||||||
|
74 |
0,428 |
0,339 |
0,251 |
0,166 |
0,082 |
|||||
|
75 |
0,548 |
0,452 |
0,357 |
0,265 |
0,175 |
0,086 |
||||
|
76 |
0,684 |
0,580 |
0,478 |
0,378 |
0,280 |
0,184 |
0,091 |
|||
|
77 |
0,841 |
0,728 |
0,617 |
0,508 |
0,402 |
0,297 |
0,195 |
0,096 |
||
|
78 |
1,021 |
0,898 |
0,777 |
0,658 |
0,542 |
0,428 |
0,316 |
0,208 |
0,102 |
|
Onder ‘Voorbeeld van de toepassing van de tabel:’ achter het derde opsommingsteken in de zin ‘U wilt in juli 2022 op uw 63e met pensioen en tot uw AOW-datum een hoger pensioen.’ wordt ‘2022’ vervangen door ‘2023’.
Achter het vijfde opsommingsteken wordt de zin ‘Dat is 0,748 (2022) van € 1.000 = € 748 per maand.’ vervangen door de volgende zin: ‘Dat is 0,755 (2023) van € 1.000 = € 755 per maand.’
De huidige tekst achter het zesde opsommingsteken wordt vervangen door de volgende tekst:
‘U wilt uw vervroegde pensioen met € 100 verhogen:
− de ruilfactor bij hoog-laag tussen uw 63e en 67e is 0,248 (2023). Voor elke euro die u tussen uw 63e en 67e meer wilt ontvangen, ontvangt u 24,8 eurocent minder vanaf uw 67e.
− de € 100 die u tussen uw 63e en 67e meer wilt ontvangen kost u € 100 x 0,248 = € 24,80. Dit gaat af van uw ouderdomspensioen vanaf uw AOW-leeftijd.
− Van uw 63e tot uw 67e wordt uw ouderdomspensioen dan € 755 + € 100 = € 855 per maand.
− Vanaf uw 67e wordt uw ouderdomspensioen dan levenslang € 755 – € 24,80 = € 730,20. Daarnaast ontvangt u dan uw AOW-uitkering.
Het voorbeeld kan ook andersom. Dan kiest u ervoor om na uw AOW een hoger pensioen te ontvangen.’
De eerste drie tabellen in paragraaf 5 worden vervangen door de volgende tabellen:
|
Leeftijd |
OP |
OOP |
|---|---|---|
|
65 |
18,352 |
8,665 |
|
66 |
17,738 |
8,540 |
|
67 |
17,119 |
8,409 |
|
68 |
16,497 |
8,270 |
|
69 |
15,872 |
8,123 |
|
70 |
15,244 |
7,968 |
|
71 |
14,615 |
7,804 |
|
72 |
13,986 |
7,631 |
|
73 |
13,357 |
7,449 |
|
74 |
12,728 |
7,256 |
|
75 |
12,102 |
7,054 |
|
Leeftijd |
Volledig kapitaalgedekt PP1 |
|---|---|
|
PP |
|
|
65 |
3,211 |
|
66 |
3,204 |
|
67 |
3,176 |
|
68 |
3,168 |
|
69 |
3,138 |
|
70 |
3,100 |
|
71 |
3,054 |
|
72 |
2,999 |
|
73 |
2,937 |
|
74 |
2,867 |
|
75 |
2,788 |
Opgebouwd vanaf 1-1-2018, uitruilbaar, TPP (tijdelijk partnerpensioen ter compensatie loonheffing) n.v.t., PP bevat wezenpensioen
|
Leeftijd |
Kapitaalgedekt PP65+1 |
Volledig kapitaalgedekt PP2 |
||
|---|---|---|---|---|
|
PP |
TPP |
PP |
TPP |
|
|
65 |
3,212 |
0,039 |
2,243 |
0,033 |
|
66 |
3,205 |
0,025 |
2,245 |
0,021 |
|
67 |
3,177 |
0,015 |
2,242 |
0,013 |
|
68 |
3,169 |
0,007 |
2,235 |
0,007 |
|
69 |
3,138 |
0,002 |
2,222 |
0,002 |
|
70 |
3,100 |
0,000 |
2,204 |
0,000 |
|
71 |
3,054 |
0,000 |
2,181 |
0,000 |
|
72 |
3,000 |
0,000 |
2,151 |
0,000 |
|
73 |
2,937 |
0,000 |
2,116 |
0,000 |
|
74 |
2,867 |
0,000 |
2,074 |
0,000 |
|
75 |
2,788 |
0,000 |
2,026 |
0,000 |
De huidige tekst onder ‘Voorbeeld van de toepassing van de tabel:’ wordt vervangen door de volgende tekst:
‘Voorbeeld van de toepassing van de tabel:
• Stel uw AOW-leeftijd is 67 jaar.
• U gaat met pensioen op uw AOW-leeftijd.
• U heeft bij ons een jaarlijks ouderdomspensioen vanaf uw 68e van € 300 per jaar. Als u overlijdt is het partnerpensioen 70% x 300 = € 210 per jaar.
• We toetsen uw ouderdomspensioen dat u zou krijgen vanaf de AOW-leeftijd. We moeten uw ouderdomspensioen dus vervroegen van 68 naar 67 jaar. Deze bedraagt dan € 300 x 0,941 (2023) = € 282,30.
• Zowel het ouderdomspensioen als het partnerpensioen zijn lager dan de afkoopgrens.
• In 2023 geldt op 67 jaar voor uw ouderdomspensioen een afkoopfactor van 17,119. De afkoopfactor van het partnerpensioen is dan 3,176.
• U ontvangt van ons (€ 282,30 x 17,119) + (€ 210 x 3,176) = € 4.832,69 + € 666,96 = € 5.499,65.
• Op dit bruto bedrag wordt o.a. loonheffing nog ingehouden, dus wat u op uw bankrekening ontvangt is lager.
• U ontvangt géén maandelijkse pensioenen meer van ons.’
De vierde tabel in paragraaf 5 wordt vervangen door de volgende tabel:
|
Leeftijd |
PP |
TPP |
|---|---|---|
|
16 |
38,514 |
32,807 |
|
17 |
38,248 |
32,451 |
|
18 |
37,976 |
32,088 |
|
19 |
37,700 |
31,718 |
|
20 |
37,417 |
31,342 |
|
21 |
37,129 |
30,958 |
|
22 |
36,834 |
30,566 |
|
23 |
36,533 |
30,167 |
|
24 |
36,225 |
29,760 |
|
25 |
35,910 |
29,333 |
|
26 |
35,588 |
28,860 |
|
27 |
35,259 |
28,390 |
|
28 |
34,922 |
27,948 |
|
29 |
34,578 |
27,470 |
|
30 |
34,227 |
26,957 |
|
31 |
33,868 |
26,460 |
|
32 |
33,501 |
25,980 |
|
33 |
33,126 |
25,448 |
|
34 |
32,743 |
24,892 |
|
35 |
32,352 |
24,366 |
|
36 |
31,953 |
23,845 |
|
37 |
31,545 |
23,254 |
|
38 |
31,129 |
22,651 |
|
39 |
30,704 |
22,098 |
|
40 |
30,271 |
21,517 |
|
41 |
29,829 |
20,875 |
|
42 |
29,379 |
20,238 |
|
43 |
28,920 |
19,605 |
|
44 |
28,453 |
18,925 |
|
45 |
27,977 |
18,267 |
|
46 |
27,493 |
17,578 |
|
47 |
27,001 |
16,857 |
|
48 |
26,502 |
16,180 |
|
49 |
25,996 |
15,510 |
|
50 |
25,482 |
14,748 |
|
51 |
24,960 |
13,973 |
|
52 |
24,434 |
13,244 |
|
53 |
23,904 |
12,438 |
|
54 |
23,371 |
11,641 |
|
55 |
22,835 |
10,851 |
|
56 |
22,296 |
10,002 |
|
57 |
21,754 |
9,183 |
|
58 |
21,211 |
8,396 |
|
59 |
20,665 |
7,519 |
|
60 |
20,116 |
6,599 |
|
61 |
19,564 |
5,735 |
|
62 |
19,009 |
4,768 |
|
63 |
18,450 |
3,779 |
|
64 |
17,888 |
2,872 |
|
65 |
17,321 |
1,928 |
|
66 |
16,751 |
0,836 |
|
67 |
16,176 |
0,115 |
|
68 |
15,596 |
0,000 |
|
69 |
15,014 |
0,000 |
|
70 |
14,428 |
0,000 |
|
71 |
13,839 |
0,000 |
|
72 |
13,249 |
0,000 |
|
73 |
12,659 |
0,000 |
|
74 |
12,070 |
0,000 |
|
75 |
11,483 |
0,000 |
|
76 |
10,902 |
0,000 |
|
77 |
10,329 |
0,000 |
|
78 |
9,765 |
0,000 |
|
79 |
9,212 |
0,000 |
|
80 |
8,673 |
0,000 |
|
81 |
8,151 |
0,000 |
|
82 |
7,647 |
0,000 |
|
83 |
7,161 |
0,000 |
|
84 |
6,695 |
0,000 |
|
85 |
6,250 |
0,000 |
|
86 |
5,825 |
0,000 |
|
87 |
5,421 |
0,000 |
|
88 |
5,037 |
0,000 |
|
89 |
4,671 |
0,000 |
|
90 |
4,320 |
0,000 |
|
91 |
3,981 |
0,000 |
|
92 |
3,658 |
0,000 |
|
93 |
3,360 |
0,000 |
|
94 |
3,088 |
0,000 |
|
95 |
2,839 |
0,000 |
|
96 |
2,614 |
0,000 |
|
97 |
2,412 |
0,000 |
|
98 |
2,232 |
0,000 |
|
99 |
2,073 |
0,000 |
|
100 |
1,936 |
0,000 |
|
101 |
1,821 |
0,000 |
|
102 |
1,724 |
0,000 |
|
103 |
1,638 |
0,000 |
|
104 |
1,562 |
0,000 |
|
105 |
1,496 |
0,000 |
|
106 |
1,438 |
0,000 |
|
107 |
1,387 |
0,000 |
|
108 |
1,342 |
0,000 |
|
109 |
1,304 |
0,000 |
|
110 |
1,270 |
0,000 |
|
111 |
1,241 |
0,000 |
|
112 |
1,215 |
0,000 |
|
113 |
1,192 |
0,000 |
|
114 |
1,172 |
0,000 |
|
115 |
1,153 |
0,000 |
|
116 |
1,133 |
0,000 |
|
117 |
1,106 |
0,000 |
|
118 |
1,057 |
0,000 |
|
119 |
0,951 |
0,000 |
|
120 |
0,876 |
0,000 |
De vijfde tabel in paragraaf 5 wordt vervangen door de volgende tabel:
|
Leeftijd |
Wezenpensioen |
|---|---|
|
0 |
19,719 |
|
1 |
19,103 |
|
2 |
18,475 |
|
3 |
17,835 |
|
4 |
17,181 |
|
5 |
16,515 |
|
6 |
15,835 |
|
7 |
15,142 |
|
8 |
14,435 |
|
9 |
13,713 |
|
10 |
12,978 |
|
11 |
12,227 |
|
12 |
11,462 |
|
13 |
10,681 |
|
14 |
9,885 |
|
15 |
9,072 |
|
16 |
8,244 |
|
17 |
7,399 |
|
18 |
6,537 |
|
19 |
5,657 |
|
20 |
4,761 |
|
21 |
3,846 |
|
22 |
2,913 |
|
23 |
1,961 |
|
24 |
0,990 |
|
25 |
0,000 |
In paragraaf 5 naast tabel ‘2. Afkoop klein wezenpensioen’ wordt de tekst onder de kop ‘Vaststelling contante waarde afkoop kleine pensioenen:’ vervangen door de volgende tekst:
‘De afkoopwaarde van kleine pensioenen berekenen we door de opgebouwde pensioenaanspraken te vermenigvuldigen met deze factoren. We kopen kleine pensioenen af bij pensioneren of overlijden. Voor tussenliggende leeftijden berekenen we de factoren naar verhouding. Is uw kind bijvoorbeeld precies 9,5 jaar? Dan berekenen we de factor als volgt: 13,713 + 12,978 = 26,691. Omdat uw kind precies 9,5 jaar is delen we de factor door 2. De afkoopfactor wordt dan 13,346.
Is uw kind bijvoorbeeld 9 jaar en drie maanden? Dan wordt de afkoopfactor in dit voorbeeld:
13,713 – 12,978 = 0,735.
3/12 van 0,735 = 0,184.
De afkoopfactor wordt dan 13,713 – 0,184 = 13,529.’
In paragraaf 5 onder tabel ‘2. Afkoop klein wezenpensioen’ wordt de tekst ‘Omdat het nabestaandenpensioen onder de afkoopgrens van € 520,35 (2022) ligt, kopen wij het als volgt af:
• Partnerpensioen: € 280 x 27,833 = € 7.793,24
• Wezenpensioen: 14% x € 400 x 11,323 = € 634,09’
vervangen door de volgende tekst:
‘Omdat het nabestaandenpensioen onder de afkoopgrens van € 594,89 (2023) ligt, kopen wij het als volgt af:
• Partnerpensioen: € 280 x 28,920 = € 8.097,60
• Wezenpensioen: 14% x € 400 x 11,462 = € 641,87’
Onder de kop ‘Ik ga uit dienst bij mijn werkgever’ wordt de zin ‘Dan berekenen we de factor als volgt: 11,551 + 11,773 = 23,324.’ vervangen door de volgende zin: ‘Dan berekenen we de factor als volgt: 11,945 + 12,154 = 24,099.’
Onder de kop ‘Ik ga uit dienst bij mijn werkgever’ wordt de zin ’De omzettingsfactor wordt dan 11,662.’ vervangen door de volgende zin: ‘De omzettingsfactor wordt dan 12,050.’
Onder de kop ‘Ik ga uit dienst bij mijn werkgever’ wordt de tekst ‘Als u uit dienst gaat wordt € 100.000 op dat moment omgezet in ouderdoms- en nabestaandenpensioen
− uw ouderdomspensioen wordt dan € 100.000/12,470 x (2022) = € 8.019,25 per jaar.
− het partnerpensioen wordt dan 70% van € 8.019,25 = € 5.613,47 per jaar.
− het wezenpensioen wordt dan 14% van € 8.019,25 = € 1.122,69 per jaar (per halve wees).’
vervangen door de volgende tekst:
‘Als u uit dienst gaat wordt € 100.000 op dat moment omgezet in ouderdoms- en nabestaandenpensioen
− uw ouderdomspensioen wordt dan € 100.000/12,788 x (2023) = € 7.819,83 per jaar.
− het partnerpensioen wordt dan 70% van € 7.819,83 = € 5.473,88 per jaar.
− het wezenpensioen wordt dan 14% van € 7.819,83 = € 1.094,78 per jaar (per halve wees).’
De tabellen in paragraaf 6 worden vervangen door de volgende tabellen:
|
Leeftijd |
Middelloonregeling burgers (AKP) |
|---|---|
|
15 |
7,570 |
|
16 |
7,707 |
|
17 |
7,844 |
|
18 |
7,979 |
|
19 |
8,123 |
|
20 |
8,270 |
|
21 |
8,419 |
|
22 |
8,570 |
|
23 |
8,722 |
|
24 |
8,876 |
|
25 |
9,035 |
|
26 |
9,201 |
|
27 |
9,364 |
|
28 |
9,527 |
|
29 |
9,699 |
|
30 |
9,871 |
|
31 |
10,046 |
|
32 |
10,225 |
|
33 |
10,407 |
|
34 |
10,590 |
|
35 |
10,777 |
|
36 |
10,962 |
|
37 |
11,153 |
|
38 |
11,349 |
|
39 |
11,547 |
|
40 |
11,744 |
|
41 |
11,945 |
|
42 |
12,154 |
|
43 |
12,364 |
|
44 |
12,574 |
|
45 |
12,788 |
|
46 |
13,007 |
|
47 |
13,229 |
|
48 |
13,454 |
|
49 |
13,680 |
|
50 |
13,914 |
|
51 |
14,151 |
|
52 |
14,390 |
|
53 |
14,635 |
|
54 |
14,883 |
|
55 |
15,137 |
|
56 |
15,396 |
|
57 |
15,660 |
|
58 |
15,926 |
|
59 |
16,200 |
|
60 |
16,482 |
|
61 |
16,768 |
|
62 |
17,063 |
|
63 |
17,369 |
|
64 |
17,689 |
|
65 |
18,022 |
|
66 |
18,368 |
|
67 |
18,952 |
|
68 |
19,608 |
|
69 |
19,087 |
|
70 |
18,551 |
|
71 |
17,998 |
|
72 |
17,428 |
|
73 |
16,842 |
|
74 |
16,241 |
|
75 |
15,625 |
|
Leeftijd |
Middelloonregeling burgers (AKP) |
|---|---|
|
n.v.t. |
21,102 |
Onder de kop ‘U bent in dienst en u spaart bij met het ABP ExtraPensioen en u overlijdt’ wordt de factor ‘21,642’ vervangen door de factor ’21,102’.
Onder ‘Voorbeeld:’ wordt de zin ‘Het partnerpensioen is: € 54.000/21,642 = € 2.495,15 per jaar, zolang uw partner leeft.’ vervangen door de volgende zin: ‘Het partnerpensioen is: € 54.000/21,102 = € 2.559,00 per jaar, zolang uw partner leeft.’
Onder ‘Voorbeeld:’ wordt de zin ‘Per halve wees bedraagt het wezenpensioen: 14/70 x € 2.495,15 = € 499,03.’ vervangen door de volgende zin: ‘Per halve wees bedraagt het wezenpensioen: 14/70 x € 2.559,00 = € 511,80.’
De ‘Bijlage Nettopensioen Lifecycleverloop en beheerkosten’ wordt vervangen door:
|
Horizon |
Aandelen Ontwikkelde Markten |
Aandelen Opkomende Markten |
Vastgoed |
Grondstoffen |
Bedrijfsobligaties |
Staatsobligaties |
Indexleningen |
Staatsobligaties Lange Looptijden |
Netto beheertarief1 (jaarbasis) |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
0 |
24,00% |
8,00% |
6,00% |
2,00% |
10,00% |
50,00% |
0,00% |
0,00% |
0,051% |
|
1 |
27,00% |
9,00% |
6,75% |
2,25% |
10,00% |
40,50% |
2,25% |
2,25% |
0,055% |
|
2 |
29,40% |
9,80% |
7,35% |
2,45% |
10,00% |
32,80% |
4,10% |
4,10% |
0,058% |
|
3 |
31,80% |
10,60% |
7,95% |
2,65% |
10,00% |
25,90% |
5,55% |
5,55% |
0,061% |
|
4 |
34,20% |
11,40% |
8,55% |
2,85% |
10,00% |
19,80% |
6,60% |
6,60% |
0,064% |
|
5 |
36,00% |
12,00% |
9,00% |
3,00% |
10,00% |
15,00% |
7,50% |
7,50% |
0,067% |
|
6 |
37,80% |
12,60% |
9,45% |
3,15% |
10,00% |
10,80% |
8,10% |
8,10% |
0,069% |
|
7 |
39,60% |
13,20% |
9,90% |
3,30% |
10,00% |
7,20% |
8,40% |
8,40% |
0,071% |
|
8 |
40,80% |
13,60% |
10,20% |
3,40% |
10,00% |
4,40% |
8,80% |
8,80% |
0,073% |
|
9 |
42,00% |
14,00% |
10,50% |
3,50% |
10,00% |
2,00% |
9,00% |
9,00% |
0,074% |
|
10 |
43,20% |
14,40% |
10,80% |
3,60% |
10,00% |
0,00% |
9,00% |
9,00% |
0,076% |
|
11 |
44,40% |
14,80% |
11,10% |
3,70% |
10,00% |
0,00% |
8,00% |
8,00% |
0,078% |
|
12 |
45,60% |
15,20% |
11,40% |
3,80% |
10,00% |
0,00% |
7,00% |
7,00% |
0,079% |
|
13 |
46,20% |
15,40% |
11,55% |
3,85% |
10,00% |
