Aanwijzing van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 9 november 2022, kenmerk 3458392-1038667-PZO op grond van artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg inzake een bekostigingsexperiment in de cosmetische mondzorg

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg:

Na op 19 september 2022 schriftelijk mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal (Kamerstukken II 2021/22, 33 578, nr. 89) als bedoeld in artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg over het voornemen een aanwijzing te geven aan de Nederlandse Zorgautoriteit inzake het invoeren van een experiment voor bekostiging in de cosmetische mondzorg.

Besluit:

Artikel 1 Definities

In deze aanwijzing wordt verstaan onder:

– cosmetische mondzorg:

niet tandheelkundig-medisch noodzakelijke behandelingen, die het uiterlijk, de kleur, de vorm of de positie van de normale kenmerken van de weefsels in en of rondom de mond herzien of veranderen;

– minister:

de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

– reguliere mondzorg:

de mondzorg die wordt gedeclareerd via de prestatiebeschrijvingen van de Nederlandse Zorgautoriteit zoals omschreven in de:

• Beleidsregel tandheelkundige zorg;

• Beleidsregel tandtechniek in eigen beheer;

– vrije tarieven:

tarieven als bedoeld in artikel 50, eerste lid, onder a, van de wet;

wet:

Wet marktordening gezondheidszorg;

zorgautoriteit:

de Nederlandse Zorgautoriteit, genoemd in artikel 3 van de wet.

Artikel 2 Werkingssfeer

Deze aanwijzing is van toepassing op cosmetische mondzorg.

Artikel 3 Opdracht experiment

De zorgautoriteit voorziet met ingang van 1 januari 2023 in een experiment voor bekostiging van cosmetische mondzorg.

Artikel 4 Uitgangspunten experiment

• 1. De zorgautoriteit voorziet met ingang van 1 januari 2023 waar nodig in regelgeving ter uitvoering van deze aanwijzing.

• 2. De zorgautoriteit stelt met ingang van 1 januari 2023 prestatiebeschrijvingen met een vrij tarief vast voor de in artikel 2 bedoelde zorg.

• 3. Doel van het experiment is om door middel van cosmetische mondzorgprestaties ruimte te bieden aan consumenten om cosmetische mondzorg af te nemen in Nederland. Aanbieders kunnen hierbij de door de consument gewenste esthetische kwaliteit leveren, zonder gebonden te zijn aan de maximumtarieven die gelden voor reguliere mondzorg. Het experiment dient tot het verkrijgen van inzicht in de effecten van het vrijgeven van de tarieven voor cosmetische mondzorg, in het bijzonder voor de toegankelijkheid van reguliere mondzorg.

• 4. De zorgautoriteit neemt bij de vaststelling van het experiment als bedoeld in artikel 3 de volgende uitgangspunten in acht:

  • a. a. Het experiment wordt vastgesteld op een wijze waarbij vooraf geen negatieve effecten op de toegankelijkheid van reguliere mondzorg worden voorzien.

  • b. b. Voor de patiënt moet voldoende transparante informatie over de tarieven en het te verwachten (esthetische) resultaat beschikbaar zijn.

  • c. c. Iedere zorgaanbieder die voldoet aan de voorwaarden, moet gedurende de looptijd van het experiment te allen tijde kunnen starten met het experiment.

  • d. In het experiment wordt tevens voorzien in regels en voorwaarden die de evaluatie mogelijk maken.

  • e. De administratieve lasten die de implementatie en uitvoering van het experiment met zich brengen, blijven zo beperkt mogelijk.

  • f. De zorgautoriteit sluit dubbele bekostiging in haar voorwaarden uit.

  • g. Personen aan wie zorg wordt verleend in het kader van cosmetische mondzorg, komen door het experiment niet in een nadeliger positie te verkeren, dan wanneer het experiment niet zou plaatsvinden.

• 5. De zorgautoriteit informeert de Minister onmiddellijk indien zij het niet langer verantwoord vindt het experiment onveranderd voort te zetten.

