Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 21 november 2022, kenmerk 3469299-1039828-PG houdende wijziging van de Subsidieregeling publieke gezondheid in verband met de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling publieke gezondheid wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 67q wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel b en c komen te luiden:

b. GGD:

gemeentelijke gezondheidsdienst als bedoeld in hoofdstuk IV van de Wet publieke gezondheid;

c. GGD GHOR NL:

de Stichting Projectenbureau Publieke Gezondheid en Veiligheid Nederland;

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van de het laatste onderdeel door een puntkomma worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:

f. registratiesysteem:

het registratiesysteem dat in het kader van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne is aangeschaft door GGD GHOR NL en dat bestaat uit een afsprakenmodule en een registratiemodule ten behoeve van het registreren van de vaccinatiegegevens van de gezette vaccinaties door de GGD’en;

g. RIVM:

het Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu, bedoeld in artikel 2, van de Wet op het RIVM.

B

In artikel 67s worden, onder vernummering van het tweede lid tot het vierde lid, twee leden ingevoegd, luidende:

  • 2. In aanvulling op het eerste lid, kan de minister een projectsubsidie verstrekken aan GGD GHOR NL voor activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne in de periode van 1 januari 2023 tot en met 30 juni 2024.

  • 3. De activiteiten, bedoeld in het tweede lid, bestaan uit:

    • a. het vervullen van een coördinerende rol tussen de verschillende betrokken partijen, ter bevordering van een effectief en efficiënt verloop van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne;

    • b. het onderhouden, doorontwikkelen en beheren van het registratiesysteem; en

    • c. de uitvoering door GGD’en van:

      • 1°. het operationeel maken van de vaccinatielocaties;

      • 2°. het bieden van telefonische ondersteuning bij het maken van afspraken in het registratiesysteem;

      • 3°. het toedienen van vaccinaties en het verstrekken van adequate voorlichting omtrent de vaccinatie;

      • 4°. het registreren van vaccinatiegegevens in het registratiesysteem; en

      • 5°. gegevensdeling met het RIVM van:

        • i. gepersonaliseerde vaccinatiegegevens, indien daar toestemming voor is gegeven door de gevaccineerde; of

        • ii. geanonimiseerde vaccinatiegegevens, indien er geen toestemming is gegeven door de gevaccineerde voor het verstrekken van gepersonaliseerde vaccinatiegegevens.

C

Artikel 67t komt te luiden:

  • 1. De aanvraag tot verlening van de subsidie, bedoeld in artikel 67s, eerste lid, wordt uiterlijk 1 januari 2022 ontvangen.

  • 2. De aanvraag tot verlening van de subsidie, bedoeld in artikel 67s, tweede lid, wordt uiterlijk 31 december 2022 ontvangen.

  • 3. De minister kan ontheffing verlenen voor de termijnen, bedoeld in het eerste en tweede lid.

D

Artikel 67u komt te luiden:

  • 1. De subsidie, bedoeld in artikel 67s, eerste lid, bestaat uit de werkelijke kosten van de voorbereiding van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne tot ten hoogste € 4.000.000.

  • 2. De subsidie, bedoeld in artikel 67s, tweede lid, bestaat uit de werkelijke kosten van de activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne tot ten hoogste het bedrag dat wordt berekend overeenkomstig de volgende formule:

    Qh x Ph + U

    waarbij wordt verstaan onder:

    Qh. het aantal toegediende vaccins in het kader van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne;

    Ph. een bedrag van € 21,61;

    U. het verschil tussen de overige baten en lasten van de activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne, voor zover opgenomen in een door de minister goedgekeurde begroting.

E

Artikel 67v wordt als volgt gewijzigd:

1. Na ‘De voorbereiding’ wordt ingevoegd ‘en de activiteiten in het kader van de uitvoering’.

2. Na regeling wordt ‘wordt’ vervangen door ‘worden’.

F

Na artikel 67v wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 67w

  • 1. GGD GHOR NL draagt er ten aanzien van de subsidie, bedoeld in artikel 67s, tweede lid, zorg voor:

    • a. dat periodiek met het RIVM en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport overleg wordt gevoerd inzake de organisatie, voortgang en planning van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne;

    • b. dat zowel GGD GHOR NL als de GGD’en medewerking verlenen aan de publieksvoorlichting door het RIVM over de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne, die door de minister of door een andere organisatie in opdracht van de minister wordt uitgevoerd; en

    • c. dat het registratiesysteem naar behoren functioneert en aangesloten is op het systeem Praeventis van het RIVM.

  • 2. In aanvulling op het eerste lid kan de minister bij de verlening van de subsidie verplichtingen opleggen met betrekking tot de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

TOELICHTING

Algemeen

Aanleiding

De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Subsidieregeling publieke gezondheid (hierna: de Subsidieregeling). De Subsidieregeling is gewijzigd in verband met de uitvoering van de aanvullende vaccinatiecampagne tegen het Humaan Papillomavirus (hierna: HPV). Op grond van hoofdstuk II, paragraaf 5c, kan GGD GHOR NL een projectsubsidie aanvragen voor de activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne.

De Gezondheidsraad concludeerde in het najaar van 2019 dat er gezondheidswinst valt te halen door jongeren van 18 tot en met 26 jaar, die zich niet eerder (volledig) hebben laten vaccineren tegen het HPV-virus, de gelegenheid te geven dat alsnog te doen. Door deze jongeren te vaccineren worden niet alleen de jongeren zelf beschermd tegen verschillende soorten HPV-gerelateerde kankersoorten (en deels ook andere aandoeningen zoals genitale wratten), maar kunnen gevaccineerde jongeren het virus ook niet meer overdragen aan elkaar.

HPV is een seksueel overdraagbaar virus, en de vaccinatie is het meest effectief op het moment dat jongeren nog niet eerder seks hebben gehad. Naarmate de jongeren ouder worden, neemt de kans op het hebben van seks toe en daarmee ook de kans op een besmetting met het virus. Vaccinatie van de doelgroep jongeren van de geboortecohorten 1996 tot en met 2003 dient derhalve zo snel mogelijk van start te gaan. Daarom is voor de periode van 1 januari 2022 tot en met 30 juni 2023 reeds subsidie verstrekt aan GGD GHOR NL voor de voorbereiding van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne. Door middel van de onderhavige wijziging van de Subsidieregeling kan vanaf 1 januari 2023 gestart worden met de daadwerkelijke uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne door GGD GHOR NL en de GGD’en.

Wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan de HPV-vaccinatiecampagne

Het RIVM draagt zorg voor de regie op en de coördinatie van de uitvoering, alsmede het uitnodigen en registreren van de jongeren ten behoeve van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne. Het streven is om deze nieuwe doelgroep vanaf het najaar van 2022 per brief uit te nodigen voor de HPV-vaccinatie. De uitnodigingsbrieven (en eventuele herhaal- en vervolguitnodigingen) zullen door het RIVM worden gestuurd naar jongeren tot en met 27 jaar. Vanwege het feit dat jongeren die 26 jaar zijn in 2022 in 2023 27 jaar worden, worden jongeren tot en met 27 jaar daarom ook uitgenodigd.

De eerste vaccinaties zullen begin 2023 worden gezet door de GGD’en. De GGD’en zullen de vaccinatie toedienen op goed bereikbare locaties overal in Nederland. Hierbij kan gedacht worden aan COVID-19 vaccinatiestraten. Voor de doelgroep wordt de vaccinatie op deze manier toegankelijk gemaakt. Daarnaast zorgt uitvoering in de reeds door de GGD’en georganiseerde COVID-19 vaccinatiestraten voor een efficiëntieslag. Zo hoeft de bijbehorende logistiek (inhuur locatie, personeel e.d.) niet meer te worden opgezet. De HPV-vaccinatie wordt gratis aangeboden aan jongeren van de geboortecohorten 1996 tot en met 2003.

Wijze van subsidieverstrekking

Op hoofdstuk II, paragraaf 5c, van de Subsidieregeling zijn de hoofdstukken 1, 3, 4, 6 en 7 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS van toepassing. De subsidie voor de activiteiten in het kader van de uitvoering van de HPV-vaccinatiecampagne is een subsidie als bedoeld in artikel 1.5, onder d, van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS. De subsidie wordt verstrekt via een subsidieverlening en subsidievaststelling. Voor de aanvraag tot verlening van de subsidie is hoofdstuk 3 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS van toepassing. De aanvraag tot verlening kan worden ingediend tot uiterlijk 31 december 2022 door middel van een door de minister vastgesteld formulier. Bij de aanvraag wordt een activiteitenplan en een begroting aangeleverd. Het besluit tot verlening van de subsidie en de wijze van bevoorschotting volgen uit hoofdstuk 4 respectievelijk hoofdstuk 6 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS. Het besluit tot verlening van de subsidie wordt genomen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot verlening. Bij beschikking kunnen ambtshalve voorschotten worden verstrekt. Deze voorschotten worden in beginsel gelijkmatig verspreid over de projectperiode uitbetaald. Op verzoek van de subsidieaanvrager of op eigener beweging kan voor een andere wijze van bevoorschotting worden gekozen. Reden voor afwijking van het voorgeschreven bevoorschottingsritme kan de liquiditeitsbehoefte van de subsidieontvanger of een risicoanalyse zijn.