0,00% |
6,50% |
6,50% |
0,080% |
|
14 |
46,80% |
15,60% |
11,70% |
3,90% |
10,00% |
0,00% |
6,00% |
6,00% |
0,081% |
|
15 |
48,00% |
16,00% |
12,00% |
4,00% |
10,00% |
0,00% |
5,00% |
5,00% |
0,082% |
|
16 |
48,60% |
16,20% |
12,15% |
4,05% |
10,00% |
0,00% |
4,50% |
4,50% |
0,083% |
|
17 |
49,20% |
16,40% |
12,30% |
4,10% |
10,00% |
0,00% |
4,00% |
4,00% |
0,084% |
|
18 |
49,80% |
16,60% |
12,45% |
4,15% |
10,00% |
0,00% |
3,50% |
3,50% |
0,085% |
|
19 |
49,80% |
16,60% |
12,45% |
4,15% |
10,00% |
0,00% |
3,50% |
3,50% |
0,085% |
|
20 |
50,40% |
16,80% |
12,60% |
4,20% |
10,00% |
0,00% |
3,00% |
3,00% |
0,085% |
|
21 |
51,00% |
17,00% |
12,75% |
4,25% |
10,00% |
0,00% |
2,50% |
2,50% |
0,086% |
|
22 |
51,00% |
17,00% |
12,75% |
4,25% |
10,00% |
0,00% |
2,50% |
2,50% |
0,086% |
|
23 |
51,60% |
17,20% |
12,90% |
4,30% |
10,00% |
0,00% |
2,00% |
2,00% |
0,087% |
|
24 |
51,60% |
17,20% |
12,90% |
4,30% |
10,00% |
0,00% |
2,00% |
2,00% |
0,087% |
|
25 |
52,20% |
17,40% |
13,05% |
4,35% |
10,00% |
0,00% |
1,50% |
1,50% |
0,088% |
|
26 |
52,20% |
17,40% |
13,05% |
4,35% |
10,00% |
0,00% |
1,50% |
1,50% |
0,088% |
|
27 |
52,80% |
17,60% |
13,20% |
4,40% |
10,00% |
0,00% |
1,00% |
1,00% |
0,088% |
|
28 |
52,80% |
17,60% |
13,20% |
4,40% |
10,00% |
0,00% |
1,00% |
1,00% |
0,088% |
|
29 |
52,80% |
17,60% |
13,20% |
4,40% |
10,00% |
0,00% |
1,00% |
1,00% |
0,088% |
|
30 |
52,80% |
17,60% |
13,20% |
4,40% |
10,00% |
0,00% |
1,00% |
1,00% |
0,088% |
|
31 |
53,40% |
17,80% |
13,35% |
4,45% |
10,00% |
0,00% |
0,50% |
0,50% |
0,089% |
|
32 |
53,40% |
17,80% |
13,35% |
4,45% |
10,00% |
0,00% |
0,50% |
0,50% |
0,089% |
|
33 |
53,40% |
17,80% |
13,35% |
4,45% |
10,00% |
0,00% |
0,50% |
0,50% |
0,089% |
|
34 |
53,40% |
17,80% |
13,35% |
4,45% |
10,00% |
0,00% |
0,50% |
0,50% |
0,089% |
|
35 |
53,40% |
17,80% |
13,35% |
4,45% |
10,00% |
0,00% |
0,50% |
0,50% |
0,089% |
|
>35 |
54,00% |
18,00% |
13,50% |
4,50% |
10,00% |
0,00% |
0,00% |
0,00% |
0,090% |
ABP ontvangt een korting op de (bruto) beheertarieven per beleggingscategorie. De korting over een maand wordt na afloop van die maand vastgesteld. Op de beheerkosten voor de belegging van het netto pensioenkapitaal wordt dezelfde korting toegepast (netto beheertarief).
In bovenstaand schema zijn de verwachte kortingspercentages per beleggingscategorie voor 2023 verwerkt. Bij de daadwerkelijke aftrek van de netto beheertarieven op uw pensioenkapitaal in een maand houden we rekening met het kortingspercentage per beleggingscategorie over die maand.
De ‘Bijlage Nettopensioen factoren voor omzetting en ruilfactoren’ wordt vervangen door:
Bijlage Nettopensioen factoren voor omzetting en ruilfactoren
|
Leeftijd |
Factor |
Leeftijd |
Factor |
Leeftijd |
Factor |
Leeftijd |
Factor |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
21 |
12,479 |
36 |
14,352 |
51 |
16,249 |
66 |
19,969 |
|
22 |
12,606 |
37 |
14,471 |
52 |
16,399 |
67 |
20,361 |
|
23 |
12,727 |
38 |
14,597 |
53 |
16,548 |
68 |
20,762 |
|
24 |
12,849 |
39 |
14,730 |
54 |
16,710 |
69 |
21,183 |
|
25 |
12,974 |
40 |
14,856 |
55 |
16,888 |
70 |
21,619 |
|
26 |
13,099 |
41 |
14,975 |
56 |
17,079 |
71 |
22,072 |
|
27 |
13,218 |
42 |
15,100 |
57 |
17,285 |
72 |
22,550 |
|
28 |
13,343 |
43 |
15,227 |
58 |
17,509 |
||
|
29 |
13,470 |
44 |
15,345 |
59 |
17,748 |
||
|
30 |
13,589 |
45 |
15,469 |
60 |
18,004 |
||
|
31 |
13,715 |
46 |
15,592 |
61 |
18,280 |
||
|
32 |
13,848 |
47 |
15,715 |
62 |
18,572 |
||
|
33 |
13,972 |
48 |
15,846 |
63 |
18,884 |
||
|
34 |
14,094 |
49 |
15,981 |
64 |
19,222 |
||
|
35 |
14,224 |
50 |
16,112 |
65 |
19,583 |
|
Leeftijd |
Factor |
|---|---|
|
21 |
44,995 |
|
22 |
44,593 |
|
23 |
44,185 |
|
24 |
43,772 |
|
25 |
43,354 |
|
26 |
42,938 |
|
27 |
42,742 |
|
28 |
42,943 |
|
29 |
43,149 |
|
30 |
43,170 |
|
31 |
43,179 |
|
32 |
43,143 |
|
33 |
43,115 |
|
34 |
43,101 |
|
35 |
42,966 |
|
36 |
42,786 |
|
37 |
42,656 |
|
38 |
42,395 |
|
39 |
42,059 |
|
40 |
41,658 |
|
41 |
41,095 |
|
42 |
40,577 |
|
43 |
39,997 |
|
44 |
39,240 |
|
45 |
38,460 |
|
46 |
37,623 |
|
47 |
36,696 |
|
48 |
35,726 |
|
49 |
34,858 |
|
50 |
34,002 |
|
51 |
32,998 |
|
52 |
31,954 |
|
53 |
31,067 |
|
54 |
30,193 |
|
55 |
29,316 |
|
56 |
28,466 |
|
57 |
27,622 |
|
58 |
26,881 |
