Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 17 november 2022, nr. PO/FenV/34763060, houdende wijziging van de Regeling subsidie expertisecentra onderwijszorg CN in verband met loon- en prijsontwikkelingen over 2022

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Gelet op artikel 69, tweede lid, van de Wet primair onderwijs BES, artikel 11.20, tweede lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, en artikel 3.5, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs BES;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING REGELING SUBSIDIE EXPERTISECENTRA ONDERWIJSZORG CN

De Regeling subsidie expertisecentra onderwijszorg CN wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De begripsbepalingen van de begrippen ‘Caribisch Nederland’ en ‘Europees Nederland’ vervallen.

2. De begripsbepaling van het begrip ‘Minister’ komt te luiden:

minister:

Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs;.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘USD 369.800’ vervangen door ‘USD 381.190’.

2. In het tweede lid wordt ‘USD 364.887’ vervangen door ‘USD 376.126’.

3. In het derde lid wordt ‘USD 283.603’ vervangen door ‘USD 292.338’.

4. In het vierde lid wordt ‘USD 440,24’ vervangen door ‘USD 453,80’.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

TOELICHTING

Met deze regeling wordt de loon-en prijsontwikkeling over 2022 verwerkt in de subsidiebedragen voor kalenderjaar 2023 en verder, voor de expertisecentra onderwijszorg (EOZ) in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De drie EOZ’s in Caribisch Nederland ontvangen met ingang van 2021 subsidie op grond van de Regeling subsidie expertisecentra onderwijszorg CN. De subsidie wordt per kalenderjaar vastgesteld, mede op basis van het aantal ingeschreven leerlingen en studenten op 1 oktober in het voorgaande jaar (artikel 5, derde lid). Het subsidiebedrag per EOZ bestaat op grond van artikel 5, tweede lid, van de Regeling subsidie expertisecentra onderwijszorg CN uit een bedrag per EOZ en een bedrag per leerling. Deze bedragen worden in artikel 6 van de regeling vastgesteld.

Omdat het bij de EOZ’s om vaste bedragen en bedragen per leerling gaat, kan daar geen direct onderscheid gemaakt worden tussen het loon- en prijsgevoelige gedeelte. Aangezien OCW de budgetten voor prijsaanpassing krijgt in de verhouding loon- en prijsontwikkeling op 89% tegenover 11%, is deze verhouding ook aangehouden in de ophoging van de bedragen. Omdat de loon- en prijsbijstelling wordt verwerkt tot één percentage, is dezelfde verhouding aangehouden in de opbouw van het percentage waarmee de bedragen worden verhoogd. Dit komt gezamenlijk neer op een ophoging van 3,08% op de bedragen van 2022.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

Naar boven