Op basis van de opkomst in het eerste halfjaar kan een gedegen inschatting gemaakt worden van de opkomst in het tweede halfjaar, gezien de vaccinatiereeks voor deze doelgroep twee prikken betreft met een interval van een halfjaar. Dit leidt tot de mogelijkheid van het maken van een goede inschatting van de kosten, hetgeen kan leiden tot een herziening van de subsidie. Dit zal gebeuren in goed overleg tussen GGD GHOR NL, het RIVM en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Uit hoofdstuk 7 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS volgt de wijze waarop de vaststelling van de subsidie plaatsvindt. De aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt ingediend binnen 22 weken na de datum waarop de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, uiterlijk moeten zijn verricht.

Staatssteun

Er is sprake van staatssteun als aan de vijf cumulatieve criteria van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is voldaan. De subsidie aan GGD GHOR NL voor activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne voldoet aan deze vijf cumulatieve criteria en vormt daarom staatssteun. Deze staatssteun kan gerechtvaardigd worden door de subsidieontvanger te belasten met een Dienst van Algemeen Economisch Belang (hierna: DAEB). Rechtspersonen die belast zijn met een DAEB mogen met een subsidie gecompenseerd worden voor de kosten van het uitvoeren van de DAEB. Om de uitvoering van de DAEB te realiseren, wordt met de subsidieontvanger een DAEB-overeenkomst gesloten. Door toepassing te geven aan het Besluit van de Europese Commissie van 20 december 2011 (2012/21/EU), valt de compensatie op grond van de onderhavige regeling niet onder de verplichting tot voorafgaande aanmelding van artikel 108, derde lid, van het VWEU en is de compensatie verenigbaar met artikel 106, tweede lid, van het VWEU.

Dit brengt met zich mee dat er voor het uitvoeren van publieke diensten slechts een kostendekkend tarief mag worden verstrekt van de overheid naar de private partij. Om overcompensatie te voorkomen wordt er voor deze subsidie gewerkt met een afrekening op basis van werkelijk gemaakte kosten.

Artikelsgewijs

ARTIKEL I

A

De definities van ‘GGD’ en ‘GGD GHOR NL’ zijn per abuis verkeerd in de Subsidieregeling komen te staan. Dit wordt met de onderhavige wijzigingsregeling hersteld. De definities van ‘RIVM’ en ‘registratiesysteem’ worden nieuw toegevoegd.

B

Artikel 67s heeft betrekking op de activiteiten waarvoor subsidie kan worden aangevraagd. Op grond van het tweede lid kan GGD GHOR NL subsidie aanvragen voor het uitvoeren van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne in de periode van 1 januari 2023 tot en met 30 juni 2024. In het derde lid staat omschreven om welke activiteiten het precies gaat en wie deze activiteiten verricht.

De GGD’en zullen de vaccinatielocaties operationeel maken en telefonische ondersteuning bieden bij het maken van afspraken in het registratiesysteem. De GGD’en zullen de vaccinaties toedienen en adequate voorlichting omtrent de vaccinatie verstrekken. Er wordt door de GGD’en gewerkt volgens de professionele richtlijnen zoals de RVP-richtlijn vaccinbeheer en de LCI-richtlijn. Ook dragen de GGD’en zorg voor het registreren van zowel gepersonaliseerde als anonieme vaccinatiegegevens in het registratiesysteem. Vervolgens worden de gepersonaliseerde en anonieme vaccinatie gegevens gedeeld met het RIVM.

GGD GHOR NL heeft een coördinerende rol. Zij bevordert een effectief en efficiënt verloop van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne, door er bijvoorbeeld op toe te zien dat de GGD’en tijdig over de juiste middelen en informatie beschikken. De coördinerende rol van GGD GHOR NL bestaat daarnaast uit het zijn van een verbindende schakel tussen de verschillende betrokken partijen bij de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne, zoals het RIVM, de GGD’en en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. GGD GHOR NL draagt tot slot zorg voor het onderhouden, doorontwikkelen en beheren van het registratiesysteem.

C

Artikel 67t regelt de termijn waarbinnen de aanvraag tot verlening van de subsidie kan worden ingediend. De aanvraag tot verlening van de subsidie voor de activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne kan worden ingediend vanaf het moment van publicatie van de Subsidieregeling tot uiterlijk 31 december 2022.

D

Artikel 67u bepaalt de formule op basis waarvan het subsidiebedrag wordt berekend. De subsidie voor de voorbereiding van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne bestaat uit de werkelijke kosten daarvan, tot ten hoogste € 4.000.000. Dit stond al als zodanig in de Subsidieregeling. Met de onderhavige wijziging is de verwijzing naar de subsidiabele activiteit hersteld naar artikel 67s, eerste lid.