Artikel 5 Looptijd

Het experiment heeft een looptijd van maximaal vijf jaar en eindigt uiterlijk op 1 januari 2028.

Artikel 6 Evaluatie experiment

De zorgautoriteit evalueert de effecten van het experiment overeenkomstig het bepaalde in artikel 58, zesde lid van de wet. De zorgautoriteit houdt daarbij rekening met de effecten van het experiment op de toegankelijkheid van de reguliere mondzorg.

Artikel 7 Citeertitel

Deze aanwijzing wordt aangehaald als: Aanwijzing experiment cosmetische mondzorg.

Van deze aanwijzing wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

TOELICHTING

Algemeen

Met deze aanwijzing geef ik de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) opdracht om op grond van artikel 58 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) met ingang van 1 januari 2023 voor cosmetische mondzorgprestaties vrije tarieven vast te stellen. Door vrije tarieven vast te stellen kunnen consumenten cosmetische mondzorg afnemen in Nederland, waarbij aanbieders van cosmetische mondzorg de door de consument gewenste esthetische kwaliteit kunnen leveren, zonder daarbij gebonden te zijn aan de maximumtarieven die gelden voor de reguliere mondzorg. Cosmetische mondzorg is in dit experiment afgebakend tot specifiek twee vormen van cosmetische mondzorg. Het gaat om facings (direct of indirect aangebracht) en uitwendig bleken.

Monitoring en frequente evaluatie van het experiment moeten leiden tot een goed inzicht in de effecten en gevolgen van het experiment op de reguliere mondzorg. Om de effecten van het vrijgeven van de tarieven goed te kunnen monitoren zal de NZa samen met de KNMT, patiëntenorganisaties, Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) de voortgang bespreken en effecten evalueren. De NZa en de IGJ zullen – samen met de KNMT – meldingen en klachten over cosmetische mondzorg monitoren.

Bij invoering van een experiment is meestal sprake van een contractvereiste. Dit betekent dat zorgaanbieders alleen deel kunnen nemen aan het experiment als ze een contract met een zorgverzekeraar hebben gesloten. Voor cosmetische mondzorg ligt een contractvereiste niet voor de hand, gezien deze zorg niet onder de basisverzekerde zorg valt en zorgverzekeraars deze zorg waarschijnlijk niet opnemen in de aanvullende verzekeringen. De verzekeraar speelt dus naar verwachting geen rol bij het inkopen van deze zorg. Daarom zal, via door de NZa opgelegde transparantievoorschriften, extra aandacht besteed worden aan de (informatie)positie van de patiënt.

Artikelsgewijs

Artikel 1

Voor alle duidelijkheid zij vermeld dat onder het begrip cosmetische mondzorg niet vallen de esthetische tandheelkundige behandelingen als gevolg van een trauma of ontwikkelingsstoornis (zoals schisis of amelogenesis imperfecta).

Artikel 3

De NZa zal ter uitvoering van deze opdracht uiterlijk met ingang van 1 januari 2023 regelgeving opstellen voor een vrij tarief voor cosmetische mondzorgprestaties.

Artikel 4

In dit artikel is een aantal uitgangspunten van het experiment opgenomen, waaronder de bepaling dat bij het experiment wordt voorzien in regels en voorwaarden die de evaluatie mogelijk maken. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een verplichting voor alle deelnemende zorgaanbieders zich bij de NZa aan te melden en een aantal zaken te registreren en aan te leveren bij de NZa.

Artikel 6

De NZa monitort regelmatig de markteffecten van het vrijgeven van de tarieven voor cosmetische mondzorg. Het gaat hierbij dan vooral om het effect van het experiment op de toegankelijkheid van de reguliere mondzorg. De NZa informeert de Minister hierover op nader af te spreken wijze en tijdstippen. De NZa meet in de monitor de veranderingen ten opzichte van voor 1 januari 2023.

Daarnaast evalueert de NZa het experiment overeenkomstig het bepaalde in artikel 58, zesde lid van de wet. Daarin zullen bovengenoemde punten ook terugkomen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers