Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 november 2022, nr. 2022-0000218688, tot wijziging van de Regeling Wet kinderopvang in verband met het actualiseren van opleidingskwalificaties voor gastouders

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 13, tweede lid, onderdelen b en c, van het Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling Wet kinderopvang wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 6 wordt ‘bewerker’ vervangen door ‘verwerker’.

B

Artikel 10a, eerste lid, onderdeel b, wordt als volgt gewijzigd:

1. De volgende beroepsopleidingen worden in alfabetische volgorde ingevoegd:

Coördinator buurt, onderwijs en sport;

Gespecialiseerd pedagogisch medewerker;

Kleuterzorg (Federatie van medische kleuterdagverblijven in Nederland);

Kleuterzorg, medisch kleuterdagverblijf Arnhem;

Medewerker kinderopvang, onderwijs en bewegen;

Pedagogisch medewerker Kinderopvang;

Pedagogisch medewerker 4 kinderopvang;

Sport- en bewegingscoördinator;

Sociaal Pedagogisch Medewerker (SPW; lang of onder WEB);.

2. Na ‘Akte hoofdleidster kleuteronderwijs’, ‘Akte Kleuterleidster A’, ‘Akte Kleuterleidster B’, ‘Akte van bekwaamheid als hoofdleidster bij het kleuteronderwijs’, ‘Akte van bekwaamheid als leidster aan kleuterscholen’ en ‘Akte van bekwaamheid als leidster bij het kleuteronderwijs’ wordt telkens toegevoegd ‘als bedoeld in bijlage I bij de Regeling bewijzen van bekwaamheid O.W.V.O. zoals deze luidde op 31 juli 2006.’

C

Artikel 10b, eerste lid, onderdeel b, wordt als volgt gewijzigd:

1. De volgende opleidingen worden in alfabetische volgorde ingevoegd:

Associate Degree Childcare;

Associate Degree Jeugdwerker;

Associate Degree Pedagogical Educational Assistant;

Associate Degree Pedagogisch Professional Kind en Educatie;

Associate Degree Sociaal Werk, met keuzemodule Opvoeden in brede context;

Hoger Beroepsonderwijs Bekwaamheidsonderzoek interim-wet zij-instroom primair onderwijs;

Leraar lichamelijke opvoeding (b1);

Pedagogisch Management Kind en Educatie;

Psychologie, met specialisatie gericht op kinderen, jeugd en/of onderwijs;

Sport- en bewegingseducatie (b1);

Social Educational Care;

Social Work, programma Social Educational Care;

Social Work/Sociaal Werk, afstudeerrichting/profiel Sociaal Pedagoog;

Social Work/Sociaal Werk, profiel Jeugd of Jeugdzorgwerker;

Toegepaste Psychologie, met specialisatie gericht op kinderen, jeugd en/of onderwijs;

Vaktherapie (hbo);

Zij-instroom in het Beroep Leraar Primair Onderwijs;.

2. Na ‘Akte Muziekonderwijs A Algemene Muzikale Vorming’, ‘Akte Lager onderwijs zonder hoofdakte (oude kweekschoolopleiding)’, ‘Akte van bekwaamheid als hoofdonderwijzer(es)’, ‘Akte van bekwaamheid als leidster of hoofdleidster bij het kleuteronderwijs’, ‘Akte van bekwaamheid als onderwijzer(es)’, ‘Akte van bekwaamheid als volledig bevoegd onderwijzer(es)’, ‘Akte van bekwaamheid NXX (volgens de Wet op het voortgezet onderwijs)’, ‘Akte van bekwaamheid N XI’, ‘Akte van bekwaamheid tot het geven van middelbaar onderwijs in de lichamelijke oefening’, ‘Akte van Bekwaamheid van de tweede graad tot het geven van voortgezet onderwijs in Textiele Werkvormen alsmede in (een ander vak)’, ‘Akte van Bekwaamheid voor het geven van Lager Onderwijs in het vak Lichamelijke Oefening’ en ‘Akte van Bekwaamheid voor het geven van Lager Onderwijs in het vak Nuttige Handwerken voor Meisjes’ wordt telkens toegevoegd ‘als bedoeld in bijlage I bij de Regeling bewijzen van bekwaamheid O.W.V.O. zoals deze luidde op 31 juli 2006.’