|
59 |
26,141 |
|
60 |
25,419 |
|
61 |
24,699 |
|
62 |
23,983 |
|
63 |
23,271 |
|
64 |
22,568 |
|
65 |
21,878 |
|
66 |
21,202 |
|
67 |
20,530 |
|
68 |
19,857 |
|
69 |
19,189 |
|
70 |
18,525 |
|
71 |
17,860 |
|
72 |
17,194 |
|
73 |
16,528 |
|
74 |
15,858 |
|
75 |
15,184 |
|
76 |
14,508 |
|
77 |
13,838 |
|
78 |
13,175 |
|
79 |
12,525 |
|
80 |
11,871 |
|
81 |
11,217 |
|
82 |
10,579 |
|
83 |
9,952 |
|
84 |
9,340 |
|
85 |
8,744 |
|
86 |
8,166 |
|
87 |
7,608 |
|
88 |
7,073 |
|
89 |
6,563 |
|
90 |
6,081 |
|
91 |
5,627 |
|
92 |
5,200 |
|
93 |
4,803 |
|
94 |
4,435 |
|
95 |
4,092 |
|
96 |
3,774 |
|
97 |
3,483 |
|
98 |
3,216 |
|
99 |
2,974 |
|
100 |
2,756 |
|
Uitruil |
Factor |
Toelichting |
|---|---|---|
|
Van PP2018 naar OP68 |
0,213 |
Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot een verhoging van het OP op 68 jaar met 0,213 euro |
|
Van OP68 naar PP2018 |
0,310 |
Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot een verlaging van het OP op 68 jaar met 0,310 euro |
De ‘Bijlage Nettopensioen risicopremie nabestaandenpensioen’ wordt vervangen door:
Bijlage Nettopensioen risicopremie nabestaandenpensioen
Risicopremie voor het risicogedekt nabestaandenpensioen
Voor het vaststellen van de risicopremie voor het risicogedekt nabestaandenpensioen wordt uitgegaan van de factor behorende bij de leeftijd van de deelnemer in de kolom sterftekans. Deze factor wordt vervolgens vermenigvuldigd met het risicokapitaal. Het risicokapitaal is het verschil tussen i) de factor behorende bij de leeftijd van de partner in de kolom aanwending, maal het fiscaal maximaal partnerpensioen en ii) het al gespaarde kapitaal.
|
Leeftijd |
Sterftekans |
Aanwending |
|---|---|---|
|
21 |
0,000081 |
44,995 |
|
22 |
0,000085 |
44,593 |
|
23 |
0,000089 |
44,185 |
|
24 |
0,000094 |
43,772 |
|
25 |
0,000097 |
43,354 |
|
26 |
0,000099 |
42,938 |
|
27 |
0,000102 |
42,742 |
|
28 |
0,000107 |
42,943 |
|
29 |
0,000113 |
43,149 |
|
30 |
0,000117 |
43,170 |
|
31 |
0,000125 |
43,179 |
|
32 |
0,000132 |
43,143 |
|
33 |
0,000140 |
43,115 |
|
34 |
0,000149 |
43,101 |
|
35 |
0,000159 |
42,966 |
|
36 |
0,000169 |
42,786 |
|
37 |
0,000181 |
42,656 |
|
38 |
0,000196 |
42,395 |
|
39 |
0,000213 |
42,059 |
|
40 |
0,000233 |
41,658 |
|
41 |
0,000263 |
41,095 |
|
42 |
0,000301 |
40,577 |
|
43 |
0,000344 |
39,997 |
|
44 |
0,000392 |
39,240 |
|
45 |
0,000441 |
38,460 |
|
46 |
0,000500 |
37,623 |
|
47 |
0,000569 |
36,696 |
|
48 |
0,000641 |
35,726 |
|
49 |
0,000717 |
34,858 |
|
50 |
0,000805 |
34,002 |
|
51 |
0,000907 |
32,998 |
|
52 |
0,001020 |
31,954 |
|
53 |
0,001143 |
31,067 |
|
54 |
0,001279 |
30,193 |
|
55 |
0,001434 |
29,316 |
|
56 |
0,001607 |
28,466 |
|
57 |
0,001800 |
27,622 |
|
58 |
0,002005 |
26,881 |
|
59 |
0,002234 |
26,141 |
|
60 |
0,002500 |
25,419 |
|
61 |
0,002792 |
24,699 |
|
62 |
0,003122 |
23,983 |
|
63 |
0,003501 |
23,271 |
|
64 |
0,003920 |
22,568 |
|
65 |
0,004395 |
21,878 |
|
66 |
0,004928 |
21,202 |
|
67 |
0,005530 |
20,530 |
|
68 |
0,006233 |
19,857 |
|
69 |
0,007031 |
19,189 |
|
70 |
0,007956 |
18,525 |
|
71 |
0,009056 |
17,860 |
|
72 |
0,010322 |
17,194 |
|
73 |
n.v.t. |
16,528 |
|
74 |
n.v.t. |
15,858 |
|
75 |
n.v.t. |
15,184 |
|
76 |
n.v.t. |
14,508 |
|
77 |
n.v.t. |
13,838 |
|
78 |
n.v.t. |
13,175 |
|
79 |
n.v.t. |
12,525 |
|
80 |
n.v.t. |
11,871 |
|
81 |
n.v.t. |
11,217 |
|
82 |
n.v.t. |
10,579 |
|
83 |
n.v.t. |
9,952 |
|
84 |
n.v.t. |
9,340 |
|
85 |
n.v.t. |
8,744 |
|
86 |
n.v.t. |
8,166 |
|
87 |
n.v.t. |
7,608 |
|
88 |
n.v.t. |
7,073 |
|
89 |
n.v.t. |
6,563 |
|
90 |
n.v.t. |
6,081 |
|
91 |
n.v.t. |
5,627 |
|
92 |
n.v.t. |
5,200 |
|
93 |
n.v.t. |
4,803 |
|
94 |
n.v.t. |
4,435 |
|
95 |
n.v.t. |
4,092 |
|
96 |
n.v.t. |
3,774 |
|
97 |
n.v.t. |
3,483 |
|
98 |
n.v.t. |
3,216 |
|
99 |
n.v.t. |
2,974 |
|
100 |
n.v.t. |
2,756 |
De ‘Bijlage nettopensioen risicopremie arbeidsongeschiktheid’ wordt vervangen door:
Bijlage nettopensioen risicopremie arbeidsongeschiktheid
De risicopremie voor premievrije voortzetting van de deelneming bij arbeidsongeschiktheid is gelijk aan het percentage behorende bij de leeftijd van de deelnemer maal i) de premie volgens de premiestaffel (bij opbouw- of totaalpakket) óf ii) de risicopremie voor nabestaandenpensioen (bij alleen risicopakket).