Het subsidiebedrag voor de activiteiten in het kader van de uitvoering van de van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne wordt ten tijde van de subsidieverlening bepaald op basis van en formule en bestaat uit een vast bedrag per toegediend vaccin en een bedrag voor de overige kosten van de activiteiten in het kader van de uitvoering van de vaccinatiecampagne.

  • 1. Het vast bedrag per toegediend vaccin (Ph) bedraagt € 21,61. Dit is gelijk aan het bedrag voor HPV-vaccinaties tot 18 jaar gezet in het kader van het Rijksvaccinatieprogramma door de jeugdgezondheidszorg en bestaat uit inzet (vaccinerend) personeel, inrichting en huur vaccinatielocatie, verbruiksmateriaal, vaccinverlies en voorzieningen (koelkasten, laptops, printers e.d.).

  • 2. Bij overige kosten van de activiteiten in het kader van de uitvoering, waarvan het maximale bedrag wordt opgenomen in de beschikking, gaat het om:

    • personele kosten van GGD GHOR NL;

    • accountantskosten;

    • kosten die GGD’en maken voor ondersteunend personeel dat is aangenomen voor deze campagne zoals een projectleider, ondersteuner of epidemioloog;

    • kosten voor laagdrempelige vaccinatielocatie(s) t.b.v. het bereiken van moeilijk bereikbare doelgroepen. Voorbeelden hiervan zijn jeugdcentra, pop-up locaties, mobiele locaties of bussen;

    • kosten voor het zetten van vaccinaties op een specifieke locatie in plaats van op een daarvoor bestemde vaccinatielocatie. Voorbeelden hiervan zijn GGZ-instellingen of gevangenissen;

    • kosten op gebied van communicatie. De GGD’en moeten aanhaken op de landelijke campagne en deze doorvertalen naar hun lokale, regionale situatie bijvoorbeeld voor het bekend maken van locaties en tijden;

    • Bijkomende kosten, veroorzaakt door het feit dat deze campagne niet binnen de reguliere werkprocessen van de GGD’en omdat het een andere doelgroep dan het Rijksvaccinatieprogramma betreft. Voorbeelden van onvoorziene kosten zijn: bijkomende kosten rondom personeel zoals kosten recruitment of opleidingskosten. De minister zal afwegen of deze onvoorziene kosten redelijkerwijs toerekenbaar zijn aan de verrichte activiteiten.

Ten tijde van de subsidievaststelling zal de subsidie worden afgerekend op basis van werkelijk gemaakte kosten, om overcompensatie te voorkomen. De subsidie wordt vastgesteld op ten hoogste het bedrag dat wordt berekend overeenkomstig de formule: Qh x Ph + U.

E

De activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne worden – net als de voorbereiding van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne – in artikel 67v aangewezen als een DAEB.

F

In artikel 67w zijn de aan de subsidie verbonden verplichtingen opgenomen. GGD GHOR NL dient periodiek met het RIVM en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport te overleggen over de organisatie, voortgang en planning van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne. Onder periodiek wordt eenmaal per zes weken verstaan. Zowel GGD GHOR NL als de GGD’en dienen medewerking te verlenen aan de publieksvoorlichting door het RIVM over de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne, die door de minister of door een andere organisatie in opdracht van de minister worden uitgevoerd. GGD GHOR NL dient ervoor zorg te dragen dat dat het registratiesysteem waarin de afspraken en vaccinatiegegevens worden geregistreerd naar behoren functioneert en aangesloten is op het systeem Praeventis van het RIVM. Praeventis wordt gekoppeld met het registratiesysteem van GGD GHOR NL voor uitwisseling van vaccinatiegegevens en het opvragen en aanleveren van vaccinatiestatussen. Praeventis is de database voor vaccinatiegegevens en het systeem op basis waarvan de doelgroep wordt opgeroepen.

De minister kan in de verleningsbeschikking aanvullende verplichtingen opleggen met betrekking de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne.

ARTIKEL II

In afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten bij regelgeving treedt onderhavige wijzigingsregeling in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. De onderhavige wijzigingsregeling wordt daarnaast minder dan twee maanden voorafgaand aan de inwerkingtreding gepubliceerd. Hiermee wordt afgeweken van de minimale periode van twee maanden tussen publicatie en inwerkingtreding van regelingen. Hiervoor is gekozen omdat het ten behoeve van de activiteiten in het kader van de uitvoering van de aanvullende HPV-vaccinatiecampagne van belang is dat GGD GHOR NL zo spoedig mogelijk een aanvraag kan indienen en kan starten met de activiteiten.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Naar boven