Regeling van de Minister van Financiën van 18 november 2022, houdende regels over de begroting en de verantwoording van het Rijk voor het jaar 2023 en de door de Minister van Financiën vast te stellen bedragen (Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2023)

De Minister van Financiën,

Gelet op artikel 4.20, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d en f, van de Comptabiliteitswet 2016;

Besluit:

§ 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Door de Minister van Financiën vast te stellen bedragen

De bedragen als aangegeven in bijlage A van deze regeling zijn de door de Minister van Financiën vastgestelde bedragen die betrekking hebben op het schriftelijk ter kennis brengen aan de Kamers der Staten-Generaal van voornemens tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, bedoeld in artikel 4.7, eerste lid, onder a tot en met d, van de Comptabiliteitswet 2016.

Artikel 2 Regels over de begroting en de verantwoording van het Rijk

De regels als aangegeven in bijlage B (https://rbv.rijksfinancien.nl) van deze regeling zijn de regels over de begroting en de verantwoording van het Rijk, bedoeld in artikel 4.20, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d, van de Comptabiliteitswet 2016.

§ 2 Bijzondere bepalingen

Artikel 3 Afwijkingen

In bijzondere gevallen kan in overeenstemming met de Minister van Financiën worden afgeweken van de bepalingen van deze regeling.

§ 3 Slotbepalingen

Artikel 4 Overgangsrecht

De Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2022 wordt ingetrokken, met dien verstande dat de bepalingen van deze regeling van toepassing blijven op de voorstellen van wet inzake de suppletoire begrotingsstaten en de slotverschillen inzake het begrotingsjaar 2022 voor zover deze wetsvoorstellen nog niet bij wet zijn vastgesteld.

Artikel 5 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

Artikel 6 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2023.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van bijlage B, die via de website betreffende de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën (https://rbv.rijksfinancien.nl) openbaar wordt gemaakt

De Minister van Financiën, S.A.M. Kaag

TOELICHTING

Algemeen

De onderhavige regeling bevat voorschriften over de inrichting van de begroting, de uitvoering van de begroting en de verantwoording van het Rijk. Dit betekent dat deze voorschriften van toepassing zijn op alle onderdelen van de rijksoverheid ofwel alle onderdelen die tot de publiekrechtelijke rechtspersoon de Staat der Nederlanden behoren.

De regeling rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) is een nadere uitwerking van artikel 4.20, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d en f, van de Comptabiliteitswet 2016. Deze artikelleden regelen de bevoegdheid van de Minister van Financiën om voor het Rijk regels te stellen over:

  • het inrichten van de rijksbegroting, bedoeld in artikel 2.1, en van de verantwoording van het Rijk, bedoeld in artikel 2.29;

  • het begrotings- en het verantwoordingsproces; de begrotings- en de verantwoordingsinformatie; het begrotingsbeheer en het financieel beheer;

  • het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen namens de Staat, bedoeld in bijlage A van deze regeling.

De Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2023 is ambtelijk aan de Algemene Rekenkamer voorgelegd. Relevante suggesties zijn op de website (in bijlage B) doorgevoerd.

Artikel 1 van de RBV bepaalt dat de door de Minister van Financiën vastgestelde bedragen in bijlage A die betrekking hebben op het schriftelijk informeren van het parlement over voornemens van de betrokken ministers tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, bedoeld in artikel 4.7, eerste lid, onder a tot en met d, van de Comptabiliteitswet 2016.

Artikel 2 van de RBV heeft betrekking op de regels over de begroting en verantwoording van het Rijk, zoals in bijlage B (https://rbv.rijksfinancien.nl) zijn voorgeschreven.

Artikel 3 van de RBV regelt dat in bijzondere gevallen met instemming van de Minister van Financiën kan worden afgeweken van de voorschriften van deze regeling.

Artikel 4 regelt het overgangsrecht.

De Minister van Financiën, S.A.M. Kaag

BIJLAGE A BIJ DE REGELING RIJKSBEGROTINGSVOORSCHRIFTEN 2023 BETREFFENDE DE DOOR DE MINISTER VAN FINANCIËN VAST TE STELLEN BEDRAGEN

Gelet op artikel 1 van de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2023:

Omschrijving regeling en onderwerp

Artikelnummer uit de CW 2016

Bedragen (inclusief eventuele BTW)

Comptabiliteitswet 2016 (CW 2016)

   
     

Het schriftelijk ter kennis brengen aan het parlement van het voornemen tot het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling, bedoeld in artikel 4.7, eerste lid, aanhef en onder a, van de Comptabiliteitswet 2016:

4.7, derde lid, onder e, juncto

Meer dan € 0

     

het oprichten, mede oprichten of het doen oprichten van een privaatrechtelijke rechtspersoon.

4.7, eerste lid, onder a,

 
     

Het schriftelijk ter kennis brengen aan het parlement van het voornemen tot het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling, bedoeld in artikel 4.7, eerste lid, aanhef en onder b tot en met d, van de Comptabiliteitswet 2016:

4.7, derde lid, onder e, juncto

Meer dan € 5.000.000

     

het verstrekken van eigen vermogen, het overnemen van schuldtitels of aandelen of het overnemen van risico’s van financiële activa, indien dat overnemen bedoeld is ter versterking van de solvabiliteit van de privaatrechtelijke rechtspersoon.

4.7, eerste lid, aanhef, onder b tot en met d,

 
Naar boven