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 22 november 2022

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip

TOELICHTING

I Algemeen deel

1. Inhoud regeling

De artikelen 10a en 10b van de Regeling Wet kinderopvang worden met deze regeling gewijzigd, welke betrekking hebben op de opleidingskwalificaties van gastouders. De reden van wijziging zal in deze toelichting nader uiteengezet worden. Daarnaast houdt de regeling nog een technische wijziging in aan artikel 6, welke uitsluitend besproken wordt in de artikelsgewijze toelichting.

Om als gastouder werkzaam te mogen zijn is een zodanige deskundigheid vereist dat verantwoorde gastouderopvang kan worden geboden. In artikel 13, eerste lid, onderdeel a, van het Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang is voorgeschreven dat deze deskundigheid onder andere het bieden van voldoende zorg omvat aan kinderen die de gastouderopvang ontvangt. Het voldoen aan die eis kan worden aangetoond met diploma’s en getuigschriften van aangewezen opleidingen. Die aanwijzing vindt plaats in of op grond van de Regeling Wet kinderopvang. De Regeling wordt gewijzigd omdat de lijst met (beroeps)opleidingen gedateerd is. Na overleg met Brancheorganisatie Kinderopvang, Brancheorganisatie Maatschappelijke Kinderopvang en Stichting Nysa zijn nieuwe (beroeps)opleidingen toegevoegd.

De nieuw opgenomen (beroeps)opleidingen zijn gericht op het opleiden voor de kinderopvang, het werken met een groep kinderen of het betreft een agogische opleiding (zie ook artikel 4, eerste lid, onderdeel c, van de Beleidsregel gelijkstelling beroepsopleiding gastouders).

Daarnaast worden er diverse Aktes van bekwaamheid genoemd in de lijst met (beroeps)opleidingen. Deze aktes zijn gebaseerd op de Regeling bewijzen van bekwaamheid O.W.V.O., welke geldig was tot en met 31 juli 2006. Met het vervallen van de Regeling bewijzen van bekwaamheid O.W.V.O. is de grondslag van de Aktes van bekwaamheid ook komen te vervallen. Gezien de aktes destijds gezien werden als (beroeps)opleidingen en voldeden aan de kwaliteitseisen, welke in lijn zijn met de huidige kwaliteitseisen, is beoordeeld dat de Aktes van bekwaamheid, genoemd in artikel 10a en 10b, eerste lid, onder b, verkregen voor 1 augustus 2006, een geldig getuigschrift zijn om werkzaam te kunnen zijn als gastouder, bij een gastouderbureau of binnen een gastouderopvang. Om deze reden is er een verwijzing naar de vervallen Regeling bewijzen van bekwaamheid O.W.V.O. opgenomen in de Regeling Wet kinderopvang zodat de Aktes van bekwaamheid onder de (beroeps)opleidingen kunnen blijven vallen.

Door het herzien van de lijst met (beroeps)opleidingen in de Regeling Wet kinderopvang wordt er tegemoetgekomen aan gastouders en gastouderbureaus die de huidige lijst op dit moment als struikelblok ervaren. Immers, wanneer er een opleiding ontbreekt op de lijst, dan moeten potentiële gastouders (tegen een financiële vergoeding) een gelijkstellingsverzoek indienen bij Dienst Uitvoering Onderwijs. Daarnaast is de toevoeging van deze beroeps(opleidingen) in lijn met de diploma’s die in de CAO Kinderopvang kwalificeren voor pedagogisch medewerker op de kinderdagopvang.