|
Leeftijdsklasse |
Opslag |
|---|---|
|
15 t/m 19 |
0,0% |
|
20 t/m 24 |
0,2% |
|
25 t/m 29 |
0,4% |
|
30 t/m 34 |
0,6% |
|
35 t/m 39 |
0,9% |
|
40 t/m 44 |
0,9% |
|
45 t/m 49 |
0,7% |
|
50 t/m 54 |
0,6% |
|
55 t/m 59 |
0,5% |
|
60 t/m 64 |
0,3% |
|
65 t/m 67 |
0,1% |
In de begripsbepaling ‘Consumentenprijsindex’ wordt achter ‘Prijsindex van alle huishoudens’ de volgende zinsnede toegevoegd: ‘categorie alle bestedingen’.
In de begripsbepaling ‘Dagloon’ wordt ‘(juli 2022: € 232,90)’ vervangen door: ‘(januari 2023: € 256,54)’.
De huidige tabel in bijlage 3 wordt vervangen door de volgende tabel:
|
Omschrijving |
Datum |
||
|---|---|---|---|
|
01-01-2023 |
|||
|
7.4 |
Maxima |
Aftoppingsgrens pensioengevend inkomen |
€ 128.810 |
|
7.1.2 |
Franchise |
Franchise premiegrondslag OP/NP |
€ 16.350 |
|
7.5 |
Premie |
Premie OP/NP |
27,9% |
|
7.5 |
Premie |
Franchise premiegrondslag AAOP |
€ 25.050 |
|
7.5 |
Premie |
Premie AAOP voor de sector: |
|
|
a. Rijk; |
0,6% |
||
|
b. Defensie; |
0,8% |
||
|
c. Politie; |
1,3% |
||
|
d. Rechterlijke Macht; |
0,6% |
||
|
e. Gemeenten; |
0,7% |
||
|
f. Provincies; |
0,5% |
||
|
g. Waterschappen; |
0,5% |
||
|
h. Primair Onderwijs; |
0,8% |
||
|
i. Voortgezet Onderwijs; |
0,9% |
||
|
j. Middelbaar Beroepsonderwijs; |
0,9% |
||
|
k. Hoger Beroepsonderwijs; |
0,5% |
||
|
l. Wetenschappelijk Onderwijs; |
0,5% |
||
|
m. Academische Ziekenhuizen; |
0,5% |
||
|
n. Onderzoekinstellingen; |
0,5% |
||
|
o. Energie- en Nutsbedrijven / Waterbedrijven; |
0,8% |
||
|
p. Overig. |
0,9% |
||
|
7.1.2 |
De franchise |
Franchise opbouw OP |
€ 16.350 (bij opbouwpercentage 1,875%; inkomen hoger dan € 48.610,34) |
|
€ 13.050 (bij opbouwpercentage 1,701%; inkomen tot en met € 48.610,34) |
|||
|
5.3 |
U wilt meer ouderdomspensioen |
Ruilvoet omzetten PP2018 naar OP op 68 jaar |
0,213 Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot verhoging van het OP op 68 jaar met 0,213 euro |
|
14.1 |
ABP ExtraPensioen |
Vast rendement Kosten |
0,2% per maand 0,04% per maand (afgerond) |
Pensioenopbouw van 1996 tot 1 januari 2004 en van 1 januari 2004 tot 1 januari 2018
De volgende tekst wordt geschrapt:
‘Had u voor 1 januari 2006 rechten op FPU opgebouwd?
Maar heeft u geen FPU opgenomen? Dan hebben wij uw opgebouwde FPU meegenomen in de berekening van uw ouderdomspensioen. Wij hebben uw FPU omgezet in ouderdomspensioen met een ruilfactor (zie de tabel in bijlage 5 bij dit pensioenreglement).’
Regeling voorwaardelijk pensioen
De tekst onder overgangsbepaling A3 wordt vervangen door de volgende tekst:
‘Had u op 30 december 2022 recht op voorwaardelijk pensioen?
Voldeed u aan overgangsbepaling A3 in bijlage 4 van het pensioenreglement zoals dat luidde op 30 december 2022? Dan is uw voorwaardelijk pensioen op 30 december 2022 onvoorwaardelijk geworden. Op die datum hebben wij het toegevoegd aan uw opgebouwde ouderdomspensioen. U kunt het daardoor niet meer verliezen bij een eventueel ontslag.
Ging u vóór 30 december 2022 volledig of gedeeltelijk met ouderdomspensioen? En had u op dat moment recht op voorwaardelijk pensioen?
Dan is het volledige pensioen of het gedeelte waarvoor u met pensioen ging, onvoorwaardelijk geworden op de dag voordat uw ouderdomspensioen inging. Het resterende deel van het voorwaardelijk pensioen is onvoorwaardelijk geworden bij uw ontslag maar uiterlijk op 30 december 2022. Toen het resterende deel van uw voorwaardelijk pensioen onvoorwaardelijk werd hebben wij het toegevoegd aan uw opgebouwd ouderdomspensioen.
Let op: met ingang van 1 januari 2023 is de regeling voor voorwaardelijk pensioen geëindigd.
Was u op 31 december 2022 geen werknemer meer bij een ABP-werkgever en wordt u op of na 1 januari 2023 weer werknemer bij een ABP-werkgever? Dan is altijd sprake van een onderbreking zoals bedoeld in overgangsbepaling A3 van het pensioenreglement zoals dat luidde op 30 december 2022 en komt u niet meer in aanmerking voor voorwaardelijk pensioen.
Overlijdt u op of na uw 65e?
En is uw voorwaardelijk pensioen onvoorwaardelijk geworden en toegevoegd aan uw ouderdomspensioen? Dan wordt uw partnerpensioen berekend op basis van het ouderdomspensioen inclusief het voorwaardelijk pensioen.‘
Sectorale regelingen Politie
De tekst onder overgangsbepaling A4 wordt vervangen door de volgende tekst:
‘Regeling verhoging ouderdomspensioen Akkoord arbeidsvoorwaarden sector Politie 2005–2007
Had u op 30 december 2022 recht op inkoop max politie?
