Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 12 december 2022, nr. IENW/BSK-2022/290831, tot wijziging van de Tijdelijke subsidieregeling walstroom zeeschepen 2022–2023 in verband met het opnemen van een ondergrens voor stikstofreductie

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 13 van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Aan artikel 4 van de Tijdelijke subsidieregeling walstroom zeeschepen 2022–2023 wordt, onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het eind van onderdeel f, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • g. voor een project in de derde en vierde tenderronde niet minimaal een stikstofdepositiereductie van 0,03 mol/hectare/jaar/miljoen euro subsidie per project wordt behaald.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2023. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2022, treedt deze regeling in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

TOELICHTING

Algemeen

Deze regeling wijzigt de Tijdelijke subsidieregeling walstroom zeeschepen 2022–2023.

Er wordt een ondergrens voor stikstofreductie opgenomen. Dat wil zeggen dat voor de in 2023 geplande derde en vierde tenderronde per project een ondergrens aan te realiseren stikstofdepositiereductie per euro subsidie geldt. Hiermee wordt een minimale bijdrage aan de stikstofopgave geborgd.

Uitgangspunt bij het vaststellen van deze ondergrens is dat projecten per euro subsidie minimaal evenveel reductie dienen te behalen als de gesubsidieerde projecten uit de eerste tender.

In verband met de totstandkoming van deze wijzigingsregeling is afgezien van internetconsultatie omdat deze regeling geen noemenswaardige gevolgen voor de regeldruk voor burgers, bedrijven en instellingen heeft en omdat deze consultatie niet in betekenende mate kan leiden tot aanpassing van het voorstel.

Omdat deze regeling geen gevolgen heeft voor de regeldruk is zij ook niet ter toetsing voorgelegd aan het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR).

Artikelsgewijs

Artikel I

In artikel 4, onderdeel g, van de van de Tijdelijke subsidieregeling walstroom zeeschepen 2022–2023 is een ondergrens voor stikstofdepositiereductie in de derde en vierde tenderronde opgenomen in de vorm van een specifieke afwijzingsgrond. De ondergrens is vastgesteld op 0,03 mol/hectare/jaar/miljoen euro subsidie, wat overeenkomt met de berekende relatieve stikstofdepositiereductie van het op dit aspect minst goed scorende project uit de eerste tender.

Artikel II

Deze wijzigingsregeling treedt met ingang van 1 januari 2023 in werking. Hiermee wordt aangesloten bij de vaste verandermomenten, maar wordt afgeweken van de minimale invoeringstermijn van twee maanden.

Subsidieaanvragers kunnen vanaf 16 januari 2023 subsidie aanvragen in het kader van de derde tender (artikel 7, tweede lid, aanhef en onder c, van de Tijdelijke subsidieregeling walstroom zeeschepen 2022–2023). Zij worden niet benadeeld door de afwijking van de minimale invoeringstermijn.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

Naar boven