Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 15 november 2022, kenmerk 3457783-1038616-J, houdende wijziging van de Regeling specifieke uitkering instandhouding en doorontwikkeling expertisecentra jeugdhulp in verband met verhoging van de specifieke uitkering

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 4 van de Regeling specifieke uitkering instandhouding en doorontwikkeling expertisecentra jeugdhulp komt te luiden:

Artikel 4. Hoogte van de specifieke uitkering

De specifieke uitkering per coördinerende gemeente bedraagt maximaal:

a.

Amsterdam

€ 7.575.877,–

b.

Rotterdam

€ 9.723.083,–

c.

Eindhoven

€ 7.673.882,–

d.

Roermond

€ 3.609.605,–

e.

Groningen

€ 5.238.232,–

f.

Utrecht

€ 5.468.173,–

g.

Nijmegen

€ 6.323.862,–

h.

Enschede

€ 4.187.286,–

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. van Ooijen

TOELICHTING

Algemeen

De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Regeling specifieke uitkering voor de instandhouding en doorontwikkeling van de bovenregionale expertisecentra jeugdhulp (verder: Regeling SPUK expertisecentra) in verband met een ophoging van de beschikbare bedragen.

Via het amendement Westerveld en Klaver1 is jaarlijks € 26 miljoen beschikbaar voor de bovenregionale expertisenetwerken. € 25 miljoen wordt op grond van de Regeling SPUK expertisecentra direct uitgekeerd aan acht coördinerende gemeenten en € 1.000.000,– is beschikbaar voor de ondersteuning van de expertisenetwerken en de landelijke kennis- en leerfunctie.

Van deze € 1.000.000,– is € 200.000,– besteed aan het vormgeven van een gezamenlijke nieuwsbrief en website, het ontwikkelen van een gezamenlijke monitor en een eerste aanzet voor implementatie daarvan. Daarnaast wordt een voorverkenning uitgevoerd voor de landelijke kennis en leerfunctie. Om de overige € 800.000,– ten gunste te laten komen van de 8 bovenregionale expertisenetwerken, waar het voor bedoeld is, wordt dit bedrag volgens de eerder in 2022 gehanteerde verdeelsleutel over de coördinerende gemeenten verdeeld. Dit houdt in dat 75% van het bedrag verdeeld wordt over de acht bovenregionale gebieden op basis van het gewogen aantal jongeren tot 23 jaar in het betreffende gebied. 25% van de middelen wordt evenredig verdeeld over de acht bovenregionale gebieden.

In artikel 4 van de Regeling SPUK expertisecentra zijn de extra bedragen opgeteld bij de bedragen die reeds uitgekeerd zijn.

Conform het eerdere verleningsproces worden deze bedragen uitgekeerd aan de coördinerende gemeenten via een herziening van de beschikking.

Staatssteun

Er is sprake van staatssteun als aan de volgende vijf cumulatieve criteria is voldaan:

  • De steun wordt verleend aan een onderneming die een economische activiteit verricht;

  • De steun wordt met staatsmiddelen bekostigd;

  • De staatsmiddelen verschaffen een economisch voordeel dat niet via de normale commerciële weg zou zijn verkregen;

  • De maatregel is selectief;

  • De maatregel vervalst (potentieel) de mededinging en (dreigt te) leiden tot een ongunstige beïnvloeding van het handelsverkeer in de EU.

In dit geval wordt het eerste criterium niet vervuld. Gemeenten kunnen voor de uitvoering van bepaalde aan hen opgedragen publieke taken een specifieke uitkering krijgen. Zij zijn in zo’n geval niet aan te merken als ondernemingen in de zin van de staatssteunregels. Logischerwijs dienen gemeenten bij het invullen van deze publieke taken zelf rekening te houden met de staatssteunregels.

Inwerkingtreding

Voor de inwerkingtreding van de regeling wordt afgeweken van de vaste verandermomenten, zodat de extra bedragen nog in 2022 ter beschikking komen van de gemeenten.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. van Ooijen

Naar boven