Regeling van de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen van 9 december 2022, nr. 2022-0000258373, tot wijziging van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ in verband met het vrijlaten voor de bijstand van de kindregeling en de tegemoetkoming in het kader van de huur- of zorgtoeslag, dan wel kindgebonden budget op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen, alsmede enige technische wijzigingen van bestaande vrijlatingen van herstelbetalingen in verband met de inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen

De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen,

Gelet op artikel 31, tweede lid, onderdeel l, van de Participatiewet;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 7, onderdeel p, van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ komt te luiden:

  • p. betalingen door de Belastingdienst/Toeslagen inzake:

    • 1°. de compensatie of aanvullende compensatie, bedoeld in artikel 2.1 van de Wet hersteloperatie toeslagen;

    • 2°. de O/GS-tegemoetkoming en aanvullende O/GS-tegemoetkoming, bedoeld in artikel 2.6 van de Wet hersteloperatie toeslagen;

    • 3°. het forfaitair bedrag, bedoeld in artikel 2.7 van de Wet hersteloperatie toeslagen;

    • 4°. de incidentele noodvoorziening, bedoeld in artikel 2.8 van de Wet hersteloperatie toeslagen;

    • 5°. de bijzondere tegemoetkoming kinderopvangtoeslag, bedoeld in artikel 2.9 van de Wet hersteloperatie toeslagen;

    • 6°. de eenmalige tegemoetkoming, bedoeld in artikel 49g van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, zoals dat luidde op 25 januari 2021;

    • 7°. de tegemoetkoming voor kind, bedoeld in artikel 2.10 van de Wet hersteloperatie toeslagen, of de tegemoetkoming voor pleegkind of voormalig pleegkind, bedoeld in artikel 2.11 van de Wet hersteloperatie toeslagen;

    • 8°. de tegemoetkoming, bedoeld in Afdeling 2.5 van de Wet hersteloperatie toeslagen.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 5 november 2022.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, C.J. Schouten

TOELICHTING

DEEL I. ALGEMENE TOELICHTING

Op grond van artikel 31, tweede lid, onderdeel l, van de Participatiewet bestaat de mogelijkheid om bij ministeriële regeling materiële of immateriële schadevergoedingen aan te wijzen die niet tot de middelen worden gerekend waarover een belanghebbende redelijkerwijs beschikt of kan beschikken. Van deze mogelijkheid is gebruik gemaakt voor de betalingen in het kader van de hersteloperatie toeslagen.1

Met de inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen zijn er grondslagen voor twee aanvullende regelingen van kracht geworden, namelijk de tegemoetkoming voor kinderen van gedupeerden (kindregeling) en de tegemoetkoming voor gedupeerde aanvragers van de huurtoeslag, zorgtoeslag of kindgebonden budget (HZK-regeling). Door deze wijziging van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ (Regeling) worden ook deze betalingen vrijgelaten.

Daarnaast worden er een aantal technische wijzigingen aangebracht in de bestaande vrijlatingen in verband met de inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen. Deze wijzigingen behelzen geenszins een inhoudelijke wijziging van de vrijlatingen voor de bijstand en het uitgangspunt daarvan: alle betalingen die bij wijze van compensatie of tegemoetkoming in het kader van de hersteloperatie worden gedaan, worden vrijgelaten.

DEEL II. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel I (artikel 7, onderdeel p, Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ)

In dit onderdeel zijn alle vrij te laten herstelbetalingen door de Belastingdienst/toeslagen (UHT) opgenomen. In de subonderdelen worden de afzonderlijke betalingsgrondslagen benoemd. Dit onderdeel wordt opnieuw vastgesteld. De nieuwe subonderdelen 1 tot en met 6 regelen de vrijlatingen voor bestaande compensatieregelingen waarvan de grondslag verandert in verband met de inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen. Subonderdeel 7 regelt de vrijlating voor de kindregeling en subonderdeel 8 de vrijlating van de HZK-regeling.