Voldeed u aan de voorwaarden uit overgangsbepaling A4 in bijlage 4 van het pensioenreglement zoals dat luidde op 30 december 2022? Dan is uw inkoop max politie uiterlijk op 30 december 2022 onvoorwaardelijk geworden. Uiterlijk op die datum hebben wij uw inkoop max politie toegevoegd aan uw opgebouwde ouderdomspensioen. U kunt het daardoor niet meer verliezen bij een eventueel ontslag.
Let op: met ingang van 1 januari 2023 is de regeling voor inkoop max politie geëindigd.
Was u op 31 december 2022 geen werknemer meer in de sector politie en wordt u op of na 1 januari 2023 weer werknemer in de sector politie? Dan is altijd sprake van een onderbreking zoals bedoeld in overgangsbepaling A4 van het pensioenreglement zoals dat luidde op 30 december 2022 en komt u niet meer in aanmerking voor inkoop max politie.
Had u aanspraken op afup-pensioen?
Afup was een vroegpensioenregeling binnen de sector Politie. Uw tot 1 januari 2006 opgebouwde aanspraken op afup-pensioen werden vastgesteld op basis van de artikelen E.2. E.2.1, E.2.2 en E.2.3 van het afup-opbouwreglement, zoals deze luidden op 31 december 2005. Het afup-pensioen was een aanvulling op de FPU.
Uw aanspraken op afup-pensioen hebben wij omgezet in aanspraken op ouderdomspensioen. Hiervoor gebruikten we een ruilfactor. De ruilfactor was voor afup algemeen 0,312 en voor afup specifiek 0,398.
Heeft u deelgenomen aan PartnerPlusPensioen Politie tussen 1 januari 2006 en 1 januari 2016?
En overlijdt u na uw 65ste? Dan verhogen wij het partnerpensioen met uw opgebouwde aanspraken PartnerPlusPensioen Politie.‘
Bouwde u voor 2018 pensioen op bij ABP?
De kop ‘Heeft u uitzicht op voorwaardelijk pensioen?’ en de tekst onder deze kop worden vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Is het voorwaardelijk pensioen toegevoegd aan uw ouderdomspensioen?
Bij de berekening van de hoogte van het wezenpensioen houden wij geen rekening met het aan uw ouderdomspensioen toegevoegde voorwaardelijk pensioen (overgangsbepaling A3).‘
Partnerpensioen over pensioenopbouw vóór 1 januari 2018 bij overlijden op of na 65 jaar
Bij ‘2. Hoe hoog is het partnerpensioen voor uw partner?‘ worden de kop ‘Heeft u uitzicht op voorwaardelijk pensioen?’ en de tekst onder deze kop vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Is het voorwaardelijk pensioen toegevoegd aan uw ouderdomspensioen?
Bij de berekening van de hoogte van het partnerpensioen houden wij hier rekening mee (overgangsbepaling A3).‘
Partnerpensioen ex-partner over pensioenopbouw voor 1 januari 2018 bij overlijden op of na 65 jaar
Bij ‘2. Hoe hoog is het partnerpensioen voor uw ex-partner?‘ worden de kop ‘Heeft u uitzicht op voorwaardelijk pensioen?’ en de tekst onder deze kop vervangen door de volgende kop en tekst:
‘Is uw voorwaardelijk pensioen toegevoegd aan uw ouderdomspensioen?
Bij de berekening van de hoogte van het partnerpensioen voor uw ex-partner houden wij hier rekening mee als de partnerrelatie is geëindigd na het moment waarop het voorwaardelijk pensioen onvoorwaardelijk is geworden (overgangsbepaling A3).‘
Kreeg u in de periode van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2017 recht op arbeidsongeschiktheidspensioen?
Achter de zin ‘Dan gelden voor u de regels van hoofdstuk 11 van het pensioenreglement van 31 december 2017.’ wordt de volgende zin toegevoegd: ‘De vergoeding van artikel 7:673 van het Burgerlijk Wetboek (de transitievergoeding) is voor de toepassing van artikel 11.16 geen inkomen.’
Recht op invaliditeitspensioen vóór 2007
Onder de kop ‘Kreeg u vóór 1 januari 2007 invaliditeitspensioen naast uw WAO-uitkering?’ wordt na het eerste opsommingsteken een opsommingsteken toegevoegd met de volgende zin: ‘De vergoeding van artikel 7:673 van het Burgerlijk Wetboek (de transitievergoeding) is voor de toepassing van artikel 8.8 geen inkomen.’
Had u vóór 29 december 2005 recht op een WAO-uitkering? En had u op 31 december 2006 geen recht op invaliditeitspensioen?
Onder de kop ‘Let op: heeft u inkomsten uit of in verband met arbeid?’ wordt achter de zin ‘Dan wordt het meerdere afgetrokken van uw invaliditeitspensioen.’ de volgende zin toegevoegd: ‘De vergoeding van artikel 7:673 van het Burgerlijk Wetboek (de transitievergoeding) is geen inkomen.’