2. Regeldruk en financiële gevolgen

De onderhavige wijziging heeft naar verwachting geen financiële gevolgen of gevolgen voor de regeldruk.

3. Toetsing en consultatie

Een concepttekst van de onderhavige wijziging is voorgelegd aan GGD GHOR Nederland (toezichthouder in de kinderopvang), aan de Vereniging Nederlandse Gemeenten, aan Dienst Uitvoering Onderwijs en aan de branchepartijen (Brancheorganisatie Kinderopvang en Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang en Stichting Nysa). Vanuit de branchepartijen is er steun voor een herziening op de lijst aangewezen (beroeps)opleidingen omtrent gastouderopvang. Dienst Uitvoering Onderwijs, de Vereniging Nederlandse Gemeenten en GGD GHOR Nederland gaven aan dat deze wijziging geen invloed heeft op de uitvoerbaarheid van de Regeling Wet kinderopvang.

4. Inwerkingtreding

Deze wijziging treedt in werking op 1 januari 2023. Daarmee wordt voldaan aan het kabinetsbeleid voor vaste verandermomenten, zoals neergelegd in aanwijzing 4.17 van de Aanwijzingen voor de regelgeving. Er wordt afgeweken van de minimuminvoeringstermijn van regelgeving, omdat het gaat om een beperkte wijziging die begunstigend werkt voor alle betrokken partijen.

II Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, onderdeel A (artikel 6)

In artikel 6 van de Regeling Wet kinderopvang is de Dienst Uitvoering Onderwijs aangewezen als bewerker in de zin van artikel 4 van het Besluit landelijk register kinderopvang, register buitenlandse kinderopvang en personenregister kinderopvang (Besluit registers). Die terminologie is nog niet aangepast aan de Algemene verordening gegevensbescherming, waarin de term ‘verwerker’ wordt gebruikt. In artikel 4 van het Besluit registers is dat al wel gebeurd. Daarom is het woord bewerker vervangen door het woord verwerker in artikel 6 van de Regeling Wet kinderopvang.

Artikel I, onderdeel B en C (artikel 10a en 10b)

De artikelen 10, 10a en 10b maken onderscheid tussen de verschillende niveaus van getuigschriften en diploma’s, waarbij artikel 10 betrekking heeft op MBO2 niveau, artikel 10a op vakopleidingen, middenkaderopleidingen en specialistenopleidingen en artikel 10b op wetenschappelijk en hoger beroepsonderwijs. In het eerste lid van artikel 10, 10a en 10b verwijst onderdeel a naar referentieopleidingen en onderdeel b naar overige (beroeps)opleidingen. Een referentieopleiding is een opleiding welke dient als een uitgangsopleiding om werkzaam te kunnen zijn als gastouder, bij een gastouderbureau of binnen een gastouderopvang. De overige beroepsopleidingen in onderdeel b zijn opleidingen die voor minimaal 90 procent overeenkomen met het curriculum van de opleidingen benoemd in onderdeel a.

De lijst met opleidingskwalificaties van artikel 10a en 10b, eerste lid, onderdeel b, is geactualiseerd door het toevoegen van diverse (beroeps)opleidingen. Deze opleidingen zijn opgenomen in overleg met Brancheorganisatie Kinderopvang, Brancheorganisatie Maatschappelijke Kinderopvang en Stichting Nysa, en zijn in lijn met de CAO Kinderopvang.

Naast een actualisatie van de lijst met opleidingskwalificaties is aan onderdeel b van het eerste lid van artikel 10a en 10b aan de genoemde aktes van bekwaamheid toegevoegd dat de betreffende aktes zijn gebaseerd op de per 1 augustus 2006 ingetrokken Regeling bewijzen van bekwaamheid O.W.V.O. Deze aktes voldoen aan de kwaliteitseisen, bedoeld in artikel 13, tweede lid, onderdeel b, van het Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang (destijds artikel 3, eerste lid, onder a, van het Besluit deskundigheidseisen gastouders kinderopvang).

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip

Naar boven