Subonderdelen 1 tot en met 6

Zoals aangegeven worden in deze subonderdelen de grondslagen voor bestaande herstelregelingen gewijzigd. Deze wijziging heeft twee redenen. Ten eerste worden herstelregelingen die eerder waren vastgelegd in zogenaamde ‘goedkeurende beleidsbesluiten’2 met terugwerkende kracht in de Wet hersteloperatie gecodificeerd. Ten tweede worden grondslagen voor betalingen in het kader van de hersteloperatie, met terugwerkende kracht, overgeheveld van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) naar de Wet hersteloperatie toeslagen. In verband met de codificatie van de goedkeurende beleidsbesluiten en de overheveling van de grondslag voor herstelbetalingen van de Awir naar de Wet hersteloperatie toeslagen zijn deze beleidsbesluiten en bepalingen in de Awir komen te vervallen.3 Artikel 8.6 van de Wet hersteloperatie toeslagen voorziet in overgangsrecht. Op grond van artikel 8.6 vinden beschikkingen op grond van de goedkeurende beleidsbesluiten en genoemde de relevante artikelen in de Awir vanaf het moment van het vervallen daarvan hun grondslag in de relevante bepalingen in de Wet hersteloperatie toeslagen. De eenmalige tegemoetkoming op artikel 49g van de Awir keert niet terug, waardoor er volstaan kan worden met een verwijzing naar het oude artikel 49g in subonderdeel 6.

Met de inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen kunnen de verwijzingen in artikel 7, onderdeel p, van de Regeling naar de beleidsbesluiten en artikelen in de Awir komen te vervallen. In onderstaande tabel worden de vrijlatingen in de nieuwe subonderdelen 1 tot en met 5 weergegeven, met daarbij de vervallen regelingen die in de nieuwe bepalingen van de Wet hersteloperatie toeslagen zijn opgegaan.

Sub-onderdeel

Wet hersteloperatie toeslagen

Oude regelingen

1.

Compensatie en aanvullende compensatie (artikel 2.1)

• Besluit Compensatieregeling CAF 11

• Besluit Compensatieregeling CAF 11 en vergelijkbare (CAF-)zaken

• Compensatie op grond van artikel 49b Awir

• Hardheidstegemoetkoming op grond van artikel 49 Awir

2.

O/GS-tegemoetkoming en aanvullende O/GS-tegemoetkoming (artikel 2.6)

• Besluit aanvullende tegemoetkoming werkelijke schade bij O/GS

• O/GS-tegemoetkoming op grond van artikel 49 Awir

3.

De forfaitaire tegemoetkoming (artikel 2.7)

• Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag

4.

De incidentele noodvoorziening (artikel 2.8)

• Besluit noodvoorziening kinderopvangtoeslag

• Besluit noodvoorziening toeslagen

• Incidentele noodvoorziening Kinderopvangtoeslag op grond van artikel 49da Awir

• Incidentele noodvoorziening huurtoeslag, zorgtoeslag of kindgebonden budget op grond van artikel 49k Awir

5.

De bijzondere tegemoetkoming kinderopvangtoeslag (artikel 2.9)

• Bijzondere tegemoetkoming op grond van artikel 49a Awir

Subonderdelen 7 en 8

Subonderdeel 7 regelt de vrijlating van de kindregeling en subonderdeel 8 regelt de vrijlating van de HZK-regeling.

Artikel II (inwerkingtreding)

Onderhavige wijziging werkt terug tot het moment van inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen, namelijk 5 november 2022. De uitvoering van de kindregeling is reeds aangevangen. Gemeenten zijn via het Gemeentenieuw SZW 2022-6 opgeroepen te anticiperen op deze vrijlating. Met de directe inwerkingtreding en terugwerkende kracht van deze wijziging van de Regeling wordt afgeweken van de vaste verandermomenten en minimuminvoeringstermijn, zoals neergelegd in Aanwijzing 4.17 van de Aanwijzingen voor de regelgeving. Deze afwijking wordt gerechtvaardigd geacht aangezien het vasthouden aan de vaste verandermomenten en minimuminvoeringstermijn tot aanmerkelijke verschillen in de vaststelling van het recht op algemene bijstand op zou kunnen leveren tussen betrokkenen enkel als gevolg van het moment van uitbetaling.

De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, C.J. Schouten


X Noot
1

Zie artikel 7, onderdeel p, van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ.

X Noot
2

Dit betreft besluiten die door de Staatssecretaris van Financiën zijn genomen waarin goedgekeurd wordt dat de Belastingdienst/toeslagen vooruitlopend op wetgeving betalingen verricht aan gedupeerden.

X Noot
3

Zo volgt uit artikel 8.2 van de Wet hersteloperatie toeslagen.

Naar boven