De tabellen met bedragen en percentages behorende bij de overgangsbepalingen worden vervangen door de volgende tabellen:
|
Hoofdstuk |
Omschrijving |
Datum |
|---|---|---|
|
01-01-2023 |
||
|
Franchise opbouw OP |
||
|
overgangsbepaling A2 bij paragraaf 7.1.3 |
a. deelnemer geboren na 31 december 1963 |
19.750 |
|
b. deelnemer geboren na 31 december 1953 |
21.900 |
|
|
c. deelnemer geboren vóór 1 januari 1954 |
23.450 |
|
|
hoofdstuk 5.3 |
Ruilvoet omzetten PP65+ naar OP op 65 jaar |
0,174 Uitruil van 1 euro PP65+ leidt tot een verhoging van het OP op 65 jaar met 0,174 euro |
|
Ruilvoet omzetten PP65+ naar OP op 67 jaar |
0,195 Uitruil van 1 euro PP65+ leidt tot een verhoging van het OP op 67 jaar met 0,195 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten PP65+ naar OP op 68 jaar |
0,207 Uitruil van 1 euro PP65+ leidt tot een verhoging van het OP op 68 jaar met 0,207 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten PP2018 naar OP op 65 jaar |
0,179 Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot verhoging van het OP op 65 jaar met 0,179 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten PP2018 naar OP op 67 jaar |
0,201 Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot verhoging van het OP op 67 jaar met 0,201 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten PP2018 naar OP op 68 jaar |
0,213 Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot verhoging van het OP op 68 jaar met 0,213 euro |
|
|
hoofdstuk 5.3 en overgangsbepaling H2 |
Ruilvoet omzetten OP op 65 jaar naar PP65+ |
0,256 Uitruil van 1 euro PP65+ leidt tot een verlaging van het OP op 65 jaar met 0,256 euro |
|
Ruilvoet omzetten OP op 65 jaar naar PP2018 |
0,260 Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot een verlaging van het OP op 65 jaar met 0,260 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten OP op 67 jaar naar PP65+ |
0,287 Uitruil van 1 euro PP65+ leidt tot een verlaging van het OP op 67 jaar met 0,287 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten OP op 67 jaar naar PP2018 |
0,292 Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot een verlaging van het OP op 67 jaar met 0,292 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten OP op 68 jaar naar PP65+ |
0,305 Uitruil van 1 euro PP65+ leidt tot een verlaging van het OP op 68 jaar met 0,305 euro |
|
|
Ruilvoet omzetten OP op 68 jaar naar PP2018 |
0,310 Uitruil van 1 euro PP2018 leidt tot een verlaging van het OP op 68 jaar met 0,310 euro |
|
|
Overgangsbepaling G2 bij hoofdstuk 7.2 |
Verhoging partnerpensioen bij lage grondslag |
|
|
Overgangsbepaling H3 en overgangsbepaling H4 bij hoofdstuk 7.2 en hoofdstuk 14.3 |
2015: a. grensbedrag I b. grensbedrag II 2016: a. grensbedrag I b. grensbedrag II 2017: a. grensbedrag I b. grensbedrag II |
€ 29.418,72 € 31.560,33 € 29.892,36 € 32.068,45 € 29.949,16 € 32.129,38 |
|
Maximum compensatie premiebetaling AOW/Anw over nabestaandenpensioen |
||
|
Overgangsbepaling G3 bij hoofdstuk 3.9, 4.6, 6.4 en 7.2 |
€ 8.008,01 |
|
|
Overgangsbepaling F2 bij hoofdstuk 7.2 |
€ 8.008,01 |
|
|
Overgangsbepaling H3 bij hoofdstuk 7.2 In combinatie met hoofdstuk 14.3 |
Ruilvoet omzetten PPP65+ naar OP op 65 jaar |
0,174 Uitruil van 1 euro PPP65+ leidt tot een verhoging van het OP op 65 jaar met 0,174 euro |
|
Overgangsbepaling A4 bij hoofdstuk 7.1 en paragraaf 7.1.3 (Politie) |
Ruilvoet omzetten PPP65+ naar OP op 67 jaar |
0,195 Uitruil van 1 euro PPP65+ leidt tot een verhoging van het OP op 67 jaar met 0,195 euro |
|
Ruilvoet omzetten PPP65+ naar OP op 68 jaar |
0,207 Uitruil van 1 euro PPP65+ leidt tot een verhoging van het OP op 68 jaar met 0,207 euro |
Uitruilfactoren van OP naar kapitaalgedekt PP65- (overgangsbepaling G1 en H2)
Werking tabel: aanspraken OP worden verminderd met in te kopen aanspraken PP65- maal factor genoemd in tabel.
|
Leeftijd |
van OP65 |
van OP67 |
van OP68 |
|---|---|---|---|
|
naar PP65- |
naar PP65- |
naar PP65- |
|
|
15 |
0,0465 |
0,0513 |
0,0539 |
|
16 |
0,0470 |
0,0518 |
0,0545 |
|
17 |
0,0475 |
0,0523 |
0,0551 |
|
18 |
0,0479 |
0,0528 |
0,0556 |
|
19 |
0,0483 |
0,0533 |
0,0561 |
|
20 |
0,0486 |
0,0536 |
0,0564 |
|
21 |
0,0489 |
0,0539 |
0,0568 |
|
22 |
0,0492 |
0,0543 |
0,0571 |
|
23 |
0,0494 |
0,0546 |
0,0574 |
|
24 |
0,0497 |
0,0549 |
0,0578 |
|
25 |
0,0499 |
0,0551 |
0,0581 |
|
26 |
0,0501 |
0,0554 |
0,0583 |
|
27 |
0,0504 |
0,0557 |
0,0586 |
|
28 |
0,0506 |
0,0559 |
0,0589 |
|
29 |
0,0508 |
0,0562 |
0,0592 |
|
30 |
0,0510 |
0,0564 |
0,0594 |
|
31 |
0,0512 |
0,0566 |
0,0597 |
|
32 |
0,0514 |
0,0568 |
0,0599 |
|
33 |
0,0515 |
0,0570 |
0,0601 |
|
34 |
0,0516 |
0,0572 |
0,0603 |
|
35 |
0,0517 |
0,0573 |
0,0604 |
|
36 |
0,0518 |
0,0574 |
0,0605 |
|
37 |
0,0519 |
0,0574 |
0,0606 |
|
38 |
0,0518 |
0,0574 |
0,0606 |
|
39 |
0,0518 |
0,0574 |
0,0606 |
|
40 |
0,0517 |
0,0573 |
0,0605 |
|
41 |
0,0515 |
0,0571 |
0,0603 |
|
42 |
0,0513 |
0,0569 |
0,0600 |
|
43 |
0,0509 |
0,0565 |
0,0597 |
|
44 |
0,0505 |
0,0560 |
0,0592 |
|
45 |
0,0499 |
0,0555 |
0,0586 |
|
46 |
0,0493 |
0,0548 |
0,0579 |
|
47 |
0,0485 |
0,0539 |
0,0570 |
|
48 |
0,0476 |
0,0530 |
0,0560 |
|
49 |
0,0466 |
0,0518 |
0,0548 |
|
50 |
0,0455 |
0,0506 |
0,0535 |
|
51 |
0,0441 |
0,0491 |
0,0520 |
|
52 |
0,0427 |
0,0475 |
0,0503 |
|
53 |
0,0410 |
0,0457 |
0,0484 |
|
54 |
0,0392 |
0,0437 |
0,0462 |
|
55 |
0,0372 |
0,0414 |
0,0439 |
|
56 |
0,0349 |
0,0389 |
0,0412 |
|
57 |
0,0324 |
0,0361 |
0,0383 |
|
58 |
0,0296 |
0,0330 |
0,0350 |
|
59 |
0,0265 |
0,0296 |
0,0314 |
|
60 |
0,0231 |
0,0258 |
0,0274 |
|
61 |
0,0193 |
0,0216 |
0,0229 |
|
62 |
0,0152 |
0,0170 |
0,0180 |
|
63 |
0,0106 |
0,0119 |
0,0126 |
|
64 |
0,0055 |
0,0062 |
0,0066 |
Omdat de asset allocatie afhankelijk is van de horizon (zie bovenstaand schema) verschillen de kosten van vermogensbeheer per leeftijdscategorie. Het tarief wordt uitgedrukt in basispunten en wordt berekend over het verworven pensioenkapitaal.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2022-35136.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.